Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's.
Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
09-04-2013
Het beeld. H Moulijn-Haitsma Mulier
Kan dan een mens aan zuivere liefde denken, als heel een wereld brandend om hem staat? Hij leeft het meest en felst alleen door haat, in rode gloed wil hij zijn dromen drenken.
En komt hem uit de vlammen liefde wenken, dan wendt hij weg het trots gefronst gelaat. Is het niet om liefde dat hij eenzaam gaat? Hij draagt een beeld dat hij geen haar wil krenken.
Verborgen kleinood, heerst in ieder leven, het zuiver beeld van het zelf, de hoogste droom, en tot die droom voelt de mens zich gedreven.
Die donkere boot, vaart op de eeuwige stroom, maar heeft hij tot het eind de tocht gewaagd, dan ziet hij, dat in het beeld hij liefde draagt.
09-04-2013, 07:30
Geschreven door André
Wijding. H Moulijn-Haitsma Mulier
Als ik in grondeloze diepte staar, en zie van wanhoop het versteend gelaat, dan licht door mijn hoofd zo duizelend klaar, dat hoogste smart in vorm zich binden laat.
Zo leeft de dichter dan aan de vreugderand, van het onmetelijk zwijgend smartenland, hij vormt zijn droefheid om in teerste vreugd, als bloemen bindt hij al zijn smarten saam.
Hij maakt van zijn grootste leed zijn hoogste deugd, en geeft zijn diepste smart de zoetste naam.
Maar dat uw stilte van geen vreugde weet, dat is mijn eeuwig schrijnend dichterleed, en daar ik u tot grootste smart verkoos, zo geef ik u, mensen, mijn schoonste roos.
09-04-2013, 07:30
Geschreven door André
08-04-2013
Aarde. H Moulijn-Haitsma Mulier
Ik zat aan de rand toen warreling van vlammen mij omsloot, ik werd een woud van vuur, een zuil, dansend in gouden groen, en naast mij verhief zich de oceaan, in zijn kolom zag ik zijn trots gelaat, van strakke onzegbare spanning.
Hij stortte op mij toe, hij wierp zich in mijn schoot, Fel vuurdoorgloeid was heel de donkere zuil, en een ontzaggelijke kreet doordaverde het heelal.
Toen was weer alles stil, het water ebde en de vlam verzonk, zacht glansomzilverd was de dans van de golven, de mild doorstroomde aarde spiegelend blonk.
Zo vlamden de zee en de aarde in éénzelfde gloed, en tot de rand vol zijn van elkaar.
(Annonciata)
08-04-2013, 09:15
Geschreven door André
Kunst. H Moulijn-Haitsma Mulier
1.Kunstenaar en wereld
Er komt altijd een uur dat de wereld u zal vragen, om een glimlach, om geloof aan haar schijn, bedenk dan dit: zij neemt het gezicht van wie u het liefst moet zijn, verstarrend in haar macht, zij kent uw lijden niet, weet niet, dat gij haar draagt, zij wilt alleen zich spiegelen, de ijdele vrouw.
En als het u gelukt, het beeld te geven van schoonheid, zoals gij haar droomt te zijn, dan is zij weer voldaan; tevreden met een lach, ziet zij zichzelve aan, zo schoon denkt zij te zijn.
Wat gij gedragen hebt, om een toekomstbeeld te worden, of naar het diepste wezen dat ook waarheid maakt, dat vraagt zij niet, slechts schijn is haar gegeven.
2.Het kunstwerk
Het schone beeld kan slechts verrijzen, als zich verbeelding bindt, met de werkelijkheid.
Uit de gebonden bijzondere vormen, schept vrij de kunstenaar de verdichte vorm.
Zo is het werk gebonden en toch vrij, Zo is een droom ook vrij en toch afhankelijk, van de vorm door de tijd gegeven.
08-04-2013, 08:06
Geschreven door André
07-04-2013
Herfst. H Moulijn-Haitsma Mulier
Wanneer de wind zoeft door de bruine wand, van de nog zomers dichtgesloten haag, hoor ik gekraak en ritselend geklaag, en dorre bladeren vallen langs de kant.
De oranje kruin in de verlaten laan, omtint de boom als afgedragen tooi, naar binnen dringt het sap, het vlammend mooi, verstromend in de kleur, in stil vergaan.
Zo keert ook voor het hart, seizoen en tijd, de oevers groenden glanzend in de baan, van de rivier; een spiegeling, een waan, blijkt op de tocht het beeld dat ons ontglijdt.
Maar binnen klankt de kleur; zo in die kring, verschijnt mij de eeuwige gloed, die ik bezing.
07-04-2013, 08:31
Geschreven door André
Geluk en Bouwen H Moulijn-Haitsma Mulier
1.Geluk
Mensen als eens geluk u draagt, dan zal van u opklinken een volle, rijke toon, reeds hoor ik uw stem, zacht en toch machtig, als de zwellende klank van een orgel is.
In het wijde ruim waar duizend kelen zingen, er blijft geen stofje zonder geluid, zo vol stromen de sferen van uw muziek, mensen, liefelijk, als gij gelukkig zijt, juicht gans het heelal.
2.Bouwen
Ik bouwde mijn huis voor de eeuwigheid, het stond voor de mensen in ruimte en tijd, zij staarden, en zagen alleen vreemde vormen aan, mijn eeuwigheidslach werd nergens verstaan.
Toch bouwde ik voort in wonder geluk, het was, als groeide mijn huis door de druk, en, toen was voleindigd mijn jarental, toen droeg het de sterren, het was het heelal.
07-04-2013, 08:30
Geschreven door André
Ritme. H Moulijn-Haitsma Mulier
Als in een schelp het zeegeruis, zo dringt het leven in ons huis, het geeft er maar een zwakke galm, en binnen is het veilig kalm.
Zoals door het slaan van een golf op haar baan, het binnenste openrijt, en uit de zoom waait een zilveren droom, zo rijst aan de grens van de enkele mens, het ritme van de tijd.
07-04-2013, 08:29
Geschreven door André
06-04-2013
Zoeken. H Moulijn-Haitsma Mulier
Zingend staan de heuvels aan het water, Zingend staan de bloemen in de wind, ach, zij vangen klanken van het geklater, van een bron, die ik alleen niet vind.
Echo's zijn ze van het zoet gesnater, van een nieuw geboren aardekind, dat de luchten vult met het geschater, van de vreugd, die het aan de wereld bindt.
Hoger klimt het fijne ijle zingen, in de bloemen luidt het aan de stroom, vaster trekt de maan haar lichte kringen, om de geurenvolle avondboom.
Zingend met de bloemen in de wind, zoekt mijn hart de vreugde van het kind.
06-04-2013, 07:41
Geschreven door André
Liefde. H Moulijn-Haitsma Mulier
Wil soms een man van zoete liefde spreken, het is aan zijn edelste zelf dat hij zich richt, niet aan een vrouw, zij is hem slechts het teken van lente, die in een nieuwe bloei hem licht.
En ook een vrouw, wil zij van liefde dromen, ziet niet een man, uit liefdes diepe vliet, ziet zij een beeltenis naar voren komen, haar schoonste zelf, dat zij in de spiegel ziet.
Zo is dan liefde in elk de drang tot leven, zij is in menseljkheid enkel lust tot groei, zij doet de dromenbloesems openbeven, zij drijft de mens tot de eindelijke bloei.
Maar vraag ik de liefde zacht, vanwaar zij kwam, dan lacht ze, dat zij uit de eenheid alles nam.
06-04-2013, 07:41
Geschreven door André
05-04-2013
Nymfenliedje. H Moulijn-Haitsma Mulier
Ik ben de stem van de natuur, ik ben in de lucht het gerucht van vallend water, hoort gij mij niet in het geklater van de fontein, in het avondpark?
Ik ben in het geratel van de donder, die slaat uit de bergen vonkensproeiende vlam, ik ben in het fluweel van de vogelkeel, hoort gij mij niet in het branden van de zee op de lage landen?
Ik ben het vuur van de natuur, ik ben haar lach in de openwaaiende dag, en ik zoek mijn makker, die huwt zijn stem aan mij, en danst met mij in de rei van de lachende nymfen.
05-04-2013, 09:23
Geschreven door André
Mijn vreugde. H Moulijn-Haitsma Mulier
Ik sta aan mijn raam en staar, in de zee van al mijn leed, dreunend valt zij mij aan.
Zie haar vloeien, zie haar loeien, gloeiende pijnen branden, schuimslijpend wijdt zij de wanden, van het zinkend hart.
Zwijgend zie ik haar aan, maar dan, uit de sproeiende vonken, van haar dofbonzend bonken, schuimt een kopje seringenwit, en huppelt op het schaduwend golven.
Mijn vreugde, nog lachend uit zorgen, mijn wichtje, mijn bloeiende morgen, gij zijt mijn liefste bezit.
05-04-2013, 09:21
Geschreven door André
04-04-2013
Aan zee. H Moulijn-Haitsma Mulier
De wateren van uw begeren o zee, omspoelen mij, eeuwig, eindeloos, en het omdeinde hart, zinkt in uw tovergrotten zachtjes neer, koel is uw grond, en uit uw groene schemer weef ik mijn droom.
Al uw groeisels neigen zich zacht naar mij, en strelend vatten mijn handen uw milde blad, uw wemeling is boven mij, maar diep in u, hoor ik uw stilte spreken.
In u is de rust, het eeuwig licht hebt gij gevonden, gij rust in uw hart zelf, vrijheid is uw naam.
04-04-2013, 08:30
Geschreven door André
Het offer. H Moulijn-Haitsma Mulier
Het offer wordt gebracht, hoog houdt de priester, het vlammend hart van het lam, en alles zwijgt, geen vogelkeel durft spreken.
Tot plotseling koren breken, in jubelende galm, en juichend schalt, door de stilte van het woud, de hoge roem van het hart, dat stervend lichtte.
04-04-2013, 08:30
Geschreven door André
03-04-2013
Klimmen. H Moulin-Haitsma Mulier
Wonderlijk doet het lopen aan, langs peilloze afgrond, hij wil mij verslinden.
Duizelend, verzet ik mijn voet, maar hoger, steeds hoger, steigeren de bergen, top lokt mij na top, en ik klim.
Zo roep ik in mij ook de hoogten aan, vlak toont zich na, na vlak, aarzelend zie ik omlaag, maar diep drink ik sferen van eenzaamheid, tintelend en ijl, en ik zing, juichende veer ik omhoog.
03-04-2013, 07:47
Geschreven door André
Dageraad. H Moulijn-Haitsma Mulier
Nog heerst op de aarde het droef gezag, van de zwijgende nacht, ik ben het, die alle pijnen draag, van het eerste breken, ik, dageraad.
Als een vlammende gouden straal, stort ik mij om de rand, in iris bloei ik omlaag, aan de waterkant, alles kan door mij spreken, ik ben het geluid van de lucht, die mij draagt.
03-04-2013, 07:47
Geschreven door André
02-04-2013
Scheppen. H Moulijn-Haitsma Mulier
Zwaar stond de luchtkoepel om mij heen, en roerloos zat ik in die koperen klok, ik zag mijzelve als een gloeiend blok, stil beefde ik, want geluiden vond ik niet.
Maar toen de klok te beieren begon, stroomde mijn lichaam van zware klank heel vol, het wild bewegen sloeg mijn oren als dol, totdat uit chaos klonk de verre bron.
En schaterend klateren vulde heel mijn zin, ik danste klingend door de sferen voort, ik voelde noch een einde, noch begin, van eeuwige stroom had ik het geruis gehoord.
En in van overvloed donkere fontein, zag ik het nieuwe beeld in lichte schijn.
02-04-2013, 07:25
Geschreven door André
In de slag. H Moulijn-Haitsma Mulier
De zware ritmen loeien door mijn hoofd, en bonken tegen mijn vermoeide oren, mijn stem gaat in geluidengolf verloren, mijn zinnen zijn door de eeuwige klank verdoofd.
O chaos, die de mens de krachten rooft, hoe moeilijk is het, door uw gewoel te boren, de klanken zo te vatten, dat herboren, hij in harmonie weer de hoogste wet gelooft.
Hoe zwellen weer de brullende geluiden, en beeft de aarde onder het helse koor, toch hoor ik in de sfeer de klokken luiden.
Het zijn andere klanken dan dat hel verkoor, zwaart dreunt het lied de purperen hemel in, in donderend eind, hoor ik het eerste begin.
1916
02-04-2013, 07:24
Geschreven door André
01-04-2013
De nacht. H. Moulijn-Haitsma Mulier
Hoe ver is wel de avond van de morgen, er leeft daartussen heel een lange nacht, die is als dood, die altijd scheiding bracht, en stil verraadde, die in hem zich borgen.
O nacht, zo vol van fluisterende kolken, uit uw diepten delf ik toon en rijm, hoe zwaar draagt gij aan uw zwijmelend geheim, het is in u, dat mijn gedachten wolken.
Gij zijt de demping, het helderrood verlangen, dat avond naar de lichte morgen trekt, doordraaft in gulden gloed uw donkere gangen, tot in uw listenkolk het wordt neergestrekt.
En smalend telt gij dan de lange uren, dat nog uw sombere heerschappij kan duren.
01-04-2013, 08:59
Geschreven door André
Leven. H Moulijn-Haitsma Mulier
Ach, er zijn dagen dat ik alles haat, de lichte zon, de groen omwaasde boom, de volle beek in de bebloemde zoom, dat heel de wereld mij onbevredigd laat.
Dan voel ik aan mijn hart, hoe fel het leeft, en toch in koele klop draagt haar lust tot de dood, ik haat de weelde om smarten, die zij bood, zo fel ben ik van de ogenlust doorleefd.
Dan voel ik mij doorvlamd van heet verzet, die stelt mij mijn natuur als hoogste wet, nooit mag ik de wereld nemen om te leven.
Maar ik moet leven enkel om haar schoon, in spiegelend dromen om haar terug te geven, op zulk een dag doet dromen mij aan als hoon.
1916 Hester Henriette Jacoba Moulijn-Haitsma Mulier. 1877-1948. Oldeboom. Zij studeerde te Utrecht en was actief in de vrouwenbeweging. Naast eigen werk vertaalde zij gedichten van Shakespeare. Zij vertaalde ook werk van Rudolf Steiner. In 1902 huwt zij met de grafisch kunstenaar Simon Moulijn.