Officieel heet het systeem nog steeds NAVigation Satellite Time And Ranging of NAVSTAR. Met gps werd het voor het eerst mogelijk om vrijwel overal continu te kunnen navigeren. Gps was tot de komst van GLONASS, BeiDou en Galileo het enige volledig operationele satellietplaatsbepalingssysteem. Het incident met de Korean Air-vlucht 007 in 1983, waarbij een Amerikaans congreslid omkwam, zorgde ervoor dat president Ronald Reagan gps vrijgaf voor civiel gebruik.
Het aantal toepassingen is sinds de vrijgave enorm toegenomen. Aanvankelijk waren de gebruikers vooral te vinden in de militaire hoek, de geodesie en de scheepvaart. Hoewel het aantal gebruikers ook daar is toegenomen, valt dit tegenwoordig in het niet bij het aantal auto's en mobiele telefoons die met gps zijn uitgerust. Het belang van gps is dusdanig gegroeid dat de Europese Unie besloten heeft haar eigen systeem — Galileo — te lanceren, om niet afhankelijk te zijn van de Verenigde Staten.
De eerste experimentele satelliet werd in 1978 gelanceerd en in 1995 werd het systeem officieel operationeel verklaard, hoewel het daarvoor al werd gebruikt voor navigatie.
Op 23 december 2018 werd de eerste gps-satelliet van de derde generatie (GPS-IIIA) gelanceerd.
Kenmerken
Het zendgedeelte van het systeem bestaat uit minimaal 24 werkende satellieten (21 + 3 reserve) die in zes vaste banen, in een vaste tijd rond de aarde draaien en elk een eigen signaal uitzenden. De nauwkeurigheid varieert, afhankelijk van het gebruikte systeem en de omstandigheden, van enkele tientallen meters tot 1 à 2 meter.
Met de ontvangst van minimaal vier van deze satellieten kan een gps-ontvanger zijn positie op aarde bij benadering bepalen ten opzichte van het geodetisch datum WGS 84.
Het gps-systeem is 24 uur per dag in bedrijf, nagenoeg overal ter wereld bruikbaar en werkt onder alle weersomstandigheden. Het is een militair systeem dat de overheid van de Verenigde Staten aan iedereen beschikbaar stelt, met beperkte nauwkeurigheid. Het gps-systeem is geschikt voor plaatsbepaling voor navigatiedoeleinden, geodetische puntbepaling en geografische informatiesystemen, en ook voor nauwkeurige tijdsbepaling.
Bij gps is de satelliet altijd de zender, de gps-ontvanger is altijd de ontvanger (op aarde). Volgen wordt pas mogelijk wanneer de persoon of het voorwerp/voertuig dat gevolgd wordt niet alleen een gps-ontvanger heeft maar ook een vorm van zender of internetverbinding die eraan gekoppeld is. Met gps alleen kun je dus niet gevolgd worden. Verschillende technologieën zijn daartoe in gebruik, waarbij de zogenaamde push-technologie, in de vorm van een sms-zender, het meest verbreid is. Galileo waaraan in opdracht van de Europese Commissie gewerkt wordt, zal echter bidirectioneel (zowel zenden als ontvangen) zijn.