Het is stil in huis tot ik opeens de trap hoorde kraken. Het was weer zover: Hellebroeck kwam me verkrachten. Tot mijn verbazing zie ik een vrouwelijk figuur voor me staan met een pistool in haar hand. Ze zegt dat ze ons komt redden. Er ging een portie adrenaline door me heen. Ze probeert me los te maken en ik kijk naar de kelderingang. Hellebroeck. Hij geeft een klap op het hoofd van de vrouw en nam haar mee. Hij kwam terug gaf me kleren en beveelt me die aan te trekken. Hij trekt me mee in zijn Audi en we reden weg. Na enkele minuten viel de auto stil. Is dit nu mijn kans om weg te lopen? Ik kijk rond me heen. Ik zie in de verte een auto rijden. Ik loop voor mijn leven...
Ik moest samen met Hellebroeck Rachida's lijk gaan begraven. Toen ik met Hellebroeck op een afgelegen stuk grond bevond, heb ik mijn kans gegrepen. Ik probeerde weg te lopen. Ik loop zo hard ik kan, maar voel dat mijn spieren, eigenlijk mijn volledige lichaam is afgezwakt. Ik val op de grond, ik voel me volledig uitgeput. Plots voel ik een klap. Ik word wakker in de kelder. Bloedvlekken waren overal aanwezig. Ik keek naar de plaats waar Rachida... je weet wel. Ik huiverde. Ik moet een ander plan vinden. Mijn lichaam kan niet veel meer aan, op mijn krachten kan ik dus niet meer op rekenen. Misschien moet ik Hellebroeck zijn zwakte zoeken? Vragen stellen over zijn verleden en hem psychisch kwellen leek me een optie. Ik moest eerst zijn vertrouwen zien te winnen. Vanaf nu doe ik alles naar zijn wens.
Gerry is erin geslaagd een nieuw meisje aan de haak te slaan. Rachida. Sinds haar komst is ze tegenstrijdig en doet niets wat haar gevraagd wordt. Telkens als ze tegenstribbelt, krijgt ze een ferme klap van meneer Hellebroeck. Toch wilt ze zich niet aan hem over geven en volgt zijn bevelen niet op. Meneer Hellebroeck is het kotsbeu en maakt een put in de kelder. Hij smijt Rachida erin, vult de put op met water tot op haar middel en sluit de put af met zandzakken. Ik weet niet wat doen. Moet ik haar helpen of riskeer ik ook dat ik in de put beland? Ik schreeuw het van me af, zo luid ik kan. Ik stop als ik voetstappen de trap hoorde afstommelen. 'Wat voor herrie is dit nu weer'?, riep meneer Hellebroeck. Hij keek me pist aan. 'Ik was het niet.', zei ik angstig. 'Zij was het.', en ik wees naar Rachida, die zich nog steeds in de put bevond. Meneer Hellebroeck trok Rachida bij haar haren uit de put. Hij gaf haar klappen tot ze geen kik meer gaf. Ze was dood. Ik was in shock.
Elke dag word ik verkracht. Meneer Hellebroeck zijn grootste wens is een gezin stichten. Hij wilt dat Lisa en ik kinderen voor hem baren. In het verleden heeft hij zijn vrouw mishandeld, waardoor zijn vrouw het hoederecht kreeg van hun kind. Hij kreeg zijn kind niet meer te zien. Hij wilt zijn kinderwens vervullen door vrouwen op te sluiten in zijn kelder en hen zo zwanger te maken. Wat een psychopaat! Lisa en ik worden behandeld als beesten. Als we eens iets te eten krijgen, serveert hij ons hondenvoer met oud brood. Als kledij heb ik enkel een versleten T-shirt aan. Mijn haren zijn vastgekoekt op mijn gezicht en oren. De kelder is kil, donker en vochtig, waar ratten en muizen zich hier ook nestelen. De ruimte vult zich met de geur van urine en uitwerpselen. Het is hier een hel. Hoe geraak ik hier ooit weg?
Na de zoveelste ruzie met mijn vriend, Jacob, kon ik wel een borreltje gebruiken. Ik stapte naar een bar waar veel mannen aanwezig waren en scan de ruimte. Daar ontmoette ik Gerry Hellebroeck, een knappe veertiger die graag met zijn rijkdom pronkt. Hij vroeg me of ik met hem mee wilde gaan om ergens met zen tweetjes gezellig te babbelen. Ik stemde toe. In zijn dure Audi, twijfelde ik aan mijn beslissing. Hij nam me mee naar zijn huis. Hij begon me gewelddadig te betasten en probeerde me te kussen. Toen ik tegenstribbelde, gaf hij me een harde klap, waardoor ik suf van werd. Hellebroeck heeft me toen verkracht. Na deze gruwelijke feiten heeft hij me opgesloten in zijn kille en donkere kelder, geboeid. Nu zit ik doodsbang vast in zijn kelder. Ik ben hier niet alleen. Ook Lisa is hier, zij zit hier al een poosje vast. Waarom vraagt Gerry Hellebroeck of ik van kinderen hou?