|
Het andere spreekwoord kon ze even niet meer voor de
geest halen. Maar was dat nu zo van belang? Neen, ik denk van niet.
Mmm, iets gaan drinken met die kerel zou ik dat wel doen?
Er zit immers thuis nog iemand op mij te wachten. Och ja, één keertje maar het
zal wel geen kwaad kunnen zeker? Maar nu die Jenny nog. Eigenlijk kon ze maar
best eerlijk zijn met haar.
Kaat: Zeg Jenny, ik ga subiet ene drinken met hem daar.
Goed? Jenny: Tuurlijk, je doet maar. K: Merci hé Jenny, dat vind ik nu eens echt tof van u. J: Ik zal hier bij Jean wachten dan kan jij bij Karel
gaan, goed? K: Geweldig!
Hij schoot nog enkele keren op doel, maar zijn gedachten
waren duidelijk al ergens anders, maar waar? Zeg Flor, ik ben er eens mee weg.
Het was weer geweldig. Volgend jaar ben ik er weer. Hij gaf De Nul nog een
hand, nam zijn tweed jasje en liep richting tribune. Kaat stond direct op en
kwam hem tegemoet gelopen. Tijdens een kort onoplettend moment knipoogde hij
kort naar Jenny. Zij deed hetzelfde
Kaat: Hi, ik zal me even voorstellen. Ik ben Kaat. Hij: Dag Kaat, ik ben Ralph. Ik ben wel nog maar
vijftien. Maar leeftijd speelt geen rol zeker. Verstandelijk ben ik mijn
leeftijdsgenoten ver vooruit. K: Ik ben er 34, maar verstandelijk misschien wel ver
achteruit, dus dat komt nog goed uit. K: Kom Karel breng er eens twee, en laat het maar vooruit
gaan. Karel: Geen probleem, je kent mij hé. K: Inderdaad.
Verdomme wat is mij dat hier dacht Ralph. Dit was
waarschijnlijk de saaiste conversatie die hij ooit had meegemaakt. Maar hij had
een idee.
R: Sorry Kaat, het zit tegen het doek. Ik moet even naar
achteren. K: Oké, laat je maar eens volledig gaan.
Ralph spurtte naar de toiletten. Maar in plaats van zijn
geveinsde behoefte te doen klom hij via het raampje naar buiten. Haha, nu had
hij ze eens goed liggen. Wat een saai mens zeg! Hij stofte zijn tweed jasje af,
dat wat vuil was van de klim- en valpartij en liep terug richting tribune. Ze
zat er nog.
R: Zeg schoonheid, zijn we weg?
Een eenvoudig knikje was voldoende. Ralph nam haar hand
vast en samen wandelden ze weg van de kermis. Jenny bloosde wel een beetje. Ze
durfde hem niet aankijken. Ralph liep ondertussen met grote stappen verder,
terwijl Jenny moeite begon te krijgen met het opgelegde tempo. Ze begon
stilletjes te hijgen. Eindelijk waren ze bij Ralphs fiets. Jenny sprong
achterop en weg waren ze.
(wordt vervolgd)
|