Een tijd geleden had ik gezegd dat het volgende bericht wel even op zich zou laten wachten en het is idd wel enkele maanden geleden sinds men vorig bericht hier geplaceerd werd, maar ik had niet echt veel goesting om achter de pc te kruipen in chimbote en op men reis al helemaal niet. Nu ik terug in Huancayo ben en het heelder dagen aan het regenen is (regenseizoen he) en het ook nog vrij koud is ligt dat wel anders en kwam de gedachte ineens op dat het hoog tijd was het thuisfront eens te plezieren met een nieuw berichtje van men levenswandel hier.
Dus bijna vlak na men vorig verhaal neergepend te hebben, ben ik op 16 januarie voor een maand richting Chimbote vetrokken. Ik had er niet ongelooflijk veel zin omdat het een vis-industriestad bleek te zijn, met bijbehorende geur en na Huancayo en Lima de vervuilste stad van Peru en dus nadat ik tevergeefs heb geprobeerd te wisselen van stad heb ik mij er toch maar bij neergelegd. Met een wisselend gemoed ben ik dan maar aan de busrit van 14 uur begonnnen, met tussenstop in Lima om nog eens met afs te gaan overleggen over mogelijkheden om op unif over te stappen, waar ik weer op hetzelfde als altijd uitkwam: imposible.
In Chimbote aangekomen na onderweg nog een prachtige zondsondergang meegepikt te hebben, werden we opgewacht door een enthousiast afs-team, hoofdzakelijk bestaande uit gezellige dikkertjes, die al meteen voorstelden diezelfde avond nog naar de cinema te gaan (goei plan dacht ik, want dat hebben we Huancayo niet). Het was voor s avonds gezellig warm en omdat ook van de beruchte stank niet veel te bekennen viel, aangezien de visfabrieken blijkaar rond deze periode buiten werking waren, steeg mijn humeur met de minuut tot het een ongekende hoogte bereek toen ik ontdekte dat ik ook nog een privebadkamer met warme douche ter beschikking had, een overbodige luxe die toch overweldigend aangenaam was, aangezien het er bij mij ondertussen ontertussen ingebakken zat dat douchen gelijk stond aan koud water en zo snel mogelijk eronderuit vluchten.
Mijn familie (Jose 32, nationaal afspresident van de vrijwilligers, Diego 27, Liana 34, vader en moeder rond de 50) bleek gewledig mee te vallen en hoewel ze maar voorlopig was werd al snel beslist dat ik niet meer van familie ging wisselen.
Het Spaans in Chimbote was zo anders dan in Huancayo dat ik enkele dagen nodig had me aan te passen aan de snelheid en de jergas ( een soort slang) vooral als ik met Diego en zen vrienden omging die hierin nog eens overdreven.
Het viel ook op dat de mensen in het algemeen veel losser en opener waren wat zen voor -en nadelen had. Op straat zag je zo goed als geen andere gringos en dit in combinatie met het lossere volkje gaf als resultaat dat ik tot frustrerens toe werd nageroepen op straat (het bekende gringo en ghellow natuurlijk) met als toppunt toen ik aangesproken werd met: Que bonito tus ojos, regalome por favor y estas libre hoy, podemos salir junto y luego podemos ir a mi casa... wat overeenkomt met: hoe mooi je ogen, doe ze mij kado a.u.b., ben je vrij vanavond dan kunnen we uitgaan en daarna naar bij mij thuis gaan.... En dat te horen van iemand die die leeftijd had en licht uitgedrukt niet bepaald aantrekkelijk was, was genoeg om mij al rennende de winkel uit te zien vluchten. Zo begreep ik ook ineens waarom 2 andere afsers, wiens thuisbasis zich in Chimbote bevond hun haar hadden laten kleuren, aangezien blond haar er natuurlijk nog eens extra aandacht kreeg. Het goeie aan het feit dat het volkje er wat losser was, was dat er meer gefeest werd, je overal mee heen gesleurd werd en bij iedereen welkom was.
Met de andere afsers ( Klaartje, Bavo, Sofie(Belgie),Ayla, Cecile( Zwitserland), Sara,(Nieuw Zeeland) Magdalena, Lisa (Oostenrijk)) waren we het eral snel over eens dat Chimbote een geweldige zomervakantie ging worden, vooral nadat we het strand en de reusachtige dicotheken ontdekt hadden. De eerste dagen trok ik vooral met hen en de afs vrijwilligers op( Shelly, omar, Jose, Gabby,Chicho,Victor...) omdat men familie het vrij druk had op hun werk. Daarna ging ik meer om met Diego en werd al snel opgenomen in zen vriendengroep die bestond uit ne groep locos, fumongs, gorditos en guapas die zo goed als allemaal bodyboarden en aan wie een bepaald goedje met een welbekende zoete geur niet bepaald onbekend was (in jergas gras genoemd).. Het meerendeel ging ook veel uit (wo, do, vr, zat, zon mits het vakantie was) en daarmee werd de salsa en reggeaton er dan ook goed ingepompt zeker nadat Diego in zen geweldige witte kevertje, waarmee we altijd rond reden op zoek naar volk en feest een nieuwe geluidsinstalatie had geplaatst.
Mijn dagen zagen er meestal zo uit:
s Morgens: opstaan om 10u, wat rondhangen, andere afsers opzoeken of men broer vergezellen naar zen werk, men zoektocht naar een sinaasappelpeller voortzetten of kleren wassen (want er was weeral geen wasmachine), dan een overweldigend middagmaal naarbinnen scheppen, want bij men familie ging de liefde overduidelijk door de maag, ook wel op te merken aan hun gezellige lichaamsvormen (van iedereen buiten Diego)
Een morgend had ik voor de afwisseling eens het plan gevat naar zee te wandelen (ong 1,5u wandelen) en ben ik vertrokken met bewolking, waardoor het niet tè warm was.Wandelend tussen de duinen en over de padjes tussen het drijfzand, veroorzaakt door een rivier die er ook ergens stroomde, vroeg ik me telkens af waar die zee nu bleef want ik had de afstand maar op maximum een half uurtje geschat. Eindelijk aan de zee aangekomen wat over en weer gepraat met een oude visser en dan aan de terugtocht begonnen. Terwijl ik net twee minuten aan het wandelen was kwam de zon er ineens door en hevig zwetend en heerlijk verbrand kwam ik twee uur later aan bij men familie die al vrij ongerust waren en me nog eens naar men voeten gaven omdat het een gevaarlijke zone bleek te zijn.
s Middags stond dikwijls de camionet van een van de vrienden van Diego voor de deur die rondreed om zoveel mogelijk mensen op te pikken wat het goekoper maakte om naar zee te rijden. (15min). Onderweg was er een peaje geplaatst van 7,5 sol die massaal ontweken werd door naast de weg over het zand te rijden in het zicht van de politie en geen haan die erom kraaide:
s Avonds ging ik meestal wat ronrijden met Diego richting een pleintje of discotheek of gingen we iets drinken, eten of een filmpje zien met andere afsers. Het nachtleven in chimbote was echt de max en als ik uitging met Diego was ik zelden terug voor het licht was, wat na een tijd zelfs een gewoonte begon te worden.
Een avond ben ik ook eens spontaan gaan joggen. Ik had me s middags voor de zoveelste keer weer tot het ultieme grensbereik van men maag volgeschept -natuurlijk onder het voorwendsel om men moeder die weer eens overheerlijk gekookt had niet te beledigen- en daarmee voelde ik s avonds een sterke behoefte de benen eens te strekken en een degelijk luchtje te gaan scheppen. Met dat het al een mooie tijd geleden was dat ik nog iets van sport gedaan had, zat het er natuurlijk dik in dat men conditie me niet het als doel gestelde uurtje zou kunnen dragen, maar dat viel enorm mee. ( te wijten aan de 5 maand ijle berglucht vermoed ik die men longinhoud wat vergroot had maar men spieren niets geholpen had, wat ik de volgend morgen ontdekte toen ik de trap niet afgeraakte van de spierpijn ) Uiteindelijk heb ik 2 uur op het zand tussen de duinen en onder een overweldigende sterrenhemel rondgelopen zonder in ademnood te komen om dan met een voldaan gevoel de koers te zetten richting een verfrissende douche en een stel ongeruste ouders die me nog eens bezworen dat die zandvlakte een gevaarlijke zone was. Iets wat praktisch heel Chimbote was als je de rijkere mens mocht geloven die in zijn Nuevo Chimbote (het nieuwe gedeelte waar ik tussen de welgestelde woonde) zijn huis liet bewaken door een privebewaker, die s nachts om de 5 botten op zijn fluitje floot om te laten horen dat alles veilig was en mij er mooi mee uit men slaap hield.
Toen carnaval in de buurt kwam werd er met water gegooid naar iederen die voorbij kwam en vooral gringos natsmijten was natuurlijk populair. Toen we weer eens de camionet aan het volladen waren en net de laatste mens gingen ophalen, passeerden we een huis waarvan het dak bevolkt was met een volkje belust op onschuldige voorbijgangers en gewapend met heelder vaten water. Er onstond het gebruikelijke gefluit en gejoel langs beide kanten en we waren net droog en wel gepasseerd toen het voorval doordrong bij de chaufeur en Diego. Veilig onder het dakje dachten die even een goei fatske uit te halen en reden een stukje terug om juist onder het huis te blijven stilstaan met het gewenste resultaat: de boordevolle achterbak met mij inclusief even degelijk verfrist waarna de camionet ook nog gehoosd moest worden.
Dat er vis te vinden viel in Chimbote viel ook goed op, bijvoorbeeld aan de grote hoeveelheid pelikanen die de witte eilanden wit gemaakt hebben, maar vooral aan de enorme hoeveelheid vis die door een pijpleiding vanuit de haven binnengesluisd wordt. (geschat op enkele honderden tonnen vis per dag) Daar kwam ik achter toen we voor de afs barbecue vis nodig hadden en daarvoor bij de pijpleiding gingen kijken, een knipoog hier en daar en we hadden de nodige kratten van de verste vis voor onze neus staan en konden we beginnen wassen en ingewanden verwijderen, een vuil werkje waar ik nog enkele dagen van nagestonken heb. Maar het werk was de moeite waard, de geroosterde vis was overheerlijk hoewel hij niet kon tippen aan een goeie cebiche, rauwe vis fijngesneden en geserveerd met limoen en rode peper wat totnogtoe rotsvast als men lievelingsgerecht genomineerd is.
Hier en daar bracht ik s avonds een relax momentje door op het dak -een gewoonte waar ik in het koude Huancayo af en toe behoefte voor voelde niet minder als in het warme Chimbote-, nadenkend over de voorbije en de wachtende helft van men tijd in Peru, fantaserend over het komende en achtergelatene België of verliefd glimlachend om het betoverende en mistieke van de Peruaanse figuur -en letterlijke natuur. In de verte viel een bergeiland in de zee te onderscheiden belicht door de sterren en starend in die richting, vergezeld door een oud muziekje werd ik er steeds nostalgischer van.
Hiermee eindigt me berichtgeving over Chimbote die ik aan het schrijven ben sinds begin april, in het nu betrekkelijk zonnige Huancayo (het regenseizoen is net gedaan). De zomer van de Andes komt eraan hoewel het frisser wordt gaat de zon nu veel meer schijnen wordt mij hier verteld, af te wachten of het de waarheid is want Peruanen,...... zucht.
De groeten aan iedereen,
Een nog steeds genietende Tim in het niet altijd even gemakkelijke Peru.
Ps. Het volgende bericht is in aantocht maar is nog een pak langer dus zal wel weer even op zich laten wachten.
19-04-2007 om 03:54
geschreven door timdeperuaan 
|