Er was eens een arm meisje. Haar moeder en vader waren allebei dood. Dus zwierf ze alleen rond.
Op een dag liep ze voorbij de biobliotheek. Toen kwam de bibjuf buiten een sigaar roken. Ze zag het meisje en zei; "kom jij maar binnen. Je mag in de bib slapen. Er zijn kussens genoeg".
Het meisje kwam graag binnen. ze kreeg een koek. Daarna viel ze n een diepe slaap. Zo ging het nachten verder. Overdag neusde ze in boeken en 's nachts nestelde ze zich in de kussens.
Tot ze op een nacht achter de toonbank een vampier zag. Ze durfde bijna niet te kijken. Het bloed liep uit zijn mond.Hij sloop dchterbij. Toen klonk er gekraak aan de deur en opeens.... was de vampier weg.
Die dag zochte ze naar een boek over hoe ze vampieren kon wegjagen. Dat boek vond ze niet. Maar wel een boek met als titel 'Hoe ga ik om met een vampier?' Dat leerde ze uit het hoofd. In het boek zat een fluitje. ze bond het fluitje met een zilver touwtje rond haar nek. Ze verstopte zich achter de toonbank.
Toen kwam de vampier. Ze klopte met haar boek op het hoofd van de vampier. De vampier viel flauw. Ze blies op haar fluitje en de vampier stond recht. Hij spuugde het bloed uit en zei: dank u. je hebt de vloek verbroken. En vanaf toen was het meisje nooit meer alleen. De vampier en het meisje werden vrienden.
De winter is leuk maar koud. De zomer is leuk maar te warm. De herfst is leuk maar nat De lent is zo leuk en fris. De lente is flauw. Toch bloeit ze sterk open. De eerste bloem, de eerste zonneschijn, dankzij de eerste lentewind
Heksen, draken en wolven komen naar je toe. Je bent heel bang. Ze zien er supervies uit. Je begint te huilen. De heks is als eerste bij je.
Ze zegt: ik ga je betoveren. De feeks zwaait met haar toverstaf. Ze zegt: oplimkrintoerani! Maar je kan nog net op tijd wegrennen. Je botst hard tegen de wolf op.
De wolf zegt: ik eet je op met huid en haar. Opeens zie je ijzer liggen. Je hangt het voor je buik. De wolf bijt erin en bezeert zijn tand. Je doet een vreugdedansje. De draak grijpt zijn kans en loopt naar je toe.
Hij zegt: ik steek je poep in brand. Je zegt aan de draak: "spoken, heksen bestaan niet. Ik geloof niet in sprookjes". En de draak gaat dood.
Je loopt naar de heks en de wolf. Je zegt: "spoken, heksen bestaan niet. Ik geloof niet in sprookjes!!!" De heks en de wolf gaan ook dood.
Je gaat terug naar binnen; In de tuin ligt nu een dode heks, een dode wolf en een dode draak. Je ben trots op jezelf. Je hebt je grote angst overwonnen.
Er was eens een tuinman. Hij werkte bij de koning. De koning vond het heel naar dat de tuinman op twee minuten de tuin van 10 kilometer helemaal kon harken. Op een dag kon hij zijn nieuwsgierigheid niet meer inhouden. Hij liet posters opgangen in heel het land waarop stond geschreven: wie kan ontdekken wat mijn tuinman doet die mag regeren over het land.
De heks ontdekte dat de tuinman zijn hark gewoon in de grond moest steken. En dan moest hij aan iets denken en zo ging het dan.
De koning was een eerlijk man. Daarom mocht de heks regeren. De heks toverde alle mensen in kikkers. Behalve de uitnman want hij had zich verstopt. Hij stak zijn hark in de grond en dacht dat de heks een fee was. De fee maakte alles goed.
Er was eens een klein en helemaal geen machtig landje. Omdat het zo'n kleine landje was, werd het zelfs vergeten op de wereldkaarten. Op een dag kwam er een draak. Hij at alle mensen op behalve een klein meisje van vier. Gelukkig was het meisje niet dom.
De draak stampvoette zo hard dat alle huizen instortten. "Nu wordt het te erg", dacht het meisje. Ze las zich suf. Tot het daar ineens midden in een boek stond. Het meisje las dat zinnetje 10 keer opnieuw. Dat ging ze doen. Ze pakte een mes. Ze herhaalde dit: de zwakste plek is de staart. En ze hakte voorzichtig een klein stukje van de staart af. De draak brulde heel hard en viel met een open bek dood neer.
Stilaan ontstond er terug leven. En dit verhaal gebeurde net aan de grens. Dus ondervond men dat men langs de open mond naar binnen en langs de staart naar buiten kon komen: een poort dus! Het meisje werd gekroond tot koningin.
Ik ben Emma
Ik ben een vrouw en woon in Borgerhout (Antwerpen) en mijn beroep is heb ik nog niet, maar ik wil later actrice worden.
Ik ben geboren op 03/01/2001 en ben nu dus 24 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: scouts, zwemmen, turnen, verhaaltjes schrijven.
Ik zit in het derde leerjaar bij Juf Anke en Juf Els.
zag. Ze durfde bijna niet te kijken. Het bloed liep uit zijn mond.Hij sloop dchterbij. Toen klonk er gekraak aan de deur en opeens.... was de vampier weg.
