Woensdagavond landde Nathalie, die hier een weekje komt verblijven. Donderdag bezochten we de stad, wat met een weertje dat langzaamaan weer Sevillaans werd, best wel aangenaam was. Omdat ook Claudio een gast had dit weekend, besloten we dat we redenen genoeg hadden om ons eerste feestje te geven, veelvuldig gekruid door de volgende ingrediënten.
Chris: Soort van halfreus (kop groter dan mij) die woont rond de Duits-Zwitserse grensstreek. Is hier voor een half jaar en heeft één vak te volgen, waarop hij dan niet eens hoeft te slagen. Vult zijn nachten met het verdubbelen van de omzet van de lokale Cruz Campo en ginbrouwerijen, vult zijn dagen met zijn roes uit te slapen en zijn schaarse lessen te missen. Komt the day after gewoonlijk rond 20.00 uur ons appartement binnen, waar hij halftijds verblijft, neemt de keuken over ( is een uitmuntende kok) of schuift zich gewoon bij aan tafel, grijnzend: This is my first meal of the day. Vult zijn schaarse vrije tijd met het lezen (en bestellen via amazon.com) van thrillers die zich afspelen in Thailand, het land waar hij een half jaar gewerkt en zijn hart aan verloren heeft.
De schone slaapster: meisje dat niemand echt kende, binnenkwam, een half uurtje rondliep en zich dan op de zetel neervleidde, alwaar ze de rest van de avond op bleef slapen, af en toe gewekt door de flits van een fototoestel.
Mijn bloedend voorhoofd: In een poging nog gauw een rolluik op ons terras te fiksen alvorens de gasten aankwamen, reikte Thomas mij vrij bruusk een soort van rolluikdeksel aan, dat mij recht tussen de ogen raakte. Tegelijkertijd belden de eerste gasten aan, zodat ik ze moest onthalen met een Sorry voor mijn bloedend voorhoofd, zet de drank maar in de frigo-achtige openingszin.
Yvonna: een vriendin van Claudio, ook uit Roemenië, momenteel studerend in Barcelona en voor een weekend bij ons op bezoek. Smeet vrij assertief dj Techno Thomas van zijn geprivilegieerde zitplaats aan de laptop, nam de boel naadloos over en kreeg prompt iedereen aan het dansen. Thomas probeerde even later een coup uit te voeren door een van zijn lievelingsschijven op te zetten, maar werd op luid boegeroep onthaald, waardoor de dj-rangorde vastgelegd werd.
Julian en Claudio: mijn kotgenoten. De eerste verwerkt in zijn dansstijl zijn jarenlange kung fu ervaring, wat een vrij grappig op en neer verend beeld oplevert. De tweede heeft een rijkelijk gevuld gamma aan betere en mindere MTV-moves, die zonder gêne ten toon gespreid worden. Zet mij ertussen en je hebt een hilarisch trio.
Valentina: onbekende Italiaanse die de keuken opeiste, en voor iedereen expressos en warme chocolademelk begon te maken, ondertussen luid declamerend tegen Thomas over de betere koffielanden.
Sangria: een lege acht liter fles water werd opengesneden en gevuld met Sangria en fruit, wat leuke momenten en blijvende plekken op de muur achterliet.
Als je met drie op een appartement zit, en er moet een rotklus gedaan worden, dan stel je die uit. Omdat niemand van de drie zin heeft om die klus uit te voeren terwijl de twee anderen er boven staan te grijnzen omdat ze eronder uit geraakt zijn. Heb je twee rotklussen, dan heb je ook twee opties. Verder uitstellen is een daarvan, tot je er drie hebt. Maar als je met twee urgente rotklussen zit, is het moeilijker. Dan moet je er een derde gaan verzinnen, zodat niemand eronder uit geraakt.
Ter zake.
De eerste rotklus was: de huisbaas bellen, Antonio genaamd. Een klein mollig kereltje, met een voortdurend ontstoken en dichtgeknepen oog. Kijkt sluw en listig, maar is sluwer en listiger dan hij kijkt. Spreekt verstaanbaar als hij wil dat wij hem verstaan, spreekt zwaar Andalusisch als hij wil dat wij hem niet verstaan. Zoals Claudio het al zei na dag één: Youve got big fish and small fish. And he might not be such a big fish, he sure knows that we are the small ones. Waarom zon gedrocht bellen? De nog steeds beschimmelde wasmachine natuurlijk. Na een aantal verwoede aanvallen met bleekwater, besloten we over te gaan tot het eindoffensief. We namen een handvol zorgvuldig geselecteerde boxershorten, en onder het motto it cant get worse than this smeten we ze erin. Een uurtje later dan het resultaat: de geur van een lentefris weiland, maar dan wel zon driehonderd meter verwijderd van de plaatselijke champignonkwekerij. Antonio maar bellen dan. Meteen mijn taak.
Tweede slachtoffer: Claudio. Rotklus: Een verstopte douche. Nu weet ik niet of iemand van jullie ooit een siffon heeft opengedraaid omdat die verstopt was, maar ik kan je verzekeren dat het goedje wat je eruit haalt harder stinkt dan tien Lerkeveldse Chinezen en je zwaarder doet trippen dan twaalf Amsterdamse junkies. En dat is misschien niet politiek correct, maar wel een understatement.
Als je ooit in deze situatie komt, ik wil zeggen een appartement met drie en twee urgente rotklussen, zorg dan niet dat je de derde bent, wiens rotklus bepaald wordt door de verbeelding van de twee anderen. En áls je ondanks mijn waarschuwen toch in deze situatie verzeild geraakt, zorg dan niet dat je je rotklus laat bepalen nadat de twee anderen hun rotklus uitgevoerd hebben en nog wat aan het nabalen zijn. Julian moet voor de rest van het jaar de mieren uitroeien die ons appartement binnenvallen met alle mogelijke middelen die hij kan bedenken én de hele flat waarschuwen als we eens een feestje gaan geven. Klussen waarvan je nog niet weet wanneer je ze moet doen, maar waarvan je weet dat je ze sowieso ooit zal moeten doen, zijn echt de ergste.
Nu bleek Claudio wel de rotzooit uit de douche te kunnen halen, maar loste dat het probleem niet op. Een reden te meer om Antonio te overtuigen ons te vereren met zijn bezoek. Zondag nam hij niet op, maandag meer geluk. En tot mijn grote verbazing vertelde hij er zelfs bij wanneer hij ging komen, en dat was een uurtje later. Verbazing alom in ons appartement. Twee uur later was hij daar, bekeek de wasmachine, opende ergens met een mes een achterpoortje ervan, haalde daar een beschimmelde filter uit en maakte hem proper, gaf ons twee namen van goede waspoeders en wasverzachters, en verzekerde ons dat het probleemopgelost was. Nu daar geloofden wij geen bal van, maar dat hij geen nieuwe wasmachine ging kopen, was dus wel duidelijk. Voor de douche ging hij later wel weer terugkomen met gereedschap, want ook hier wist hij precies waar het probleem zat, alhoewel hij het niet wilde vertellen. Fier als een gieter verliet hij even later weer ons appartement, trots als hij was over zoveel goed vakmanschap. Wij waren al tevreden dat hij deze keer zijn vrouw had thuisgelaten, een mormel dat voortdurend achter hem aan schurkt, ongevraagd gordijnen ophangt in ons appartement en andere er weer afhaalt, en ons dekens bezorgt waar je nog geen hond in te slapen legt. Maar het is en blijft nuestra casa, met zijn pluspuntjes en vele gebreken. En dat is een tof gevoel.