Slapeloze nacht,
draaiend en kerend
vechtend met mezelf
in hopeloze vertwijfeling
En ondanks alles,
duidelijkheid vormend
van wat mag, van wat kan
van wat nu niet mag
en nu niet kan
omwille van "niet evident"
maar begrijpelijk en aanvaardbaar,
en vooral met veel geduld
Uiteindelijk opgestaan
uitgeput,
in uitputtende paniek
alleen, verward, verlamd,
trachtend mezelf
in de verplichte, verwachte
plooi te wringen,
om schijn zo hoog te houden,
en niet te alarmeren,
onbegonnen werk...
Totdat dan plots die hand er is,
die stem die me tot rust brengt,
en me laat functioneren,
zoals van mij verwacht wordt.
Doorheen de ganse dag,
die zachte begeleiding,
me helpend om te ademen,
de juiste koers te vinden.
En plots die nieuwe mogelijkheid,
om eindelijk te durven,
en eindelijk te zeggen,
in tranen, heel beknopt,
wat ik al jaren meedraag,
en vechtend heb verbeten,
door steeds maar te proberen.
Mijn mama heeft geluisterd,
misschien wel wat verbijsterd,
maar toch ook wel vermoedend,
ze ziet het méér dan ooit.
Ze heeft me niet veroordeeld,
ze heeft gewoon geluisterd,
beloofd het niet te zeggen,
te zwijgen als een graf,
tot ik er klaar voor ben.
Ik zal het zelf vertellen,
in alle eerlijkheid,
bepaal wanneer en hoe,
niets overhaast,
zo weinig mogelijk kwetsend,
aan wie het weten moet.