Ik zou u wel om medewerking willen vragen. Alleen valt dit niet op te lossen. Dat is onmogelijk.Ik wil u graag vragen om mee naar een oplossing te zoeken. Want ik zie het echt niet meer zitten op deze manier tussen ons. Zo blijven we jaren op de sukkel. Wij zijn zover uit elkaar gegroeid.Ik vind geen bruggen meer.
Ik haat uw wereldje, ik haat uw verslavingen uw donkere momenten. Ik haat uw vrienden . Uw hele wereldje waar je mij wil buiten houden. En dan verschiet je dat ik er niet wil bij horen. Als je mij zou steunen en een beetje puschte om erbij te horen, dan had ik mij hier voor waarschijnlijk nog ingezet. Het tenminste geprobeerd. Ook al ben ik er tegen. En soms beweer jij dat jij even veel inzet toont voor ons gezin. Dan flip ik gewoon.
Als ik wist dat we de beste vrienden konden zijn en u niet helemaal zou verliezen. Als ik wist dat je nooit een ander zou pakken, dat ik geen inmens verdriet zou hebben stopte ik er mee. Sorry dat is de pijnlijke waarheid. Zo voel ik mij. Maar dat is geen realiteit. De realiteit is we hebben twee kinderen, uit elkaar gaan is voor iedereen inmens pijnlijk. Ontzettend moeilijk te regelen. En bijna onmogelijk tegenover de kinderen. Dus help want ik weet niet wat te doen. Ik weet alleen dat als we niet dringend ingrijpen dit volledig fout afloopt.
Ik weet geen oplossing, ik kan enkel de waarheid vertellen. Alles vertellen wat er volgens mij mis is , wat ik voel en wat ik wil.
Nu dit allemaal gezegd is zullen we is aan het echte werk beginnen. Wat zoek ik nu eigenlijk in een man. Welke relatie wil ik. En kunnen we dit allemaal samen verwezenlijken. En ben ik wel de juiste vrouw voor jou. Dat is ook iets dat ik mij moet afvragen. Ook al denk ik dat ik juist ben. Ik weet dat ik niet perfect ben. Dus wat moet ik veranderen.
En dit wil ik niet in een relatie, zo wil ik gewoon niet verder. Dit is toch iets waar we het eens over zijn. Je zegt steeds dat als ik je nu nog niet vertrouw, we er maar moeten mee stoppen. Je zegt dit vaak maar je meent het niet dat weet ik ook wel. Maar het maakt me zo kwaad dat jij hier blijkbaar geen respect voor hebt. Ik wil dit wantrouwen zelf ook niet. Als ik mij voorstel hoe mijn perfecte relatie er uit ziet. Hoe ik als vrouw zou willen zijn in een relatie, dan hoort wantrouwen er zeker niet bij. Ik wil een open relatie. Jij met uw vrienden en ik de mijne. Veel gezamenlijke vrienden. Geen geheimen, geen gesloten mailbox. Geen gsms die nooit ergens rondslingeren. Ik wil eerlijkheid en vertrouwen. Ik wil gerust zeggen als je een vriendin in moeilijkheden hebt, ga iets drinken met haar, troost haar. Zou zo een relatie niet moeten zijn. Ik wil me nergens buiten gesloten voelen. Ik wil dat jij overal en altijd welkom bent als ik bij mijn vrienden ben en omgekeerd. Ik zou willen kunnen zeggen, zet is een stapje in de wereld en geniet ervan. Maar in onze relatie lijkt dit onmogelijk. Ik kan me niet voorstellen dat ik u ooit genoeg ga vertrouwen hier voor. En zeker niet met de vrienden die je nu hebt.
Een levenslange relatieis niet gemakkelijk. Verliefde gevoelens komen, ook al heb je er niet om gevraagd. Maar het is aan u om daar op in te gaan of niet. Als we er uit willen komen moet er totale eerlijkheid zijn. En ik zal mijn ziel op tafel leggen. Het is aan u wat je hier mee doet.
Ik word ook verliefd op anderen. In onze zwartste periode is dit gebeurd dat weet je. Ik genoot van die kriebels, maar ik weigerde er op in te gaan. Dat is niet makkelijk, maar dat is gewoon een beslissing. Net zoals stoppen met roken. Dat was ook niet makkelijk maar als je een beslissing neemt voor je zelf, lukt dat. Ik wil geen roker zijn. Ik wil geen bedrieger zijn. Soms is dat bikkelhard, en bezwijk je bijna, maar als je iets wil moet je kunnen vechten. Als het slecht gaat tussen ons word ik snel verliefd, het is niet altijd een sterke verliefdheid zoals toen. Maar gewoon, als iemand lief voor je is, voelt dat zo goed. Dat is eigenlijk geen verliefdheid, meer een troost. Als je die persoon dikwijls tegen komt word het al moeilijker. Dan is het al het moment om iemand te mijden. En zover laat ik het zelfs nooit komen. Want ja lou, als het slecht is tussen ons dat is zowel voor mij als voor u een moeilijke periode. Ik ben ook maar een mens, ik begrijp u als je het moeilijk hebt, dat heeft elke partner weleens. Ik heb ook mijn donkere gedachten. Ik vraag mij soms wel is af of ik echt een heel leven lang bij iemand kan zijn. Nooit meer verliefd mogen worden. Geen eerste kus meer, geen eerste aanraking. Geen verleidings spel meer. Nooit nog sex met een ander. En aan de andere kant kan ik mij niet voorstellen dat ik ooit nog iets voel voor een ander, iemand anders zou kussen, laat staan sex hebben. Ik durf tegen niemand te zeggen dat ik mij zo voel, ik schaam mij hier voor. Ik hoop dat je deze gevoelens begrijpt. Ik hoop zelfs hoe raar het ook klinkt dat jij ze ook hebt. Dat wil zeggen dat ik toch niet abnormaal ben.
Maar voor een goede relatie heb ik dit allemaal over. Als je eerlijk bent zijn dit opofferingen die je voor elkaar maakt. Want niets is zo leuk als een verliefdheid, en het verleidingsspel. Je belooft elkaar die dingen te laten omdat je voor elkaar kiest. Er zijn koppels die afspreken om die dingen niet te laten en ze samen te doen. Dat kan ook als ze er allebei voor open staan. Maar als de ene opofferingen doet en de andere speelt verder, hoe onschuldig het ook in zijn of haar ogen lijkt, dat loopt verkeerd af. Voor u wil ik al die dingen laten, ik zou u nooit op het spel willen zetten voor een flirt. Zo ben ik niet. Vroeger in mijn puberjaren met anderen wel. Maar nu met u, jij bent anders. En ik ben geen puber meer maar eenvrouw, met respect voor mijn partner en mezelf. Over zo een dingen zou ik met mijn partner willen praten. Maar hiervoor heb je een sterke stabiele relatie voor nodig. Dan is het mogelijk om helemaal eerlijk tegen elkaar te zijn, zelfs over duistere gevoelens. In zo een relatie zou ik ook voor meer open staan. Als je elkaar steunt op die momenten kan je alles oplossen. Maar tussen ons, is zelfs een gesprek over deze dingen onmogelijk.
Ik zou zo graag mijn leven met u echt delen, een toekomst uitstippelen. Maar we praten zelden over iets. Als ik vraag om te praten, kijk je mij al aan met een blik, van ze is daar weer de zaag. Zoiets kwetst enorm. Het geeft mij het gevoel dat ik niets interessant te zeggen heb. Dat je totaal geen interesse in mij hebt. Als er iemand je iets wil zeggen, is toch het minste dat je kan doen luisteren. Dat is een teken van respect. Wij praten over niets. Niet over opvoeding, niet over toekomst, zelfs niet over onze dag. Jij bent terughoudend omdat je het gevoel hebt dat ik u er probeer in te luizen, en dat kan ik u niet kwalijk nemen. Maar omdat je zo terughoudend bent, krijg ik nog meer het gevoel dat je dingen voor mij verbergt.
De volwassenen die we nu zijn, zijn de kinderen groot gemaakt door onze ouders. Zij hebben een enorme invloed op wie we nu zijn. Sommige karaktertrekken zijn aangeboren. Maar veel is misvormd door onze opvoeding. Ik geloof dat diep vanbinnen iedereen met een goed en sterk hart geboren word. Vol inzet. Wat er daarna gebeurt hangt van verschillende omstandigheden af. Opvoeding, lichaam, gezondheid, omgeving.
Ik ben helemaal anders opgevoed als u. Ik heb altijd gedacht dat jij een prachtige opvoeding gekregen hebt. Helemaal anders dan ik. Ik miste warmte, liefde, veiligheid, en kreeg veel te vroeg verantwoordelijkheden die ik niet aan kon. Maar bij u was het het tegen overgestelde. Jij bent bedolven onder aandacht,liefde, warmte, veiligheid, alles werd voor u gedaan. Alles tot in de puntjes zolang je thuis woonde zelfs daarna.
Maar een belangrijk punt is weggevallen in uw opvoeding denk ik en dat is verantwoordelijkheid. Uw ma weet dit en vind dit erg. Ze deed alles om goed te doen. Zo wij nu alles doen om goed te doen voor onze kinderen. Ik wil niet dezelfde fouten maken. Ik wil iets tussen die twee opvoedingen. Ik wil mijn kinderen liefde geven , warmte, veiligheid, en verantwoordelijkheids gevoel.
Nu ik hier bij stil sta besef ik hoe moeilijk het leven nu voor u moet zijn. Het lijkt wel alsof een klein kind gewoon in een keer in de steek gelaten is door zijn moeder. En dit is niet uw fout. Helemaal niet. Maar jij bent zo beschermd in uw groeiproces, dat er geen plaats was om te groeien. Om zelfstandigheid te leren.Er is te lang gewacht om u zelf dingen te laten doen. Zodat jij het niet meer in u hebt om beslissingen te nemen of misschien dat het u het gevoel heeft gegeven dat je het niet kan. Mijn moeder ontneemt me die dingen omdat ze denkt dat ik het niet kan. En dat was niet het geval, uw ma deed die dingen omdat ze het wou doen voor u. Omdat ze wilde dat jij zolang mogelijk kon genieten van kind zijn. Omdat zij die kans nooit kreeg. Maar blijkbaar werkt dit niet, ze heeft te lang gewacht en uw groeiproces gestopt. Jij hebt nooit leren voor uit kijken en plannen en dat gebeurde altijd voor u.
Bij mij was het net anders om, ik moest onmiddellijk volwassen zijn. Nam zeer vroeg mijn beslissingen zelf. En dit is ook niet goed het heeft me bang gemaakt en me heel domme beslissingen doen nemen. Maar ik heb wel geleerd. Ik heb de kans gekregen om te vallen en op te staan. Om te groeien.
Door hier bij stil te staan en dit allemaal te beseffen, kan ik wel begrijpen wat je doormaakt. Wat ik niet begrijp is dat je dit zolang laat aan wakkeren. Nu ben je volwassen, je hebt twee kinderen je moet wel. En als je niet weet hoe je moet groeien, hoe je dit allemaal moet aan pakken. Hoe je alles moet aan pakken. Dan moet je hulp vragen en uw problemen ook effectief aan pakken. Niet enkel hulp vragen om van het gezaag af te zijn. Je moet het echt zelf willen. Je moet uw leven veranderen als je iets anders wil. Hoe hard ik het ook begrijp, ik kan het niet meer toestaan. Ik kan het emotioneel niet meer aan.
Ik moet hard optreden om mezelf en onze kinderen te beschermen. Onze kinderen worden groter, ze beginnen te voelen hoe een gezin in elkaar zit. Ze beginnen al doende te leren van ons. Wat wij nu zeggen, maar vooral wat wij nu doen is de bouwstenen leggen voor een volwassen versie van onze kinderen. En hoe jij uw leven leeft heeft effect op hen. Op hun volwassen leven later. Een kind ziet, hoort en voelt meer dan je denkt.
Ik zal u nooit laten vallen als een baksteen, maar ik zal u wel loslaten als het moet. Want een ding weet ik zeker, ik help u niet door u te helpen. Ik help u echt niet door u een hand boven het hoofd te houden dan zal ik u nog eerder helpen als ik u laat vallen als een baksteen.
En dat is het laatste wat ik wil.
Want ondanks alles hou ik van je, al vergeet ik soms wel is waarom. En die redenen zou ik zo graag terug zien in u.
Tien jaar zijn we samen Luxray. En ik begin mij vragen te stellen. Ik heb het gevoel dat we op een kruispunt staan. Er is zo een groot verleden tussen ons. Maar is er wel een toekomst? We zijn al zolang samen en nog niet getrouwd. Waarom is de vraag nooit gesteld, de stappen ondernomen? Zijn we niet zeker van elkaar, dat zou toch moeten na tien jaar. Ik zit met zoveel vragen en zo weinig antwoorden. Wat ik verwacht van u, van onze relatie. Wat wil ik nu in het leven? Is dit te bereiken samen met jou?
Ik ga hier noteren wat ik verwacht van een relatie. En of dit is wat wij hebben en doen. Wat we kunnen veranderen om het beter te maken. We hebben zo een moeilijk verleden samen. Het is soms gewoon niet te begrijpen dat wij nog samen zijn. Als ik vroeger even sterk in mijn schoenen had gestaan als nu, dan waren wij al lang geen koppel meer. Al van voor toen we gingen samenwonen. Ik vind dit zo een raar gedacht maar het is waar. Ik heb u al enkele keren proberen los te laten. Jij mij ook. Maar dat lukt ons niet. We worden altijd terug naar elkaar toe getrokken. Er is zo een sterke aantrekkingskracht tussen ons. Maar die is precies meer lichamelijk. Telkens we uit elkaar gingen bleven we elkaar op zoeken voor sex. We zijn geen lelijke mensen, als wij sex willen kunnen we het krijgen. En toch gingen we op zoek naar elkaar. Maar er moet toch meer zijn als dat. Zeker als je al tien jaar samen bent. Onze liefde zit dieper dan dat. Maar waar zit ze dan?
Wij zijn precies twee tegenpolen, ik vind de mijne goed, jij de jouwe. We kunnen niet zonder elkaar maar blijkbaar ook niet met elkaar. Elk jaar barst wel een keer de bom. Dat we gewoon elkaar niet meer kunnen luchten. Dan moeten we even een adem pauze nemen om dan weer verder te gaan. Want dat doen we altijd, ik vergeef u elke keer, en jij mij. Ik kan niet zonder jou en wil het ook niet. Maar toch passen we niet bij elkaar.
Het lijkt wel of ik onvoorwaardelijk van je hou. Zoals je van een kind houdt. Ik wil u beschermen, ik wil niet dat je pijn hebt. Ik wil u nooit kwijt. Moest het toch ooit zover komen dat we uit elkaar gaan, om welke reden dan ook. Dan nog zal ik u niet willen kwetsen. Dan nog zal ik nooit het contact breken tussen ons. En altijd klaar staan voor u. Is dit omdat we samen kinderen hebben. Maakt dat mijn band met u zo sterk, ik weet het niet. Die band was er precies al voor we kinderen hadden. Ik kan het niet juist beschrijven maar ik voel me diep verbonden met jou.Ik kan niet zeggen soul mates want daarvoor verschillen we te veel. Vroeger had ik dat gevoel van soul mates wel. Maar we zijn hard veranderd. Ik maakte mezelf wijs dat je niet echt bent nu, dat dit een façade is. Een bescherming, een muur om dat gevoelig ventje van vroeger. Als dat zo is wil ik u laten weten dat je gerust dat gevoelig ventje kan zijn en toch sterk en niet zo kwetsbaar. Met een beetje hulp en veel inzet is dat geen probleem. Je hebt iets zwaar moeten verwerken op een moeilijke leeftijd. Toen zag je misschien geen andere manier dan u sterk op te stellen. Maar je bent dat jongetje niet meer je bent een man. Je hebt die façade niet meer nodig. Dit hoeft niet uw hele leven te beïnvloeden. Je kunt hier sterker uit komen en toch jezelf zijn. Dat is lang mijn drijfveer, mijn hoop geweest. De Luxray van vroeger komt terug. Heb enkel geduld.
Nu begin ik serieus over die theorie te twijfelen. Niet dat ik twijfel dat je kunt veranderen als je wil. Maar ik twijfel of dat ventje van vroeger echt was. Dat je nu gewoon bent wie je bent. Honderd procent, jezelf, gelukkig met wie je nu bent. Dat jij gelukkig bent is het belangrijkste. En als je nu blij bent met wie je bent. Dan is dat goed. Maar dan zou ik dat zeker moeten weten. Dan moet ik niet zitten wachten tot, ja tot wanneer en op wie. Dan moet ik gewoon beseffen dat je niet bent wie ik dacht. En dan moet ik leren te houden van wie je nu bent wou ik schrijven, maar dat klopt niet. Want van je houden doe ik onvoorwaardelijk. Maar dan moet ik leren te leven met wie je bent en het accepteren. En uit maken of ik mijn hele leven zo verder kan met jou.
Weg gaan van jou maakt me bang, heel bang. Jij maakt al tien jaar van mijn leven elke dag deel uit van mijn leven. En we hebben samen kinderen. Twee prachtige kinderen. Dat creëert toch een ongelooflijke band. Ons leven zal altijd verweven zijn met elkaar, wat er ook gebeurt. Ik heb mij iets voorgenomen toen ik mijn kinderen op de wereld heb gezet. Zij komen op de eerste plaats, altijd. Maar nooit ten koste van mezelf, want dan kan ik ook geen goede moeder zijn. Maar alles wat ik beslis moet met hen in gedachte zijn. Daarom zal ik ook nooit hun vader uit mijn leven verwijderen. Als er tussen ons iets gebeurt, zij mogen hier van de dupe niet zijn. Kerstmis moet kerstmis blijven en niet een wedloopwedstrijd tussen alle gezinnen en grootouders. Geen wedstrijd, wie heeft het meeste geld. Jij moet overal welkom blijven, en ik ook. Wie jou weigert, weigert mij en mijn kinderen. Nieuwe partners moeten zich aanpassen. Gemakkelijk gezegd vertelt iedereen. Dat is waar, makkelijk uit te voeren is dit niet dat weet ik ook wel. Maar moeilijk gaat ook, zolang het maar niet moeilijk is voor hen. En door open te staan voor iedereen kan je toch niemand kwetsen. Ik ben ervan overtuigd dat je ook al ben je geen koppel meer, je nog altijd een gezin kan zijn. Ook al woon je niet allemaal op hetzelfde adres, je kunt nog steeds een sterk liefdevol gezin zijn. Alleen het lichamelijk contact tussen mama en papa is gedaan. Het enige wat je hiervoor moet doen is na denken voor je uit elkaar gaat. Niemand gekweld achter laten. Pijn doet zoiets altijd maar als je praat, luistert en begrip op brengt kan je uit elkaar gaan zonder elkaar achter te laten. Ik zeg niet zonder pijn. Maar wel zonder haat.
Luxray begrijp me niet verkeerd, ik wil niet weg van u, daarom vertel ik dit niet. Ik wil gewoon alle mogelijkheden op papier zetten zodat we weten dat we de juiste beslissing nemen als we voor elkaar gaan. En niet enkel voor elkaar kiezen, gewoon omdat we bang zijn om elkaar helemaal te verliezen. Of de kinderen te kwetsen of al de andere moeilijkheden die andere gescheiden koppels hebben.
Ik ben iemand helemaal anders dan tien jaar geleden, maar binnen tien jaar zal ik weer helemaal anders zijn. Dat is niet slecht dat is groeien. Dat bedoel ik met mijn theorie laten varen. Jij bent ook veranderd, gegroeid, en je zal nog groeien. Alleen zijn we helemaal uit elkaar gegroeid. Ik heb u dit verweten, u vertelt dat je verkeerd was. U met dwang proberen mee te sleuren in mijn groeirichting. Ik heb u hier bij gekwetst. U doen twijfelen aan u zelf. Toen besefte ik dat niet, nu wel. Maar toch probeer ik het nog, gewoon omdat ik u niet kwijt wil. Want ik besef dat als jij niet mee naar mijn kant groeit, we elkaar verliezen. Want ik wil niet naar uw kant en zal dit ook nooit doen.
Ik deed dit met goede bedoelingen want ik dacht dat jij op het verkeerde spoor zat. Eerlijk gezegd denk ik dit nog steeds. Ik denk soms dat je uw verstand volledig verloren bent. Maar ik kan u niet veranderen, niet dwingen. Ik moet u uzelf laten zijn en uw eigen weg laten af leggen. Als ik u niet wil verliezen moet ik proberen bruggen te maken van de ene naar de andere kant. Maar ik weet niet hoe. Ik weet zelfs niet of dit wel mogelijk is. Soms denk ik dat we elkaar moeten los laten om allebei gelukkig te worden. Maar dan komt dat stemmetje weer moeien. Hij is zich zelf niet, heb geduld, steun hem, hij wordt terug je soul mate, geloof er nog even in.
Als we ruzie hebben zie ik hoe de woorden die ik je toe roep je kwetsen. Echt je ziel raken en dat doet me pijn. Maar toch roep ik ze. Toch meen ik ze, op die momenten. En soms zelfs daarna, alleen zou ik het dan wat anders verwoorden. Ik roep dat ik je haat, dat je waardeloos bent. En op het zelfde moment zie ik de pijn, ik wil je vast nemen je troosten, je beschermen tegen al die woorden. Maar dan roep je terug. En wat jij roept, raakt mij ook in mijn binnenste, het kwetst mij tot op het bot. Ik kan niet stoppen dan, ik moet mezelf beschermen. Ik moet terug roepen. Soms komt de haat, de pijn van zo diep dat ik u aanval. Man jij hebt mij vroeger gekwetst. Ik heb u dat allemaal vergeven, maar in het heetst van de strijd komt dit terug. Het maakt een vuurbal van mij. En toch na enkele uren alleen zijn is alles voorbij. Dan komt de pijn, het getwijfeld over ons. En de spijt dat ik u gekwetst heb.
Maar ik zeg dit niet tegen jou, ik wil niet dat je weet dat ik spijt heb. Ik wil winnen ik wil dat jij denkt dat je verkeerd bent. Want dat ben je, toch? Ik wil koste wat kost winnen. Ik wil u aan mijn kant. En zo word een relatie een oorlog. Waar alles mag, voor de juiste overtuiging. En dan komen de troepen erbij. Dat moet mij zeker het gevoel gegeven hebben dat ik de goede kant ben in deze oorlog. Want iedereen steunt mij. Mijn familie, onze vrienden, zelfs jouw familie. Dat moet jou pijn hebben gedaan. Kozen ze mijn kant omdat ik gelijk heb of omdat mijn oorlogsstrategieën beter zijn dan de jouwe? Maar dat overtuigde mij, deze oorlog is goed. Ik moet hem winnen, ik moet hem redde van het kwade. Toen koos je nieuwe vrienden, slechte vrienden, hoe kan het ook anders. Het zijn jou troepen, ik kan me niet veroorloven hen graag te hebben. Ze zijn de vijand. Toen verloren we elkaar. We bleven een koppel, maar vreemden voor elkaar. Dit deed mij pijn maar het moet jou kapot gemaakt hebben.
Dat zag ik niet lux, ik was er honderd procent van overtuigd dat ik het juiste deed. Ergens wilde ik je ook pijn doen. Ik wilde dat je voelde wat ik allemaal heb gevoeld. Je hebt echt slechte dingen gedaan. Ik ga er niet over uit wijden dat heeft geen zin. Je weet beter dan ik wat je gedaan hebt en wat er verkeerd was. Als ik toen was wie ik nu ben hadden die dingen ook niet gebeurt. Dan had ik eerder ingegrepen. Dan had ik het begin al niet gepikt. Dan was alles anders geweest.
Maar toch ben ik er nog altijd van overtuigd dat mijn kant de goede kant is. Ik ben er nog altijd van overtuigd dat je slecht bezig bent. Dat je verkeer bent dat je echt dringend naar mijn kant moet over komen. Maar deze oorlog moest stoppen. Want in een oorlog is er nooit een winnaar enkel verliezers. We hebben al hard gewerkt om terug vrienden te worden en naar mijn gevoel is dit al gelukt. Maar eerlijk gezegd is de oorlog niet gestopt. De wapens zijn veranderd, het is een koude oorlog geworden. Ik probeer u te lokken met stroop. Jij probeert mij te paaien. En je houd dit lang vol, tot je u weer even los maakt. Maar de onderliggende oorlog blijft. Ik probeer u nog steeds naar mijn kant te trekken. Maar wat begin ik te beseffen. Jij trekt mij niet naar uw kant. Jij neemt mij zoals ik ben, maar probeert uw (verkeerde) leven te behouden. En wat leer ik hier uit, niet dat jij mij graag ziet, niet dat je van me houd zoals ik ben. Ik ervaar dit alsof ik gelijk heb, jou kant is echt niet de goede want jij probeert mij niet te overtuigen. Is dit niet om met uw hoofd tegen de muur te bonken.
Maar ik weet waarom ik dit blijf doen. Ik probeer onze relatie te beschermen. Oké, dit klinkt geschift, maar luister even. Ik kan echt waar niet leven hoe jij dat doet, en ja je vraagt dit ook niet van mij. Maar ik kan ook niet leven met iemand die zo leeft. Echt niet, hoe hard ik ook probeer. En ik probeer bruggen te bouwen, jij ook maar het lukt ons niet. Onze relatie is op dit moment niet helemaal fout. We zijn in een stilte beland, kabbelen rustig verder en kunnen zo nog wel even verder. Tot de bom weer barst en die zal barsten. Want ook als is het niet slecht tussen ons. Het geeft ons niet wat we zoeken in een relatie. We kopen geen huis, trouwen niet. We maken elkaar wijs dat we dat doen omdat we niet willen. Maar we voelen allebei dat wat wij delen niet is hoe het hoort te zijn.
Ik blijf zo vechten omdat ik u anders moet laten gaan. Uw levenswijze gaat niet samen met wie ik in wezen ben. Dat leven is voor mij stresserend, angstig. Dat druist in tegen alles waar in ik geloof. Waar het op neer komt is, jij moet veranderen of ik kan niet verder. En ik haat dit want het is pure chantage. Ik wil zoiets niet zeggen en denken. Maar daarom schrijf ik ook deze brief. Ik wil helderheid in heel deze toestand. Ik wil een oplossing, en lux ik beloof u, ik zal ze vinden. Voor u, voor mij en onze kinderen.
Ik wil u nu zeggen hoeveel spijt ik van alles heb. Maar de angst om te verliezen blijft. Ik heb het gevoel dat als ik spijt betuig, dit wilt zeggen dat ik toegeef dat ik volledig verkeerd ben en jij juist. Waarom voel ik dat toch zo? Sorry, lux. Het is zo een mooie zin, doch zo een lelijke. Het zou troost moeten bieden maar doet toch pijn. Sorry, is een woord dat duid op spijt. Maar dit wil ook zeggen dat er slechte dingen zijn gebeurd, dus hoe kan het dan een mooie zin zijn. Deze zin zal jou troost bieden en hopelijk enkele wonden helen. Maar hij doet mij zoveel pijn want ik heb het gevoel dat als ik sorry zeg. Ik de strijd opgeef, ik u laat gaan. En hier ben ik niet klaar voor. Hier zal ik nooit klaar voor zijn.
Daarom ga ik uit maken wat ik wil, en hoe ik dit in onze relatie kan toepassen. En moest het blijken dat ons dat nooit gaat lukken. Dan wil ik weten hoe we verder moeten als vrienden. Zonder ons leven lang spijt te hebben van deze beslissing. Zonder dat we elkaar gebroken achter laten.
Lux, geloof me, dit is moeilijk, maar gemeend.
Sorry, voor al de woorden die je pijn gedaan hebben. Ik heb spijt van de strijd die ik gevoerd heb. In welke overtuiging dan ook. Ik heb je zelfvertrouwen aangetast, dit had nooit mogen gebeuren. Ik zal mijn best doen de wapens neer te leggen. . Sex zal enkel zijn uit echt verlangen. Uit liefde, uit gemeende lust. Niet als beloning als je een stap in mijn richting genomen hebt. Het spijt me. Ik weet niet of je mij gelooft als ik zeg dat ik alles gedaan heb uit overtuiging dat ik het goede deed. Ik hoop van wel, want je betekent echt veel voor mij. Een leven zonder jou kan ik mij niet voor stellen. Ik heb lang enkel op de slechte dingen gelet. Dit spijt me. Ik ga terug leren genieten en jou goede kwaliteiten waarderen. En niet ze enkel prijzen als ze je weer een stap in mijn richting brengen. Ik kan u niet beloven dat alles goed komt en dat we voor de rest van ons leven zullen samen zijn. Maar ik kan u wel beloven dat ik mijn best zal doen om alles op te lossen. U te steunen en er onvoorwaardelijk voor je zal zijn. Dit zal niet makkelijk zijn, omdat we momenteel nog met enkele grote problemen te kampen hebben. Maar mijn best kan ik doen.