Met hardware of apparatuur worden in de computertechniek alle fysieke componenten aangeduid die in een computer een rol spelen. De term wordt gebruikt als tegenhanger van software (programmatuur). Voorbeelden zijn een computer (pc), laptop, personal digital assistant (pda), smartphone en tablet.
In de Angelsaksische
wereld heeft de term hardware een bredere betekenis dan in het
Nederlands. In het Engels duidt de term hardware niet alleen op
computeronderdelen maar op gereedschappen, bouwmaterialen,
machineonderdelen en ijzerwaren in het algemeen.
Onderverdeling
Hardware valt onder te verdelen in twee groepen:
Interne componenten
Interne
componenten of onderdelen zijn stukken hardware die in de computer
geïntegreerd worden en los van de computer niet kunnen werken.
Voorbeelden hiervan zijn:
Randapparatuur
Vaak wordt er ook nog bijkomende apparatuur (randapparatuur) aan een computer gekoppeld. Voorbeelden hiervan zijn:
Onderscheid software en hardware
Het onderscheid tussen software en hardware is niet altijd eenduidig aan te geven. Ter wille van betere prestaties
worden sommige functies in hardware geïmplementeerd, die evengoed in de
vorm van software gerealiseerd kunnen worden. Bovendien zijn er
tussenvormen, zoals firmware (software die in hardware is vastgelegd) en programmable gate arrays (generieke hardware die softwarematig van een functie wordt voorzien).
|