thuishaven
We zijn de 42de week van 2025
Zoeken in blog

Inhoud blog
  • K3
  • Kathleen Aerts
  • Elke Taelman
  • Beatrice Egli
  • Elke Taelman
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's.
    Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
    12-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zomernacht. Martin Albers
    Zomernacht, wanneer het hart vervliet,
    in een oceaan van eindeloze vrede,
    als iedere adem uitzwelt tot een lied,
    en ieder lied verinnigt tot een bede.

    Op zoele winden komt de geur gevaren,
    van al wat zuchtend in de tijd verging,
    en heerlijk tintelt door de nacht der jaren,
    het heilig outer van herinnering.

    Verjaarde smarten komen aangedreven,
    met liefde en lust in één blanke vloot,
    en glijdend op de zilveren stroom van het leven,
    de donkere, lome gondel van de dood.

    Het komt aangevloten, zacht en stil en effen,
    of leed en dood natuurlijk zijn en goed,
    hoog uit de hemel zijgt het vroom beseffen,
    dat alles is, zoals het wezen moet.

    Nu kan ik voortgaan, weer in de oude banen,
    zelfs kan ik danken voor een oude smart,
    omdat ik weet hoe slechts uit glans en tranen,
    de lichtschijn breekt, die vlamt van hart tot hart.

    Hoe door de dood het leven straalt in flonker,
    een vonk van goud op donkergrauw fluweel,
    tot éénmaal vreugde en smart en licht en donker,
    versmelten gaan in één doorwrocht geheel,

    van ruimte en rust, van liefde en mededogen,
    één ijle droom die als een wolk van dauw,
    de blindheid dekt van toegeschoven ogen,
    een droom van zilver en lavendelblauw.

    Een wijde zee van schemergroene wazen,
    omdoomt de lijnen van de horizon,
    en draagt de droom van huiverende extase,
    door blanke klaarten naar de levensbron.

    En het al doortintelend sidderlied van vorsen,
    doortrilt de zomernacht van hoog geluid,
    de wereld kan haar weelde niet meer torsen,
    een sterrenbrand vlamt de hemel uit.
    1919









    12-02-2014, 08:59 Geschreven door André  


    11-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schemering. Martin Albers

    Aan zijden avondlucht van rozenrood,
    houdt ver de stad haar nevelbeeld geheven,
    haar nevelbeeld van steen en mensenleven,
    verschemerend naar de verten van de dood.

    Vooraan de walmig zwarte wijken, waar
    geblaakte pijpen van fabrieken roken,
    een eindeloos kerkhof rechts, in damp gedoken,
    de kale graven slapen naast elkaar.

    Op donzen winden is het rood vervlogen,
    de droom van licht verblonk op alle ogen,
    het duister zinkt. Uit duizenden lampen,

    gloeit hoog en breed een sfeer van rosse dampen,
    ten hemel op, een gouden smartenwolk,
    waarin het noodlot troont van gans een volk.
    1919


    11-02-2014, 04:54 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Voorstad bij late avond. Martin Albers

    Uit dompig volle proeflokalen, beven
    pianodeunen jengelend door de nacht,
    in eeuwig kinderdreinen, schrijnt de klacht
    om het slijmerig leven, dat hun werd gegeven.

    In huurkazernes woelt een klam geslacht,
    in het zoel benauwen van zijn lijfelijk leven,
    de wasems van hun fletse lusten zweven,
    door het glanzend heimwee van de lentenacht.

    Doch mede zweeft op blanke bloesemwind,
    miljoenen zielen hun meest geheime gloren,
    de schuwe smart om al wat zeer bemind,
    in het blauw verschiet der eeuwen ging verloren.

    De liefde voor een schamel mensenkind,
    uit lange jaren levensleed geboren.
    1919





    11-02-2014, 00:00 Geschreven door André  


    10-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De nachtwind. Gerard Van Klinkenberg

    De nachtwind sprak met de bomen,

    beneden onder het raam,

    zij is uit haar bed gekomen,

    en ging voor het venster staan.


    Zij keek en huiverde even,

    en luisterde ademloos,

    de wolken schenen te zweven,

    maar hun beeld was beweegloos.


    Zij hoorde het gesprek niet, dat al te

    snel en fluisterend werd gevoerd,

    toen heeft een donkere gestalte,

    haar een ogenblik aangeroerd.


    Hij sprak: kom met mij, ik voer u

    voorbij de wereld, en ver

    voorbij uw laatste verlangen,

    en verder van ster tot ster.


    Ik fluit, en de zwarte scharen

    zijn ruisende aan mijn zij,

    zij zullen u veilig bewaren,

    kom met mij, kom met mij.


    Zij keek en huiverde even,

    en luisterde ademloos,

    de bladeren, na het beven

    werden beweegloos.


    Langzaam sloot zij de ramen,

    en deed de gordijnen dicht,

    en ging op de tast door de kamer,

    en ontstak het suizende licht.


    Zo zat zij tot de morgen,

    toen vielen haar ogen dicht.

    1927

    Gerard A. Van Klinkenberg is geboren in 1900 te Amerongen.


















    10-02-2014, 21:04 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over de heide. Gerard Van Klinkenberg

    Over de bruine heide gaat een kudde schapen,

    de hond en de herder volgen langzaam over de heide,

    langs de verlaten bouwvelden, en voorbij de

    schaarse en schamele hutten van het gehucht.


    De laatste geluiden gaan allengs verloren,

    in de wijdte der velden achter het armelijk koren,

    waarin de avondwind zich te rusten legt.


    Langzaam over de heide gaat een kudde schapen,

    de hond en de herder, samen over de donkere heide.

    10-02-2014, 07:53 Geschreven door André  


    09-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedachten. deel 4. Nine Van der Schaaf

    19

    Ik heb u lief, liefde is mijn  god, hij komt met zachte woorden,

    en fier gezang, hij is onzichtbaar, doet van ogen dromen,

    die diep en zacht zijn, in vermanend woordloos vragen:

    "zoekt gij naar mij? Waarom naar mij?". Mijn liefste,

    in het tumult van deze wereld, in stilte, bloeit in mij u gedachte,

    die woordloos in mij viel. Ik weet niet wie gij zijt. Ik weet u

    een onbekende, die in een sprookje in mijn  leven kwam en ging, en

    nooit vergeten werd. Gij zijt mij aangeduid, menselijk en toch oneindig.

    Ik ben een kind en hoor altijd van u, u ogen zijn mij lief.

    Zoek ik naar u? Ik zoek een blinkende god.

    Ik vind een wonderlijk leven, en ik vind u. In de chaos van de wereld,

    is wijsheid in mijn dromen een lichtend spoor. Voert het naar u?

    Mijn hart is klein, mijn hart brandt stil,. Ik weet het, ik zal niet sterven.

    Ik weet het, de god van de mensen spaart geen mensen.

    Maar een hart dat liefheeft sparkelt zijn ondoofbaar vuur.


    20

    Ik heb u lief. Uw leven is zo ver van het mijne,.

    Zoete dromen dwarrelen bedrieglijk om mij heen.

    Het verlaten land wordt weelderig door mijn dromenbloei. Zij rijzen

    vol belofte, als bloemen op hun stengels rijzen, teer en schoon.

    Mijn machteloze bloemen, gij bloeit vergeefs,

    want die ik liefheb is zo ver van hier.

    Uw geur zweeft rondom u, terwijl ik eenzaam zwerf,

    altijd zien onbekende ogen mij vragend aan.

    Ik kom altijd tot u weerom, gij zijt een belofte,

    nu het zomer is. Gij leeft, maar ik niet.

    1917








    09-02-2014, 08:45 Geschreven door André  


    08-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedachten. deel 3. Nine Van der Schaaf

    14

    In de velden, in de bossen, in de bergen,

    waren donkere drommen krijgsvolken in maanlichte nacht,

    een gedaante, blank als het maanlicht, zagen de gewapende mannen,

    zij sprak niet, en de krijgers zwegen en dachten stil voor zichzelf,

    dat is de vrede, en zij voelde de vrede als de grootste weldaad.

    Een vergeten zang werd zacht aangeheven door enkelen,

    in de bergen, in de bossen, in de velden, klonk zacht het geluid  van stemmen,

    dezelfde zang onder de blanke maan, dommelend luisterden de vele mannen,

    de nacht was lang en schoon, met eindeloze dromen van vrede en weerzien.

    Maar de morgen die volgde was rood.


    15

    Zo ik u vind kan ik rusten, dan is al het verleden glansloos en ver,

    dan zal ik die trage beurtzang met de heiligen zingen,

    die stierven op aarde in de gloed van eeuwige liefde,

    hun zang is leven, maar nooit luider dan de woeste

    geluiden van honger en haat.


    16

    Glorie is niet de vrede, maar dieper dan de vrede,

    vrede is de valse spiegel van de zee als de wind niet woedt.

    Glorie is de bodem van de zee, daar is er rust,

    er zijn vele schatten en paleizen. De zang van sirenen

    maakt het hart van de zeeman groot als hij in stilte luistert.


    17

    Die ver leeft van haar liefste, hoort vele stemmen zonder te luisteren,

    ziet de dagen donkeren en verkleinen rond het avondlicht,

    ziet zij haar wereld, en wacht en vraagt: zal ik vanavond je stem horen,

    zult gij van de lichtende sterren de weg vernemen, die voert naar de

    verborgen en eeuwige vlam van mijn liefde?

    Buiten weet zij het wijd sterren nachtland,


    18

    Voor de poort van een vreemde wereld staan zij dromend,

    als de poort opengaat luiden de lenteklokken,

    als zij zingend binnentreden, gaat nevens haar de donkere

    priesteres van het leven, en als de bruiden zwijgend

    om haar heen zijn, biecht zij in machtige gezangen

    haar oneindig verleden, en uit haar laait de nooit eindende

    begeerte, de bruiden buigen  zich, de wereld

    de wereld is een onmetelijk woud geworden van bloeien en sterven.














    08-02-2014, 07:53 Geschreven door André  


    07-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedachten. deel 2. Nine Van der Schaaf

    8

    Zijn wij alleen of met velen? Wij zijn strijders.

    De droom van een strijder is alleen te zijn,

    De droom van een strijder is eenzame wegen te volgen,

    met zijn liefde en haat, de onbedorven gezellen.

    Maar in de grote en sombere daden van het leven,

    droomt hij een blijdere droom, vindt hij: verenen,

    hij mint vurig de broeder die hij nooit kende.


    9

    Het is stil in mijn huis, en de muren zijn hoog rondom,

    achter de muren verbergt zich het morgenrood en avondrood,

    daar is mijn jeugd verblonken, zo lang geleden,

    klein is mijn tuin, onhoorbaar mijn gaan door de paden.

    Bloemen, waarom bloeien en sterven wij hier alle dagen?

    Wij zijn klein en gevangen, wij leven onhoorbaar buiten de wereld.


    10

    Bloemen en jeugd, ik droom u altijd samen,

    bloemen nabij, en de jeugd die mij verliet,

    droom die verenigt wat ver was elkaar was,

    mijn ziel kent het luide sterven als de rukkende herfstwind,

    die de bloei rooft, maar in enkele stonden van lente en zomer,

    ben ik een gast in mijn tuin, een vreemde,

    zo is mijn ziel jong nog, en vol verwachting.


    11

    Als de beelden van de aarde verflauwt zijn in schemer van smart,

    gaat mijn verlangen niet naar de eentonige morgen,

    want bleek is het licht van de dag. Mijn verlangen gaat

    naar de rode en geurende roos, in de nacht van smart,

    reine en rode vlam van de nacht. En het teerste gejubel

    is om mij, liefde is uw, liefde kan niet vergaan,

    liefde is boven u, leidt u, een blinde, want rond u

    is een wereld die gij niet ziet, maar gij zijt

    veilig daar ik u leid. In de bleke dagen

    zal ik vergetelheid zijn, en bloei in de schone dagen.


    12

    Altijd zal de aarde dat bekoorlijk land zijn,

    waar wij een enkele keer juichend ontwaken,

    een enkele keer fluisteren: wij zijn rijk, wij, die de aarde bewonen,

    en omhoog is dat gefluit zo lieflijk, die stijgende

    leeuwerikszang, het geluid dat stijgt naar oneindigheid, en zacht

    weerkomt op aarde. Dan dromen wij die oneindige droom

    van zaligheid. Maar de aarde is koud geworden, de nevel

    geeft ernstige gedachten, en het blijde lied klinkt niet meer.


    13

    Het verleden is donker, de toekomst een verre straling van licht,

    heel ver wordt een zwaard geheven dat vlamt in het donker,

    triomferende kracht na de kracht van oude regimenten.

    Daar wordt een ridder verwacht, zo groot en zo stout,

    dat hij de zachtheid van de aarde die machteloos neerligt,

    zal doen opstaan en kronen tot bruid, het machtige goud

    haar kroon, en de tederste bloemen haar kleed.

    Daar wordt een ridder verwacht,

    de aarde is een vrouw,

    de aarde is een vlam, een bloem, een zwaard.





















    07-02-2014, 07:52 Geschreven door André  


    06-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedachten. deel 1. Nine Van der Schaaf

    1

    Mijn ziel was lang een gekooide vogel,

    maar in de nacht werd mij vrijheid gegeven,

    een ernstige stem gebood mij: vlieg uit.

    Ik zong en wilde een hart roeren, een hart winnen,

    maar een hand leidde mij uit, mij ontvingen

    vele stille sterren, en koelte in de bomen suisde

    en zweeg. Ik droomde na dat gefluister

    hoe de nacht, de winterse bomen had genomen

    in dodelijke omarming.

    2

    Ik volgde een licht op een eenzame weg,

    het was het licht dat een reizende pelgrim droeg,

    het was een droom van licht,

    dan volgde een droom van duister,

    Ik ben de reizende pelgrim en zwerf door de nacht,

    rondom mij is het nachtelijk duister op aarde ongebroken,

    in de nacht bloeit de dromende mensenziel en de sterren bloeien.


    3

    Stille oneindigheid die te slapen schijnt,

    wijl mijn hart in aards liefhebben zo luid droomt,

    met een sterrenpracht verrijk ik mijn liefde,

    ik zoek de gedachte die eeuwig leeft,

    ik wil de warmte van uw groot hart benaderen.


    4

    Ster die daar beeft en fonkelt,

    uit het aardse donker staar ik u aan, gij zijt

    zo vast en zo eenzaam. Uw leven fonkelt mij tegen,

    maar mijn liefde houdt mij van u gescheiden,

    ik zwerf en luister naar vage verre geluiden,

    die zijn als eentonig droef ruisen van stromende beken,

    aardse ontroering verward mij, en lokt mij langs moeilijke wegen,

    ik vind donkere beken en droom van vergetelheid dicht bij de oever.


    5

    Liefde is als de wolken die glijden,

    van horizon tot horizon gaan,

    zij blijven niet, maar verschijnen toch altijd weder,

    zij beelden zo vele en zo vluchtige gestalten uit,

    zij zijn van de hemel de zachte bewogenheid,

    en het dreigende zwart. Zij zijn vreemd.

    Als zij verdwijnen is de hemel gedachteloos, mysterieus schoon,

    dan heeft de liefde geen vorm, is blauw als de hemel en eeuwig.


    6

    Mijn liefde is de geheime bloem van mijn ziel,

    en de bloemen op aarde zijn haar vergankelijke beelden,

    zij, de onzichtbare, is al de ontroering op aarde,

    teer als vergankelijk schoon, vanwaar het geheim

    dat zij, broze bloem, eeuwig zal leven?

    Vanwaar heeft de ziel haar schoonste geheim verkregen?


    7

    Lang is de weg van streven der jeugd naar eindelijke avondvrede,

    herinnering vergaat en alleen ontroering blijft over,

    huiver voor de eeuwigheid vaart door het leven hen.

    Mysterieus zijn de zielen van de mensen, vreemder dan sterren,

    ogen van de mensen die vragend hun ziel openbaren,

    weemoedige glimlach: wij zijn blinden en doven,

    wij zijn eenzaam en dwalen in het duister  en wenen,

    als nabij ons een vlam het gelaat van een makker verlicht.

    1917























    06-02-2014, 08:42 Geschreven door André  


    05-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Buiten 3. JP Heije

    Wat sist er door de bomen?

    Wat suist er langs het dal?

    De vogels sluimeren al,

    en alle bloemen dromen.


    Het bleke maanlicht rust,

    op het bed van veldviolen,

    ter sluiks, door het meest verscholen,

    en zedigste bloemenlijn gekust.


    Of schuilt gij in mijn hart,

    gij stem zo zacht en teer,

    of zijt gij van weleer,

    een toon vol vreugde en smart?


    Of roept een geetendrom,

    waar poëzie haar leven,

    dromend weet weer te geven?

    O zanger, wees daar welkom.


    Zo giet dan in mijn ziel,

    gij stem van de natuur,

    de vrede van dit uur.

    En als ik nederkniel,


    en dromend ga ter rust,

    op het bed van veldviolen,

    word ik door het meest verscholen,

    en zedigste bloemenlijn gekust.

    1851











    05-02-2014, 08:25 Geschreven door André  


    04-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Buiten 2. JP Heije

    Nu rust ik uit, nu rust ik uit,

    in bloemen en in geurig kruid,

    en nu ik u ben ingegleden,

    o donzen bed, satijnen peul,

    nu voelen eerst mijn kranke leden,

    hoe gij mij zijt tot baat en heul.


    Trouwe hond, gij, gij wist het wel,

    het scheen mij enkel dartel spel,

    als gij uw neus in het gras ging steken,

    maar nu, nu weet ik wat het was,

    en hoe de kwalen en gebreken,

    genezen door het groene gras.


    En sla ik, zo liggend, dan mijn oog,

    naar het helderblauw van 's hemels boog,

    om het koesterend zonlicht in te drinken,

    dan is het of in die zee van gloed,

    mijn ziel wil zinken en verzinken,

    tot ze in de hemel landen moet.


    Maar als dan het oog verblind zich sluit,

    roep ik in dankbare blijdschap uit,

    heil dat ik nog op aarde mag wezen,

    dat ik een stumper als ik was,

    nu haast van alle leed genezen,

    nog liggen mag in het groene gras.











    04-02-2014, 07:43 Geschreven door André  


    03-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Buiten 1. JP Heije

    Boeien kommer, vrees of smart,

    u met ijzeren banden,

    wordt het u te bang om het hart,

    in uw enge wanden,

    open deur en venster ras,

    spring er uit naar buiten,

    zie eens of het niet mogelijk was,

    het leed er in te sluiten.


    Drink dan eerst een volle toog,

    levenslucht en geuren,

    zie eens rond met open oog,

    of gij de aarde ziet treuren,

    sla dan naar de hemelboog,

    waar de sterren prijken,

    vrij maar vroom de blik omhoog,

    en uw leed zal wijken.


    O natuur, uw trouwe borst,

    heeft mij nooit bedrogen,

    ik heb er steeds voor iedere dorst,

    lafenis ingezogen,

    en zoals het kind op moeders schoot,

    schreiend ingeslapen,

    had ik weer bij het morgenrood,

    al mijn leed verslapen.














    03-02-2014, 07:55 Geschreven door André  


    02-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verraden. JP Heije

    Toen 's nachts ik je kuste mijn liefje,

    heeft niemand ons kozen bespied,

    de sterren zij glansden aan het hemelblauw,

    de sterren wantrouwden wij niet.


    Maar er is een ster gevallen,

    die heeft het de golven gemeld,

    de golven hebben het de steven,

    de steven de bootsman verteld.


    De bootsman zong het op een avond,

    zijn allerliefste voor,

    nu zingen op markten en in straten,

    de maagden en knapen het in koor.




    02-02-2014, 09:16 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vroeg voorjaar. JP Heije

    Ruisende stromen,

    vloeiend en nat,

    suizende bomen,

    draagt ge reeds blad?


    Pas is de winter

    stormend ontvlucht,

    of reeds begint er

    het kiemen van de vrucht.


    Koeltjes. Doordringt ge

    nu al het hout?

    Nachtegaal, zingt ge

    nu al in het woud?


    Lieve gespelen,

    komt in de hof,

    laat ons er kwelen,

    het voorjaar tot lof.


    Koesterende luchten,

    zonnig getij,

    geurige zuchten,

    welkom zijt gij.


    Voorjaar kom immer

    tijdig genoeg,

    ons komt ge nimmer,

    nimmer te vroeg.

    1840











    02-02-2014, 07:41 Geschreven door André  


    01-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Witte rozen. JP Heije

    Sneeuwblanke rozen,

    zacht is uw kleur,

    beeltenis van onschuld,

    zoet is uw geur.


    Zonlicht doorschemert,

    blozend uw knop,

    lagend uit doornen,

    heft gij u op.


    Dauwdruppels verhoogden,

    het smetteloos satijn,

    toen ik uw bloemen,

    brak voor het festijn.


    Stervend nog spreidt ge,

    geuren voor mij.


    Lieflijke rozen,

    leven en sterven,

    wil ik als gij









    01-02-2014, 08:05 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Afspiegeling. JP Heije

    De zilveren spiegel van het blauwe meer,

    kaatst helder, Maria, uw beeltenis weer,

    een mengeling van weemoed, schalksheid en lust,

    een weerglans van zonlicht door het water gekust.


    O spiegel uw ogen, mijn lief, in de vloed,

    ontsteek er het kil van de golven in gloed,

    zij ruisen en fluisteren een lied tot uw eer,

    o spiegel uw ogen, mijn lief, in het meer.


    En vreest gij de diepte van het lokkende nat,

    mijn arm, allerliefste, u beschuttend omvat,

    en vreest gij de kilte van een kus in de vloed,

    mijn adem ontsteekt weer je hartje in gloed.





    01-02-2014, 08:00 Geschreven door André  


    31-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kent gij het land? JP Heije

    Kent gij het land waar de citroenboom bloeit,

    in het donker loof de sinaasappel gloeit,

    een zoele wind de blauwe lucht doorgeurt,

    de mirte groeit, de lauwertak zich beurt,

    kent gij het wel?

    Daarheen, daarheen,

    richt ik met u, mijn liefste, mijn schreden.


    Kent gij het huis? Op de zuilen rijk en hoog

    verheft de zaal haar trotse, brede boog,

    het marmer leeft, de beelden zien mij aan,

    wat heeft men u, onschuldig kind, aangedaan?

    Kent gij het wel?

    Daarheen, daarheen,

    richt ik met u, mijn liefste, mijn schreden.


    Kent gij de berg met het steil en kronkelend pad?

    Het muildier baadt zich in het wolkennat,

    in holen wonen draken zwart gebroed,

    de rots stort neer, en over hem de vloed.

    Kent gij het wel?

    Daarheen, daarheen,

    gaat onze weg, gaat onze weg.














    31-01-2014, 07:59 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De lindeboom. JP Heije

    Een lindeboom weet ik in het eenzame veld,

    waar blaren en bloesems aan prangen,

    daarheen trekt mijn hart met heimelijk geweld,

    met innig en smachtend verlangen.


    De avond van het afscheid bij het schijnen van de maan,

    zag ik daar het laatst die ik minde,

    toen zijn wij samen zo treurig gegaan,

    in het eenzame veld, naar de linde.


    En toen ik mijn liefste nog eenmaal omving,

    en het afscheid zo innig mij griefde,

    toen gaf mij zijn hand een verlovingsring,

    als blijk van bestendige liefde.


    Ik gaf hem een mesje met zilveren hecht,

    waarop zich twee harten verenen,

    toen sprak hij: dit is het beeld van onze echt,

    en bad mij zo droef niet te wenen.


    Toen sneed er mijn liefste met bevende hand,

    in het jeugdig hout van de linde,

    mijn naam, zijn naam, verknocht door een band,

    ten teken hoe teer hij mij minde.


    Ach daarom vertoef ik zo menige keer,

    bij het suizen van het welkend lover,

    o kom toch mijn liefste, kom toch spoedig weer,

    de tijd van haar bloei is haast over.
















    31-01-2014, 07:57 Geschreven door André  


    30-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het oog van de nacht. JP Heije

    Vroom bewaakt in stille nacht,

    het oog des hemels ons geslacht,

    het lacht uit donker hemelblauw,

    het spiegelt zich in avonddauw,

    het schemert door het cypressenlover,

    onze dierbare graven over.


    Het glimlacht vriendelijk, zacht en klaar,

    op een tederminnend paar,

    het ziet de vreugde, het ziet de smart,

    in het verborgen mensenhart,

    het doet een krans van zilveren stralen,

    op het dichtersvoorhoofd dalen.


    En een troost voor de aarde te hoog,

    daalt er uit dat lachend oog,

    het is alsof het weemoedig vraagt,

    "waarom niet uw leed geklaagd?

    hier is de eindpaal van uw klagen,

    duld en hoopt op betere dagen".


    Het kaatst dan van de sneeuwberg neer,

    het baadt zich in het blanke meer,

    het vonkelt op het schuim der baren,

    het flikkert door de lindeblaren,

    het kust door donkere vensterbogen,

    het liefste meisje mond en ogen.


    Vriendelijk oog dat ons bewaakt,

    als de stille nacht genaakt,

    dat de sluimering ons verzoet,

    schone maan, o wees gegroet,

    geef de sluimerende, de moede,

    zoete dromen en uw hoede.













    30-01-2014, 08:48 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Elfen. JP Heije

    Ik zag bij maan en sterreblinken,

    de elfen die het bos doortrokken,

    zilveren horens hoorde ik klinken,

    en het geluid van zilveren klokken.


    Hun gespan droeg gouden manen,

    pijlsnel vloog de luchtwagen,

    pijlsnel voort als witte zwanen,

    die in dartele wedstrijd jagen.


    Lachte niet de koningin,

    bij het vluchtig verder snellen?

    Geldt die lach haar die ik min?

    Zou die lach mijn dood voorspellen?







    30-01-2014, 08:46 Geschreven door André  


    Videoweerbericht
    De plaatselijke tijd in Brussel:
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog als favoriet !

    Startpagina !

    Mijn favorieten
  • Venster op de wereld
  • Restaurantgids
  • boeken
  • Wikipedia
  • Nieuwe encyclopedie
  • Vertalingen
  • Synoniemen
  • Onze Taal
  • Wetenschappen

  • Zoeken met Google



    Archief per maand
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs