Ik ben Guy Raskin , en gebruik soms ook wel de schuilnaam Fietscontreien en wandelcontreien.
Ik ben een man en woon in Tongeren (België) en mijn beroep is zoals mijn passie, avontuur zoeken door er op uit te trekken in de natuur.
Ik ben geboren op 12/05/1962 en ben nu dus 62 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: fietsreizen en wandelreizen.
Sonja en ik hebben in 2012 de reportagevereniging "Fiets(wandel)contreien" gesticht met als uithangbord ...
Reportagevereniging 'Fiets(wandel)contreien' ter promotie van fiets- en wandelreizen Wandelcontreien
06-05-2013
Droompaden Eifel-Rijn-Moezel 1
26 Traumpfade in de regio Eifel-Rijn-Moezel
Het maakte de
mensen van de Vordereifel een beetje boos dat ze geen STEIG kregen zoals in
andere wandelstreken het geval was. Ze gingen opzoek naar een ander concept dat
resulteerde in 26 Traumpfade verdeeld over de regio Rijn-Moezel-Eifel.
Toevallig of niet is het dorpje BOOS onze uitvalbasis voor kennismaking van
deze droomwandelingen. Twee jaar later gingen we terug in groep.
Vordereifel
De
Vordereifel maakt deel uit van de vakantieregio Mayen-Koblenz behorend tot het
bondsland Rheinland-Pfalz en beslaat de gebieden Middelrijn, Benedenmoezel en
het zuidoostelijk deel van de Eifel. De Vordereifel behoort tot deze
zuidoostelijke Eifel en geologische gezien tot de oostelijke Vulkaaneifel. Ze
beslaat 27 kleinere gemeenten gelegen tussen de Nurnburgring en de Laacher See,
in een grote krul omheen de Eifelstad Mayen. Een landschap van kraterkegels en
meren, van bergheide met jeneverbessen en brem en grootse beukenbossen, van
weidse uitzichten en diepe valleien. Naast een brok natuur is er ook plaats voor
cultuur. Monreal, de parel van het Eltzdal met zijn middeleeuws karakter,
burchtruïnes en vakwerkhuizen, is wellicht het bekendst. Daarnaast zijn er nog
het authentieke, nooit verwoeste, slot Bürresheim en de burchtruïne Virneburg.
Vanaf de uit het landschap oprijzende vulkaankegels heb je bij helder weer
zicht op de heuvellandschappen van Eifel, Hunsrück en Westerwald. Van een
forser kaliber is de Burcht Eltz, één der meest bezochte kastelen van
Duitsland. De ideale bodem voor een gevarieerd wandelgebied, maar in het zog
van de gerenommeerde Rijn- en Moezelgebieden lang en onterecht achtergesteld
als toeristische wandelstreek.
26 Traumpfade
De
Vulkaanweg behoort tot de oude gerenommeerde langeafstandswandelwegen in dit
gebied. Een Wandersteig met name Vulkaansteig bleef echter uit. In 2006 trekt
Wandelscout Dr. Rainer Brämer, erevoorzitter van het Duitse wandelinstituut
eropuit op zoek naar attractieve rondwandelingen. Op 12 april 2008 vindt de
opening plaats van de eerste 11 droompaden, waarvan 6 in de Vordereifel. De
wandelingen op zich moeten uitnodigen tot wandelen door het aanbieden van
attractieve landschappen, onverharde ondergrond, rijk aan afwisseling met
toeristische highlights en spectaculaire uitzichten. Het concept werkt
en op 6 september 2008 krijgt de Virne-Burgweg de titel van Duitslands mooiste
wandeling. 8 volgende wandelingen volgen op 12 maart 2010 en op 6 juni 2010
voleindigt zich het project met de laatste 7 droompaden, waarvan 2 in de Vordereifel. De
Traumpfade zijn kwalitatief hoogstaand aangelegd. Ze zijn uitgerust met
ecologisch en ergonomisch houten meubilair waaronder de zogenaamde droomsofas.
De bewegwijzering hoort feilloos te zijn.
Bergwerkcafé
Uitgangspunt voor
onze verkenning van de Vordereifel is het gasthof Zur Quelle in Boos waar de
eigenaar zelf aan de bakermat lag bij de totstandkoming van de eerste
Traumpfaden. We arriveren rond de middag want namiddag staat onze eerste
wandeling gepland. De Wanderather is hiervoor de ideale instapper. Vanuit het
dorpje Baar-Wanderath voert de wandeling over grasvelden omhoog naar een
bosrand met zicht op de ruïne Virneburg. Daarna gaat het in het diep
uitgesneden dal van de Nitzbach, langs puike leisteenrotsen het rustig
kabbelende beekje naar de bedevaartkapel St-Jost. We verlaten de wandeling want
even verder in het einde van het dal bij een oude steengroeve ligt het café
Bendisberg, een aangename rustplaats met terras en grillplek. Heerlijk zijn de
zelfgebakken taarten en verfrissend het bier. Terug volgen we het beekje de
Achterbach. Over weidevlakken en beboste vulkaanheuvels gaat het naar het
dorpje Welschenbach en vervolgens terug naar Baar-Wanderath.
Boswachterspaden
Zigzaggend dalen
we een steile boshelling af. Even later lopen we over een pad op een smalle
richel steil omhoog naar een uitzichtpunt met zit- en ligbanken. De trend voor
de Förstersteig is gezet. Tijd voor een
stevig zonnebad onder een heerlijk voorjaarszonnetje met zicht op Mayen en een
bedrijvige steengroeve. Een bosweg blijft op hoogte boven het dal van de Nette
tot een bergachtig pad ons bij de Funfkantstein brengt. Een historische
wegmarkering op een vijfsprong van boswegen. De afdaling in het Nettetal
gebeurt over een met sparren begroeide smalle heuvelkam die eindigt bij een
prachtige schuilhut met ervoor in de steile hang enkele houten Eifelligbanken.
Diep voor ons zien we het authentieke, nooit verwoeste, slot Bürresheim en
onder ons de oude watermolen die nu een restaurant is maar waar je ook terecht
kunt voor een verfrissing of taart. In een uniek kader op het verfrissende
terras aan de rivier gelegen tegen donkere leisteenrotsen. Een welgekomen rust
want over een rammenas van natuurpaden gaat het achteraf 6 km aan een stuk alsmaar
omhoog.
Tijd om eens het droompad voor de deur te ontdekken. Tegenover ons hotel 'Zur Quelle' staan twee informatiepanelen opgesteld met daarop het Traumpfad Booser
Doppelmaartour en de themawandeling
Stumpfarmweg. Deze laatste is geen droompad maar een themawandeling met
betrekking tot het leven van de éénarmige massamoordenaar Johan Mayer die vijf
mensen vermoorde en de lijken in de omgeving verstopte. De tocht verloopt
voorbij aan de plaats delicten, door de bossen waar hij stroopte en belangrijke
momenten uit zijn leven beleefde. Hij was de laatste ter dood veroordeelde door
de guillotine in Duitsland.
Vanaf het gasthof loopt een toegangsroute stijl
omhoog het dorp uit naar de eigenlijke Booser Doppelmaartour bovenop de
heuvelrug. Op dit pad komen we vele infopanelen tegen met uitleg over de
vulkaanstreek, de fauna en de flora ... en het leven van Stumpfarm. Boven
aangekomen staan we op de hoogste verheffing van deze route, de Schneeberg.
Voor ons de Lavabombe waar we een geologische doorsnede te zien krijgen van de
aardkorst en zijn lavalagen. Bovenop staat de Eifeltoren. Neen, niet die
ijzeren van Eiffel, maar een houten die na het bestijgen van de 125 trappen een
panorama biedt over het riante vulkaanlandschap. Het pad volgt de heuvelrug
door beukenbos, afgelost door een open passage met weiland. We steken de
heuvelkam over en dalen via een holle bosweg in het Nitzbachdal. We lopen in de
bosrand langs natuurweiden met daarin de meanderende beek. Een grasweg door een
zijdalletje leidt uiteindelijk naar het Doppelmaar, twee naast elkaar liggende
kratermeren. De route loopt in de rand omheen de oude kratermonden waarvan in
het eerste een bron ontspringt en het tweede opgevuld is met water. Op het
verste punt van de tweede krater hangt aan een dikke tak van een oude beuk een
schommel met een maximale draagkracht van 60 kg.
Bergheide
en jeneverbessen
We besluiten de Bergheidenweg en
de Wacholderweg in
één wandeling te maken. Starten doen we op de wandelparking aan de Raßberg. We
maken onmiddellijke kennis met de jeneverbesheide, een typisch heidelandschap
met verspreide jeneverbesstruiken. Op het einde ervan staat het Konrad
Adenauer-moument. De volgende verheffing is opnieuw een bergheidegebied, het Dr. Heinrich Menke Park. Naast
de Hohen
Acht krijgen we hier ook zicht op de 22 km lange noordelijke lus van de Nürburgring,
de groene hel die na de verschrikkelijke crash van Niki Lauda in 1976 voor de
F1-races ingekort is naar het kleinere circuit van 5,145 km. Middenin op een
heuvel staat de ruïne Nürburg. Midden op een brede heuvelrug met open
graslanden staat een grote zeshoekige schuilhut met een 360° zicht. Tijdens
onze picknick hier schuimen onze blikken de einder af. We hebben zicht op de
Hohen Acht, met 747 m
de hoogste verheffing in de Eifel. Tussen de bomen op de top ontwaren wij de
stenen Kaiser-Wilhelm toren, opgericht ter ere van het zilveren jubileum van
Keizer Willem II en keizerin Augusta Victoria maar ook ter herinnering aan
Keizer Willem I. Via de uitermate diep ingesneden met verdorde beukenbladen
bedekte vallei van de Selbach belanden we in het Nettevallei. Aan een boom
hangt een everzwijnschedel en achter bruingekleurde beukenhagen gaan typische
Netteboerderijen schuil. De Bergheidenweg gaat nu steil door enkele weiden
omhoog tot boven op de Heidbüchel, een bergheidegebied boven op een heuvel met
daarachter de Raßberg. Maar wij nemen in de Nettevallei de verbinding naar de
Wacholderweg die nog even in de vallei
blijft. Beide wandelingen staan als gemakkelijk omschreven. We hadden dan ook
geen kilometer lange klim verwacht en in vergelijk met de al gemaakte
wandelingen ligt de moeilijkheidsgraad niet in het reliëf maar in de gebruikte
paden en wegen. Boven ligt de Wabelsberger Wacholderhütte, de uitgelezen plaats
om in te keren en op adem te komen. Nu volgt een enig mooi wandeltracé over graswegen
op hoogte langs bosrand, over grasvlakten en jeneverheide. Na een bospassage
vangen ook wij de klim aan naar de Heidbüchel.
Burcht Eltz is
een enig mooie architecturale burcht die alle oorlogen overleefde en sinds de
bouw in 1157 in
familiebezit van de Graven van Eltz. Ze staat op een rots midden in het diepe
dal van het riviertje de Elzt en omgeven door het Eltzer woud. Een droomwandeling
kon uiteraard niet uitblijven. De benaming Eltzer
Burgpanorama is de perfecte omschrijving voor het parcours. Heerlijke
vergezichten op de burcht Pyrmont en de Moezelhoogvlakte. Een slingerend pad in
de diepe vallei. We trekken doorheen een gekloven rots een heuvel omhoog met om
de hoek de imposante verrijzende burcht Elzt. Een lange loopbrug loopt naar het
in de hoogte rijkende complex van verdiepenhoge donjons uit baksteen, gele leem
en witte vakwerkkunst doorregen met kastanjebruin geverfde balken. In een
woongedeelte tellen we wel negen verdiepingen met vensters. Beneden in het
bakstenen gedeelte twee etages met kleine openingen met daarboven nog drie met
dubbele ramen en roodbruine luiken, daarboven een vakwerkbouw met puntgevel en
vier verdiepingen. Een lugubere tunnel leidt naar een donkere binnenkoer
middenin de naar de hemel rijkende binnenmuren met erkers en uitspringende
trappentorens. Lang naar boven kijken bezorgt je vast en zeker nekkramp. Tussen
toegangsbrug en woongedeelte achter de poort vertoeven we lange tijd op één van
de twee terrassen, op de picknickbanken tegen de muur leunend lekker genietend
van een heerlijk lentezonnetje. Zo mooi de grafelijke burcht oogt zo bekoorlijk
is het pad door het Elztdal naar beneden. Een adembenemende klim brengt ons
terug op het plateau met zicht op de Moezelvallei en de heuvelkam van de Hunsrück daarachter.
Duitslands
mooiste in 2011
Monreal
is een typisch beschermd Eifelstadje, zo een beetje klein Monschau met smalle
kromme vakwerkhuizen en de prille Eltz die doormidden splijt en enkele
idyllische hoekjes prijsgeeft al een monumentale brug of een gietijzeren
tafeltje langs het water. Vanaf de wandelparking bij het station loopt een
aanlooproute naar het stadje. We lopen echter niet rechts richting centrum,
maar gaan onder de spoorwegbrug door een graspad achter de spoorweg omhoog naar
de twee burchten boven de stad, van de beneden- naar de bovenburcht. Monrealer Ridderschlag noemt de tocht en in onze
groep zitten kinderen die riddertje spelen en de slottoren beklimmen een
uitdaging vinden. We hebben hier een hemels zicht op de daken van Monreal, dat
we op het einde van de tocht zullen bezoeken. De wandeling draagt het predicaat
zwaar, niet vanwege de hoogteverschillen maar vanwege de bergachtig smalle
paden die kronkelend door de valleiwand en over heuvelruggen trekken. We hebben
met ons hotel een Eifelvesper afgesproken en als we een zijvalleitje indraaien
staan daar tot onze verrassing twee lange tafels opgesteld. We doen ons tegoed
aan een buffet van inheemse producten met lekkers van een lokale kaasboer,
everzwijnpaté, bloedworst, leverworst en andere snuisterijen. Bier, wijn en frisdranken
zijn ook van de partij. De Eifelpicknick in het vrije is een leuk initiatief,
zeker zoals op deze wandeling waar geen mogelijkheid bestaat om in te keren.
Hartversterkend ook, want nu gaat het bergop tot op een landbouwplateau om
daarna via holle wegen en opnieuw een pad hhog boven de Eltz naar Monreal te
dalen.
Voor
de Hochbermeler wandeling rijden we naar het naburige dorpje Bermel, naar het
gehuchtje Fensterseifen om correct te zijn. Onmiddellijk vangen we
de klim aan van de Hochbermeler, een 570 m hoge vulkaankegel waarvan een groot stuk
afgegraven is tijdens de exploitatie van de basaltsteengroeve. Vandaag heeft de
natuur opnieuw de bovenhand genomen in de groeve. We lopen over een smal pad
langs de buitenkant van de berg omhoog. Aan de rand staat gloednieuw
Eifelmeubilair, dit behoort dan ook tot de laatste zeven die uitgezet zijn. We
hebben continue zicht op het weidse vulkaanlandschap, het lijkt wel
bultenlandschap van vulkaankegels met daar omheen lappen groene weiden en herfstkleurige
bossen. Achter de heuvel liggen meerdere beekdalen die uiteindelijk verder
samenlopen als het riviertje de Eltz richting Moezel. De route loopt nu door
een diep beukenbos. Drie reebokjes verschieten zich door onze helse afdaling
door het bladertapijt en nemen het hazenpad. Even verder bespeuren wij een
familie herten maar zij verdwijnen in een diepe beekbedding. Beneden in de
vallei lopen we even parallel aan een spoorweg voor we kriskras door het bos
opnieuw naar boven kruipen. We trekken over enkele akkers een heuvelrug over
naar een laatste bosje.
Duitslands
mooiste in 2008
Wat maakt de Virne-Burgweg tot Duitslands mooiste wandeling? Is
het de doortrek van de romantische Virneburg? De wandeling door het Nitzbachtal
of de ultieme klim doorheen een prachtig beukenbos naar de heide op de
Schafberg? Zijn het de mosachtige graspaden over de betoverende Blumenrather
Heide of het duizelend hoogtepad hoog boven de vallei met dieptezicht op de
Virneburg? Of de paden over groene heuvels en door dichtbegroeide holle wegen?
Neen, het is alles samen en dit niet op een meerdaagse tocht maar op een
wandelingetje van slechts 10
km. Indrukwekkend, niet? Maar hier moet het niet bij
stoppen, de op een beugscheut verwijderde Wanderather heeft vast en zeker
datgene wat hier ontbrak.
Traumpfade praktisch
De
bewegwijzering is subliem waardoor een wandelkaart voor de wandelingen op zich
niet echt nodig is. De meeste Traumpfade zijn gemiddeld 9 tot 15 km lang met het robuuste
Vulkanpfad van 6,6 km
in de Vordereifel als kortste en het Bergschluchtenpfad Ehrenburg van 18,6 km aan de Moezel als
langste. Iedere wandeling heeft een startpunt met infobord en
parkeermogelijkheid. Meestal lenen twee aan elkaar grenzende wandelingen via
verbindingspaden zich tot één lange dagwandeling. Wij maakten volgende
wandelingen: Booser Doppelmaartour (9,1 km); Virne-Burgweg (9,9) km; Wanderather (12 km, aftakking naar café
Bendisberg 13,2 km);
Hochbermeler (10 km);
Monrealer Ridderschlag (13,7
km); Bergheidenweg + Wacholderweg (17,8 km); Förstersteig 15,5 km; Eltzer
Burgpanorama (12,7). Vele van deze wandelingen zijn te combineren:
Virne-Burgweg (9,9) km + Wanderather (12 km, aftakking naar café Bendisberg 13,2 km); Hochbermeler (10 km) + Monrealer
Ridderschlag (13,7 km);
Bergheidenweg (10,3 km)
+ Wacholderweg (8,8 km)
Info:
Website www.traumpfade.info met beschrijving
van de 26 Traumpfade en een interactieve routeplanner waar de wandelingen te
downloaden zijn in GPS-formaat of af te drukken zijn inclusief wandelkaart,
reliëf en trajectinformatie
Schatten
in het landschap en Chatten uit een ver verleden. Je komt ze tegen op de
Habichtswaldsteig. Een Premiumwandeling die je leidt door een wonderlijke
natuur, Germaanse geschiedenis, de lugubere middeleeuwen en de sprookjeswereld van
de gebroeders Grimm.
Laatwintertocht
Pasen, we maken ons op voor een
voorjaarstrekking doorheen het Habichtswald (Havikenwoud) naar de Edersee in het natuurpark Kellerwald. We reizen
met de trein aan en starten onze tocht in Zierenberg. Een schat van een bronzen
boerenpaard pauzeert voor het raadshuis, Hessens oudste vakwerkhuis. De kerk
met massieve vierkante toren en schaliedak staat model voor de vele
verdedigingskerken in deze streek. De middeleeuwse stad is omgeven door heuvels
met op de Schreckenberg een toren. Een onheilspellende heuvel waar al
menig één uit wanhoop zich van de smalle ronde toren naar beneden wierp. Al
gauw beklimmen we de met blauwe stenen bezaaide helling. Basaltbrokken die door
waterinsijpeling en hevige vorst in de loop der tijden uiteenspatten en zich
uitspreidden in een steenwaterval. Boven wring ik mij letterlijk langs de
steile houten trap in de smalle toren naar boven en geraak door mijn rugzak net
niet geklemd. Beklemmend is het uitzicht vanaf het kleine portaal. Wat zijn we
blij dat we onze wandelstokken bij hebben, ze geven ons steun bij de afdaling
van de besneeuwde en verijsde noordkant.
Herdersbomen
De tweede heuvel heeft een brede
kale kop die omzoomd is door één der grootste Wacholderheidegebieden van
Europa, een bergheidelandschap begroeid met verspreide jeneverbesstruiken. Een
schrale wind bespeelt even verder een kunstzinnige metalen harp. Een
sprookjesrustplaats waar het normaal lekker ontstressen is, maar vanwege de
koude houdt dit geen steek. Na een zoveelste bocht ligt voor ons een kale
vlakte waar bij mooi weer zweefvliegers de lucht in gaan. Erachter op een
Kuppe, een rond koepelheuvel, de Helfensteine, twee machtige
basaltrotsen. In het natuurcentrum leren we over de levensomstandigheden van de
oerbewoners uit deze streek, de Germaanse Chatten en over de fauna en flora.
We overnachten op de plek Elfbuchen, een plek op de oostelijke kam van het
Habichtswald waar in 1879 een hut stond tussen elf beuken met erlangs een ronde
uitzichttoren. Destijds zag je van hier het Herculesbeeld boven aan het
bergpark van Kassel. Als de vlag op de toren wapperde was de hut open en kwamen
de mensen uit Kassel hier naartoe voor een hapje en drankje. Zelfs de keizerin
op het slot Wilhelmshöhe maakte uitstapjes hier naartoe in haar koets. Nu ligt
er een dicht loofbos en een enorme herdersweide tussen de hut en de halfgod. We
lezen over de hutebüchen, grote beuken waar ze varkens onder hoedden.
Goddelijk is het zicht op het grootste bergpark van Europa met beneden het slot
en in het verlengde de stad Kassel. Van onschatbare mooiheid zijn de
waterspelen die hier op vastgelegde tijdstippen plaatsvinden. Het water klettert dan over cascaden naar beneden, valt in
watervallen en via een nagebootst Romeinse viaduct in de kasteelvijver, waar de
grote fontein het water 52 m de lucht in schiet.
Door een prachtig sneeuwlandschap
gaat het richting Firnsbachtal. Een eenzaam dik besneeuwd pad trek een spoor
door het bos richting Herbsthäuschen, een chalet met bergkarakter waar
we maar al te graag inkeren. Een groep Duitse wandelaars zitten met een
halfliterbier voor zich en eten de typische Leberkäse, geserveerd met een
spiegelei erbovenop. Een verijsd pad loopt over een richel en menige brugjes
door het smalle Firnsbachtal. Het over de rotsen naar beneden sijpelende water
is bevroren in sprookjesachtige ijswatervallen. Op een heuvel buiten het bos
staan de resten van de Schauenburg. Schauen betekent kijken en we vragen
ons af of dit iets te maken heeft met de naamgeving want de top geeft een
spectaculair zicht op de omliggende heuvels. Gezeten aan één van de
picknickbanken of gezeteld op één van de vier houten landschapstronen voel jij
je de koning te rijk.
We bezoeken de sprookjeswacht in Breitenbach. Daar waken
ze erover dat de aanbrengers van sprookjes aan de gebroeders Grimm niet in de
vergetelheid geraken. We spreken over de sprookjesleveranciers, want de
gebroeders Grimm schreven zelf geen sprookjes maar lieten de volksmensen tot
zich komen. Geletterd als zij waren, penden zij de gesproken sprookjes neer in
het verzamelwerk Kinder und Hausmärchen. De gemeente Schauenburg gaat
prat op zijn twee sprookjesvertellers Marie Hassenpflug en Johann Friedrich
Krause. We ontdekken dat de bij ons bekendste sprookjes zoals Roodkapje, Doornroosje, Sneeuwwitje, De gelaarsde kat, Repelsteeltje, De wolf en de zeven
geitjes, Tafeltje dek je en nog vele anderen door Marie aan de Grimmbroeders
zijn overgedragen. Breitenbach is eveneens de geboortestad van de hedendaagse
kunstenaar Albert Schindehütte die door moderne pentekeningen, lithografieën en
houtsnitten de herinneringen aan de sprookjes hoog houdt. Het resultaat valt te
bewonderen in het tot sprookjeswacht omgebouwde oude brandweergebouw. Maar ook
elders in het dorp duiken overal sprookjestekeningen op. Geen sprookje is dat
de beste appelchampagne van Duitsland ook uit dit dorp komt, appelschuimwijn
à la méthode champegnoise.
Een
stukje geschiedenis krijgen we met de ruïne Falkenstein en het keltenkamp
Altenberg. We wandelen fictief langs de ringmuur waar infoborden ons wijzer
maken. Zo komen we te weten hoe de Chatten leefden en dat beuken godenbomen
waren waaronder druïden hun brouwsels brouwden. De etappe vandaag is de kortste
waardoor we de tijd nemen voor een bezoek aan het natuurwarm mineraal thermaal
bad van Bad Emstal, hopend dat dit een spierontspannend effect heeft.
Herbronnen doen we achteraf in de sauna van ons hotel en op krachten komen we
aan het mediterraans buffet. Dat is best nodig want morgen wacht ons de langste
etappe. We wandelen van de Ems naar de Elbe. Niet de grote rivieren maar
naamgenoten en zijrivieren van de Eder. Bij een Noord-Duitse volksverhuizing
gaven deze aan twee riviertjes de naam van hun grote broers uit het noorden.
Één van de vele verhalen die we op deze tocht tegenkomen. We volgen een tijdje
het spoor van de Hessenkoerier, een museumtreintje dat om de vier weken nog
rijdt, tot bij de voormalige hengstenweide die nu onder water staat en waar
watervogels huizen. Overal op de Habichtswaldsteig zijn op opmerkzame plaatsen
sprookjesrustplaatsen ingericht. Ditmaal staat bij een alleenstaande wachttoren
een hemelschommel. Bij de ruïne gisteren was dat een orgelwip. Niet alleen deze
rustplaatsen trekken onze aandacht. Bij de Zwanenbron komen naar het schijnt de
ooievaars de kinderen ophalen voor het naburige dorp Ippinghausen. Een oude
appelboom is door een plaatselijke kunstenaar in een oude reus veranderd. Op de
reuzenbank erlangs gezeten, voelen wij ons jonge reuzen die neerkijken op het
onderliggende landschap. Gekscherend noemen we de Weidelsberg de picknickberg
vanwege drie goed voorziene rustplaatsen. Aan de voet aan de picknicktafels, op
de top in de Weidelsburg of na de afdaling in de schuilhut in een oude
steengroeve. Een leuker idee is het om hierheen een schatkist te bestellen. De
eigenaar van ons hotel gisteren, die zelf een verwoede wandelaar is, laat
hiervoor het eten en drinken aanrukken. Hij heeft daarvoor speciaal een antieke
blikmachine aangeschaft om handmatig blikken te versluiten en zowarm eten te serveren midden in de natuur.
Hij vergast ons op wildsoep, everzwijnragout en een brouwnie als dessert.
Hiervoor moeten we wel naar de schuilhut vluchten vanwege een heuse sneeuwbui.
De imposante burchtruïne bovenop de enorme basaltrotsen bezit twee massieve
vierkantige woontorens. Omgeven door de restende verdedigingsmuren is de omvang
en indeling nog goed te herkennen. De sage vertelt dat bij de belegering van de
burcht de veroveraar in een gulle bui alle vrouwen vrije doortocht verleent en
op hun rug mogen meenemen wat hen lief is. De burchtvrouw draagt haar man naar
beneden waardoor deze aan de dood ontsnapt. In een serpentinepad gaat het door
de verse sneeuwlaag behoedzaam naar beneden.
We lopen over de tornooiweide waar
ooit ridderspelen plaatsvonden. Enige getuige uit die tijd is de meer dan
duizend jarige tornooi-eik. De enige plaats op deze lange tocht om in te keren
is het chalet Hasenacker. Monstrueus grote taartstukken presenteren ze
daar! Het plaatselijke kruidenlikeurtje Hasenblut helpt verteren en
verwarmt onze gemoederen. Schatten in overvloed op deze etappe, maar de hoogste
vermelding gaat naar het zeer afwisselende parcours variërend van paden in het
bos, langs de bosrand, graspaden over open vlaktes, weidepaden, riviervalleien,
veldwegen, Uiteindelijk bereiken we het historisch Naumburg aan de voet van
de burchtheuvel. Een schat van een vakwerkstadje maar de burcht is niet meer.
Aan de rand van het stadje ligt een
voor Duitsland unieke hommelwerkplaats, een mierenterrarium en een
insectenhotel. We passeren een watertrapbekken dat de regeneratie zou
bevorderen bij vermoeide benen. De landschapsschoonheid herneemt zijn vervolg.
We trekken door enkele beekvalleien, door bos, over weiden en akkers naar
Waldeck. Enkele reeën kijken ons vragend aan en nemen dan de benen. Rode wouwen
circuleren door het luchtruim op zoek naar een prooi op de grond. Langs de
bospaden hebben everzwijnen de aarde omgewoeld en in de resterende sneeuw
ontdekken we sporen van de o zo schuwe wilde kat.
In de kerkers van de burcht
Waldeck geselden ze andere katjes, dat leiden we af van de tentoongestelde
strafwerktuigen en de uitleg gegeven door de dictafoon. De burcht overziet een
groot gedeelte van de Edersee, die aangelegd is om het waterdebiet op de grote
rivieren Fulda en Weser te regelen. De Habichtswaldsteig loopt tot aan de
stuwdam samen met de Urwaldsteig die omheen het meer loopt.
Iedere maandag kan
je de afdaling maken met een natuurparkwachter die je volledig inwijdt in de
geheimen van de natuur. We leren over het nut van rottend hout, naar knoflook
geurende zwammen, eeuwenoude knoreiken, Op de route naar beneden komen we
voorbij markante uitzichtpunten. Na een overzet met de veerboot kan je dan met
de kabellift terug naar Waldeck. Je kunt deze tocht natuurlijk ook persoonlijk
ondernemen.
Een aanrader is achter de stuwdam het pad langs het meer te volgen
tot bij een avonturenparcours in de bomen. De bosweg naar boven brengt ons bij
de toegang tot de boomkruinenwandeling. Op het pad ernaartoe zijn op inventieve
wijze alle facetten van het leven in het woud uitgebeeld. Over een op metalen
palen geplaatste loopbrug lopen we 250 m door de kruinen van de bomen.
Erlangs
ligt een wildpark dat de dieren herbergt die ons in de bossen verborgen bleven.
We krijgen ze allen te zien: de everzwijnen, het roodwild, wolven, wilde
paarden, Zelfs die schuwe wilde kat. Rode wouwen raken
aangetrokken door het krijsen van de opgesloten roofvogels en verzorgen hun
eigen vliegshow. We volgen de bosrand terug naar de stuwdam in Edersee. Onze
schattentocht op de Habichtswaldsteig eindigt in het één kilometer verder
gelegen Hemfurth, in de wintertuin van ons hotel met zicht op de Eder. Het
buitenterras ware schattiger, maar daarvoor is het nog te koud.
Praktisch
AFSTAND: officieel 85 km;
Zoals wij het deden in 5 etappes van
Zierenberg tot Waldeck - 92 km
+ etappe Waldeck naar Hemfurth met bezoek aan stuwmeer Edersee, wildpark en
boomkruinenwandelpad - 15 km
BEWEGWIJZERING: een havikskop op een
bordeauxrode achtergrond. Naast logos op palen en bomen zijn op regelmatige
afstand wegwijzers geplaatst en zijn 600 palen met het logo in het landschap
aangebracht. Grote infoborden geven uitleg over bezienswaardigheden onderweg.
ETAPPE-INDELING:
1. Zierenberg Elfbuchen (Kassel)
= 19 km
2. Elfbuchen Schauenburg = 19 km
3. Schauenburg Bad Emstal = 14 km
4. Bad Emstal Naumburg = 23 km (deze
etappe is op te splitsen in 2 delen van ca. 14 km mits een extra overnachting
in Naumburg door de extratoer H8 te nemen na de wachttoren en op deze terug te
keren de volgende dag)
5. Naumburg Waldeck = 17 km
6. Waldeck stuwmeer Edersee (+
wildpark + bomkruinenwandelpad tot Hemfurth) = 7 km (15 km)
Kassel-Wilhelmshöhe is gemakkelijk
vanuit België te bereiken met de ICE met één overstap in Frankfurt. Van daaruit
brengt een regionale trein je in 20 naar Zierenberg. www.b-europe.com, www.bahn.de (Europa-Spezial Belgien ticket
vanaf 39). Terug vanaf de Edersee kan met de
taxibus naar Bad Wildungen, dan met de regiotrein naar Wabern vanwaar een IC
rijdt naar Kassel of Frankfurt.