Met
een "mappytje" in m'n hand tracht ik de man te vinden die oogmeserie
te niet zou moeten doen. Voor eens ben ik niet te laat, op een belachelijk klein
papiertje die ik nog net kan lezen staat;mensen met een afspraak voor de
oogarts, gelieve niet aan te bellen. Verder lopen dus. Een geur die ik eerder
aan een wellness toeschrijf komt mij vrolijk aangevlogen. De vrouw die mijn
afspraak noteerde kijkt me argwanend aan. -naam?- #### ongemanierde trut,
denk ik. Uiteraard in werkelijkheid geef ik haar een meer vriendelijke versie.
Tevreden kies ik een stoel uit.
Een
tijdje later tracht dezelfde dame een oud vrouwtje krankzinnig te maken door
haar allerlei belachelijke vragen te stellen. -Als u een operatie heeft en ze
lukt niet helemaal,- Wat excuseer niet lukt? De dame begint bakken te zweten.
-Zou u dan willen een bril voor ver of eentje voor dicht?- Ik negeer de
pogingen om alzheimer te veroorzaken en zoek wat leesvoer bijeen. -U wordt
verdoofd met knupeltjes dus geen algemene verdoving nodig!- Ondertussen krijg
ik lichte moordneigingen. -210 mevrouw- Het schattig oud vrouwtje betaald voor
haar foltering en verlaat mijn regionen duidelijk van streek.
Na een
poging om een ochtendlied via de wekkerradio naar de verdoemenis te kloppen sta
ik vermoeid op. Man, dit doet zeer zeg! Ik kan het niet vatten of zien dus
tracht ik het ergens te duwen waar het kan verteren tot niets, zonder veel
succes. De hele dag spoken vragen door mijn hoofd, en staart de herinnering van
onze kus op het balkon mij recht aan. Na een overweging om een douche te nemen
compenseer ik de nachtgeur met een flesje, trek mijn costuum aan en vertrek
naar mijn afspraak met mijn eerste klant. Zeer tevreden van de vordering zou ik
de schilder wel willen kussen, enige tijd later wordt dit alweer teniet gedaan
door het feit dat de idioot van een schrijnwerker een gigantische keper dwars
door het plafond heeft laten schieten. Ik onderdruk de neiging om de man aan
zijn voeten op te hangen tot hij blauw wordt. Met een orkaan aan verbale en
verantwoorde verwijten maak ik de man zo klein als een vlooi. Zeg hem vervolgens
dat hij alles zelf kan oplossen en, hopelijk voor hem, goed ook! Daarna komt de
irritante buur nog wat klagen over de container die er volgens hem niet mag
staan. Ondertussen ben ik al goed op dreef en bewerk de man met iedere term die
enigzins professioneelklinkt.Het oudje die begin de zestig moet zijn heeft een merkwaardige tik
nerveu, elke keer hij verward lijkt trachten zijn wenkbrauwen uit alle macht
zijn hoofd uiteen te trekken. Ondertussen maakten de wenkbrauwen van mijnheer
overuren. Ik maakte me serieus zorgen dat het opzet van schedelsplijten wel
eens zou slagen. Uitijndelijk stormde hij woest weg en ik smeet hem nog een nog een goeie dag verder- toe.Ik stond
te koken in mijn vel en had veel zin om de eerste de beste een deftige oplawaai
te bezorgen omdat hij in mijn nabijheid getreden was. De werklui stonden mij
wat verdwaasd aan te staren hopend dat zij niet het volgend slachtoffer zouden
worden. Met de grootste geforceerde glimlach sinds de zevende dag, gaf ik hen
nog een goede werkdag.Vervolgens
scheurde ik weg in mijn ingebeelde ford mustang fastback.
Elf uur dertig, rust. Ik zit met de
gebruikelijke laatste-avond-tintelling voor mijn laptop creatief te wezen. Een
enorme berg werk staart me nu al een paar uur aan, dit is wanneer ik ten top
ben, zo werk ik gewoon. Wil ik iets uit mezelf krijgen dan moet ik iets van
extreme gevoelens uit mezelf stuwen. Een trektocht in de wildernis, een
belachelijke deadline halen zelfs een gebroken hart haalt het beste uit mezelf.
Dus net zoals ieder avond voor een projectdeadline heb ik alles uitgesteld tot
het nog amper te overzien is. Ik noteer alles op een kladje en begin aan het
eerste punt. De kalmte zelf maar toch de gespannen timing die boven me hangt
zalig toch! Je kan zeggen dat dit belachelijk klinkt maar sommige mensen hebben
tijdsdruk nodig om net dat ietsje meer te geven, ik ben één van die mensen. Al
werkend begin ik in mijn gedachten het belangrijkste voor te bereiden, het
jurypraatje. Ik doe het zonder te beseffen, maar wanneer ik op een beoordeling
aankom heb ik elk mogelijk scenario afgespeeld en heb op alles een antwoord klaar.
Ondertussen was ik bij de maquette aangekomen, verbazend genoeg was deze in een
redelijk gevorderd stadion. Het belangrijkste had ik toch al, lichtjes! Ze
kunnen zeggen wat ze willen mij maak je niet wijs dat elk jurylid een groot
talent in design zal zijn, iedere doorsnee mens is vatbaar voor effecten groot
of klein. Vuurwerk, een vulkaanuitbarsting, London new year, iedereen vindt het
prachtig. Dus, lichtjes werken altijd. De kunst is ze net niet teveel licht
doen geven de details verdoezeld het geheel net zichtbaar, perfect. Met een
knagend hongergevoel dook ik onze koekenkast in, met een family pack
nieuwjaarwafels en een kuip melk begon ik het volgende op mijn lijst, persmap.
Wat een rotjob! Commercieele bulshit maken van iets wat ik net ontworpen heb.
Ik had zelfs geen idee wat een persmap was.
Een logo en een verkoopsmagietje dacht ik dan maar. Ik overwoog om de
averechtse tour op te gaan, een totale aversie creeeren. Zo liet ik het
tenminste onberoerd voor bemoeizieke docenten die dachten het zevende
wereldwonder zelf te zijn.Wat had
ik toch een afkeer voor die egotrippers. Hoe kun je nu een leerling
bijbrengen hoe te ontwerpen wanneer ze zelf duidelijk alleen kunnen ontwerpen
met hun belachelijke regeltjes. Geen gevoel, nul emotie alleen regels om tot
een object te komen die ijskoud is, bach! Ik trachtte mezelf te bedwingen en
door te gaan, ik dacht dat een standaard belachelijk en totaal over de top
postkaartje wel iets kon wezen. Ik begon dus maar toerist-op-strand postkaarten
te fabriceren. Net als de laatste postkaart uit de zeer vermoeide en
mishandelde printer kwam gekropen kreeg ik een morgen- van mijn moeder. Met enige moeite stootte ik een vrolijke,
hey mam, uit. Bijna klaar?- Mmm, zei
ik afwezig.
Ik stap van de stinkende tram en loop
richting les megos. Nog net voor ik de glazen deur openduw vangt ze mijn blik
met een zwoel en tintelend gevoel. Direct snap ik de hint en begin alweer mijn
verbeelding op slot te draaien. Nergens kan ik een vrij tafeltje vinden,
geërgerd ga ik naast een zwangere drietonner zitten. Eenzaamheid is voor mij
niet zoals vele mensen, voor mij is het een aangename zegen die ik zo dicht
mogelijk tracht te houden. Hoewel de vrouw er nog fatsoenlijk uitziet had ik
toch liever een apart stukje rokend café gehad. Ik tracht me te focussen op
mijn geliefde die de vingers van haar pollen staat te spelen. Zingen doet ze zo
vals als een manke kat, maar een piano leeft als een lentetafereel onder haar
hoede. Haar kunde met haar prachtige handen heeft geen enkele gelijke. Het is
dan ook niet alleen de piano die kreunt onder haar aanraking. Ik sluit mijn
ogen en droom weg onder haar klanken naar momenten tussen haar en mezelf in de
hoofdrol.
-Je
droomt!- Met een plezant gevoel ontwaak ik uit mijn overpeinzingen. Ze
heeft één hand gevaarlijk dicht bij mijn afgesloten fantasie, de ander is
verzonken in mijn krullend hoofd. Zonder enige schroom kus ik haar vol op de
mond. Samen wandelen we het lege pand uit tastend naar elkaar slenteren we door
de stad. Schaduwen zijn getekent als zachte aquarel op de etalageramen, de
Schaarse bomen zingen een symfonie met de metaalachtige klanken van de straat.
Ik laat mijn gedachten lopen naar het hoekje van mijn zachte woorden en
slapende rust. -Ik heb zin.- Zegt ze
simpelweg tegen me, ze gooit me tegen de bakstenen muur en begint aan mijn riem
te prutsen. -Ik moet je toch met iets
naar de werkelijkheid sleuren?- Ze kust me nog eens kort en onder een paar
dreigementen dat ze de volgende keer gewoon doorgaat, wandelen we verder.
Ik wordt verwacht op een feestje van een
man die zijn toekomst viert. Op sluimerstand gehuld in dromen hoor ik iemand
een deuntje opzeggen. Tot ik me realiseer dat de conducteur me tracht tot de
levenden te wekken om te checken of hij deze gekrulde bos haar wel kan
vertrouwen. Vol walging en minachting geef ik met een air van hier tot in
tokyo mijn abonement af. De man die hoopt dat ik geen shotgun van onder mijn
haardos tevoorschijn tover neemt aan, kijkt mij aan en geeft alles netjes
terug. Met een geluidje dat meer op een gedempte lamakreet leikt dan iets
anders verlaat hij mijn regionen zodat ik het dutje kan hervatten. Seconden
later vlieg ik bijna letterlijk wakker wanneer het span op sporen met een knal
tot stilstaan wordt gebracht. Ik denk er even aan om de conducteur op te zoeken
maar neem dan toch mijn studententoestanden en slenter naar de tramsporen.
Zoals altijd kom ik ongeveer een uur te
laat op het café-feestje, ik doe er nooit om maar ik slaag er toch telkens in
deftig te laat te komen. Nu dus weer hetzelfde, ik strompel het café binnen
zoekend naar mijn maat, ik vind hem terug tussen lachende gezichten. Leuk, denk
ik. Ik plof me neer op de eerste de beste stoel en begin aan mijn eerste
alcoholetje van de dag. Tussen de vunzige praat door neem ik nu en dan een paar
ondefinieerbare ogen op. Zoals altijd gebeurd, raak ik voor één of andere reden
in een roes. Tracht door gevatte praat en goed geplaatst sarcasme het gesprek
naar de meid met moordende ogen te verplaatsen. Nu ik ben geen superbrein noch
een extreem slimme jongen, maar praten heeft weinig geheimen voor mijn tong. Na
de woorden op haar drankje te laten vallen wist ik dat de veldslag binnen
was. Blijkbaar noemde iedereen haar Jo wat naar mijn mening weer een afkorting
moest zijn van een veel mooiere en volle naam, ik heb altijd een hekel aan
afkortingen. Ze betekenen niets en zijn rond uit belachelijk.
Stop met doen alsof het je niet kan
schelen, alleen dwazen zien geluk als een eeuwigheid. Zo ontmoet ik jou of
haar, een gestrande geliefde of een bezeten lezer die een boek neerlegt zonder
schroom. Wat heeft het ook voor nut als ik jou alleen met dromen zie? Alles
verandert en slaat op een tapijt van ondifinieerbare gevoelens neer. Want kan
ik ooit zien wat gegeven is zonder de verwachting het te houden? Ik denk het
niet, hoewel de geliefden voor mijn raam toch wel echt uitstralen, ik twijfel
zonder gedachten.
Alvast mijn oprechte excuses voor het
zomaar binnenvallen in jou hersenpan. Je hebt nu eenmaal een boek gekocht of
geleend of misschien wel gestolen, omdat je geldbeugel het einde heeft gezien.
Voor mij eender, nu zul je het lesje moeten uitzitten. Men wordt nu eenmaal
geacht om zinnen te lezen wanneer men zinnen koopt, typt of inlijst. Mijn verhaal is er één van
de dag van gisteren en vandaag Ik neem je mee naar wat gewoon gebeurd of net
niet. Hier en daar gemixt met fantasietjes, om geschreven fictie een deugd te maken
wanneer werkelijkheid soms moordend toeslaat.