hallo ik heb deze pagina gemaakt met de bedoeling van mensen weg wijs te maken voor dieren te verzorgen voor niet alle sites af te lopen voor verschillende onderwerpen is deze site een samenvatting van bijna alle sites en belangrijke informatie als je iets niet vindt dan kan je altijd terrecht op dit e-mail adress: kimmeke_sascha@hotmail.com
Een ontsteking van de baarmoeder, is een regelmatig voorkomend probleem. Dit is een levensgevaarlijke situatie voor het dier, dus het is belangrijk om de eerste ziektesymptomen te herkennen en snel te handelen. Een aantal symptomen zijn dat het dier meer drinkt dan normaal en sloom is. Ook kan er een vaginale afscheiding zijn, welke varieert van etterig-slijmerige uitvloeiing, tot bloederige afscheiding. Deze afscheidingsvormen kunnen alleen aanwezig zijn, als er sprake is van de ''open'' vorm van baarmoederontsteking. Er bestaat ook een ''gesloten'' vorm; bij deze vorm van baarmoederontsteking kan de baarmoederinhoud door een verkanteling van de baarmoeder niet naar buiten vloeien, waardoor een bloedvergiftiging kan optreden. Er treedt dan uitdroging op, de vacht ziet er dor en droog uit en het dier heeft een vieze lichaamsgeur. Ook na een bevalling waarbij de nageboorte niet goed afkomt of er, bij verwerping, resten van het dode veulen of nageboorte in de baarmoeder achterblijven, kan een baarmoederontsteking ontstaan. In alle gevallen geldt: indien u vreemde afscheidingsvormen bij uw dier ontdekt: direkt naar de dierenarts! Meestal krijgt het dier een antibioticakuur en vaak wordt gekozen voor het spoelen van de baarmoeder. Een aantal goed werkende homeopatische middelen zijn: Apis mellifica (bijengif): in een vroeg stadium van baarmoederontsteking met veel uitvloeiing. Sabina (zevenboom): stimuleert de doorbloeding van de baarmoederwand. Deze kan hierdoor beter samentrekken, waardoor de baarmoederinhoud wordt uitgedreven (veulen, nageboorte, etterstof, etc.). Sabina laat zich goed combineren met secale cornutum. Secale cornutum (moederkoorn): dit laatste middel laat de baarmoeder sterk samentrekken, waardoor de werking van sabina wordt verhevigd. De baarmoederinhoud wordt door deze combinatie versneld uitgedreven. Pyrogenium (een nosode ** bereid uit ruw-eiwit in gedestilleerd water): indien er een nageboorte is achtergebleven of een dood veulen, er een stinkende vaginale afscheiding is, kan pyrogenium een waardevol middel zijn. Het dier heeft vaak hoge koorts met zwakke pols, of juist andersom: lage temperatuur en snelle pols. Dit middel is goed te combineren met: Lachesis (bosmeester): dit middel brengt de uitvloeiing van de giftige stoffen, aanwezig in de baarmoeder, op gang (afgestorven weefsel en bacteriën). Pulsatilla (wildemanskruid): past bij een baarmoederontsteking met romige-etterige uitvloeiing. Het kan zowel acuut als chronisch zijn. Het type dier waar dit middel bij past, is vaak heel aanhankelijk en meegaand van aard. Hepar sulfuris (zwavellever): bij etterige uitvloeiing altijd denken aan dit middel. Indien de baarmoederontsteking chronisch is geworden, zal zich in de baarmoeder veel etter vormen en ophopen. Hepar sulfuris is dan een waardevolle opruimer van de etterstof. Kalium bichromicum (kaliumbichromaat): indien er sprake is van heel taaie etterige uitvloeiing, kan dit middel worden ingezet. Het zorgt ervoor dat de taaie uitvloeiing dunner gaat worden, waardoor de uitvloeiing sneller naar buiten kan komen. Sepia (zeekat): chronische baarmoederontsteking bij de oudere merrie met roodbruine stinkende uitvloeiing. Het type dier waar dit middel bij past is vaak prikkelbaar van karakter en in sommige gevallen zelfs agressief. ** een nosode is een homeopatisch middel, bereid uit een beetje ziekmakende stof, welke op homeopatische wijze wordt gepotentieerd (= verdund). In de homeopathie zoekt men bij elke kwaal een middel, welk in onverdunde vorm juist de ziekteverschijnselen op zou roepen. Het gelijke wordt met het gelijke bestreden. Het ziektebeeld van de patiënt en het ziektebeeld wat een middel in onverdunde vorm op zou roepen bij toediening aan een gezond individu, moet zo sterk mogelijk op elkaar lijken. In gepotentieerde vorm geneest dit zo gelijkende middel juist die kwalen. Vandaar dat men in de homeopathie ook wel met nosoden werkt, bij vage ziektebeelden zelfs wel eens met gepotentieerd bloed van de patiënt zelf!
Droes is een zeer besmettelijke paardenziekte. Daarom is het van groot belang de zieke paarden te isoleren en als verzorger de nodige maatregelen te nemen. Wist u dat er homeopatische middelen zijn die het genezingsproces kunnen bevorderen? SYMPTOMEN. Droes is een zeer besmettelijke paardenziekte. De eerste symptomen zijn hoge koorts, een ontstoken keel (moeizaam slikken) en heldere neusuitvloeiing die al snel etterig wordt. In een later stadium zwellen de lymfeklieren langs de onderkant van de kaak op tot grote bulten. Indien de ziekte normaal verloopt, breken deze abcessen later open. De etter kan dan aan de buitenkant naar buiten komen (onderkant kaak) of soms via de neusholte. DOORBRAAK. Zodra de abcessen rijp zijn en doorbreken, voelt het paard zich al stukken beter. De gaatjes aan de buitenkant van de abcessen kunnen worden opengehouden en dagelijks enkele malen worden uitgespoeld met sodawater, zodat alle etter naar buiten af kan vloeien. Denk wel aan het besmettingsgevaar! De verzorger van het zieke paard dient zich na elk contact geheel om de kleden en het liefst te douchen! Ook moet het paard geïsoleerd worden van andere paarden. CORNAGE. Indien droes niet goed of niet snel genoeg wordt behandeld, kan het paard een verlamde stembandzenuw oplopen. Deze kwaal heet cornage. Een paard met cornage maakt tijdens het rijden piepende geluiden, hetgeen geen kwaad kan, maar zeer hinderlijk is. VERSLAGEN DROES. Komt de etter bij de doorbraak van droes niet naar buiten, maar komt het in de bloedbaan terecht, dan spreken we van verslagen droes. De luchtzakken, de longen, de schedelholte of de buik, kunnen in dit geval aangetast worden. Dit is een levensgevaarlijke vorm van droes die vaak verkeerd afloopt. Het is dus zaak dat de abcessen zo snel mogelijk tot rijping komen. ANTIBIOTICA. Het gebruik van antibiotica tijdens droes houdt rijping van de abcessen tegen. Antibiotica valt dus af te raden. Wanneer het wel gebruikt wordt, zien we dat de met antibiotica behandelde paarden vaak chronische verkoudheden er aan overhouden. We zien dit bij veel harddraverstallen: de paarden worden maar niet fit, hoesten en snotteren af en toe en zijn niet meer in conditie te krijgen. Dit kan zeer langdurig aanhouden! HOMEOPATHIE. Met behulp van homeopatische middelen kan de rijping van abcessen gestimuleerd worden. Hiervoor wordt vaak Myristica sebifera (Zuid-Amerikaanse boomsoort) gebruikt. Dit homeopatische middel wordt ook wel ''het homeopatische mes'' genoemd. Het versnelt de rijping en doorbraak van abcessen. Het aan de buitenkant smeren van laurierzalf bespoedigt het rijpingsproces eveneens. In het stadium dat doorbraak is opgetreden, komen allerlei andere homeopatische middelen in aanmerking. De belangrijksten zijn o.a.: Hepar sulfuris (zwavellever); het wordt ingezet bij acute, etterende ontstekingen en abcesvorming, vaak gepaard gaande met koorts. Hepar sulfuris kan prima gecombineerd worden met: Silicea (kiezelzuur), hetgeen fistelvorming tegengaat. Ook Lachesis (slangengif) is een probaat middel, specifiek wanneer de droes vooral linkszijdig naar buiten is gekomen. Echinacea angustifolia (smalle purperhoed) stimuleert het eigen afweermechanisme om infekties op te ruimen. Pyrogenium (een nosode** van geautolyseerd vlees) kan ingezet worden in een stadium van bloedvergiftiging, het krijgen van koorts en het dalen van de hartslag. ** een nosode is een op homeopatische wijze verdund ziekteprodukt, zoals van etterstof, bacteriën, bloed, allergeen (zoals bijv. huisstof of huisstofmijt). Aangezien de homeopathie van het principe uitgaat: ''het gelijke wordt met het gelijkende bestreden'', kan een dergelijke therapie heel heilzaam werken.
ANTI-VIRUSWERKING IN ZIJN ALGEMEENHEID: Het middel arsenicum album C30 of 30K werkt bij alle diersoorten als anti-virusmiddel. Een antibiotica werkt niet bij een virusinfectie, dus het is heel mooi dat er een homeopatisch middel bestaat wat wél een anti-viruswerking heeft. Er wordt uitgegaan van GRANULEN, dat zijn de iets grotere korrels van het homeopatisch middel arsenicum album. Preventief gebruik: honden, katten, paarden, geiten, koeien etc. (ook mensen): 2-3x per week 1 korrel per dier ingeven. Rechtstreeks ingeven, of door iets eetbaars mengen. Bij koppelbehandeling kan het worden opgelost in lauwwarm water en dan worden verdeeld over de drinkbakken. Alle soorten gevogelte en knaagdieren (groot of klein): 2-3x per week ½ korrel per dier nemen (bij koppelbehandeling, bij dieren die alleen zitten 1 korrel rekenen). Korrels mogen door het drinkwater. Neem een hoeveelheid drinkwater die in ongeveer 1-1,5 dag wordt opgedronken! BIJ REEDS AANWEZIGE VIRALE BESMETTING: arsenicum album 1x daags ingeven, zelfde dosering als hierboven genoemd. Dan het liefste combineren met een aantal weerstandverhogende middelen, als echinacea angustifolia, lachesis, etc. In de praktijk maak ik hier zelf een vloeibaar preparaat voor, hetgeen makkelijker te doseren is, en meteen alle weerstandverhogende middelen in één keer bevat. Dit werkt veel sterker en sneller dan de bekende echinacea-preparaten welke regulier-verkrijgbaar zijn in de winkel.
Allergie komt behalve bij mensen ook veel bij dieren voor. Wat allergie nu eigenlijk is, wat de meest voorkomende soorten zijn en hoe ze homeopatisch behandeld kunnen worden, leest u in dit artikel. ALLERGIE. Het afweersysteem van een lichaam, ook wel het immuunsysteem genoemd, is in staat schadelijke stoffen te herkennen en uit de weg te ruimen. Indien het afweersysteem in werking treedt tegen stoffen die niet direkt schadelijk zijn, spreken we van een allergie. Met andere woorden: het afweersysteem reageert abnormaal fel op een van buiten het lichaam afkomstige ''onschadelijke'' stof. Zo'n stof noemen we een allergeen. Ingeval van allergie maakt het lichaam anti-stoffen aan die er op hun beurt voor zorgen dat er histamine vrijkomt. Het is deze histamine die ziekteverschijnselen veroorzaakt, variërend van huiduitslag en jeuk tot eczeem en zeer lastige aandoeningen aan de slijmvliezen. SOORTEN. Er zijn talrijke soorten allergie, waarvan we er hier enkele zullen noemen. Contact-allergie. Bij een contactallergie reageert het dier overgevoelig op stoffen waarmee de huid in aanraking komt. Deze stoffen hoeven op zich niet irriterend te zijn, maar doordat het dier vaak langere tijd in contact is gekomen met een bepaalde stof, kan het afweersysteem daarop agressief gaan reageren. Deze allergie kan variëren van kleine pukkeltjes tot behoorlijke zwellingen en open plekken. In een vroeg stadium kan rhus toxicodendron (gifsumak) een goed werkend homeopatisch middel zijn. Het geneesmiddelenbeeld (het ziektebeeld dat bij dit middel past) ziet er dan als volgt uit: Het dier heeft veel jeuk, maar er is nog geen sprake van pukkeltjes. Natte kou verergert de kwaal en niet zelden zien we dat een dier waarbij dit middel past aanleg heeft voor gewrichtsproblemen. Indien er een grote zwelling is ontstaan is apis mellifica (bijengif) een passend middel. Cardiospermum (blaaserwt) is een algemeen middel passend bij allergieën; het stimuleert de werking van het afweersysteem. Lachesis (slangengif) past bij huidklachten met algemene infecties en blauwgekleurde ontstekingshaarden. Dit komt voor bij netelroos, een allergische huidreactie die voornamelijk aan de linkerkant van het lichaam voorkomt. Het komt zo plotseling dat het lijkt of het dier in de brandnetels heeft gerold. Vliegenallergie (voor de culicoides-mug). Veel paarden zijn allergisch voor een heel klein mugje, de Culicoides-mug. Deze mugjes komen het meeste voor 's morgens vroeg en als het begint te schemeren. Paarden met deze aanleg kun je dus beter later buiten zetten en 's avonds weer vroeg op stal. Vaak uit zich deze kwaal in staart- en maneneczeem. Bij bepaalde typen paarden en pony's komt deze kwaal veel voor, zoals bij Friezen, IJslanders, Fjoren, Haflingers, Shetlanders, maar ook bij KWPN-ers. In de homeopathie wordt het gelijke met het gelijke bestreden, en zo bestaat er een homeopatische verdunning van deze mugjes, genaamd: cullicoides robertii: dit middel is bereid uit de muggen (heet daarom een nosode), die deze allergie veroorzaken. Verder werkt ledum palustre tegen de gevolgen van muggenbeten, zoals de allergische huidreakties. Kenmerkend is in dit geval dat warmte de kwaal doet verergeren. Ledum is een goede jeukbestrijder en remt ontstekingen bij bijt- en steekwondjes. Cardiospermum heeft een algemeen anti-allergische werking en kan bij dit soort kwalen altijd worden ingezet. Apis mellifica: een homeopatische bereiding uit de honingbij, vooral bij acuut optredende ontstekingszwellingen toepasbaar; kenmerkend bij dit middel is dat afkoeling verbetering geeft en warmte een verslechtering. Als het paard erg onrustig is en veel schuurt met manen en staart en verder blijkt dat de ontstekingshaard (staartwortel en manenkam) heel pijnlijk zijn, altijd dit middel inzetten. Echinacea angustifolia: verhoogt de eigen lichaamsweerstand; altijd gunstig bij een allergie. Hepar sulfuris: werkt ontstekingsremmend en geneest de wondjes snel. Sulfur: is een huidmiddel bij uitstek. Het werkt b ij allerlei huidaandoeningen zoals eczeem en schurft, maar ook bij deze muggenallergie. Van sulfur is bekend dat het de werking van andere gebruikte homeopatische middelen versterkt. Het beste is om van maart tot en met november, een combinatie van bovenstaande middelen te geven, bij een paard/pony met aanleg voor vliegenallergie. Welke middelen, is weer een beetje afhankelijk van het beeld dat het paard in eerdere jaren heeft geboden, maar in elk geval zou ik kiezen voor cullicoides robertii, cardiospermum, apis mellifica, ledum, sulfur. Er bestaan ook een paar combinatie-preparaten, waar al veel van deze middelen inzitten. Huidallergie. Ook is het mogelijk dat een dier een aangeboren overgevoeligheid heeft voor bijna ALLE denkbare stoffen. Men noemt dit een atopie. Gaat men bij een dergelijk dier een allergietest doen, dan zal het dier overgevoelig blijken op nagenoeg alle testpunten! Een homeopatische behandeling kan zeer doeltreffend werken, mits men bij dit dier het juiste homeopatische constitutiemiddel weet te vinden. Een constitutiemiddel is een middel passend bij het hele gestel en de klachten van het dier. Om dit te kunnen bepalen moet de homeopaat heel veel weten over het uiterlijk, het karakter en de eigenaardigheden van het dier. Men noemt dit binnen de homeopathie het stellen van een type-diagnose. Slijmvliesallergie. Ook de slijmvliezen kunnen allergisch reageren als ze in contact komen met bepaalde stoffen. Dit kan zich uiten in waterige, soms irriterende uitvloeiing uit ogen en neus. Euphrasia (ogentroost) kan in dit geval heilzaam werken. Asthmatische klachten als gevolg van allergie, zoals benauwdheid en hoest, reageren vaak gunstig op ammi visnaga (fijn akkerscherm). Indien het slijmvlies van de luchtwegen ontstoken en sterk gezwollen is, er veel slijm wordt geproduceerd en de patiënt kortademig en benauwd is, kan grindelia robusta de allergische reaktie verminderen of zelfs wegnemen. Ook werkt men in de homeopathie met nosoden (extrakten) van allergenen: bij gebleken allergie voor huisstof, huisstofmijten, menselijke huidschilfers etc., zijn er diverse nosoden van allergenen mogelijk. Het allergeen wordt dan op een homeopatisch manier verdund (gepotentieerd), om hier de patiënt mee te behandelen. Allergie voor insektenbeten. Sommige dieren zijn overgevoelig voor insektenbeten. Indien ze een wespensteek oplopen, kunnen er allerlei zwellingen acuut optreden, vooral van de snuit, beide oogleden en de oorschelpen. Het dier wordt heel onrustig. Kunt u de angel van de wesp nog vinden, dan zult u deze snel moeten verwijderen. Verder kan men als homeopatisch middel meteen apis mellifica (bijengif) toedienen, in acute gevallen om het kwartier, totdat de zwelling afneemt. Hierna nog enkele dagen 2-3x daags een dosis. Verder zou ik willen adviseren om tevens ledum (moerasrozemarijn) te geven, een middel passend bij bijt- en steekwonden. Indien ook het strottehoofd opzwelt en het dier benauwd wordt, moet u direkt met het dier naar de dierenarts! Voedselallergie. Tenslotte wil ik voedselallergie onder uw aandacht brengen. Ook dieren kunnen allergisch zijn voor bepaalde stoffen die in de voeding voorkomen. Kies in elk geval een voeding zonder conserveringsmiddelen, kleur-, geur- en smaakstoffen en anti-oxydanten. Veel goedkope (huis)merken of merkloze voeders bevatten deze stoffen. Tengevolge van een voedingsallergie kunnen huidproblemen ontstaan, variërend van zwellingen, rode vlekken, tot pukkels en etterende huidabcessen. bij een voedselallergie kan men in elk geval het middel echinacea angustifolia (kegelbloem) inzetten, om de weerstand in zijn algemeenheid op te vijzelen, waardoor het afweersysteem beter kan gaan funktioneren. Ook cardiospermum (blaaserwt) is inzetbaar. Er zijn dus allerlei homeopatische middelen mogelijk tegen allergie, maar ook hier geldt weer dat een juiste type-diagnose noodzakelijk is voor het vinden van een juist constitutiemiddel.
De Amerikaanse Shetlander is een kleine pony. De Amerikaanse Shetlander is groter en fijner gebouwd dan de Britse Shetlander. Hij is erg sociaal, heeft een zachtmoedig karakter en toont een hoge intelligentie. Alle egale kleuren zijn toegestaan. De stokmaat is tot 117 cm.
Vooral een pony voor concoursen, waar hij zowel aangespannen als aan het halster wordt getoond. Bij aangespannen pony's wordt de staart genicteerd zodat die hoger wordt gedragen (deze ingreep is in Nederland verboden). Populair bij draverijen vanwege de hoge knieactie. Hij wordt ook als huisdier en als rijpony voor kinderen gehouden.
Overig
Het ras lijkt ondanks zijn naam in het geheel niet op de Shetlandpony, de Amerikaanse Shetlander lijkt meer op zijn andere voorouder, de Hackneypony, vooral in zijn knieactie.
Amerikaanse Draver (American Standardbred) Land van herkomst: Verenigde Staten
Bijzonderheden De American Standardbred beschikt over een enorm drafvermogen en behoort tot de snelste paarden van de wereld. Rasbeschrijving Hoofd: een onedel hoofd Oren: lang Lichaam: harmonisch gebouwd paard, klein, gespierd met niet al te lange voorbenen, langere achterbenen, goed gevormde voeten. Brede borst, sterke schouders en krachtige achterhand. Beweging: rendraf is de belangrijkste gang, de draf wordt gekenmerkt door een lang zweefmoment. De stap is niet erg ruim en de galop doet zwaar aan. Kleur: effen: vos, vaal, zwart of donkerbruin Stokmaat: tussen 1,50 en 1,65 m. Gebruiksmogelijkheden: wordt veel gezien op draverijen, waar het zowel voor de sulky als onder het zadel goede prestaties levert.
Karakter De Amerikaanse draver heeft een sportief, voortreffelijk temperament en een groot uithoudingsvermogen.
Het ontbreken van pigment heeft nadelen, de huid is erg gevoelig voor verbranden en de ogen zijn vaak slecht. Misschien zijn albinopaarden daarom niet populair als werkpaarden of als wedstrijdpaarden, maar ze zijn wel geliefd als paradepaarden en circuspaarden.
Overig
Er moet onderscheid gemaakt worden tussen de albino als kleurtype en de Amerikaanse albino. De laatste overerft het albinisme vaak, maar omdat zijn overige eigenschappen niet vastgelegd zijn, is de status als apart ras aanvechtbaar.
In 1747 werd de Alter Real gefokt door de koninklijke familie, de Braganza's; deze importeerden merries uit Spanje om een stoeterij op te richten in Alter do Chao, vandaar de rasnaam. De populariteit nam in de 18e eeuw enorm toe vanwege zijn talent als rijpaard. Dit werd in de Napoleonistische tijd bedorven door inbreng van Engels Volbloed, Arabische Volbloed, Normandiër en Hannoveraan. Uiteindelijk is de Andalusiër ingebracht om de Altér real weer terug te brengen naar zijn oorsprong. In het begin van de 20e eeuw kwam er opnieuw een inzinking met het einde van de Portugese monarchie. Dankzij de inzet van Ruy d'Andrade is dit ras behouden gebleven.
Raskenmerken
De Altér real is een intelligent en leergierig paard dat zich in handen van ervaren paardenmensen goed kan ontwikkelen. Zijn hoofd is middelgroot met een brede kaak en een rechte of licht convexe neuslijn. Het lichaam heeft een korte, gespierde hals die goed gewelfd is. Ook de schoft moet goed ontwikkeld zijn. De Altér Real heeft een compacte bouw met een korte brede rug en gespierde achterhand met een goed aangezette staart. De schouders zijn schuin de benen zijn hard, met slanke, droge pijpen en koten. In zijn beweging toont dit ras zeer veel actie, de gangen zijn verzameld en precies. Stokmaat: 1,55 - 1,62 m Kleur: Het ras komt meestal voor in roodbruin, maar ook grijs, donkerbruin, en voskleurig.
Gebruik
Het wordt zowel als rijpaard en als koetspaard gebruikt.