Locatie: Indonesie, Baturetno Reisuren: 32 Aantal diareedagen: Maarten: 0 Wendy : 2 Pikant eten: alle dagen Temperatuur : te warm ( +/- 32 graden) Niveau vriendelijkheid: 20/10
Na 32 uren onderweg te zijn, bereiken we eindelijk de paradijselijke eilanden in het verre Oosten. Onze eerste stappen op Indonesische bodem zorgde gauw voor bezwete kledij. We werden vriendelijk onthaald door tante Suwarni en haar gezin (foto 1). We zijn nog wat voos van de vlucht en dit uit zich al redelijk snel. Mijn tante broebelt iets in het Indonesisch waar het woord 'choclat' in voor komt en ik geef haar witte chocolade uit Belgie. Achteraf bleek dat ze het had over onze huidskleur..... Na amper twee uurtjes zitten we terug op het vliegtuig richting Yogjakarta, de Javaanse hoofdstad. We zoeken in dit mierennest onze losmen (guesthouse) op en in een piepklein steegje vinden we het Prambanan Guesthouse, gerund door onze vriend Ludo Wauters ( jawel, de broer van Koen Wauters).
Na een welverdiende nachtrust en heerlijk ontbijt trachten we naar Baturetno te geraken en dit zonder gearrangeerd vervoer. We vragen de taxichauffeur ons naar het busstation te brengen, maar hij zet ons af bij het treinstation, mis dus. Na veel vijven en zessen geraken we toch aan het busstation en vinden we een gammel derdehandsbusje richting Batu.
In een warm en overbevolkt busje scheuren we over de hobbelige wegen van Java. Het is net of we in een rollercoaster zitten en onderweg komen er steeds meer en meer mensen bij. We worden ook bekeken zoals ' monkeys in a zoo (part one)' en de drie uur durende rit brengt ons zeer veel respect op voor De Lijn in thuisland.
Aangkomen in Batu worden we afgedropt in het busstation van het dorp. We worden langs alle kanten benaderd door mensen die hun diensten aanbieden. In een mum van tijd lijkt het alsof we de stront zijn waar alle vliegen op af komen ( ;onkeys in the zoo part two). Daar staan we dan, we bellen mijn nonkel op om te vragen of hij ons kan ophalen. Steeds meer en meer mensen komen allerlei vragen stellen tot ik vertel dat we naar het huis gaan van mijn nonkel ' Lukmanto'. Dan is het plots heel wat minder, mijn nonkel heeft iommers een zeer goede reputatie als politieman en blijkbaar heeft iedereen heel veel respect voor hem.
Enkele minuten later komt mijn nonkel eraan gescheurd met een half gepimpte minibus die volgens ons vijfdehands is. Hij lacht ons toe en ook mijn neef Deki is er reeds bij. Eens alles ingeladen scheuren we de kampung (den buiten)in richting thuis.
Het ontvangstcomite staat ons al op te wachten en we wijn zeer benieuwd. Iedereen is blij ons te zien en vooral de eerste minuten worden we van kop tot teen bekeken en betast. Overal gegiechel alom om inze bleke huid. Snel naar de opa, hij ziet er goed uit en lacht ons toe. Hij wil veel vertellen maar er komen enkel klanken uit. Heel zijn rechterkant is verlamd na een herseninfarct eerder dit jaar.
Na een lekkere maaltijd kruipen we ons bedje in en beleven we de volgende dagen heel bewust.
We maken elke dag meer en meer kennis met de gewoonten van de Javanen en zien we hoe de droogte alles lamlegt, het heeft immers nog niet geregend en alles ziet er zeer dor uit. Voor de opa maken we een knijpballetje, we hebben twee balonnen gekocht en deze gevuld met zand. Maarten heeft de fietsbel van de fiets eraf gehaald en trots laten we onze spullen zien aan opa. Hij schaterlacht wanneer we vertellen vanwaar de bel komt en waarvoor deze dient, het knijpballetje legt hij zelf in zijn verlamde hand en hij laat het niet meer los.....
De rest van de dagen villen we vooral met eten, slapen, carambolen en genieten, de rest van de foto's spreken voor zich. Mijn jongste neefje Lupi gaven we een nieuwe bal en lieten we hem kennismaken met waterbalonnen. Tegen het einde van ons verblijf komen ook nog andere familieleden toe om het einde van de ramadan te vieren. Er loopt veel volk rond (ook veel achterkleinkinderen) en een heus feest vind plaats. Een geit wordt geslacht en er worden lekkere sate's gemaakt. Ons verblijf in Batu zit er bijna op en met een klein hartje en nodige tranen nemen we qfscheid van de oma en opa, die zijn knijpballetje nog steeds vasthoudt.