Een kerfstok is oorspronkelijk een stokje waar men met een scherp voorwerp, zoals een mes of een steen, sneetjes in maakte om te kunnen tellen; die handeling was vergelijkbaar met het hedendaagse turven.
Juridisch gezien is het een stok waarin meerdere kerven gesneden zijn en die daarna doormidden is gespleten. De bedoeling is dat de twee halve stokken als bewijsmateriaal dienen voor iets dat in bewaring is gegeven. Degene die het object in bewaring neemt bewaart zijn helft van de kerfstok, en alleen degene die de andere helft heeft kan het object weer in ontvangst nemen. Alleen als de kerven van de twee helften exact passen, is de kerfstok echt.
Een kerfstok werd voorheen gebruikt in herbergen. Men kon zo op de pof drinken en op het einde van de week betalen.
De kerfstok bestaat thans nog in het gezegde Iets op je kerfstok hebben. Dat betekent: een aantal slechte dingen gedaan hebben. Dit is afgeleid van het gebruik in de herberg: wie veel op zijn kerfstok had, moest eerst de rekening betalen.

|