Na de eindeschooljaarsdrukte waarin er niet veel gekuist werd, bedelt ons huis om een zeer grondige, stevige poetsbeurt. Zelf word ik de laatste dagen, nu alles niet meer zo op uur en tijd hoeft en er wat ontspannen kan worden, overvallen door een grote honger. Leeshonger. Stapels boeken zou ik willen verslinden. Geen non-fictie deze keer, zoals ik meestal lees. Ik wil romans lezen, verhalen. Me verdiepen en weg zijn in totaal andere werelden. Uit mijn kast heb ik enkele ongelezen paperbacks bij elkaar geraapt. En vorige week was het interessantste uitje dat naar de Bib. Zalig die bibliotheek. Dat je daar het risico kan lopen om boeken mee te nemen die je later niet zo blijken te bevallen. Dan lees je ze gewoon niet verder, en je bent geen stuiver kwijt. Met ons huis heb ik een compromis gesloten. Als ik poets, werk ik flink door. Ik probeer het vooropgestelde programma af te krijgen. Maar af en toe, zo tussendoor, dan mag het. Na het eten bijvoorbeeld, dan draai ik mijn stoel, leg ik mijn voeten op een andere, dan sla ik mijn boek open aan het bladwijzertje, een Dizwit-affichekaartje. En ik lees. Voor een poosje ben ik dan op reis. Dan leef ik me gretig in in de hoofden en harten, in de levens van andere mensen. Zàlig gewoon!
|