Vijf na één, plaatselijke (Surinaamse) tijd. Nog altijd even trots dat ik onze allereerste weblog uit de grond heb gestampt, zit ik in een leren (lees: plakkerige) ligstoel, midden in onze fancy high-tech room met weliswaar een platenspeler van de jaren stillekes, omas fancy china en Sam die vloekt bij het (voor de 2de maal!) laten vallen van zijn kodak.
Er zijn maar 2 zekerheden in het leven: t Hoekske (in Gent) is altijd open 24/24 7 dagen op 7. En ten tweede een mens is niet gemaakt om 46 uur wakker te blijven.
Achel, dinsdagnacht, 3h, de wekker ging. Opstaan? Nee want ik kon mijn slaap niet vatten die nacht. Kleren aan en om half 4 vertrok ik met mijn afscheidscomité richting Gent.
Gent, Sint-Pietersstation, half 6. Eén voor één verzamelden we aan het station om de trein van 6h richting Antwerpen Centraal te halen om daar over te stappen richting Schiphol. We zouden nooit de overstap kunnen maken in 5 minuten met al die bagage en 2 verdiepen omlaag naar spoor 22 (jaja 22, je leest het goed), dus we namen de trein een uurtje vroeger (en dus niet om 7h).
Nadat we afscheid hadden genomen (met bijkomende krop in de keel), palmden we ¾ van een wagon in en zaten we als zombies (e Emmelien) een beetje verdwaasd rond te kijken en babbelden we het uur voorbij. In Antwerpen stapten we af - we hadden toch een uur om al die trappen te doen- en begaven we ons, na n broodje en wat koffie -voor sommigen was dat echt wel nodig, Sam wenst anoniem te blijven- naar spoor 22. Wat een geluk dat de roltrap het niet deed, zodat we met al onze valiezen al die trappen mochten doen hm. We kwamen aan bij het spoor en keken toch maar voor de zekerheid of we juist stonden. Trein schiphol afgschaft eum ieeek ook dat nog. Daar ging ons goedgetimed tripje naar Schiphol. Een vriendelijke meneer in joggingpak en bijpassend schoeisel zag onze bezorgde kopjes (vooral dat van Stefanie) en zei dat we de trein naar Essen-Rosendaal moesten nemen om daar over te stappen naar Schiphol. Ons intuïtie leidde ons naar de conductrice die hetzelfde beaamde. Goed, de jogger werd onze nieuwe vriend. Ons traject werd verlengd met enkele minuten maar zouden in principe op tijd moeten aankomen.
In de trein namen we weeral ettelijke vierkante meters van de gang in -glazen deuren in een trein zijn niet bevordelijk voor kubieke tassen. Toen er een vriendelijke Hollandse stem die uit de luidspreker kwam -en nee in de trein automatiseren ze dat niet Stefanie-, met de aankondiging volgende halte Schiphol, waren we allen blij dat we er toch op tijd (!) geraakt waren.
We begaven ons naar Martinair -weeral langs de goedwerkende roltrappen- om onze boardingpassen te gaan halen. Bagage geloodst, en we gingen naar de Gate 9. Na de zoveelste visumcheck en een - grondige! Help- fouillage stapten we het vliegtuig in voor een dutje van 10h.
De vliegtuigreis verliep vlot. We kregen een miniDVD/CD/documentaire (van las Vegas yeah)/ -speler om de tijd te doden. Voor Sam was het een openbaring -hij heeft 4 films gekeken my god- terwijl de rest een poging deed om een dutje te doen (bezwarende ik-slaap-met-mijn-mond-openfotos zijn genomen moeha, sorry Sofie). Door de gratis mini-Bailey zette ik mijn verjaardag -in the sky- goed in. Een pintje (leve Grolsch) drinken vlak voor de landing is geen aanrader.
01h Belgische tijd, 21h Surinaamse tijd. Surname Airport. We stonden als eerste in de rij voor een stempel in ons paspoort. We hadden dus ook zeer snel onze bagage. Bij het buitenkomen werden we overstelpt door vriendelijke Surinamers die ons een plaatsje aanboden in hun Taxi. Neenee, wij werden opgehaald. 5 minuten, 10 Surinamers, 7 koffers en 7 verwarde blikken later zaten we in het busje dat ons naar ons huis zou brengen. We werden vriendelijk onthaald door Marcel en tijdens een rit van een uurtje - met tussenstop bij de plaatselijke Chinees - konden we genieten van een frisse bries in dit toch wel tropisch klimaat (ik zal niet eens moeten aanhalen dat we aan de zetel gekleefd zaten).
We maakten kennis met Nardy Dompig, onze vertegenwoordiger, en na een pintje en een babbel, kropen we onder ons muskietnet (dat we niet volledig onder onze matras steken, Emmelien :p)
Pas dan sloeg het besef in als een mokerslag onze stage is begonnen, maar zoals onze vriend Nardi zegt: "Willen is kunnen"