Een leest is een hulpmiddel bij de vervaardiging of reparatie van schoenen. Tot medio jaren zestig van de twintigste eeuw werden leesten voornamelijk van hout gemaakt. Vanaf die tijd kwamen er ook leesten van aluminium en kunststof. De leest werd gemaakt in de vorm van een voet. De lederen bovenkant van de schoen (de zgn. schacht) werd over de leest geplaatst zodat deze de vorm van de leest aannam. Vervolgens kon de zool aangebracht worden. Veel houten leesten kunnen in het midden scharnieren. Aluminium leesten kunnen dit niet en zijn daarom moeilijker uit de schoen te halen. Het nadeel van houten leesten is de droogtijd; hout is een natuurproduct en werkt daarom. De leest die men voor schoenreparaties gebruikt heet eigenlijk schoenmakersdrievoet en is veelal van gietijzer gemaakt. De leestenmakers ressorteerden onder hetzelfde gilde als de klompenmakers en de schaatsenmakers. In Delft waren door de eeuwen heen vele leestenmakers actief. Eén van hen was Dirk Stolk, hij woonde in de Pieterstraat. Zijn vader was klompenmaker en zal Dirk mogelijk de beginselen van het houtbewerken hebben bijgebracht. Zelf leerde hij het vak weer aan zijn zoon. Maar ook zijn kleinzoon en achterkleinzoon zouden dit vak kiezen, waardoor er uiteindelijk vier achtereenvolgende generaties leestenmaker waren.
Tekst: J.W.Stolk
Afbeelding: J.W.Stolk
|