Dit huis heeft iets. En zeggen dat ik bijna niet naar de afspraak om het te bezichtigen was gekomen. Ik heb er de laatste weken al zo veel gezien én ik had eigenlijk geen tijd, voelde me nog altijd grieperig, enzovoort. Vijftien minuten te laat, maar de eigenaar van immo-zaak wachtte me geduldig op. Al van bij de eerste stap die ik over de verhoogde dorpel zette stapte ik als door een vlies. Een ragfijn membraan tussen verleden en vandaag. Het veerde heel even soepel mee en spatte toen als een zeepbel om me heen. Ik werd ondergedompeld in een sfeer en spirit van een periode van vlak na de tweede wereldoorlog. De man gaat me overal voor maar ik hoor hem niet, er zijn enkel beelden. Ik weet meteen ook dat dit huis veel te duur zal zijn. Veel te veel werk en kosten, het is een oud huis, een heel oud huis. De voorgevel mag dan wel gerestaureerd zijn en op alle verdiepingen nieuwe ramen hebben, binnen en achteraan is het een echte bouwval. Er staan overal nog flarden van meubilair, authentieke verlichtingsornamenten en hier en daar hangen nog oude zwart-wit foto's, plastieken bloemen en prularia.
Ik heb het altijd al gehad; ik kijk naar de grond. En ik kijk vaak naar wat er allemaal op de grond ligt. Iedereen heeft dat wel, je moeten op straat trouwens verdomd goed uitkijken en vooral hier in mijn buurt. Straatstenen schots en scheef, hondenpoep, tramsporen, afijn, je moet hier inderdaad goed uitkijken als je op straat komt. Maar dat brengt zo af en toe ook iets leuks met zich mee. Deze morgen stap ik naar de bakker, mijn hoofd diep in m'n kraag want er zit een venijnige, dunne ijswind en natuurlijk, hoe kon het anders, wind op kop. Plots valt m'n oog op een briefje. Er slingeren altijd en overal briefjes maar dit briefje schreeuwde zó hard om gelezen te worden dat ik moest inhouden en dichterbij gaan. "Natuurlijk ben ik stout als ik jou zo hemels kan laten denken voelen". Stilte. Er is niemand in de buurt. Wie schrijft in godsnaam zoiets op een briefje, Voor wie is het bestemd? Wat zit hier achter? De wind tilt zenuwachtig het papiertje op en hop! Weg briefje. Ik volg het witte fladdertje dat nu over een muur verdwijnt. Gelukkig heb ik een foto.
Nul uur drieëndertig, het is dus al maandag vandaag. Het is na halféén en ik kan nu pas de foto's van gisteren plaatsen, trouwens, voor mij is 'gisteren' alsof het nog vandaag was, als je begrijpt wat ik bedoel. Neen, waarschijnlijk niet maar laat maar zitten, het maakt eigenlijk allemaal niet zo veel uit. Het is eigenlijk evident dat ik de foto van 'vandaag' pas 's avonds laat on-line zet en de meeste bezoekers van dit blog of van mijn website hem pas de volgende dag zien. Soit. Het begon gisteren allemaal op weg naar Sint-Laureins. Een waterzon, een handvol schuchtere wolken en twee eenzame bomen langs de expressweg. En even later, als de zon net voor ze verdwijnt nog vluchtig een gouden glinstering op het Leopoldskanaal schildert, een paar rasechte dorpsfiguren op hun vertrouwde stek aan de brug.