HOE MEER REAKTIES ER BINNENKOMEN HOE MEER DE SITE WORDT UITGEBREID------------ALLE ROUTES ZIJN VERKRIJGBAAR ALS GPS-FILE OP AANVRAAG
23-01-2011
Zammel
Zammel
Start :Aan het Vissershuis in Zammel-Geel Afstand : 7,3 km Bewegwijzering : GPS : N51 05.640 E4 56.695
DE ROUTE :
We starten aan café het Vissershuis en nemen de Veerleseweg of de N127 richting De Nete .Op de brug zie je dat de Nete en de Laak tesamen komen We verlaten de Veerleseweg die op dit punt overgaat in de Grote Steenweg en gaan rechts de Westelseweg in;daarna --Goorbeek--Kaaibeek--Kaaibeeksedijk--Verlorenkost--Sint-Lambertusstraat--(we steken de Merodedreef over)--Rodekruisstraat--Goorken--Zoggestraat--Guldensporenlaan--Zoggestraat--Goorakker--Breerijt--(we steken de N19 over)--Smallerijt--Start
Op de route:
--De Nete en de Laak --Houtzagerij --Kippensoorten --Grote Boerderij --Rusthuis --Het Gildenhuis --Vrije Sint-Lambertusscholen --Voetbalclub Westerlo en speelvelden --Kleine Industriezone --Brouwerij Fisser
Zammel is een dorp in de Belgische provincie Antwerpen. Het dorp ligt in het uiterste zuiden van de stad Geel, bij de Grote Nete.
Sint-Laurentiuskerk te ZammelIn Zammel stond vanaf de middeleeuwen een aan Sint-Laurentius gewijde kapel, en deze werd in 1536 verheven tot parochiekerk. In 1795 werd ze gesloopt wegens bouwvalligheid en in 1847 herbouwd in vroege neogotiek, naar een ontwerp van Eugeen Gife. De toren kwam in 1864 gereed en was een ontwerp van J. van Gastel. In 1998 kwam een restauratie gereed. De kerk bezit neogotisch meubilair uit 1846 en een eiken preekstoel in barokstijl uit omstreeks 1630 van de hand van E. Verbuecken.
De Sint-Dimpnakapel bevindt zich aan de Sint-Gerebernusstraat tussen Zammel en Oosterlo. Volgens de legende verbleef Dimpna hier in een kluizenaarshut totdat zij door haar vader werd ontdekt. Hier ontstond dan ook een bedevaartsplaats met een kapel en een Sint-Dimpnaput, aan het water waarvan miraculeuze krachten werden toegekend. Bij het kapelletje werd in 1627 een linde geplant. In 1697 werd een grotere kapel met strodak ingehuldigd. Ze werd vernieuwd in 1780, waarbij een leien dakbedekking werd aabgebracht. Omstreeks 1870 werd de kerk verbouwd en na de Tweede Wereldoorlog werd er een rechterportaal aan toegevoegd. In 1990 werd de kapel gerestaureerd.
De kapel bezit een geplychromeerd kruisbeeld uit het begin van de 18e eeuw en een Sint-Dimpna altaar van gemarmerd hout uit 1711 dat geschonken werd door Anthoon Hendrickx.
Ne Flierefluiter In 1982 broeide er iets bij Peter Vissers, hij was al 13 jaar biersteker, en voelde in zn rug dat er nood was naar iets nieuws.
Volgens Peter was er nood aan een pittig blond bier dat iets straffer was dan de gewone pilsbieren. Van streekbieren was er toen nog geen sprake, er zijn er naderhand wel veel gevolgd, maar bij de eerst was hij toch weer. Peter ging op zoek naar een recept en naam. Via NDDB (nat. Dienst voor de debiet van bier) later BSB (Belg. Dienst voor de serveerkunst van het bier) waar hij een voortrekkersrol in speelde, maar dat is een ander verhaal, kwam Peter in contact met Theo Vervloet van brouwerij De Smedt uit Opwijk, bekend van Affligem, Postel, ed. Deze zag wel een markt voor dit bier en samen kwamen ze tot een akkoord. De Smedt ging voor Peter zijn bier brouwen. Maar toen moest er nog een naam komen. Peter was een getogen Westelnaar en ging dus op zoek op eigen bodem. Zo kwam hij via Pros Leemans bij de oude spotnaam van de westelnaren FLIEREFLUITER terecht.
In Mei 1982 was het zover, NE FLIEREFLUITER werd officieel boven de doopvond gehangen en geboren was deze. Aanvankelijk was het een blond doordrinkbier van 7 % vol alc, afgevuld in flesjes van 25cl. Sinds 2003 is deze levensgenieter gegroeid, het is een volwassen degustatiebier geworden, van het tripeltype, met een alcoholgehalte van 8,5 % vol. Alc. En afgevuld in 33 cl. Of 75 cl. Flessen. Sindsdien verdient, meer dan terecht, dit bier de titel van een rasechte blonde tripel. Deze tripel van hoge gisting heeft een heel aangenaam boeket van fijne aromatische hopbloemen waardoor je in de royale afdronk vooral een typerende hoppige bitterheid smaakt. De hergisting op de fles geeft aan Ne Flierefluiter die extra dimensie waardoor het echt genieten wordt van dit zijdezacht mondgevoel.
Starten doen we op één van de parkings van de Halve Maan We gaan richting Leopoldvest,( richting station)de eerste weg rechts waar we de Grote Beer op de Demer in diest overgaan ,onmiddelijk rechts en daarna links het pad volgen Het pad loopt langs de buitenvisvijvers De Fossé van het domein. Daarna volgenHalve MaanplaatsWijngaardstraat--steken de N2 overBevrijdingsstraat--Kloosterbergstraat--rechts langs het rusthuiseerste veldweg rechtslangs de woonwijk tot op de FabioalaanTulpenstraat--Emile VanderveldestraatSpeelhofstraat--Ringweg N29 overstekenKautershoek--Hasseltsestraat--Wolvenstraat--Graanmarkt--rechtdoor de ingang vanDe Warande--we lopen het park rond tot we terug komen aan de ingang ,daarna rechts Sint JansstraatKoestraat--Grote marktZoutstraat--Brouwerijstraat--Michel TheysstraatSchaffensestraat--Begijnstraat--door de grote poort naar start
Op de route :
--Grote Beer op de Demer --Halve Maan --Lindemolen --Rusthuis --Winkelstraat --Warandepark --Oorlogsmonument 1914-1918 --Kunstwerk De Smid --Lakenhalle --Sint-Sulpitiuskerk --Stadhuis --Refugehuis Abdij van Tongerlo --Standbeeld De Bierproever --Gevel van Brouwerij Cercle --Ziekenhuis --Brouwerij De Loterbol --De kromme Toog --Begijnhofpoort --St Catharinakerk --Het Begijnhof
Diest Was een graafschap van het Karolingische rijk. De stad dankte haar opkomst aan haar gunstige ligging: Diest lag langs de handelsweg Brugge-Keulen en aan de rivier de Demer. In 1229 kreeg Diest stadsrechten van Hendrik I, hertog van Brabant.
In de 14de en 15de eeuw leefden de inwoners in grote welstand door een drukbezochte landbouwmarkt, graan- en veemarkten, maar vooral door de lakennijverheid en -handel. Het Diestse laken was op bijna alle grote West-Europese markten te koop.
Oranje-NassauIn 1499 kwam Diest door ruil in het bezit van Engelbrecht II van Nassau, graaf van Nassau. Een van zijn opvolgers, René van Châlon, voerde ook de titel Prins van Oranje. Zo bleef Diest eigendom van het huis Oranje-Nassau tot 1795, toen de Zuidelijke Nederlanden bij Frankrijk werden aangehecht. De oudste zoon van Willem van Oranje, Philips Willem, ligt er begraven in de Sint-Sulpitiuskerk. Heden ten dage voert koningin Beatrix der Nederlanden nog steeds de adellijke titel Barones van Diest.
Het begijnhof van Diest is een historische stadswijk in het noordoosten van de oude binnenstad van Diest waar vroeger de begijnen woonden. Dit begijnhof rekent men tot het stadstype, hetgeen betekent dat de huizen langsheen straten staan (zoals in een 'ministad') en niet rondom een groot centraal plein.
Het Diestse begijnhof werd in 1253 gesticht door Arnold IV, heer van Diest.
De Sint-Sulpitiuskerk te Diest is een gotische parochiekerk aan de Grote Markt , waar in 1618 Philips Willem, oudste zoon van Willem van Oranje en diens eerste vrouw Anna van Buren, bijgezet werd. De kerk ontleent zijn naam aan de heilig verklaarde Sulpitius (7e eeuw).
De Lindenmolen is een standerdmolen in de Belgische stad Diest. Deze molen, die vanaf 1742 maalde op de Doodsberg te Schaffen, werd door de nieuwe eigenaar Petrus Alen verhuisd naar Assent waar ze in 1887 in bedrijf werd gesteld.
In 1953 werd de molen stilgelegd en maalde men een tijd verder op elektriciteit. Felix Alen schonk de molen aan de stad Diest, hierin gesteund door de toenmalige stadsarchivaris Van Der Linden, naar wie de molen werd genoemd. Sinds 1960 staat ze op de stadswallen, dichtbij de ingang van het domein Halve Maan.
De molen is sedert 2005 opnieuw in bedrijf; de nieuwe molenaar is iedere eerste zondag van de maand actief.
Start :Kerk van het Onbevlekt Hart van Maria Oud-Turnhout Afstand :9 km Bewegwijzering : GPS : 51.308093 NB / 5.011905 OL
DE ROUTE :
Een aardige wandeling met natuur en een blik op de mooie buitenwijken van Oud-Turnhout (België). Kapitale villa's komt u onderweg tegen. Zo groot dat je je afvraagt waarom een normaal gezin zoveel ruimte nodig heeft. Dat zal voor een normaal mens wel niet te vatten zijn. De route gaat over goed begaanbare paden en rustige wegen. Onderweg komt u horeca tegen.
We starten deze route bij de Kerk van het Onbevlekt Hart van Maria in Oud_Turnhout (België). Op een doordeweekse dag is daar voldoende parkeerplaats. De start van de wandeling ligt tegenover de kerk. Bij het oversteken van de drukke weg even goed uitkijken. Je kan er gebruik maken van de handbediende verkeerslichten om het oversteken veiliger te maken.
Daarna hebben we -- We steken de N18 over Witte BremlaanOude Arendonkse BaanGuldenweg-- TorfveldVlinderweg--Lintbekelaan--Staatsbaan--Engelstraat--Jagersstraat--Rhoode-- Steenweg op MolOverheide--Bos en veldwegBlijkerstraat--Kromme Schoutstraat-- Grote SchoutstraatEchelstraat--Schoutenhoefstraat--Staprijk--Langs de Maria grot terug naar start
Op de route :
--kerk van Zwaneven --Kapel de Lint --Alta Ripa II --Oorlogsmonument --op kruispunt Jagersstraat - Rhoode staat een tweede oorlogsmonument sinds 18 september 2010. --Restaurant De Lint --Ruiterskuil --Maria Grot
Kerk van het Onbevlekt Hart van Maria De kerk is ingezegend in 1956 en parochiekerk van het Zwaneven sedert 1966. Zij is toegewijd aan het Onbevlekt Hart van Maria, Koningin der Wereld. Kerk Onbevlekt Hart van Maria. Moderne eenbeukige kerk met transept en rechth. koor, van 1934, naar afwijkend ontwerp van F. Van den Daele (onder meer zonder toren en met één schiptravee minder dan voorzien).
Opgetrokken uit gele baksteen op een sokkel van bruine baksteen en afgedekt door leien zadeldaken met op de kruising moderne dakruiter. Z.O.-puntgevel gemarkeerd door een rechthoekig ingangsportaal (circa. 1981), drielicht en bekronend kruis. Schip van twee traveeën, bestaande uit per drie gekoppelde rechthoekige vensters, geritmeerd door steunberen. Bepleisterd en witbeschilderd interieur met houten spitstongewelf.
Oorlogsmonument Op 11 juli 1941 maakte de Wellington 1c (R1184 BH-C) van het 300 Poolse squadron gelegen in Swinderly (GB) een crash landing op deze plaats. Gelukkig overleefde de hele bemanning deze crash, maar was hun ontsnapping minder succesvol. De rest van de oorlog bleef de bemanning in gevangenschap.
Ruiterskuil De naam van Hoeve Ruiterskuil verwijst naar een oude kuil achter de hoeve. Tijdens een ruilverkaveling is de kuil drooggelegd en als weiland in gebruik genomen.
Met dank voor de reaktie en aanvulling van Hubert Michiels Werkend lid Heemkundekring Corsendonca Oud-Turnhout
Start : Aan het VVV kantoor van Baarle Nassau Afstand : 12 km Bewegwijzering : GPS : N51 26.614 E4 55.709
DE ROUTE :
Dit is nu een wandeling die alle kanten uit kan,en daarmee wil ik zeggen dat je er zowel een stadswandeling ,als een korte of een middenlange van kan maken want deze wandeling heeft maar liefst 3 lussen
We vertrekken aan de kerk in Baarle-Nassau,waar ook het VVV kantoor te vinden is, Met onze rug naar de kerk gaan we rechts naar de Chaamseweg,daarna ;
--Belslijntje--kerkstraat--Pastoor de KaterstraatAkkerstraat--Heimolen--Eikenlenbosch--veldweg of pad tot op Gorpeindterug op de Heimolenrechts op het bospad tot in Tommel--ParallelwegBelslijntje--Kerkstraat--Pastoor van HerdegomstraatAmalia van Solmstraat--N119Kapelstraat--Klokkenstraat--Oosteinde--Sint-Annaplein--terug naar start
Op de route :
--Baarle Nassau --Belslijntje --BiB --Loveren --Bromfiestsloperij --Herberg De Swaen in Loveren --Kasteel en natuurcamping De Heimolen --Eikenlenbosch --Gorpeind --Tommel --Standbeeld van De Smokkelaar --Gemeentehuis en het Sint-Annaplein
Baarle-Nassau Is een gemeente in de provincie Noord-Brabant, ongeveer 15 kilometer ten zuiden van Tilburg. Baarle-Nassau vormt samen met de Belgische gemeente Baarle-Hertog het Kempense dorp Baarle.
Het grondgebied van beide gemeenten loopt met name in de kern van Baarle flink door elkaar. Er zijn 22 exclaves van Baarle-Hertog in Baarle-Nassau en acht exclaves van Baarle-Nassau in Baarle-Hertog. Een aantal van deze Nederlandse exclaves vormt weer enclaves binnen de Belgische enclaves in Nederland
Baarle-Nassau had vroeger twee stations welke onderdeel uitmaakten van het Bels lijntje. Een in het dorp zelf en een bij het gehuchtje Baarle-Nassau Grens.
Naar aanleiding van de RTL-4 uitzending besluiten acht ex VN militairen die op 29 maart 1993 uit Bosnië-Herzegovina terugkeerden om op 1 april 1993 een ludieke actie te houden in Baarle-Hertog. Zij richten op de Singel tussen de kerk en huis Bax een VN-Checkpoint in compleet met 8 blauwhelmen en 2 VN-vlaggen. Zij controleren daarbij de Nederlandse auto's die Baarle-Hertog binnenrijden. De Nederlanders mogen doorrijden als ze beloven geen acties te ondernemen die kunnen leiden tot annexatie van Baarle-Hertog door Nederland.
Bels Lijntje
Is de naam voor het Nederlandse deel van Spoorlijn 29 tussen Tilburg en Turnhout.
Tot 1865 werd het hele gebied tussen Turnhout en Baarle-Nassau beheerst door uitgestrekte heidevelden. In dat jaar werd gestart met de aanleg van de spoorlijn tussen Turnhout en Tilburg en werd het station Weelde-Merksplas (ten zuiden van de Steenweg op Zondereigen) gebouwd. De spoorlijn werd aangelegd en uitgebaat door de "Grand Central Belge", waardoor de spoorlijn in de (Brabantse) volksmond "Bels lijntje" werd genoemd.
In 1989 werd over de bedding een fietspad aangelegd van Tilburg (Oude Warande) naar Turnhout. Tot 1993 ontbrak er een stuk fietspad tussen Baarle en de grens. Maar vervolgens verdwenen ook aan de Nederlandse kant van de grens de rails en werd in 1993 het fietspad doorgetrokken. Bij de aanleg werd een grote hoeveelheid grond verplaatst van de aansluiting met het fietspad op Belgisch grondgebied naar het terrein tegen de Zevenhuizenbaan. Alleen bij Alphen kon er een stuk fietspad niet over het spoortraject aangelegd worden, doordat er reeds bebouwing was gerealiseerd.
BohnengasseBachstrasse--Haus Waldfriedendoor het woud tot de L24-- Heidehof tot op K52rechtdoor langs de vulkangartenWaldstrasse--start
We wandelen ook door het bosgebied van Heidenkopf en Weidesch-Berg
Landgasthof Steffelberg
Dit hotel in Steffeln wordt beheerd door een gezin en ligt in het hart van de Vulkaneifel. Het is omgeven door vulkanen en vulkanische meren. Het is een prima keuze voor een actieve vakantie in een prachtig landschap.
De comfortabele kamers van het Vulkanhotel Steffelberg bieden u alle moderne faciliteiten, zoals gratis draadloos internet en een kluisje.
In de omgeving kunt u heerlijk wandelen, fietsen en paardrijden. Als u een eigen paard meeneemt, kunt u gebruikmaken van de stallen van het hotel.
Ook kunt u gewoon heerlijk ontspannen op het terras van dit hotel.
In het restaurant van het Vulkanhotel Steffelberg kunt u genieten van regionale, creatieve cuisine. Er zijn maaltijden met een vulkanisch thema en ook de drankjes en het decor in die stijl zorgen voor een uniek diner.
Aan het einde van de dag kunt u nog een drankje doen in de gezellige bar van het hotel.
Start : Aan de kerk van Weismes Afstand : 10 km Bewegwijzering : GPS : N50 24.898 E6 06.702
DE ROUTE : Vertrekken aan de kerk --> Rue du centreRue d'EupenRue du VivierRue du MoulinRoute de la carriereRoute de HotteuxRoute des Aminceslinks het bospad tot op Route de Waimes-- rechts heyt bospad tot op Route de GihasterChemin de FréneuxRue des HétresRue du Bac Over het rond punt naar het vertrekpunt
Weismes (Frans: Waimes, Duits: Weismes) is een plaats en faciliteitengemeente (voor de Duitstalige minderheid) in het arrondissement Verviers in de provincie Luik in België. De gemeente telt ruim 6500 inwoners en wordt tot het gebied van de Oostkantons gerekend.
Weismes ligt ten oosten van de bekende plaats Malmedy. Het noordoosten van het gemeentelijk grondgebied grenst aan Duitsland en bevat en belangrijk deel van de Hoge Venen. Het is de hoogstgelegen gemeente van België, de heuveltoppen bereiken hoogtes van meer dan zeshonderd meter, onder andere met het Signaal van Botrange (694 meters). Door de gemeente stromen de rivier de Amblève en de riviertjes de Warche en de Warchenne. De Roer vind ook zijn bron op het gebied van de gemeente, naast het Signaal van Botrange.
Weismes herbergt onder andere het Meer van Robertville (Lac de Robertville, een stuwmeer) en de Burcht Reinhardstein op haar grondgebied. Deze twee plus de bijbehorende plaatsjes Robertville en Ovifat maken deel uit van het natuurreservaat de Hoge Venen.
Start :Aan de kerk van Melin Afstand : 8,5 km Bewegwijzering : groene rechthoek GPS : N50 44.375 E4 49.643
DE ROUTE :
Ontdek het dorpje Mélin, de wieg van de Gobertangesteen,en het gehucht Sart-Mélin, op het plateau tussen de Grote Gete en de Dijle.
Bewonder het rijke erfgoed van gebouwen, opgesmukt met de witte plaatselijke stenen. Laat je betoverendoor de kapellekes, hoevetjes en grote vierkantshoeven langsheen de wandeling.
Geniet van de mooie holle wegen of uitzichten over het bouwland.
Veel wandelplezier!
Je vind de volledige routebeschrijving op onnderstaande link
Start: Bij de kerk van Ohain in Waals-Brabant. Afstand: 12 km Bewegwijzering : GPS :N50 41.664 E4 28.178
DE ROUTE :
Lasne bevindt zich in het midden van Waals-Brabant en is fusiegemeente van Couture-Saint-Germain, Lasne-Chapelle-Saint-Lambert, Maransart, Ohain en Plancenoit. Lasne was in 2004 de rijkste gemeente van België en kampt met een enorme residentiële druk van rijke burgers en van sterren die een fiscaal gunstige omgeving zoeken.
Het dorpsplein van Ohain is een van de mooiste van Waals-Brabant en is omgeven met oude huizen. Vele kunstenaars, schilders, schrijvers en muzikanten kwamen in Ohain inspiratie zoeken. Onder andere de charmezanger Marc Aryan ligt er begraven. Verder is in Ohain ooit een belangrijke afspraak gemaakt: industriёlen en vakbondslui zouden er in 1941 afgesproken hebben om, als de oorlog voorbij zou zijn, de betrekkingen tussen werkgevers en loontrekkenden te normaliseren en ze zouden er de basis gelegd hebben voor de sociale zekerheid. Dit moest in het geheim gebeuren want de Duitsers hadden het Bestuurcomité van de Nationale Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Werkloosheid ontbonden.
De naam van het riviertje de Lasne zou van Keltische oorsprong zijn en rivier met kalm water betekenen. Bij Couture-Saint-Germain hebben we zicht op de prachtige meanders die het riviertje maakt.
We lopen langs de enorme muren van de vroegere abdij van Aywiers. Die muren zijn gebouwd met een ijzerhoudende steen uit de streek en van het mortel wordt gefluisterd dat het zijn weerstand te danken heeft aan een basis van roggemeel. De Heilige Lutgardis, patroonheilige van de blinden en zwangere vrouwen en van de Vlaamse Beweging, leefde veertig jaar lang in de cisterziënzerinnennabdij. Omdat ze geen abdis wilde worden, kreeg ze van Onze Lieve Vrouw de gunst om nooit Frans te moeten leren. Van de abdij blijft niets meer over: na de Franse revolutie werd ze afgebroken en steen voor steen verkocht. Wel zien we binnen de muren een kasteel uit de achttiende eeuw omgeven met een park en Engelse tuinen. Tegenwoordig wordt wordt het domein twee maal per jaar opengesteld voor het feest van de planten en de tuin.
Onderweg in de weidse velden krijgen we een mooi zicht op de leeuw van Waterloo: opgericht ter herdenking van de Slag bij Waterloo die hier plaatsvond en waarbij Napoleon verslagen werd. Op deze wandeling komen we trouwens, ergens verscholen tussen een groepje bomen, nog een herdenkingsmonument tegen ter ere van een Pruissich heer die hier viel.
Maar wat ons eigenlijk naar Lasne lokt is het labyrint van kleine paadjes over velden, door bossen, door weiden, langs beken en langs achtertuinen. Alle zijn ze bewegwijzerd met hun toenaam en met hun nummer uit de atlas der buurtwegen. Het bewaren en onderhouden van dit netwerk hebben we te danken aan de vereniging Lasne Nature, die ijvert voor de bescherming en verdediging van het milieu, de natuur en de levenskwaliteit in Lasne en omgeving. Lasne Nature geeft verschillende publicaties uit, waaronder een prima topografische kaart met daarop alle paden.
Start : Aan de kerk van Alveringem Afstand : 7 km Bewegwijzering : GPS :N51 00.706 E2 42.643 Dorp Alveringem
DE ROUTE :
We starten nogmaals in deze gemeente maar nu gaan we de andere kant verkennen
Vanaf de kerk ga je naar de Sint-Rijkersstraat,daarna
--Dolfijnstraat--Burgmolenstraat--Lindemolen--Klarewal--links een zandwegeltje tot SchooldreefNieuwstraat oversteken en links de Oude Fortemstraat in terug naar start
Op de route :
--Alveringem --Gemeentehuis (vroeger Hof van Wyckhuize) --Sint-Rijkers
De gemeente Alveringem is een relatief dunbevolkte gemeente, waarvan de bevolking de laatste decennia nog terugloopt. Op het uitgestrekte grondgebied bevinden zich negen deelgemeenten, alle landelijke dorpen. De grootste deelgemeente is Alveringem zelf, de hoofdgemeente, dat in het noordoosten van de gemeente ligt.
In 1971 werden bij gemeentelijke fusies de dorpjes Hoogstade, Oeren en Sint-Rijkers aan Alveringem toegevoegd.
In 1977 kwamen er ook de toenmalige gemeentes Leisele en Stavele bij. Tot Leisele behoorden sinds 1971 ook de dorpjes Gijverinkhove en Izenberge; aan Stavele was dat jaar ook Beveren-aan-de-IJzer gehecht.
De nieuwe fusiegemeente telde sinds 1977 zo negen landelijke deelgemeentes. Net ten oosten van de dorpskern van Alveringem ligt het gehucht Fortem aan de Lovaart.
Oorlogsmonumenten Van 1914 tot 1918 was de Westhoek het toneel van Wereldoorlog I. Honderdduizenden soldaten van meer dan 20 nationaliteiten sneuvelden. Vandaag dragen de talloze militaire begraafplaatsen, oorlogsmonumenten en sites een vredesboodschap uit.
Alveringem Het natuurstenen standbeeld voor de kerk stelt een frontsoldaat uit de Eerste Wereldoorlog voor die wijst naar het IJzerfront. Het monument is opgericht door de gemeente ter nagedachtenis van haar gesneuvelde helden "1914 - 1918".
Cyriel Verschaevegraf Aan de zuidzijde van de kerk bevindt zich het graf van Cyriel Verschaeve (1874-1949), dat op 7 oktober 1973 na een indrukwekkende kerkdienst plechtig werd ingewijd.
In mei 1987 werden rond het graf van C. Verschaeve 8 Vlaamse oudstrijders verenigd. Het project maakt deel uit van de herschikkingswerken waaraan deze begraafplaats onderworpen werd.
Start : op het Drongenplein in Drongen Afstand : 7 km Bewegwijzering : GPS : N51 03.021 E3 39.865
DE ROUTE : Een heel mooie wandeling langs de Leie met zijn romantische hoekjes
Starten doen we op het Drongenplein waar er parking is en gaan richting Leie We steken de brug over en gaan rechts de Asselsstraat in,dan volgen we het pad naast de Leie
--Drongen --Abdij van Drongen --De Leie --Afsnee --St Jan-Baptistkerkje
Drongen was een oude heerlijkheid, en behoorde oorspronkelijk toe aan de Graaf van Vlaanderen. Vanaf de 11de eeuw viel het onder het huis van Aalst, later onder de heren van Kortrijk. Graaf Jean-Baptiste d'Hane-Steenhuyse werd in 1786 de laatste bezitter van de heerlijkheid.
Ook het nabijgelegen Baarle heeft een geschiedenis die tot de middeleeuwen teruggaat. Op 22 januari 1805 werd bij keizerlijk decreet Baarle afgeschaft als zelfstandige gemeente. Het stuk op de rechteroever van de Leie werd bij Drongen aangehecht, het stuk op de linkeroever bij Sint-Martens-Latem. De parochie bleef echter zelfstandig.
Het gebied bleef lang relatief geïsoleerd. In 1823 werd de Drongensesteenweg aangelegd, die de eerste en enige rechtstreekse verbinding van het dorp met het stadscentrum van Gent vormde. De weg werd tolvrij in 1889. In 1838 werd in oost-westelijke richting de spoorlijn Gent-Brugge aangelegd, en vormde een belangrijke nieuwe verkeersader. Enkele bedrijven vestigden zich in Drongen. In 1950 werd de autosnelweg E5, de latere A10/E40, aangelegd. De autosnelweg ontsloot Drongen definitief en hielp verdere bevolkingsaangroei. Nabij Baarle werd naast de snelweg een industrieterrein aangelegd. De Gentse Ringvaart kwam er in 1969, net ten noorden van Drongen.
Op 1 januari 1977 verloor Drongen zijn zelfstandigheid, en fusioneerde het met Gent.
De Oude Abdij van Drongen is een abdijcomplex, gelegen aan de Leie in Drongen, een deelgemeente van de Belgische stad Gent. Het hele domein, met inbegrip van de tuin, is sinds 1998 als monument beschermd. De abdij herbergt thans een bezinningscentrum, een communauteit van (bejaarde) jezuïeten en enkele gezinnen. De na een brand heropgebouwde abdijkerk uit 1734, achtkantig, in witte steen met een busvormige, kleine koepel, doet dienst als parochiekerk van Drongen-Centrum als Sint-Gerolfkerk.
Traditioneel is de Leie bekend om zijn vlaswerken. Het water van de Leie is arm aan kalk en ijzer, en daardoor erg geschikt voor het roten van vlas. De rivier dankt er haar bijnaam aan: de Gouden rivier, naar de kleur die het roten veroorzaakte. In 1943 echter werd de vlasindustrie in het Leie-stroomgebied volledig verboden om de milieu-aantasting die er het gevolg van was de kop in te drukken.
Wel even vermelden dat we aan KP 120 rechtdoor gaan tot in Scherpenheuvel
Vanaf de spellehut (parking) steken we de straat over (voorzichtig) en gaan naar KP 283,daarna KlottebergstraatWeg MesselbroekWezelbaan--Egelstraat--Spitsmuisstraat--Heidebosstraat--Haegenveld--Lobbense MolenwegRozenstraat--Noordervest--Rozenkranslaan--Zichemseweg--Leistraat--veldweg--het rond punt--Reyndersveldweg--Hamerstraat--Van ThienwinckelstraatEksterstraat--Spechtstraat--punt 283
Op de route :
--Rusthuis : ONZE LIEVE VROUW STER DER ZEE te 3270 SCHERPENHEUVEL --Scherpenheuvel --Don Jon Zichem
In het noorden van de provincie Vlaams-Brabant ligt de fusiegemeente Scherpenheuvel-Zichem. Sinds kort moet je zelfs stad zeggen. Ze grenst aan de provincies Antwerpen en Limburg. Haar landelijk karakter en het ontbreken van zware industrie charmeert heel wat toeristen.. Fietsers, wandelaars en natuurliefhebbers voelen zich aangetrokken door de talrijke bossen en ongeschonden natuurgebieden zoals de Kloosterbeemden en het Vierkensbroek. De alombekende basiliek van Scherpenheuvel, de Maagdentoren in Zichem en de Abdij van Averbode zijn namen die heel wat bezoekers lokken. Het heuvelachtig landschap zorgt voor mooie vergezichten en om uit te rusten met een hapje en een tapje is er keuze te over. Een bezoek aan de geboortstreek van schrijver Ernest Claes die "de Witte" van Zichem tot leven riep, is beslist de moeite waard.
Van heinde en verre trokken en trekken de bedevaarders naar Scherpenheuvel. Velen doen het nog te voet. Vanuit Testelt vertrekken regelmatig kleine groepjes te voet naar O.L.Vrouw. Eenmaal ze de Demer hebben overgestoken en ze over De Dijk stappen, begint een "voorlezer", paternoster in de hand, de rozenkrans te bidden. Natuurlijk gaat men niet over de drukke wegen, maar neemt men kleinere wegen: de bedevaartwegen. Misschien dat je in deze weg wel een groep tegenkomt.
Kasteel in Scherpenheuvel Iedereen die wat groter woonde op de buiten, woonde voor de dorpelingen in het kasteel. Al moeten we zeggen dat dit een uit de kluiten gewassen optrekje was. Voor ons is dit gebouw interessant omdat het nu als tehuis voor oude van dagen dienst doet. Het peekeshuis voor de mensen hier. We kijken er alleen maar naar en we blijven er zolang mogelijk uit weg.
Start : Op de parking voor het kasteel van Domein van Kiewit Afstand : 9,3 km Bewegwijzering : rode driehoekjes GPS :N50 57.622 E5 22.469
DE ROUTE :
Jarenlang waren de domeinen Kiewit en Bokrijk van elkaar gescheiden door een groot privaat bosgebied. Nu kan er tussen beiden domeinen vrij gewandeld worden. Vanaf het kasteeltje van Kiewit vertrekken verschillende gemarkeerde wandelpaden die tot aan de speeltuin van Bokrijk lopen.
Tijdens de wandeling bots je op heel wat verrassingen: heb je al eens oog in oog gestaan met een Schots grazer of over een poel gelopen zonder natte voeten te krijgen
In Bokrijk heb je 2 startplaatsen: de Bucksenrake route van 4 km(geel), en de Parkdreven route van 3 km(blauw). Op domein Kiewit heb je 3 startplaatsen: de wijer route van 6 km(oranje), de Haringsvijver route van 1,5 km(groen) en de Wildernis route van 4 km(blauw).
Daarnaast heb je nog 2 routes vanuit beide startplaatsen: groene hart route van 9,5 km(rood) en de Snelle verbinding Bokrijk - Kiewit van 3,8 km(bruin).
Op de route :
--Domein van Kiewit --Kasteel --De Wijers --Domein van Bokrijk --Kasteel van Bokrijk --Koetshuis --Molen --Arboretum --Muzeum
Domein van Bokrijk Openluchtmuseum Van 1 april tot en met 30 september stap je in het Openluchtmuseum letterlijk en figuurlijk in het verleden. Met meer dan 100 historische gebouwen, heropgebouwd in hun oorspronkelijke staat. Zelfs het meubilair, het landbouwgereedschap en de huisraad zijn authentiek. Maar, het Openluchtmuseum leeft.
In Bokrijk gaat het leven zijn gangetje, op het ritme van de natuur. De ochtendzon priemt doorheen het weelderig groen bladerdak en tovert een kleurrijk lichtspel op het Kempens plein. De kerkklokken luiden en de windmolen komt traag op gang. De pastoor maakt zich klaar voor de donderpreek. En terwijl de boer en de boerin zich opwarmen aan het haardvuur patrouilleert de champetter met waakzame blik door het dorp. De heerlijke geur van versgebakken brood bij de lokale bakker doet de kinderen, op weg naar school even talmen. Benieuwd wie de strenge onderwijzer vandaag de ezelsoren zal opzetten?
Openluchtmuseum Bokrijk Het Openluchtmuseum van Bokrijk werd op 12 april 1958 officieel geopend. Een honderdveertigtal authentieke gebouwen vormen de kern van de erfgoedcollectie. Naast deze gebouwen bestaat de collectie verder uit gereedschappen en alledaagse gebruiksvoorwerpen. In het totaal omvat dit 30 000 stukken kwetsbaar erfgoed en getuigen van het dagelijkse leven van de 17e eeuw tot 1950. Het Openluchtmuseum werkt naar een interactieve en dynamische ontsluiting van haar erfgoedcollectie.
Domein Kiewit het stedelijk natuurcentrum van de stad Hasselt, is een openbaar toegankelijk natuurdomein met een oppervlakte van meer dan 100 ha.
Start : Aan taverne Het Meulezicht in Retie Afstand : 9,6 km Bewegwijzering : GPS : N51 14.647 E5 03.126 Watermolen 10
DE ROUTE :
Een landelijke wandeling met overheerste verharde wegen
Vanaf het Meulezicht rechts naar de watermolen, de straat noemt ook Watermolen--> Molendijk--Begijnenstraat--Brasel--Avoortstraat--Molenhei--door het veld--Zandstraat--doorsteken naar MeierendBosend--N118 oversteken--Wildemandoorsteken naar Wenen--Duinkerken--Watermolen
Retie Oorsprong van de naam Volgens een legende reed Sint-Martinus in een ver verleden te paard door de lucht. Sommige mensen in Retie keken toevallig naar boven en zagen hem. Anderen kwamen echter te laat om het wonder te zien en vroegen ongelovig: Reed ie?. De plaats van dit gebeuren bleef de naam Retie behouden.
Vanuit historisch standpunt is de naam Retie afgeleid van het Latijnse retus.
Deze naam duidt op het gebied dat vroeger eigendom was van een zekere Retus, ooit de voornaamste grondbezitter van Retie.
De Watermolen Op de Witte Nete bevindt zich een schilderachtige, maalvaardige graanwatermolen.
Hoewel de oudste vermelding pas uit 1633 dateert, bestond deze molensite wellicht al in de 14e eeuw. Het huidige bakstenen molenhuis dateert uit 1765 en vervangt een houten constructie uit 1658. Juridisch was het een zogenoemde banmolen. Zulke molens stonden onder toezicht van de dorpsheer; elke onderdaan was verplicht er zijn graan te laten malen en een gedeelte van het meel als belasting in natura aan de soevereine heer af te staan. In de middeleeuwen straalden molens derhalve een zekere macht en invloed uit.
De watermolen is van het onderslagtype. Dit type was het meest aangewezen op de traag stromende waterlopen in de Kempen. Om de drijfkracht en de snelheid van het water op te voeren, bouwde men een stuw- en sluiswerk. Ter hoogte van het onderste kwart van het rad creëerde men een artificiële stroomversnelling. Zowel de binnen- als buiteninstallatie van deze watermolen is volledig intact.
Bezoekers kunnen de molen elke laatste zondag van de maand aan het werk zien. Van hieruit start ook een mooi kanotraject.
Sint-Maartenpotje Dit typisch Kempens gerecht is genoemd naar de patroonheilige van Retie.
De belangrijkste ingrediënten zijn kalkoenblokjes, spekjes, aardappelen en verse groenten. Het Sint-Maartenpotje wordt geserveerd in Taverne t Meulezicht (Watermolen 10).
Sint-Maarten is de patroonheilige van Retie en dat wordt dan ook gevierd. In de voormiddag trekken de kinderen van deur tot deur en zingen ze het
Sinte-Mettelied terwijl ze geld en snoepgoed inzamelen. Reeds weken van tevoren zijn de inwoners van de gehuchten bezig met het verzamelen van hout om een zo groot mogelijke brandstapel te maken. Na het invallen van de duisternis worden de vuren in
de verschillende wijken en gehuchten ontstoken en worden er wafels en warme chocolademelk uitgedeeld.
Vanaf het beukenhof iets langs de grote weg en dan links
--Je komt op de Leeuwerkstraat --De Laks --Ruitersportcentrum Manege Taverne't Groenhof --Eetgelegenheid Burcht Hertog Jan --Langs het kanaal Turnhout-Antwerpen --De Overzet Oud Turnhout-Ravels --Kanaaldijk --Grote Baan --Oude kleiputten --Geleg --Zwaaikom --Visvijver de Snoekbaars --Werkendam
Oud-Turnhout is een gemeente in het noordoosten van de Belgische provincie Antwerpen. De Kempense gemeente telt iets meer dan 12.800 inwoners. Oud-Turnhout wordt in het zuiden doormidden gesneden door de E34.
Oud-Turnhout bezit zeven geklasseerde monumenten: Landschap De Liereman (1940), Sint-Bavokerk (1957), Priorij Corsendonk (1970), Hofke van Chantraine (1999), Sint-Antonius-Abtkerk (1999), Hoeve Kuilend (1999) en het gemeentehuis (1999
Kanaal Turnhout-Antwerpen Dit kanaal wordt ook wel het kanaal Dessel-Turnhout-Schoten genoemd. De Kempense kanalen werden niet alleen gegraven als transportweg tussen de Maas en de Schelde. Het kanaal heeft een lengte van 63,3 km en is gemiddeld 20 meter breed. De diepte is gemiddeld 2,5 meter. Met de aanleg van het kanaal is gestart in 1844. Tegen 1875 was men helemaal klaar.
Een belangrijke functie was het aanvoeren van straatmest uit Antwerpen om dit hier te gebruiken om de zandgronden een beetje vruchtbaarder te maken. Een andere functie was het bevloeien van de arme Kempense zandgrond met het kalkrijke Maaswater.
Toen tijdens het graven klei werd gevonden was dit de start van een bloeiende tijd van vele steenbakkerijen. Deze tijd is ook terug te zien in de vele kleiputten die overal rondom het nabij gelegen Beerse te zien zijn. Later werd het kanaal gebruikt voor het transporteren van "wit zand" uit Lommel en stenen en pannen.
kanaal Dessel-Schoten te Ravels Foto : Wimboermans
Start : Aan de kerk van Wolfsdonk Afstand : 10 km Bewegwijzering : Wandelknooppunten De Merode GPS :N51 01.738 E4 54.970
DE ROUTE :
187-262-155-416-92-269-270-187
Op de route :
Wandelnetwerk de Merode is ontwikkeld op initiatief van de vzw Kempens Landschap en verbindt vijf belangrijke bosgebieden binnen het domein de Merode met elkaar: Beeltjens en Kwarekken, Hertberg, Varenbroek en Helschot. Het netwerk is bewegwijzerd met de beproefde methode van de knooppuntbordjes, witte rechthoekige bordjes met rode opdruk.
De wandelpaden gaan van Tongerlo tot Scherpenheuvel-Zichem, en dan rechts richting Hulshout en Aarschot of links naar Tessenderlo. Op het Nationaal Park in Limburg na wordt dit het grootste, aaneengesloten natuurgebied in Vlaanderen.
Meestal verharde weg,een paar boswegeltjes en een kasseistrook We hebben een kleine lus gewandeld in dit groots gebied,wel erbij vertellen dat nog niet alles tot in de puntjes is afgewerkt en hier en daar ofwel nog bordjes of een wandelpad ontbreekt,vandaar de verharde versie van het ogenblik
Start : op het W.Binckplein Afstand : 13 km Bewegwijzering : GPS : N51 29.069 E4 57.209 Heuvelstraat/W.Binckplein
DE ROUTE :
Vanaf het Plein met kiosk gaan we links naar Zandstraat daarna :
--tot we in een bocht links het bos ingaan --we komen aan de vijver 't Zand --We gaan rond de vijver --We komen langs de camping met dezelfde naam --komen op de Maastrichtsebaan,links --even verder oversteken en langs het bos --Komen op de Chaamseweg,oversteken --de Turfbaan,rechts --derde pad rechts --komen op de Ulicotensebaan,links --tweede pad rechts --Komen op de Kwaalburg,rechts --Hooispoor --Hofstade --Hoge Dries/Molendries --De Hoogt --Willibrordstraat en plein --Baarleseweg --Heuvels --W. Blinckplein
De gemeente Alphen-Chaam heeft alles wat voor de toeristen de moeite waard is: een rijke historie, water, bossen en heide. Bezoekers kunnen heerlijk dwalen door uitgestrekte bosgebieden.
Pestkerkhof, Alphen Tijdens de pestepidemieën van 1604 en 1625 stierven meer dan 500 inwoners aan deze gevreesde ziekte. Het aantal inwoners van Alphen in die tijd was nog geen 1000. Uit angst voor besmetting moesten op last van de schout de doden buiten het dorp begraven worden, in plaats van in of rond de kerk. Daartoe werd op een heideveld, dat behoorde aan de Abdij van Tongerlo, een zogenaamd pestkerkhof ingericht. De sporen verdwenen in de loop der eeuwen, maar nog tot in de vorige eeuw werd de plek door de bewoners gemeden. In 1934 werd door de heemkundige, Pastoor W.C.J.Binck, het kerkhof teruggevonden. Ter herinnering aan het vreselijk gebeuren werd een monumentje opgericht. De twee kruisen werden geplaatst ter nagedachtenis aan de twee priesters uit Tongerlo, Adr. Adriaensen en Joh.van den Heuvel, die bij hun begeleiding van de pestlijders, eveneens het leven lieten.
Je vertrekt via de Kirchstrasse,waarna je rechts de Oberkailerstrasse in gaat
Deze weg volgen tot aan Hof Eulendorf,
Hier ga je naar boven waar je rechts en direkt daarna naar links gaat
Je daalt het Kailbachtall in en gaat tot aan de A 60
Vanaf de autostrade en via de oversteek bij de L 46 terug naar Gransdorf
Gransdorf is een plaats in de Duitse deelstaat Rijnland-Palts, en maakt deel uit van het district Bitburg-Prüm. Gransdorf telt 304 inwoners
In de omgeving van het bosrijke Gransdorf in de Kyllburger Eifel wandel je naar hartelust. Je kan hier ook genieten van heel wat culturele bezienswaardigheden. De Moezelvallei is maar 35 km verwijderd. Gewoon zalig niets doen kan hier uiteraard ook.
Start : paar honderd meter van Failon Afstand : 8 km Bewegwijzering : GPS :N50 20.269 E5 17.260
DE ROUTE :
Vanaf een kleine parking (zie GPS) richting Failon ,de N938 en dan rechts
--La Chavéé overstekenlinks een bospad tot op de Chemin de la foulerierechts volgenRue de la Fouleriedoor het bosRoute de Ramazéevoor het bos rechtsRue du Chaletterug naar start
Op de route :
--Failon
--Little octagonal house (Kleine achthoekige huis)
--Château de Ramezée
--Barvaux-Condroz
Failon is een gehucht van het dorp Barvaux-sur-Condroz, deelgemeente van Havelange.
Het is een groene en agrarische streek en de meeste dorpjes hebben hun charme van weleer weten te behouden.
De Valleien van smaken en geuren danken hun naam aan de grote verscheidenheid in producten van eigen bodem: ambachtelijke bieren, amandelkoekjes, honing, kaas, aardbeien en nog veel meer lekkers van de boerderij.
Failon heeft een restaurant met streekkeuken en oude gerechten.
Deze wandeling loopt grotendeels door bossen langs weerszijden van de Somme, een zijriviertje van de Ourthe dat ontspringt rond Barvaux-sur-Ourthe.
Regelmatig moet er op deze tocht geklommen worden. Als we even uit de bossen komen, genieten we van prachtige uitzichten. We komen in de buurt van het Château de Ramezée, een uitzonderlijk sprookjesachtig kasteel uit de 17de eeuw, volledig gerestaureerd.
Start : Aan de kerk van Ronquiéres Afstand : 8,2 km Bewegwijzering : GPS :N50 36.531 E4 13.278
DE ROUTE :
--Place de RonquiéresRue d'Henripontlinks met een pad evenwijdig met het kanaal-- Rue du Plad d'Eauvolgen rechts een wandelpad tot aan de Rue Arthur Brancart ,links-- Rechts achter een woningrij en daarna het bos inRue Maurice Brancartde bocht na de kruising met de Rue mon Plaisir links het bos inCharly du Boisdoor de landweggetjes --terug naar het centrum van Ronquiéres
Op de route :
--Ronquiéres --Het hellend vlak --Notre Dame à Fauquez --Le pont qui grimpe vers l'eglise Sainte-Lutgarde --Bois de la Houssièr
Ronquières is een dorp in de Belgische provincie Henegouwen, en een deelgemeente van de Waalse stad 's-Gravenbrakel. Het dorp is vooral bekend omwille van zijn hellend vlak. Het hellend vlak van Ronquières is een scheepslift nabij het Belgische dorpje Ronquières. Het is een hellend vlak op het Kanaal Charleroi-Brussel.
Op 9 maart 1957 stemde de Belgische regering in met een plan om een aantal grote vaarwegen te moderniseren en geschikt te maken voor vaartuigen tot 1.350 ton. Het Kanaal Charleroi-Brussel werd ook in de plannen opgenomen. Bij de plaatsen Ronquières, Arquennes en Seneffe nam het bochtige kanaal een hoogteverschil van meer dan 60 meter. In de 19e eeuw waren hier 16 sluizen aangelegd om dit hoogteverschil te overbruggen. Het passeren van al deze sluizen, over een afstand van circa twee kilometer, kon tot twee dagen oplopen. Modernisering van het kanaal eiste een oplossing voor dit probleem in de vorm van een soort scheepslift.
Het hellend vlak werd na een bouwtijd van zes jaar op 1 april 1968 opgeleverd. Het vlak is 1.400 meter lang en overbrugt een verval van 68 meter, met een helling van bijna 5%. Er zijn twee scheepsbakken van elk 85,50 meter lang en 11,60 meter breed. De bakken rijden als wagons over rails en worden met kabels voortbewogen. Elke bak heeft een eigen contragewicht, dat op rails onder de bak doorgaat. De bakken kunnen zo onafhankelijk van elkaar werken, wat van belang is voor het onderhoud en bij eventuele storingen. In zulke gevallen werkt het vlak gewoon door, maar met beperkte capaciteit. De totale kosten voor het werk bedroeg ongeveer 3,1 miljard Belgische Frank, ongeveer tweemaal meer dan bij de start van de bouw werd gedacht.
Van dit hellend vlak wordt wel eens gezegd dat het tot de grands travaux inutiles behoort, omdat het gebruik van het kanaal na de opening van het hellend vlak stelselmatig afnam. De sluiting van de Waalse steenkolenmijnen was hier zeker een reden voor. In het laatste decennium is er een stijging genoteerd tot het topjaar 2006 toen 5.215 schepen werden versast.[1] In 2008 was dit aantal echter gedaald tot 3.815 versaste schepen.
Het vlak voorziet in z'n eigen energie. Naast de helling ligt een buis waardoor water stroomt dat een turbine aandrijft, die de elektrische energie voor het kunstwerk levert.
Le pont qui grimpe vers l'eglise Sainte-Lutgarde De Glazen Kapel Arthur Brancart was een meester-glasblazer en een geniale uitvinder. Het gehucht dankt haar rijkdom aan hem. Tijdens de eerste wereldoorlog vond hij het Marbrite uit. De 'Verreries de Fauquez' met om en bij de 800 werknemers verkochten dit .... glas over de hele wereld.
Arthur Brancart liet een groot deel van het dorp bouwen, evenals de school, de filmzaal, de feestzaal, de winkels en, als kers op de taart, ook de Kapel. Ze werd zowel aan de binnen- als aan de buitenkant bedekt met marbrite. Ze werd gebruikt voor kerkdiensten en tentoonstelling tot 1977. Momenteel wordt ze gebruikt voor woonruimtes, als toneelzaal, als herdenkingsplaats van het industriële erfgoed en voor een Bretoens pannenkoekenhuis.
Het Bos van La Houssière is een ideale plek voor ontspanning, voor wandelaars van alle slag. Vele van de paden zijn bewegwijzerd en didactische borden informeren u over de fauna en flora die er te bewonderen valt. Het arboretum telt een zeer omvangrijke verzameling boomsoorten en de sportievelingen kunnen het « pad van het oude tramspoor » volgen aan de hand van een fitometer.
Het Bos van La Houssière, grotendeels op het grondgebied van s Gravenbrakel, reikte ooit tot aan het Zoniënwoud (ten zuiden van Brussel), maar door houtkap en zandwinning werden de twee van elkaar gescheiden. Het werd geklasseerd in 1940, om te verhinderen dat het voorgoed zou verdwijnen. Foto : Wikipedia
Start : Aan de kerk van Alveringem Afstand : 7 km Bewegwijzering : GPS : N51 00.728 E2 42.632
DE ROUTE : De start van deze landelijke wandeling is aan de kerk van Alveringem Er is rond deze prachtige kerk parking genoeg,
Daarna vervolgen we naar ;
--Lovoetweg- HoogstraatFortem--naast de LovaartWestover-- --Oerenstraat--Kwellemolenstraat--Sint RijcerstraatAppelstraat-- --Kaatsspelstraat--Dorp
Op de route :
-Alveringem -Lovaart -Oeren met de St,Appoloniakerk en het -Militair kerkhof -Gemeentehuis van Alveringem, het vroegere Hof van Wyckhuize
De gemeente Alveringem is een relatief dunbevolkte gemeente, waarvan de bevolking de laatste decennia nog terugloopt. Op het uitgestrekte grondgebied bevinden zich negen deelgemeenten, alle landelijke dorpen. De grootste deelgemeente is Alveringem zelf, de hoofdgemeente, dat in het noordoosten van de gemeente ligt. In 1971 werden bij gemeentelijke fusies de dorpjes Hoogstade, Oeren en Sint-Rijkers aan Alveringem toegevoegd. In 1977 kwamen er ook de toenmalige gemeentes Leisele en Stavele bij. Tot Leisele behoorden sinds 1971 ook de dorpjes Gijverinkhove en Izenberge; aan Stavele was dat jaar ook Beveren-aan-de-IJzer gehecht. De nieuwe fusiegemeente telde sinds 1977 zo negen landelijke deelgemeentes. Net ten oosten van de dorpskern van Alveringem ligt het gehucht Fortem aan de Lovaart.
In het dorp zijn verschillende fietsroutes en musea, zoals het Mout- & Brouwhuis De Snoek, het "museum van dorst" in Fortem.
De kerk en parochie van Alveringem-centrum zijn genoemd naar Sint-Audomarus. De laatgotische Sint-Audomaruskerk uit de 16de-17de eeuw werd na beschadiging in de Eerste Wereldoorlog hersteld en is een beschermd monument sinds 1971. De driebeukige hallenkerk heeft een 46 meter hoge toren. De Vlaamse priester Cyriel Verschaeve ligt rond de kerk begraven, evenals de Brusselse socialistische ex-minister Hendrik Fayat.
Het gemeentehuis werd eveneens zwaar beschadigd in de Eerste Wereldoorlog. Na de oorlog werd het afgebroken en werd er een nieuw gebouw opgetrokken, ontworpen in Vlaamse neostijl door architect C.Van Elslande. Het werd geopend en 1922 en deed dienst als gemeentehuis tot de fusies van 1977. Nu doet het gebouw dienst als openbare bibliotheek. Op de bovenverdieping zijn de kantoren van het OCMW gevestigd.
Alveringem gaat prat op zijn gerestaureerde hoeves en enkele historische gebouwen zoals het Hof van Wyckhuyse (Je vindt er o.a. de dienst voor toerisme!). Op verschillende boerderijen kan je heerlijke hoeveproducten kopen, eigen productie dus: vers, (h)eerlijk en van een uitstekende kwaliteit!
De Lovaart De Lovaart is een verbindingskanaal tussen Veurne en IJzer en werd omstreeks de 12de eeuw gegraven. Langs beide zijden van de Lovaart komt een gevarieerde beplanting. Op de linkeroever werd het bestaande jaagpad extra aantrekkelijk gemaakt voor wandelaars en fietsers.
Oeren Rondom de kerk ligt een Belgisch militair kerkhof van 1914 - 18 met 510 personen, een aantal onder hen zijn onbekend gebleven.
Heldenhuldezerkjes Heldenhuldenzerkjes van Vlaamse gesneuvelden zijn nog terug te vinden op de militaire kerkhoven van Oeren, Hoogstade en op de kerkhoven van Alveringem en Beveren.
Deze heldenhuldenzerkjes met een Keltisch kruis, een meeuw of Blauwvoet en de letters AVV-VVK (Alles Voor Vlaanderen, Vlaanderen Voor Kristus) is door frontsoldaat, schilder en tekenaar Joe English ontworpen.