Epidoot is een calcium- aluminium- ijzer-silicaathydroxide. De epidootgroep omvat ongeveer 12 silicaathydroxiden, maar het is de enige die veel voorkomt.
De etymologie komt van het Griekse epidosis. Dit betekent 'toename', omdat bij kristallen één zijde van de kristallen langer is dan de andere.
Epidoot komt vaak voor in metamorfe gesteenten. Het ontstaat wanneer plagioklaasveldspaat, pyroxenen en amfibolen veranderen door aanwezigheid van hete oplossingen. (=contactmetamorfose)
Ook kan epidoot voorkomen in scheuren wanneer graniet afkoelt en krimpt, zodat gassen kunnen ontsnappen. Alsook in holten in basalt.
In zandfracties van Nederlandse kwartiaire riviersedimenten komt epidoot algemeen voor.
De naamgever van het mineraal epidoot is René Just Hauy, een frans mineraloog. Hij leefde van 1743 tot 1822.
(literatuur: encyclopedie mineralen en gesteenten)
Versteend hout is fossiel hout. Verstening van hout vindt plaats onder de grond. De bomen worden bedolven onder sedimentair gesteente en wordt daardoor afgesloten van zuurstof. Dit kan door meteoriet inslag (Arizona en Java), vulkaanuitbarsting (Madagaskar),... Dit proces kan miljoenen jaren duren.
Het grondwater sijpelt door de bodem en siliciumrijke water sijpelt door het houtweefsel. Silicium bindt zich aan het zuurstof uit het water. Daardoor ontstaat kwarts. Het kwarts komt in plaats van de houtvezels en zo blijft de vorm bestaan.
Versteend hout heeft net als kwarts de hardheid van zeven op de hardheidschaal van Mohs (= deze schaal wordt gebruikt om de hardheid van mineralen te kennen).
Ik ben een vrouw van tweeëndertig jaar. Ik heb altijd bewondering gehad voor stenen die ik op mijn pad tegenkom. Sinds een paar jaar ben ik me gaan verdiepen in mineralen en gesteenten. Dit onder aanmoediging van mijn man. Hoe meer ik erover lees, hoe meer ik ontdek dat ik nog veel over kan leren. Met deze blog wil ik mijn pas opgedane kennis delen en bespreken.