Bilbao is een grote stad, vooral bekend van het Guggenheim museum. Nadat we aangekomen waren zijn we eerst op verkenning geweest in de oude stad. Hier is een typisch Spaans marktplein, een vierkant plein, aan alle kanten omringd door aaneengesloten gebouwen met 3 verdiepingen. Op het gelijkvloers is er een galerij met vooral cafeetjes en restaurantjes, die allemaal een terras hebben op het plein. Het is er aangenaam om te zitten met een schotel Iberico ham en een lekker glas Rioja, en te kijken naar de mensen en de kinderen die hier komen ravotten.

De tweede dag zijn we met regen opgestaan. We hebben Guggenheim bezocht en eigenlijk was het een tegenvaller. De moderne kunst van Picasso en Dali die we verwacht hadden was er niet, er was wel een zaal van de impressionisten (waar de werken van Toulouse Lautrec prachtig waren), maar die horen meer thuis in een klassiek museum als het Louvre. En er was heel moderne kunst van mensen waar wij nog nooit van gehoord hadden (maar dat zegt natuurlijk niets). Er was bijvoorbeeld een doek van ongeveer 1 m x 2 m, helemaal zwart geverfd behalve een klein hoekje in de linker benedenhoek, dat was wit gelaten...Ik zie echt niet de kunstwaarde hiervan in; de man kan blijkbaar goed zwart schilderen, maar hij moet mijn dakgoten niet komen doen als hij stukjes overslaat...
Het mooiste van Guggenheim is nog het gebouw zelf, een imposante constructie van glas, beton en metaal, en een paar werken die op het terrein rond het museum staan, zoals een reusachtige hond, beplant met echte bloeiende bloemen, en een grote metalen spin.

Al bij al hadden we van Bilbao meer verwacht (de regen heeft natuurlijk ook niet geholpen)
|