 |
We zijn de 40de week van 2025
|
 |
|
 |
Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's. |
Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens. |
 |
07-09-2017 |
Het meewarig licht 2. Constant Eeckels |
Het bebloede hoofd, dat hij nog eens ten dove hemel beurt,
en glijdt dan langs het gelaat, waarop miskende liefde treurt;
onzeglijk droevig weent de gloor in het reeds verglazend oog,
dat tevergeefs uit de lijdenskuil naar bijstand zoekt omhoog.
Omhoog, waar schuw verschaduwend die flauwe klaarte glimt,
tot zij, ontzet door het vreselijke leed in gulzig duister krimpt;
en Hij, Hij ziet bedrukt het na, doch uit noch zucht noch klacht,
allengs wordt hij omdrongen door de bende van de nacht.
Nog meer vereenzaamd rijst dan het kruis in de tempeldiepte, groot
en plomp; en daarop strijdt een God met de sterke dood.
07-09-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
06-09-2017 |
Het meewarig licht 1. Constant Eeckels |
Vereenzaamd rijst het oude kruis in de tempeldiepte, groot
en plomp, en daarop hangt een God in stervensnood;
de schemering vlot schuchter rond zijn paarse en blauwe leên:
een klammig doek, geweven uit der zondaars rouwgeween.
Zo drukkend-akelig is het bij het hout, dat eenzaam rijst,
alsof zelfs de uitgeputte dag voor het gruwelijk sterven ijst;
nog spicht door het donkerkleurig raam een bleek-gebroken schicht:
de laatste, eerbiedwaardige afscheidszoen van het vroeg verkwijnend licht.
Beheerst sluipt zij tot bij den Man, van alle licht beroofd,
en aureoolt met medelij het gedorenkroonde hoofd.
06-09-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
05-09-2017 |
De vroegmis 2. Constant Eeckels |
Het wordt stiller: het plechtig ogenblik breekt aan,
daar heft hij het vlees en het bloed, beiden verborgen
in schijn van brood en wijn, om beurten hoog;
de kracht, die altijd naar de zwakheid boog,
komt reeds bij ons als voedsel met de morgen.
En het geschiedt, lijk op de Golgotha,
toen in het stervend licht zijn hart verbloedde,
toen het koningshoofd geknakt ten boezem zonk,
toen Hij ons door zijn dood het leven schonk,
en rond de boom de hel verwonnen heeft.
De vlam rekt fijn, niet durvend roeren voor
het ontzaglijk feit. Een jubel zingt in het klinken
der heldere bel. Door de hoge ramen zeeft
in zegepraal de dag: het licht herleeft,
Hem groetend die in eeuwigheid zal blinken.
05-09-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
04-09-2017 |
De vroegmis 1. Constant Eeckels |
In de hoge beuk hangt nog de nevelvaan
van de regennacht. Het geklep stilde in de toren,
bij de offertafel rijst de priester, gans
gehuld in goud en blank, een grijze krans
als kroon rond de schedel, kaal geschoren.
De kaarsenvlam gaat aarzelend weg en weer,
werpt rossig licht op de gespreide bladen
van het zwaar missaal, en op het boetgelaat
des paters, die daar ingetogen staat,
en dringend bidt voor hen die nimmer baden.
Soms wendt hij zich, en opent de armen, als
om allen op zijn broederborst te trekken,
dan keert hij weer, en lispelt vromer voort,
beducht om dra door zijn mirakelwoord
den Schepper in het geschapene te verwekken.
04-09-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
31-08-2017 |
Kind van de zee 2. Constant Eeckels |
Nu ben ik hier, o zee, mijn moeder, weder,
uw broezen lippen kussen koel mijn voet,
uw goed-bekende stem roept me teder
het welkom toe, als antwoord op mijn groet.
Lijk vroeger zie ik uw boezem zwellen, zwoegen
van zucht naar grootheid, die aan de kusten knaagt,
die immer andere golven strandwaarts jaagt,
of werpt op schepen, die u driest doorploegen.
Een zelfde drift heeft mij naar u doen komen,
ik ontliep de stad, waar het enge leven smacht,
ik walg van dit volk met zijn vernepen dromen,
waarin het slechts naar het naast en het kleine lacht.
Ik wil de verte, ik wil het onbeperkte,
leven dat rond geheel de aardbol spoelt,
leven dat evenaar en polen voelt,
leven als het uw, o ze, dat steeds me sterkte.
31-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
30-08-2017 |
Kind van de zee 1. Constant Eeckels |
Zee, ik miste u zo, wanneer ik ginder dwaalde
in die duffe stad, omstuwd door volksgedrom,
ik tuurde, als het duister over de aarde daalde,
afgunstig naar de maan, die glunder glom.
Want zij zag u. Haar beeld kaatste in uw baren,
zij schouwde uw tomeloos tuimelen binnen de nacht,
en hoorde uw onverpoosd herhaalde klacht
om zoekers, die in u gezonken waren.
Als wolken, dobberend over het bleek gesterte,
vaal kuifden, lijk bezwabberd met uw schuim;
als winden, woest aanhollend uit de verte,
hun strijdkreet huilden door het echoënd ruim.
Dan keerde ik naar het westen, naar u, en slokte
met ieder ademen het stormen in mijn borst,
en voelde hoe de wil, die rampspoed torst,
weer krachtiger door het miezerig mensje schokte.
30-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
29-08-2017 |
De zang der zee 2. Constant Eeckels |
Ik hoor ook steeds in mij die diepe, lange kreet:
een roepen op uw roep, een klagen op uw smeken
o zee. Ik draag in mij uw droef-gezongen leed,
en voel uw golven brusk op boezem-over breken.
O, het eindeloze en toch eng-begrensde. In het klein
wild-kloppend hart uw grootheid overmoedig voelen,
en alles zijn, en niets daarna, naar wissel-dein
van vloed en ebbe, die ter verre stranden spoelen.
En toch. Nu suist zo een wondere zoetheid in uw taal,
zo hoorde ik nooit uw stem. Ze is donder-groots, en tevens
toch trillend teer, gelijk het koraal van een nachtegaal,
die bij het volle nest de hymne zingt des levens.
29-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
28-08-2017 |
De zang der zee 1. Constant Eeckels |
De zee rolt ruisend aan in rusteloze rust,
met krommend opgekuif der gladgerugde baren,
en wijkt, wanneer ze zacht het strand-zand heeft gekust,
weer naar de oneindigheid, waaruit ze kwam gevaren.
Het is een ritmisch gaan en komen, altijd voort,
een worden en verworden van geduchte krachten,
aanhoudend zingt ze zwaar het ver verzuchtend woord,
naar welks verklaren strak de zwijgende einders wachten.
Nu zakt weer de avond traag uit log-bewolkte boog,
en weer heeft niemand iets van het durend lied begrepen,
het is donker en stil. En luider weent haar wee omhoog,
als laatste hulpgeschrei op halfverzonken schepen.
28-08-2017, 14:02
Geschreven door André 
|
|
 |
24-08-2017 |
Naar het zonneland 2. Constant Eeckels |
Het zal heerlijk ginder zijn, waar de ochtend rees,
de wolken gaan ons voor, als blanke boden,
en het woudgeboomt, waardoor de vrees eens krees
zien wij met kruimgewuif ten feest ons noden.
O, kom naar het land der zon, waar de liefde nooit
verdooft, maar blijvend blakert door de dagen,
waar zij zelfs de armste nachten nog vermooit,
en het het besterde purperkleed laat dragen.
Kom. Het water zingt, de beiaard jubelt. Won
en weelde wachten ons in tropentuinen,
het verleden juicht ons na op de oeverduinen,
kom. We varen naar het land van de zon.
24-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
23-08-2017 |
Naar het zonneland 1. Constant Eeckels |
De juli-zon bestookt de trans, en gans
de ruimte is overkropt met vinnig leven,
de wereld wordt gebakerd in de glans,
die het groene zeeblad vurig heeft beschreven.
Wat wiegt het water dartel op het geklong
van kolkjes, die voor het kermisvieren spelen,
versufte grijsaards worden weder jong,
wijl ze onbewust vergeten wijsjes kwelen.
Kom, lieve, kom. Het leven is zo schoon,
we zullen varen in het glinsterende gloren,
de boort ligt ter rede. In elke beiaardtoon
kunt gij reeds het lied der nieuwe tijden horen.
23-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
22-08-2017 |
Mijn liefde 2. Constant Eeckels |
Mijn liefde is als de brede stroom
die door de landen baart,
en op wiens golven vloot na vloot
naar Oosterverte vaart.
Mijn liefde is als de wilde stroom
die immer voorwaarts wringt,
en in wiens bruisen het krachtig koor
van trachtend harte zingt.
Mijn liefde is als de tomeloze zee,
de tomeloze, trotse zee,
waarover nooit de zonnekar
door de Westerpoort verglee.
Mijn liefde is als de eeuwige zee
die eeuwig, blijvend woelt,
en stormig op de kusten van
een te nauwe wereld spoelt.
22-08-2017, 09:07
Geschreven door André 
|
|
 |
21-08-2017 |
Mijn liefde 1. Constant Eeckels |
Mijn liefde is als de kleine drop
die op het gras dauwt,
en waarin gans de oneindigheid
van de zomerhemel blauwt.
Mijn liefde is als een juwelendrop
die op een bloemknop beeft,
en waarin heel de kleurenpracht
van de regenboog herleeft.
Mijn liefde is als een kalme beek
die langs de lanen lint,
en in wier wiegel-spiegel het beeld
van hoge bomen schijnt.
Mijn liefde is al de klare beek
die door de velden vliet,
en zoetste begeleiding vooist
voor het vroege leeuwerikenlied.
21-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
17-08-2017 |
Lentezang 2. Constant Eeckels |
Voelt gij die weelde in uw popelend hart,
waarrond het winterijs is weggesmolten,
voelt gij uw hoop herbloeien, die ontblaard,
verbannen treurde in zilte weemoedsholten?
Voelt gij in uw wereld weer, zo wijd
dat nooit het daglicht voor haar onderglijdt,
en zingt uw ziel in bloesemende bomen:
Heil, heil. De lente is weer in het land gekomen.
O, denk aan mij, die al uw dagen met
een onverslensbare lente zal verblijden,
o, steun op mij, die moed en kracht
op het altaar van de liefde aan u mocht wijden.
O, ga met mij door guur en gul getij,
want heel het leven, heel de bloei zijn wij,
en heeft de vorst ons vroeger veel ontnomen:
Heil nu. De lente is weer in het land gekomen.
17-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
16-08-2017 |
Lentezang 1. Constant Eeckels |
Hoort gij het gesnap, dat door de ruimte tript
gelijk het druppel-klaren van fonteinen,
hoort gij het gerinkel van de bellen aan
de hals der runderen op de weide-pleinen?
Hoort gij hoe de lente, lang door vrees bedwelmd,
nu luid haar lied door heg en heester helmt,
het ritst in de takken, het streuvelt in de stromen:
Hoera. De lente is weer in het land gekomen.
Ziet gij het groen, dat blo uit basten breekt,
en overal ontwaken kondigt van leven,
ziet gij de zonnestraal, die blinkt op het hout,
en sap doet klimmen, eens door kou verdreven?
Ziet gij de insecten dansen boven het gras,
of hoekend schieten over een gladde plas,
al schreven ze wat ieder heeft vernomen:
Hoera. De lente is weer in het land gekomen.
16-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
15-08-2017 |
Begrijpt ge nu 2. Constant Eeckels |
Op kronkelende urenvijver
drijven de dromenzwanen kalm,
de dadenakker draagt het voedsel
voor schraal getij in elke halm.
De groene weiden zijn tapijten,
door kuis vereren uitgespreid,
en vlugge wensenvogels vlerken
naar verre, blij verbeiden tijd.
Ziet ge dit alles, heel de wereld,
het is al van u, het is al voor u,
begrijpt ge nu wat ik nooit zegde,
het groot geheim? Begrijpt ge nu?
15-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
14-08-2017 |
Begrijpt ge nu 1. Constant Eeckels |
Kom nu eens hier, heel dicht. Nog nader,
zie toch hoe het werk, dat ik voltooi,
uw al-ophelderende naam draagt
in lijn en tint, op vlak, en plooi.
Zie door die kleurige wonderruiten
het levenslandschap in de zon,
met ginder die verbeeldingstoren,
zo hoog als ik maar bouwen kon.
Gedachten bloeien als gebloemte,
dat rode en blanke kronen beurt,
of rijzen rank als populieren,
waarin de ziel heimzinnig neurt.
14-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
10-08-2017 |
Het kruis bij het meer 4. Constant Eeckels |
Slechts zij, die dapper het ruige duin beklommen,
hoorden al wat beneden loog verstommen,
en strekten zich bij het palle kruis ter ruste.
Een diepe slaap is over hen gezonken,
en als bedeesd de dag kwam doorgeblonken,
ontwaakten zij met nieuwe levenslust.
Zij hadden moed gegeten en gedronken,
door Jezus zelfs geboden en geschonken,
en waren het lijdens-voorgerecht toen bewust.
10-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
09-08-2017 |
Het kruis bij het meer 3. Constant Eeckels |
Dat is het wat de bomen nu nog ruisen.
Dat is het wat de struiken nu nog stenen.
Dat is het wat de baren nu nog bruisen.
Dat is het wat de winden nu nog wenen.
Dit glinsteren op het strakke meer-gelaat
in het ogenlicht van allen, daar verdwenen,
maar die nog zien hoe boven het golven gaat.
Dit frazelen is het gonzen van de stemmen
der dompelaars, die hier laving voor hun monden
en frisheid zochten voor ontstoken wonden.
Doch slechts de dood in hun armen vonden,
die het zieke bloed in het brekend hart deed stremmen.
09-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
08-08-2017 |
Het kruis bij het meer 2. Constant Eeckels |
Plots plofte een plons. De spiegel wemelde even,
als lachte hij om het verwachte gebeurde.
Soms dook nog boven het breed bekringde vlak
het bleke hoofd eens op; en het laatste leven
brak dan in schreeuwen uit, die de stilte scheurde.
De bomen schudden angstig top en tak,
de struiken neigden diep, met dor geknak,
en zelfs de nacht, de harteloze en boze,
stond dan ontsteld, wijl ras de maan verdook
achter een scherm van saamgeschoven smook.
Maar als een treurig, laatst vermanen rees,
ter kruin het kruis, die naar de hoogte wees.
08-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
07-08-2017 |
Het kruis bij het meer 1. Constant Eeckels |
Nu slaapt het meer, maar toch is het of er bazelen
nog dwaze baren; dan weer of er klotsen
nog trotse golven tegen logge rotsen;
Vaak lijkt het of er geliefden teder frazelen.
Daarna of er vrouwen scherp bij een schipbreuk gillen,
en of de jonge kracht, gulzig geslokt
door een vratende kolk, terug naar boven schokt
bij geselslagen van het onsterfelijk willen.
Wanstaltige rijen bomen langs de oever,
bedekt met wier en slijk bij lage tij,
het gestruik staat krom, alsof het om medelij
voor zijn kleinheid bad. Oneindig droever
rijst op de duinenkruin het vermolmde kruis,
voor hen die nooit meer keerden naar hun huis.
07-08-2017, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
|
 |
|