Bij alles waarin ik vragernde partij was, was zijn antwoord nee. Bang voor nieuwe of onbekende dingen. Heb je nooit afgevraagd of het niet aan jou lag? Nee, maar hij speelde daaar wel op in. Hij praatte me de gedachte aan dat ik een slechte moeder was. Hij wist mijn gevoeligheden subtiel te bespelen.
Ooit heeft hij eens een vergadering een uur lang onderbrokens omdat de penningmeester een halve frank te weinig had op zijn rekening : Hier heb je je halve frank! Maar het mocht niet baten. Die rekening moest kloppen. Nu ik erop terugkijk, weet ik : dat is autisme. Gezellige etentjes zaten er bij ons niet in. Zijn gierigheid : hij wilde het liefst van al nergens voor betalen. Ook niet voor het huishouden. Ik heb vaak uit eigen zak bijgepast. Bij de aankoop van ons huis berekende hij nauwkeurig wie welk aandeel had : ik verdiende niet meer dan eenderde. Dat ik het leeuwendeel van het huishouden voor mijn rekening nam, dat telde hij niet mee. Hij werd zelfs kwaad toen ik er hem durfde op wijzen. Ik steek energie in hem. Hij niet in mij. Hij houdt geen rekening met mij. Hij kan zich niet inleven.Omdat ze zo vreselijk ongenuanceerd is. Alles is zwart of wit bij haar. Geen grijs. Ze wilde van ons een soort marionetten maken die ze kon bespelen. Ook de kinderen hebben amper buitenschoolse activiteiten. Marian wou haar handtekening niet zetten onder het schoolreglement.
Er waren dagen dat ik met schrik naar huis ging : wat zal het nu weer zijn? Ik dacht dat het betekende dat ze ook sociaal was.
Ik denk heel rechtlijnig. Ik hou altijd vast aan mijn eigen mening. Dat leidt tot conflicten met de baas. Want ik doe nooit iets wat me opgedragen wordt. .... Ik pas me niet aan.Ik vroeg altijd om dat op een briefje te schrijven. Dat vond ze lastig. Nu weet ze dat ik dat nodig heb.
Heeft de diagnose iets veranderd aan hem af aan jullie relatie? Niets. Alleen kan ik hem nu beter verdragen. Het blijft ontzettend moeilijk. Mijn gevoel en verstand botsen de hele tijd. Met mijn gevoel erger ik mij, met mijn verstand weet ik dat hij er niets aan kan doen. Soms gaat het heel goed tussen ons : dat is wanneer ik hem helemaal te dienste sta. Maar als ik voor mezelf opkom, of onverwachts steun nodig heb, gaat het mis. Bij mensen met autisme gaan hun eigen behoeften voor, hé. T Is altijd ik-ik-ik.
Ik regelde alles, van de uitnodigingen tot de huwelijkslijst en de bedankjes toe. Hij vond dat best. Die hele poespas was niet aan hem besteed. Alles liet hij aan mij over : het huis, de kinderen, de vrienden. Lange tijd heb ik wel gehoopt dat hij een stukje van het huishoudelijke werk van me zou overnemen. Zelfs het aanrecht schoonmaken krijgt hij niet voor mekaar : met welke doek moet dat?!Niet een keer heeft hij mij getroost of een arm om mij heen geslagen. Sorry, heb ik hem nog nooit horen zeggen. Hij staat nooit stil bij zijn eigen aandeel. T Is altijd de schuld van een ander.Droevig is dat ik er mij van bewust ben dat hij niet anders kan. Hij reageert onvoorspelbaar. De ene keer is hij vriendelijk, de andere keer barst hij in woede uit vanwege een kleinigheidje.
Bij de geboorte was hij weer heel erg afwezig. Nu begrijp ik dat. Voor hem is dat een nieuwe, onbekende situatie. Er komt iemand bij, en daar heeft hij het heel erg moeilijk mee. Nu begrijp ik dat hij die drank ndig heeft om de alledaagse stress de baas te blijven. Hij bedoelt het heel goed. Maar is het van de kinderen soms niet te veel gevraagd? Ze moeten soms veel begrip opbrengen, meer dan je van een kind zou mogen verwachten. Wanneer ik de signalen van hem interpreteer, lijkt het meestal af ik niets voor hem beteken. Dat blijft hard. Ik heb geen evenwichtige relatie, en soms wou ik hevig dat het anders was. Het is bijna een fysiek gevoel : ik houd een heel zware baby in mijn handen en die baby groeit niet op. Op de koop toe is hij soms nog stout ook! Maar hij blijft de vader van mijn kinderen. De enige oplossing die ik zie, is er te zijn wanneer hij mij nodig heeft. Ik heb het graag als ik er mag zijn, bij hem.
Ik moet het niet aan hem overlaten om te beslissen. Omdat ik niet op hem kon leunen. Terwijl hij toch een soort dominantie uitstraalt, waarvan je zou verwachten dat ze je kan leiden. Maar die dominantie is slechts oppervlakkig. Hij probeert ook krampachtig normaal te zijn. Daar heeft hij drank voor nodig. Niet overdag. Alleen s avonds, thuis. Hij gaat daarin veel te ver naar mijn zin. Maar hijzelf vind natuurlijk van niet. Hij wil niet dat ik van haarsnit verander. Mijn haar moet lang blijven.
Ik regel het huishouden. Ik vang de kinderen op. Ik regel haar werk .
En voor mij moet het eventjes bezinken....
|