Zoals
altijd, niet in staat te multitasken, de doe-modus altijd in bevoorrechte startpositie,
heb ik, als man, het excuus om mezelf de neiging tot voorstellen van plannen,
dito adviezen en onmiddellijk over te gaan tot aktie, niet al te kwalijk te
nemen. Komt daar nog eens bij dat ik zowat doof ben voor subtiele hints. Dat soort communicatie ontgaat me veelal
compleet wegens niet éénduidig duidelijk. Voor de vrouwelijke helft van de
bevolking zowat het voorbeeld van de stereotype man dus
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Met die
gegevens in gedachten, wist ik reeds lang geleden mijn jonge huisgenoten te
overtuigen, eerst mn naam te roepen. Ze
doen het met zoveel overgave dat ik
zowat van mn stoel spring. Of wat ik vastheb ternauwernood niet in de grond laat
kletteren. Door de bruusk onderbroken concentratie. Op blanco witte velden,
rekenrasters, potlood en penselen. Of luister, lees, kijk en nog een flink aantal
andere werkwoorden. Gezien de focus op 1
ding of aktie bestaat op zon momenten mn omgeving niet meer. Aangenaam als ze
iets willen bespreken onder elkaar: geen enkele last of onderbreking van mijn
kant gegarandeerd
alleen niet zo handig als ze iets tegen mij willen vertellen
Vandaar het nogal veelvuldig scanderen
van mijn naam met verhoogd aantal decibel.
Ik kom op die momenten letterlijk van een andere planeet. Dan is het een sport,
voor mij althans, om zo snel mogelijk uit te vissen welke modus van mij
verwacht wordt:
Aktie, doen, oplossen, voorstellen
formuleren.
Een mening mag, zolang het bij voorkeur
de mijne blijft, enfin volgens mn dochters toch
of zwijgen, luisteren, attent vragen
stellen, voorzichtig spiegelen,
eigen emotie mag, zolang het voorgaand opgenoemde niet in gedrang brengt
en gezien ik uitstekend geconcentreerd ben als het 1 rol betreft, ben ik daar, al zeg ik het
zelf, behoorlijk goed in: één en al
enthousiast voorstellen formulerend of compleet alom aanwezig geconcentreerd
actief luisterend. Alleen
Het gebeurt me meer dan eens dat ik niet van meet af
aan de goede rol te pakken heb.
De nonverbale communicatie van de jongste laat op dergelijke momenten niets aan
onduidelijkheid over: de ene wenkbrauw gaat de hoogte in, de ander naar
beneden
en mocht er nog enige twijfel bestaan, haar verbale communicatie maakt
gehakt van elke mogelijke ontsnappingsroute om met één of andere smoes te
vissen naar het verwachtte :
Papje, op
een zoete, doch besliste toon. Ik zweer het je: elke zin die zo begint van een
20 jarige erfgename voorspelt veelal een gebiedende vraag of mededeling
,
ik vroeg je geen oplossingen, ik vraag je te
luisteren
k weet het, k heb er zelf om gevraagd
dus kan en mag ik niet klagen over de
verstrekte duidelijkheid.
Om straks weer met een goed voornemen te starten:
rest me blijvend te proberen te multitasken
|