Peking zonder Smog. 24 april
De luchthaven van Peking oogt olympisch groot. Architectonisch aangenaam . Van een afmeting die het olympische record laat sneuvelen. China wil in alles de grootste zijn. Wij passeren vijf (5 aub) ringwegen om in het centrum van Peking te geraken. Wij zien geen verschil met Europese stadjes waar de files stil staan aan de poortjes van de stad. Peking de Stad van het Midden : 21 miljoen inwoners en een in en out van 1 miljoen mensen per dag. Natuurlijk heb je dan 5 ringwegen nodig. Ik zag dat twee ringwegen 12 km van elkaar verwijderd lagen. Cijfers kan je lezen ( als je je zou afvragen of wij een Chinese spoedcursus zouden gevolgd hebben.) Dus het blinkende blik trekt onze blik. En de auto's zijn bigger.
De fietsers zijn weggevaagd. Je ziet ze niet meer. De beelden van de krioelende fietsers waarmee wij Peking leerden kennen ..flits, flits ,foetsie.
Is dat moderniteit? Dit is toch geen "voorruit"?
Maar de zon schijnt. Het is zowat 25 graden. Er waait af en toe een stevig windje. Smog weggeblazen.De hemel kleurt blauw.
Wij ontmoeten al medereizigers in een eenvoudig hotelletje op zo'n vijfhonderd meter van het Tien'amenplein. Zullen wij 14 Hollanders de baas kunnen? Ze zijn in elk geval hun drukke praatwatervallen al aan het oefenen. Wij zullen ons mannetje moeten staan. Maar een groep van zestien is best overzichtelijk.
Het loopt al tegen de middag tegen dat wij goed en wel uitgepakt zijn en wij een namiddag vrij zijn om de stad te verkennen. Westers, er is geen schok door onze ledematen! Westers op Chinese wijze. Een kopie van de (afhaal)Chinees om de hoek of is het omgekeerd?
Wij wandelen door oude wijken ( Hutongs genoemd) volkse wijken. Kleine smalle krioelende straatjes. Recht toe recht aan. Kleine commercanten van alle slag, bouwvakkers, keuvelende mannen en vrouwen. Wij verdwalen. Vrolijk gegiechel omdat wij geen woord Chinees verstaan als wij de weg vragen. Zwaaiende armgebaren, lachende gezichten. Wij raken nog verder verstrikt zoals de knossel electriciteitsdraden hangend boven alle straatjes. En wij maar vragen en zij maar lachen.. Zo hebben wij contact zonder inhoud. Wij proberen toch te vragen hoe je bye bye , thank you, hello in het Chinees zegt. Wij proberen onze keel- en neusklanken te laten zingen. Nog meer gelach en plezier. Hartelijk.
Wij gaan Mao groeten op het Tien'amenplein. Het plein van de Hemelse vrede. Mooier namen bestaan er toch niet. En wij hebben er vrede mee dat er naast zijn portret geschreven staat : " Lang leve de eenheid tussen alle volkeren op aarde. Op deze plek riep Mao de volksrepubliek uit. " Lang leve de volksrepubliek " staat aan de andere kant van zijn portret.
Het paleis van het volkscongres beslaat bijna helemaal de lengte van het Hemelse plein. En dit plein is het grootste openbare plein van de wereld. U kent dit paleis, want u ziet al die duizende mannen en vrouwen zitten als het weer eens volkscongres is. Leve de TV.
Mao in lijkende leden krijgen wij niet te zien want het mausoleum waar hij opgebaard is gesloten. 's anderdaags zien wij een ruim honderdmeter lange rij aanschuiven en die rij vermindert maar niet.
Wij passeren op de terugweg een pracht van een gebouw een halve wereldbol in titanium opgetrokken liggend in een blinkende vijver door een park omgeven. De opera van Peking. Het gebouw steekt Calatrava, architect van het station van Luik en het gebouwenpark in Valencia, naar de kroon. Paul Andreu verdient hiermee een ster.
Wij haasten ons naar ons hotel. De kennismaking met de medereizigers wordt bij pot en pint om zes uur ingezet. Aangename kennismaking. Wij ronden de avond in een historisch restaurant af met Gelakte Pekingeend op ons bord.
Gegroet
Joos en Frieda