Aan Mevrouw Hilde Crevits Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Koning Albert II-laan 20 bus 1 1000 Brussel
Faxnummer: 02 552 66 01
Betreft : voetpaden / trottoirs
Mevrouw de Minister
Hierbij leggen wij u volgende problematiek voor nadere informatie.
Tussen onze vzw en de Stad Gent zijn er enkele disputen betreffende het versmallen van de voetpaden ten voordele van de fietspaden.
Wij gaan ervan uit dat het versmallen van de voetpaden onderworpen is aan een bouwvergunning in navolging van het Besluit van 29.04.1997 betreffende vaststelling van een algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer en de daaraan verbonden omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998. Omzendbrief betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
De bouwverordening geeft dus aan aan welke voorschriften de wegen voor voetgangersverkeer of voetpaden dienen te voldoen wanneer ze worden aangelegd of wanneer ze worden aangepast. Elk werk dat invloed heeft op nuttige breedte van de weg voor voetgangersverkeer wordt als een aanpassing beschouwd.
De Stad Gent beroept zich op volgende bron om de werken zonder bouwvergunning uit te voeren:
Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de vergunningsplichtige functiewijzigingen en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedebouwkundige vergunning nodig is. Datum 14.04.2000
ART. 3. handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is 18° het uitvoeren van de volgende werkzaamheden op openbaar domein of op terrein dat na de werkzaamheden tot het openbaar domein zal behoren;-
b) het aanbrengen van een andere verharding op een rijweg, jaagpad, dienstweg of dijk, of de vervanging van de bestaande verharding, zonder verbreding ervan. Hierbij is een verschuiving mogelijk tussen de stroken die voor voetgangers, fietsers en gemotoriseerd verkeer bestemd zijn. Die vrijstelling geldt niet als de bestaande rijweg, jaagpad, dienstweg of dijk een aardeweg, grintweg, steengruisweg of kasseiweg is. De werkzaamheden mogen niet gelegen zijn in een stads- of dorpsgezicht, noch in de onmiddellijke omgeving van een beschermd of voorlopig beschermd monument. Onder onmiddellijke omgeving dient de ruimte gelegen binnen een straal van 30 meter van de uiterste grenzen van het monument te worden verstaan;
Anderzijds stelt het Vademecum Voetgangers deel 3 punt 3.3.1. De plaats bij uitstek voor de verplaatsingen van de voetgangers is het trottoir. Bijgevolg is het trottoir het domein dat exclusief moet worden voorbehouden aan de voetganger en aan niets of niemand anders.
Gezien hier twee verschillende standpunten uit de vigerende wetgeving en reglementering opduiken en eigenlijk contradictioneel zijn willen wij enige rechtszekerheid over en voor het aanleggen en aanpassen van trottoirs / voetpaden.
Graag hadden wij het standpunt van de overheid terzake gekend. Immers worden door de Stad Gent niet alleen voetpaden versmalt voor verbreding van fietspaden, maar worden ook voetpaden gewoonweg omgevormd tot fietspaden. Ook dit menen wij in strijd te zijn met de vigerende wetgeving.
Wij gaan ervan uit dat de voetganger de allerzwakste verkeersdeelnemer is en zijn rechten niet mogen geschaad worden, mogelijkerwijs door wetmatige spitsvondigheden van de gemeentelijke overheden.