Inhoud blog
  • D'Halte, hun stamcafé
  • Nieuwe bewoners in het routehuis.
  • In de keuken van d'Halte
  • Kind in het boerenleven
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Welkom op mijn blog!
    Welkom op mijn blog!
    Welkom op mijn blog!
    Welkom op mijn blog!
    Tapuit
  • Blog als favoriet !
    De fruitteler
  • bloggen.be/Defruitteler
  • Welden vroeger en nu

    26-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Volk van de kant van Oosse
    Mielke uit het routehuis aan de Boslos was vroeg weduwnaar geworden.
    Suzanne, zijn oudste dochter, was amper 17 toen ze de last van het huishouden moest dragen.
    En zo komt het dat ik thuis te pas en te onpas moest horen dat ik aan haar een voorbeeld moest nemen.
    Af en toe - misschien iets te vaak - zocht Mielke verzet en gezelschap in d'Halte.
    Soms gebeurde het wel dat hij iets te diep in 't glas gekeken had. Papa, plichtbewust en medelijdend
    met zijn klant, 'ketste' hem dan naar huis langs het spoorwegpaadje , veelal in het donker.
    Eén keer gebeurde het dat hij Mielke niet overheind had kunnen houden en  dat de arme man verdween 
    in de diepte van de spoorwegberm. Met grote moeite was hij er toch in geslaagd de sukkelaar thuis af te
    leveren. En groot was de opluchting toen Mielke de volgende morgen weer present was in d'Halte.
    Hij had zelf de wonden aan zijn hoofd verzorgd met 'siester'. Ja, dat was een paardenremedie uit die tijd
    en 't schijnt dat het nog goed was ook. 
    En dan was er nog Sieske. Die woonde in het huisje rechtover de boerderij op Oosse bij zijn dochter Martje
    en haar gezin. Sieske was een wijze man, niet groot van gestalte. Hij ging een beetje voorover gebogen, één
    hand op de rug en de andere hand rond de pijpekop terwijl hij smakelijk rookte.
    Hij had er nood aan af en toe zijn hart te kunnen luchten, vooral over de zorgen die hij zich maakte om zijn
    kleinzoon, Remi. Die haalde de ene straffe toer na de andere uit. Zo liet die deugniet eens een geitenlam
    verdwijnen in de aalput: het beestje spartelde tegen omdat hij het wou leren plassen op het toilet, een
    klein hokje met als zitting een plank met een gat erin. Ja, zo zag het kleinste vertrek van een woning er toen uit:
    een bijgebouwtje palend aan de woning of aan de overkant van de koer, koud en donker 's winters.
    En dat was maar één van de vele streken die Remi uithaalde, zelfs ook bij ons thuis op het boerderijtje.
    Geen wonder dat Sieske zijn hart vasthield toen Martje een tweede zoon kreeg...  

    26-06-2011 om 21:55 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (4 Stemmen)
    16-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.D'Halte, hun stamcafé
    Pendelaars, mijnwerkers, dagjestoeristen en reizigers van alle slag kenden D'Halte als veilige fietsenstalling.
    Maar daarnaast kwamen er ook geregeld mensen uit de buurt over de vloer, dikwijls eenzamen, die tussen pot en pint hun verhaal kwijt wilden. Ik herinner ze mij nog zeer levendig:
    Torke Minnaert, klein van gestalte, die schilder was bij de Spoorwegen.
    Torkes vrouw, Honorientje, had een verfwinkeltje in de Vogelzang. Je moest wel een tijdje wachten op je bestelling: ze maakte zelf de verf, met olie en poeder, in jouw bijzijn. En meermaals vroeg ze: "Wat denkte van dat kaleurke? Nog een beetje bleker of iets donkerder?"
    Je moest het maar zeggen. En op een morgen stierf Torke geheel onverwacht. Hij voelde zich niet goed en ging naar het toilet.
    En daar troffen ze hem na een tijdje dood aan. Mijn pa was een van de dragers die hem naar de kerk van Mater brachten: bergop en met een singel om de schouder als hulp. Dat was corvee!
    Een paar huizen verder woonde Victor, bijgenaamd 'De Grijzen'. Zelf beweerde hij dat hij op zijn achttiende al grijs was.
    Op de meest onverwachte uren kwam hij om zijn pinten, dikwijls toen we op het veld waren en het café gesloten was. Dan stond hij daar, groot van gestalte, midden op de overweg te draaien en te keren. Hij wachtte en zou niet wijken, handen in de broekzakken en af en toe aan zijn snor draaiend. Tot we de deur kwamen opendoen.
    En nog van dezelfde kant kwam Boerie. Weinigen wisten dat zijn echte naam Gustaaf was. Hij was vroeg weduwnaar geworden.
    Hij woonde in het routehuis aan 't gat van de berg, samen met zijn zoon, Gerard, een plichtbewuste jongeman.
    Toen Boerie aan 't woord was, gebruikte hij nogal dikwijls: "Ten is niet van çie of là, maar..." Ondertussen kauwde hij op pruimtabak en 't was nogal een bruin sopke dat in de spikkelbak terecht kwam.
    Zo zie je maar dat café houden niet de leukste manier van handel drijven was....

    16-04-2011 om 14:28 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    17-08-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nieuwe bewoners in het routehuis.
    In 1948 kwam een jong gezin wonen rechtover café d'Halte. Zo kreeg ik voor het eerst een speelkameraadje, Rosette. We waren beiden zes lentes jong en vierden zelfs onze verjaardag in dezelfde maand. Nu, een verjaardagsfeest was er wel nooit, maar ik kreeg toch altijd iets op de vooravond van mijn verjaardag. En mijn ouders voegden er telkens dezelfde woorden aan toe: "'t Is vanavond uw avond en morgen uw dag en 'k heb d' eer dat ik u besteken mag."
    De komst van Rosette betekende een grote verandering in mijn leventje: ik, gewoon van altijd in mijn eentje te spelen, kon me na een tijdje niet
    meer alleen amuseren. Rosettes moeder was bareelwachtster aan overweg 67, aan d'Halte te Welden dus. Haar vader werkte bij de 'spoorwegbrigade' aan het onderhoud van 'de ijzeren weg'. In die tijd zal er al sprake geweest zijn van overuren te recupereren, want af en toe trokken ze er met z'n allen voor een paar dagen op uit. En zo kwamen er 'remplaçanten' de bareel draaien. Ik herinner mij toch wel een paar van die types.
    Zo kwam Rietje af en toe en die lustte wel een pintje. Tegen de avond nam hij zijn dienst niet al te ernstig meer, zodat mijn pa af en toe zijn dienst overnam. Dit stonden de stations van Sint-Denijs-Boekel en Ename oogluikend toe. En dan zei Rietje: "Is de trein daar? Wel, hij kan door!"
    En dan was er Miel, een ernstig man. Op een zondagmiddag heeft die eens, samen met mijn pa, vroedvrouw gespeeld voor een buurvrouw die nog naar de materniteit van Zottegem wou sporen. Maar de kleine besliste er anders over....
    Maar Ruyver was mijn favoriete vervanger: samen zongen we in het wachthuis Gregoriaanse missen en die gezangen mochten gehoord worden!
    Om dan nog te zwijgen van Albert, die met André samen aan de toog stond te discussiëren de zondag na de hoogmis. Ze waren beiden stotteraars- dictie volgen bestond toen nog niet- en nog vóór hun verhaal ten einde was moesten we ons meestal terugtrekken in de keuken...

    17-08-2010 om 17:09 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
    23-07-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In de keuken van d'Halte
    'Huisarbeid' zal wel het juiste woord zijn voor het werk in de keuken van toen. Koken gebeurde op de Leuvense stoof. Ook het varkensvoer
    zoals kleine aardappelen en aardappelschillen. Daaraan werden zemelen, 'gruis' genaamd, toegevoegd en gestampt. En was dit nu precies door
    dit soort voer, ik weet het niet, maar het varkensvlees had toen een pure biologische smaak. Of kwam die smaak er doordat het haar op de huid van het varken eraf  ging door het strovuur? Trouwens, het varkentje voor eigen gebruik werd altijd op de boerderij zelf geslacht en als kind hield ik daar zeker geen trauma aan over.
    Wekelijks werd de houten trog op twee stoelen geplaatst in de keuken en er werd brood gebakken voor een hele week. De bakoven stond, uit brandveiligheid, in een bijgebouwtje los van de andere bergplaatsen. De stenen van de oven werden gloeiend gemaakt met droog rijshout van de
    knotwilgen rondom de weiden.
    Rond de jaren vijftig kwamen de petroleumvuurtjes in de mode. Dat was een grote verbetering: in de zomer moest men de grote hitte van de
    Leuvense kachel niet meer ondergaan. Dat vuurtje had slechts één pit, de metalen pootjes droegen een rond reservoirtje met petroleum, iets daarboven was een schaaltje om brandalcohol in te gieten en wanneer die een mooie, blauwe vlam kreeg, moest men met een pompje de 'siester'
    omhoog verstuiven en men had vuur, zoals nu van een gasfornuis.
    'Siesterpeet' kwam maandelijks langs met paard en kar, met daarop een roodgeverfde kleine reservetank. Je kon hem van ver horen naderen
    door de klank van het kleine klokje aan de kar. Hij at altijd 's middags bij ons in het café zijn boterhammen op, want hij kwam van Asper.
    Taerwe was zijn naam.
     

    23-07-2010 om 23:03 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    19-05-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kind in het boerenleven
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Toen mijn ouders op het veld gingen werken, mocht ik soms bij Emma (mémé) en Frans Boone blijven, de nieuwe bewoners van het routehuis.
    Het middagmaal werd er gegeten uit één diep bord en dat werd ook nog omgekeerd op tafel om het dessert, gewoonlijk pudding, te eten.
    Meestal mocht ik mee naar het veld. Ik kreeg daar een plaatsje in de schaduw van een hooiopper. Ik kon me daar best in mijn eentje amuseren. Hoeveel schaartjes ben ik daar niet kwijtgeraakt? En ook eens mijn fopspeen, want die had ik tot in de lagere school. Ik liet het water mijn kin beneden stromen om toch maar mijn moeder te bewegen om met een zaklamp mijn tutter te gaan zoeken. Straf, hé. Op het veld speelde ik .
    dikwijls schooltje. Mijn leerlingen waren twee stokjes, als een kruis aan elkaar gebonden, en met lange haren, gemaakt van de draden uit de nerven van de brede weegbree. Bij de familie Vander Schueren, rechtover een van onze akkers, mocht ik bruin brood eten. Een echte lekkernij!
    Het liefst van al speelde ik bij de beek die onze boomgaard in tweeën deelde Ik at mijn buikje rond met afgevallen pruimen en appels. Puur natuur! 

    19-05-2010 om 00:00 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    18-05-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oorlogsherinneringen van een kleuter
    Ik was amper drieëneenhalf, maar toch staan sterke oorlogsgebeurtenissen in mijn geheugen gegrift.
    Ik stond in het portaal van onze voordeur toen gekleurde pijlen door de lucht schoten als verwittiging op een bombardement dat zou volgen.
    Het station van Merelbeke was het mikpunt. Een goede legerkameraad van mijn vader, Kamiel Van Den Broecke, woonde daar en we gingen achteraf zien naar die enorme verwoesting. Ik herinner mij  hopen puin, zover ik kon zien. Later hoorde ik nog dikwijls vertellen dat Kamiel tijdens de beschietingen op handen en voeten terug naar zijn huis gekropen was, omdat ze in de schuilkelder slechts drie van hun vier kinderen telden. En dat het een wonder was dat hij hun kind in veiligheid had kunnen brengen.
    Ik weet ook nog hoe Madame Jâcques en Jeanneke bij ons thuis boter en eieren kwamen halen om die per trein naar Brussel te smokkelen.
    Toen hoorde ik voor het eerst een taal spreken die ik niet verstond: ze telden de eieren in het Frans.
    Maar de sterkste herinnering die ik meedraag dateert van augustus 1945. De geallieerden bombardeerden toen een trein ter hoogte van d'Halte
    te Welden. Ze wilden de spoorwegbrug over de Schelde aan steenbakkerij Vande Moortel treffen, maar ze mikten fout.
    Gekwetste mensen werden uit de trein gehaald en bij ons thuis in het café en in de keuken op de vloer gelegd. Dokter De Baets kwam eraan
    en met een schaar knipte hij hun klederen los. Dat vergeet ik nooit.

    18-05-2010 om 23:51 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Met z'n drieën in café d'Halte
    Er kwam nieuw leven in café d'Halte: een dochter.
    In maart 1942 niet zonder problemen ter wereld gekomen in het hospitaal van de zusters Bernardinnen in Oudenaarde.
    Bevallen in een kraamkliniek was nog niet algemeen toen: de meeste kinderen kwamen thuis ter wereld met behulp van een vroedvrouw.
    Te Welden was dat Sylvietje en daarna Georgine Van Den Bulcke.
    In Brakel woonde een goede kinderarts, Dr. Van Wijmeersch. Maar het was een hele organisatie om tot daar te geraken: Fredje Petit van op Oosse bracht moeder en kind met paard en ressortkar tot aan de brouwerij Roman in Mater. Daar kon men de tram Leupegem-Brakel nemen.
    De terugkeer verliep dan in omgekeerde volgorde.
    Dokter De Baets van Nederename, pikuure genaamd, was onze huisarts. Als men hem in oorlogstijd op huisbezoek wou, moest men hem eerst met een jerrykan brandstof bezorgen voor zijn motor of zijn autootje. 

    18-05-2010 om 23:09 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-05-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.d'Halte onder Duitse bezetting
    Klik op de afbeelding om de link te volgen In het routehuis woonde een familie die nogal sympatiseerde met de bezetter. Mijn vader, pas terug  uit krijgsgevangenschap, kon er moeilijk mee leven dat de bewoners 's avonds Duitse liederen zongen met de nodige voetbewegingen erbij.
    Toen werd mijn moeder zwanger. En weet je wie als eersten het zagen? De spoorwegmannen natuurlijk!
    Toen de bezetter in de stal kwam, koos die er een stuk vee uit en zonder pardon moest mijn vader het op een afgesproken tijdstip 'leveren' op de markt te Oudenaarde.

    06-05-2010 om 14:48 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    22-04-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Terug naar huis.
    Toen de ergste beschietingen voorbij waren, keerden de Weldenaren terug naar hun dorp. Mijn moeder hield het café weer open en runde het boerderijtje verder met wat hulp. Die helpers betaalden zichzelf wel eens in natura: zo verdwenen er geregeld stukken gezouten vlees of een achterhesp uit de pekelkuip in de kelder. Mijn moeder kreeg bijna geen nieuws van mijn vader. Tot op een keer ze een kaartje ontving dat ze als krijgsgevangenen  zouden gedeporteerd worden naar Duitsland. De tocht zou per boot gaan via het Hollands Diep. En juist dan hoorde ze via de radio dat er in die vaarweg een boot gezonken was. Ze heeft daarna dikwijls verteld dat ze een hele nacht rechtop gezeten had in bed met de gedachte dat ze haar man nooit meer zou terug zien. En dat ze de volgende dag met Paula Libert per fiets naar Holland gereden was om er de lijsten van het Rode Kruis te raadplegen. Gelukkig waren mijn vader en Adiel, Paula's broer, op een andere boot ingescheept.
    Na achttien maanden krijgsgevangenschap kwam  mijn vader terug thuis, totaal uitgeput en graatmager. In het ovenmuur ging hij zich wassen in een kuip warm water, maar eerst moest hij de pakken ongedierte van onder zijn oksels wegdoen. Een gebakken eitje kon hij nog met moeite opeten. Hoe dikwijls vertelde hij niet dat ze hun honger gestild hadden door rauwe mussenjongen te eten die ze uit het nest geroofd hadden.
    En dat hun dagrantsoen bestond uit één homp brood, gesmeerd met stroop, en met daarop veel vliegen..
    Nog maar enkele jaren geleden vertelde Gilbert Pappens, ook een van de Weldense ex-krijgsgevangenen, aan mij het volgende: " Hector zag me
    en zei dat ik, die veel jonger was dan hij,er toch zo uitgeput en mager uitzag. Hij had nog wat zaadjes van veldgewassen bij en wou met mij delen.  Maar toen hij rechtstond  om er wat uit zijn broekzak te nemen viel hijzelf flauw." 
    Ik heb het hem nooit meer kunnen zeggen, maar in mijn ogen is mijn vader een held.  

    22-04-2010 om 22:46 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    30-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.d'Halte in oorlogstijd
    Het was mobilisatie. De champetter bracht een oproepingsbrief aan mijn vader. Hij moest zich aanmelden bij zijn legereenheid. Mijn moeder gaf mijn pa een pakje mee met zijn burgerkleren met de wijze raad te vluchten als hij de kans zag. Net toen hij op het punt stond te vertrekken met de trein, viel er een bom op de sporen: een diepe put en de rails stonden recht. Mijn grootmoeder van moeders zijde, Leonie De Marre, die bij mijn moeder gekomen was om een handje toe te steken, stond net voor het raam. Ze was bedekt met glasscherven, maar wonder boven wonder: ze
    had nog niet één schrammetje.
    Mijn moeder trachtte, zo goed als ze kon en met een beetje hulp, het werk voort te zetten. Maar lang duurde dat niet: op een morgen stonden de Duitsers daar en ze moest haar huis verlaten. Protesteren hielp niet, want ze plaatsten een kanon op de hoogste zolder.
    Zoals vele Weldenaren vluchtte ze naar de Bruul te Mater naar 't kasteeltje van juffrouw Crévits. Het vee liep op de weiden daarrond.
    Heel veel familie en kennissen vonden bij de goede juffrouw onderdak, ook de zusters van het klooster van Welden. Ze sliepen allen in de kelder,
    de zusters al zittend op een stoel. Zuster Seferina kon dat toch niet meer uithouden en nonkel Médard stond zijn plaats af om haar eens te laten liggen. Na de oorlog werd de zuster overgeplaatst naar een ander klooster, maar niet voor lang: ze konden haar niet missen omdat zij alles afwist van schapen fokken. In de kelder werd veel gebeden: eerst opdat de Duitsers niet over de Schelde zouden geraken en daarna, onder de felle beschietingen, opdat ze er vlug zouden over geraken.
    Toen iedereen terug naar huis kon, vond mijn moeder onze Duitse herdershond doodgeschoten onder de kast. Het eetservies lag aan diggelen gegooid op de vloer. Mijn ouders waren nog niet zo lang getrouwd.

    30-03-2010 om 22:30 geschreven door Rolande Baudelet  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)


    Archief per week
  • 20/06-26/06 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 16/08-22/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Interesse voor heemkunde? bekijk eens mijn blog


    Blog als favoriet !

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs