Op donderdag onderzochten we de weerselementen door proefjes te doen. We maakten zelf regen, ontdekten de invloed van temperatuur op de lucht, bewonderden de kracht van lucht, ...
Soms konden we onze ogen bijna niet geloven!
Vuur heeft zuurstof nodig, anders dooft het. In de lucht zit zuurstof. Als we een glas over een kaars in een bak met water zetten, stijgt het water in het glas.
Niet alle stoffen warmen even snel op. Zand warmt sneller op dan water. De lucht drukt het kartonnetje tegen het glas!
Lucht zet uit als het verwarmt wordt. De lucht krimpt als hij wordt afgekoeld.