Geschiedkundige aantekeningen door E.H.Truyts. Deel 6
7. Bestaan er nog of bestonden er vroegertijds geestelijke stichtingen in kapellen die van de kerk afgescheiden zijn, of in de kapel van een kasteel ( beneficium castrale ) ? Stukken en staat dezer stichtingen. Wanneer en hoe zijn ze verdwenen, die, welke thans niet meer bestaan ? 7. De E.H.Onderpastoor was gelast met den kleinen onderhoud der kapel van Grootloo. Te dien einde, alsook voor zijn eigen bestaan had hij behalve den offer die jaarlijks rond de 30 gulden beliep :1e den intrest der renten in vorig antwoord vermeld ; 2e eenen cijns van 12 gulden bezet op een huis van den heer Baron voor het ontvangen van eenen eerw.Pater Minderbroeder op den feestdag van den H.Naam ; 3e eenen cijns van 2 gulden en 2 stuivers van een huis dat gebouwd was op een goed gelegen rond de kapel, genoemd het Kapellehof ; 4e eenen cijns van 2 gld. en 2 stuivers van een huis dat gebouwd was op een hoekske land even toebehoorende aan de kapel ; 5e de opbrengst der boomen staande rond de kapel ; 6e van den eerw. Heer Pastoor jaarlijks 120 gulden ; 7e van de gemeente 30 gulden ; 8e van de kerk 15 gulden. In het jaar 1821 zijn de boomen staande rond de kapel verkocht geweest, de opbrengst beliep 188 gld. welke som is aangeslagen geweest door de gemeente even als de andere voorgestelde goederen die alsdan verkocht geweest zijn. Nu heeft de familie Goossens een deel van het voorgemelde Kapellehof teruggekocht. De lijst der voorgemelde goederen en cijnsen is opgemaakt geweest in het jaar 1787 door den E.H.Adriaan Snoeckx alsdan pastoor. In hetzelfde stuk leest men : Proviseurs ofte collateurs den President van het Seminarie tot Mechelen en den deken van het distrikt van Mechelen ten Westen, moeten die vergeven naar hun goeddunken, daarover eerst gehoord zijn de den Pastoor, alzoo spreekt de fondatie selfs. De eerste verhuring van dit goed in de arch. vermeld is van het jaar 1662.
8. Andere weldoeners in vroegere en latere tijden. Giften van kerkmeubels en vensters. Door wie geschonken ? 8. In het jaar 1662 hadden de gemeentes van Schrieck en Grootloo van zekere Jufvrouw Catharina de Cleyn eene som geleend van 21000 gld.(In het verslag eener zitting van den gemeenteraad gehouden den 9 Sept.1819 leest men 22000) Na verloop van 55 jaren hebben de overheden dezer gemeentes in de onmogelijkheid zijnde, niet alleen van ooit zulk kapitaal te kunnen afleggen, maar ook van de achterstallige intresten te kunnen voldoen die van tot eene gezamentlijke som van 42000 gulden beliepen het geluk gehad de hiernagemelde overeenkomst te kunnen sluiten ; met de liefdadige erfgenamen der Jufvrouw De Cleyn. Bij deze was bepaald dat de schuldeischers zich zouden vergenoegen met eene som van 7000 gulden op voorwaarde dat de gemeentes zich zouden gelasten met het doen celebreren der missen en jaargetijden in de volgende akten vermeld.
9. Broederschappen en gilden vroeger en nu. Hun oorsprong en hunne geschiedenis. Zijn hunne eereteekens nog heden bewaard ? Zoo ja, waar berusten die ? Plaatselijke gebruiken ter gelegenheid van sommige patroonfeesten of vergaderingen der leden. 9. 1) (26) 2) In het testament van den E.H.Carolus Lardinoy pastoor van Schrieck (1731-1771) leest men het volgende : Comende bij Eerw.Heere testateur, tot de dispositie van alle zijne resteerende mobilaire effecten ende constante penningen alsoock obligatien ende gesaemelijk al hetgene hij hiere van God verkregen heeft ende bezittende is, allen t selve laet maekt hij aen de taefele van den armen van Schrieck ende Grootloo, zoo nogthans dat sijne wille is dat alle jaeren de arme kinderen die hunnen eerste communie sullen doen wonende tot Schrieck ende Grootloo, zullen behoorelijk in staat gesteld worden om behoorelijk hunne eerste communie te doen (met last voor het armbestuur van een jaargetij te doen celebreeren voor den erflater). 3) In het jaar 1839, 1 Juli heeft de E.H. Benedictus Kerselaers onderpastoor te O.L.V.Waver de inzichten kennende van zijnen overleden broeder de E.H. Carolus Kerselaers, onderpastoor te Schrieck (1837) aan het armbestuur eene som geschonken van 2000 fr met last van jaarlijks onder het octaaf der Geloovige Zielen te doen celebreeren 6 gezongen missen en loven tot lafenis der geloovige zielen. 4) In het jaar 1847, 1 Juli heeft jufvrouw Catharina Rymenants bij testament aan het armbestuur eene som gemaakt van 4000 fr met last van jaarlijks onder het Octaaf van het Allerheiligste Sacrament ter harer intentie te doen celebreeren zes gezongen missen. 5) In het jaar 1855, 20 October, heeft Philippus Claes bij testament aan de kerk gemaakt twee perceeltjes land gelegen onder Keerbergen, met last van jaarlijks te doen celebreeren 7 jaargetijden, vier voor hem, erflater, twee voor zijne ouders, een voor zijnen broeder Pieter. 6) In het jaar 1858, 12 October heeft de heer Graaf Philippus van der Stegen de Schrieck door notariëlen akt aan het armbestuur afgestaan : 1e een perceel bouwland, 2e een perceel dennenbosch, 3e eene rent in kapitaal van 453,51 fr ; van het inkomen dezer goederen moet het derde deel aan het kerkfabriek afgestaan worden met last voor deze van jaarlijks te doen celebreeren een plechtig jaargetijde voor den gever en zijne afgestorvene familieleden. 7) In het jaar 1875 heeft de E.H. Joannes Andreas Van Ourshagen alsdan priester te Schrieck gekocht ten prijze van omtrent 5000 fr twee stukjes bouwgrond en een stuk bouwland gelegen in het dorp en aan de kerk geschonken. Deze goederen waren beschreven geweest op den naam van den E.H. C.Vermylen pastoor alhier en door dezen bij testament aan de kerk gemaakt. 8) In het jaar 1873 heeft de E.H. Carolus Vermylen aan het armbestuur gemaakt door testament een perceel land gelegen onder Heyst op den Berg met last van eene jaargetijde op zijnen sterfdag en eene uitdeeling van brood aan de armen. 9) In het jaar 1879 heeft de liefdadige Mevr.We.Goossens-Rymenants op haren grond en op hare onkosten gebouwd twee schoon schoollokalen. Later heeft een liefdadige werkman genoemd Joannes Baptist Boexstaens uit eigen beweging eene som geschonken van 2000 fr voor het bouwen van een derde lokaal voor de bewaarschool. 10) In het jaar 1882 heeft Mej.de Gravin Julia Van der Stegen geschonken eenen kruisweg geschilderd op doek en ingezet in eiken lijsten. De prijs beliep gezamentlijk 2152 fr. 11) In het jaar 1891 hebben Mr Engelbert Goossens en zijne zuster Josephina de kapel van Grootloo hersteld, in het jaar 1894 hebben zij dezelve vergroot en er eenen toren bij gebouwd. 11bis) In het jaar 1898 hebben de Jufvrouwen Ida en Maria Van den Eynde twee groote ramen in geschilderd en kathedraalglas geschonken. Zij hebben gekost 1500 fr. (27) 12) Er bestond vroeger maar een broederschap, te weten dit van den H.Antonius.(28) Voor het jaar 1710 had Mevr.Fr. van Grootendael den autaar van den H.Antonius geschonken met het inzicht van de oprichting te vragen van een broederschap ter eere van den heiligen (zie antw. Op vraag 6 geschiedenis). Door brieven gegeven te Rome den 7 Juni 1710 heeft Z.H.de Paus Clemens XI het te oprichten broederschap met de volgende aflaten verrijkt : 1e een volle aflaat op den dag der inschrijving, 2e een volle aflaat in het stervensuur, 3e een volle aflaat op den bijzondersten feestdag, dag te stellen door den Aartsbisschop, 4e eenen aflaat van 7 jaren en 7 quadragenen op vier min bijzondere feestdagen, insgelijks door den Aartsbisschop vast te stellen, 5e eenige gedeeltelijke aflaten vastgehecht aan sommige godvruchtige oefeningen. Door brieven gegeven te Brussel den 9 Augustus 1710 is het broederschap opgericht geweest door zijne Hoogw. Humbertus Guilielmus a Praecipiano (29) aartsbisschop van Mechelen en de feestdagen gesteld als volgt : de 2e Zondag van September als bijzonderste ; de feestdagen van O.L.Vrouw Onbevlekte Ontvangenis, Lichtmis, O.L.V.Boodschap en O.L.V.Hemelvaart als min bijzondere. Volgens de regels van dit broederschap betalen de leden geen jaargeld doch elk lid is verzocht eene offergift te doen volgens goeddunken op den dag zijner inschrijving en ook jaarlijks. De eerste beschermer is geweest de Heer Christijn, Ridder, de eerste beschermster Mevr.Fr. van Grootendael. Dit broederschap heeft sedert dien altijd bestaan. Het groot getal der ingeschrevenen, het godvruchtig vieren der feestdagen, de jaarlijksche offergiften getuigen van den eeredienst der parochianen voor dien grooten heiligen. In het jaar 1890 ter gelegenheid eener missie gepredikt door de eerw.Paters Minderbroeders, is het broederschap op eene bijzondere wijze aanbevolen geweest, 400 nieuwe leden hebben zich laten inschrijven en sedert dien is het wederom in vollen bloei. Behalve dit broederschap zijn in de kerk nog wettig opgericht de volgende : 1e Het broederschap der gedurige aanbidding opgericht door zijne Eminentie den Cardinaal Sterckx. 2e Het broederschap van O.L.V Onbevlekte Ontvangenis verbonden met het aartsbroederschap van O.L.V van Hanswijck opgericht door zijne Eminentie den Cardinaal Sterckx den 16 Juli 1856, op verzoek van den eerw. Heer Pauwels alsdan pastoor. 3e Het broederschap der geloovige zielen verbonden met het aartsbroederschap van O.L.V. in Monterone te Rome, opgericht door zijne Eminentie den Cardinaal Deschamps (30) den 24 April 1877 op aanvraag van den E.H.Vermylen, pastoor.
Eertijds bestond hier eene gilde van den H.Sebastianus ; ik weet niet wanneer dezelve ingericht is. Zij was in bezit van een zilveren eereteken (breuk) het wapen dragende van den Heer Marcus Roussel, met de zinspreuk post fel mel. In het jaar 1844 hebben de twee laatst overblijvende leden dit eereteeken door schriftelijken akt aan de kerk afgestaan welke nog in bezit van hetzelve is. Alle twee jaren had er eene prijsschieting plaats die den hoogen vogel afschoot was voor dien tijd koning ; zij teerden jaarlijks, zij hadden hunne plaats in de processie voor elk afgestorven lid werd eene mis gedaan. (31)
(26) Dit nummer en de onderverdeling met het nummer 1 ontbreekt in het document. (27) Deze twee ramen zijn nog steeds te bewonderen in onze kerk. Ze zijn geplaatst in de kruisbeuk en bezitten centraal een groot medaillon met de H.Jozef langs de mannenzijde en O.L.Vrouw langs de vrouwenkant. (28) Antonius van Padua (°Lissabon 1195-Padua 1231) Volgeling van Franciscus van Assisi. Patroonheilige van de bakkers, reizigers en geliefden. Kerkelijke feestdag op 13 juni. (29) Humbertus Guilielmus de Precipiano is de 8e bisschop van Mechelen van 1690 tot 1711. (30) Victor-Augustus Kardinaal Dechamps is de 14e bisschop van Mechelen van 1867 tot 1883 (31) Deze breuk is tot op heden in de kerk bewaard gebleven.
Foto 1 : Vooraanzicht van de kapel van Grootloo omstreeks 1900, dus na de restauratie met nieuwe toren door Engelbert Goossens betaald.(collectie Erik Ceuppens) Foto 2 : Detail van de zilveren breuk uit 1644 geschonken aan de kerk bij de laatste vergroting in 1844. Gelukkig heeft de pastoor deze breuk niet laten smelten en herwerken, zodat hij nu nog kan bewonderd worden.
wordt vervolgd
|