Zoals reeds eerder geschreven, vertoonden de programmatie's van een Wienerconcert een bijzondere invulling.
Zowel inhoud als vertegenwoordiging. (Gastkoren en instrumentisten.)
Zowel luisteraars (?) als een plaatselijke bijdrage van cultureel-koristen.
Zowel in het kader van een verleidelijke inkomst hal, als zowel een ongemakkelijke zitplaats.
Het had een stilzwijgende genoeglijkheid gekoppeld aan een: " Ik was er toch bij, hé...!"
De Wienerconcerten (Wat een groot woord, wanneer ik mij herinner aan het optreden van Chor-Gemeinschaft Wien) maar...maar ook het, om maar enkele te noemen, .
Neen, ik ga er niet aan beginnen want, na veel herhalen verliest het zijn waarde...!
Een Wienerconcert plaatste zich als jaarlijkse 'promonade'- bijdrage van een actieve koorvereniging.
Operette muziek is bij musici nu niet zozeer een 'Grand cru', en ik kan daar inkomen.
Maar...is dan, voor de modale muziekliefhebber een pianosonate van bv. Penderevski zo aantrekkelijk?
Ik heb het hier wel over de doorsnee luisteraar!
Enfin, de sporthal lokte zelfs mensen die een dagelijkse wandeling associeerden met een sportcomplex en zich daardoor ook welgekomen voelden.
Mijn dagelijkse blogs lijden aan een 'Cholera'- epidemie.
En welke Russische componist is hieraan overleden? (Zie foto)
(Een spectaculaire neerwaartse 'invasie' van infiltranten. (?))
Colestorol
Je voelt het niet, maar bevindt zich binnen een remmend, gastvrij darmkanaal naar het 'HART'. De motoriek of menopauze of.... een tijdelijke gedachten pensionaat.
Abri.
Maar laat ons vooral trachten bewust te zijn van deze (of een) korte 'promotie'.
Het calculeerd een 'vrij zinnige' behoefte aan persoonlijke erkenning.
Ieder van ons ons is daar 'gevoelig' aan, draai of keer het zoals je wenst maar ontsnappen lukt langs geen kanten ook al geef je de 'impressie' van onaandachtzame vertegenwoordiging. (Acte de précence)
Hierin 'verschuilt' zich persoon, een aanwezige, een bestuurslid, een aktievaliest, een 'performer' van verstuifde ego-centrische ideologie.
Ik ben daar 'jaloers' over...mensen die dat bezitten, gericht naar een 'omvangrijke' 'receptionele' en die zich 'gevoed' voelen door het 'gastgezin' in dit geval een onderdanigheid in polyfone, muzikale koorgemeenschap.
Gebrek aan zuurstof..en dan houdt het menselijk leven op.
Toch verleidt mij de gedachte:
wij zullen elkaar niet weerzien met onze ogen, handen, gevoel of wat dan ook,
maar met de Geest!
En...ook dat is weer internationale actualiteit.
Haïti ligt ver weg....ik conserveer en....installeer me in een klein landje als België, houd me 'bezig' met 'glorieuze', weinig fantasierijke maar realistische overtuiging binnen een straal van och arme, ons eigen Waasland.
Waar ligt België ergens....?
Laat het ons maar splitsen, misschien wordt vlaanderen dan ook het 'Monaco' van veredelde sport lui.
Het 'ons' koor kende ( en kent) een probatie met enkele korte jaren van verbondenheid en financiële, vrijgevigheid binnen de 'kerk' ....en treurende familieleden.
De ene zijn dood is de andere...!
Een 'schietstoel' (1982) naar het profane wat er ook kwam, mits enige compositorische aanpassing, (Ik heb, op muzikaal vlak veel zonden begaan, maar de 'mensen' genoten...)) werd getransformeerd naar een 'concertgebouw' (?) in de nieuwstraat.
Een collega musicus, vertelde me: "Tony, wat gij allemaal durft doen..doet!"
(Om een operette-deel te kunnen zingen had ik het (compositorisch) aangepast aan de tessituur van.... en het belangrijkste voor mezelf was de mensen een goed gevoel te geven....wars van aanwezige zogenaamde professionalisten... ook in de sporthal niet.)
Mits enige inzet van niet-aangestelde gedeligeerde 'gladiatoren' (en daar ontbrak het niet aan) verbouwde men de sporthal tot een heus Oostenrijks landschap waarin het gezellig vertoeven was, zowel voor de toeschouwers, (luisteraars) als voor de 'concertanten'.
Als Stekenaar verblijf ik met minder gevoelens van hoogachting wat betreft de culturele gastvrijheid, het deponeren van een (dag) huursubsidie t.o. gemeentelijke 'gastvrijheid'.
Maar juist dàt bood ons een introverte (koor) uitdaging, een 'resistance', gericht naar een actieve deelbare en polyvalente expositie van mensen die, met bescheiden 'stembanden'ook Stekenaar waren, wars van enige, en gelukkig maar, kennis van harmonische analysering.
Zij (R.V.-koor) zouden deelnemen aan een geprogrammeerd 'muziek festijn' dewelke telkenmale zijn vorige niet kende.
Een zalige tijd.
Verdoken in een 'overal' kondigde ik mij ook aan om de 'sporthal' mee te 'helpen' omdopen in een Weense sfeer.
Met voorzichtige nauwkeurigheid werd het immens groot Oostenrijks landschap (prachtig voorgesteld door Boudewijn Dhondt) aan de binnengevel van de sporthal bevestigd.
Ik moest maar één ding doen..
Zorgen dat ik niet in 'hunne' weg liep!!!!!
Ik voelde me wat onwennig maar als je die ploeg mannen (en ook vrouwen) aan het werk zag, was het maar best dat ik me afzijdig hield.
En weet je, 's anderendaags (zondag) moest de sporthal gevrijwaard blijven van enige, ongecensureerde drank (mis) -gebruik van de avond (nacht) voordien.
M.a.w. een culturele happening van een plaatselijk koor, muziekgezelschap of hoe je het noemen wilt, moest het afleggen t.o. sport atleten.
Het was een sporthal en daar kun je als cultuurgenootschap, bij gebrek aan..., weinig tegenover stellen.
Gelukkig biedt de 'kerk' (als gebouw) een voortreffelijke, en wanneer zij leeg is, voor musici, een aantrekkelijke, acoustische verblijfplaats.
Hiernaast en onder vindt U de volledige reeks logo's dewelke dienstig waren voor de naam en faam van een coöperatieve zang genootschap en zelfs op een korte termijn van dertig jaren vertoont dit duidelijk een stylistische wijziging en gevoelig voor 'bescheiden kritische' opmerkingen.
Ik voel me niet 'geroepen' ((roeping=?) om in de huidige Katholieke Benedictijnse periferie een embleem te consacreren.
Het aantal logo's vormen een kwartet, (muziek, strijkkwartet..) waar 18de eeuwse componisten, de 'huishouding' van de werkgever mee hielpen in stand houden.
De 20ste eeuw heeft zich geprofileerd met, door de leek-consument, onverdraagzame voorstellingen, maar... (Bij een schilderij bv..... dàt kan ik ook...!) (Vergeet het)
Tussen bedelen en bedelen ligt een groot verschil.
t' Is te zien (horen) waar je het accent legt!
Kunst bezit dat ontoegankelijke, en dat maakt (kostumeerd) het zo boeiend, maar tevens onmenselijke.
De voorstelling van de logo' hebben ieder op zichzelf een toegangswaarde, een verklaring in 'actuele verbondenheid vanuit een ongevraagde 'creator'.
Dat 'moet' je verdragen als visualist.
Maar goed,..... het is er.
Het gebeurt, ....en dat siert de 'pentalist' of hoe je het ook noemen wilt.
In de 'glorierijke tachtiger jaren' genoot het R.V.-koor van een achterstallige Echternach-processie. ( 'glorierijk= de periode tussen 1979-1998, hierna mag en heb ik geen recht of inspraak tot verdere evaluatie maar...zo'n kerstconcert in Temse, anno 2011, is een positieve waardemeter voor de onmiddellijke toekomst.
Men ging steeds vooruit al leek dit op een vertraagde 'slow-motion' maar geblindeerd door populaire, en toch aangepaste koor literatuur, ....verdroeg het meer dan ooit, in een sfeer van, zelfs persoonlijke kunstzinnige intrigratie (Polyfonie). (Maar men blijft alleen achter met de ware vragen.)
(Of dit nu een 'bijvoegsel' of vér-menselijkt 'begrip' is, het schaadt onze gevoelens en elke dag bidden, zingen of horen wij ergens: "God die goed is...!")
Verbeelde (beeldvervorming) gaf geen consultatie aan een persoonlijk, eerlijke vraagstelling, maar de behoefte aan textuur, een meer-menselijke uniformiteit, verdedigde, meer nog, een ondoorgrondelijke ego-centrische overtuiging.
Het kan niet anders of....de zoektocht naar...het niet alleen zijn....bevond zich o.a. in het koorgebeuren...en dan was er de keuze....het globaal vertolken van..met inhoud die U, als koorlid deed afvragen, ....die reeds jaren een onopvallende aanwezigheid vertoonde...
'Wàt zeg (zing) ik hier?'
Een 'vraag' die ons allen doet huiveren.
Een overtuiging die ons, binnen een kerk-aanwezigheid, (Uitvaart) assisteert met een onverklaarbare 'Goede God'.
We weten het allemaal, en misschien is dat een onderdeel van actieve bereidheid, het zich openstellen van, wegens een (God zij dank) onverklaarbaar 'Zijn'!
Koorleden haakten af (liedkeuze's) maar gelukkig, een veelvoud melde zich aan.
En 'voor iedereen goed doen' verdwaasd zich in een moderne consumptie.
Toch kan een mens niet zonder de 'andere'. (G.Bomans)(+2012)
Met veel 'vier, vijven en zessen', gevolgd door veel 'sie's en la's' verplaatst men zich naar een 'cenakel' waar een bedrijvige ''jongeling', of zich voorstellende als, laat consumeren door een 'publiek' met attente persoonlijke modellering, en later pas....alerte analyse's van het 'Wat hebben we nu verorberd?'
Het leidde tot een 'jong' en volkomen aanvaardbaar absenteïsme vanwege de medeleerlingen. (Ook Emmaüsgangers genoemd.)
Ik houd van dit 'Woord' omdat het een toegangs- en tevens uitlaatpoort biedt binnen ons huis.
Koordirigenten laten zich niet verzeilen in een ander 'certificaat' als..'gebruiksvoorwerp'.
Zij hebben en bezitten een overtuigde significatie van eigen voorwaardelijk voldoening, met 'oppositionele' aanwezigheid.
Dit kan leiden tot het 'non-accorderen' van een vooropgestelde programmatie,
(Concert of een koor bijlage) tot een schriftelijk ongenoegen vanuit het koor bestuur en vanwege een stilzwijgende attitude en na verloop van tijd, vanuit de koorleden zelf.
Een kwantitatieve voorstelling kreeg het R.v.-koor 1989 met 89 leden wat niet wil zeggen dat deze allemaal met 'Calas of Pavarotti' -bijlagen konden vereenzelfdigd worden.
De ZIEL was er, en heeft veel psycho-analisten tot nadenken gestemd.
Gelukkig hebben zij een bibliotheek gevuld met enerzijds waardevolle, anderzijds frustrerende en in vraagstelling intuïtieve overtuiging van de 'lezer'.
De geschiedenis zal zijn 'verloop' kennen, en daaronder behoren ook U en ik.
Zoals elk nieuw mes voldoet aan de verwachtingen, zo was dat ook met een 'Stekense' koorgemeenschap. (Vanwaar toch anders die uitdrukking; 'Moed're,mijn mes en mijne pré..'!)
Kermis, Kerkmis, maar het was, in vroegere 'schone' jaren, een normaliteit om later een gezochte, antieke modaliteit te worden.
Of gaan we samen grasduinen in het vér-leden, om te arriveren in het heden.
Dit is niet voldoende en nodigt uit tot de 'toekomst'...!
Wat biedt ons bv. een koor-partituur van 'morgen'?
Het gebruik van wangen, de tong, de tand-constructie, het 'geluid'...enz.!
Het verbeeld ons een terugkeer naar, over 'The bridge after',
en daar staan we dan weer met geïntelectualiseerde analysten.
Bewonderaars van een ondoorgrondelijke wetenschap dewelke een koorlid, met volgzaamheid 'in hun koor-map 'steken'.
'Chorus Angelorum'!
Namen noemen van vereeuwigde 'gezellen', die partijgenoten waren van een 'Gods lof' verheerlijkten en tezelfdertijd tafelgenoot waren van een maaltijd, lijkt mij hier weinig uitnodigend en nog meer op een gevaar van 'kwetsbaarheid'.
Het is zéér menselijk.
Maar de namen van de koorleden stonden, althans volgens de pastoor in de O.L.Vrouw-parochie van Ieper (1980), gegrift in de palm van gods hand.
Dus, verteerden de koorleden een stille aubade van gewijde uitspraken.
Mezelf uitnodigen lijkt me meer op een noordelijke grensoverschrijding.
En toch.... en toch zoekt een mens naar het ware verhaal.
Ieder van ons.
Laat het ons nooit vinden, maar begeleid worden door en met 'het twee millennium-oude' beeldverhaal, (legende's) zonder een veelvoud van intellectualisme.
Bladeren in een koorbestand, is zoveel als vragen om ...migraine.
Een jongeling van 45 jaar (E.Dieleman) en een 3de jeugd, én tevens groot mens ( A.Thuy) 'verlieten' ons voortijdig, evenals talrijke andere koor-consumenten van mystieke christelijke
woord-en muziek uitstraling.
Dat hoort zo in een 'commune', in dit geval; zingende, levendige gemeenschap.
Het behoort tot het 'genesis-verhaal' maar in de bijbel staat nog véél meer dan de levens- ontvangkelijkheid, verdraagzaamheid, kwetsbaarheid, onverstaanbaarheid en toch, met z'n allen hopende op een nieuw, pijnloos, (?) 'bestaan'.
Met een legende kun je vele antiek christelijke kanten uit.
Het verveeld nooit, tot men tot men zich realiseert dat men leeft in de 21ste eeuw.
Is dit een voorrecht of nadeel?
Van Lazarus tot Amelberga Truyman, van Madrigalisten tot gezellige 'oudjes'.
Maar dat pijnloze is nog geen begrenzing van wat in ons (uw) eigen leven (?) inhoud.
Koorleden zijn participanten van een 'aangifte', een verdragen van (let op het woord= VER_DRAGEN) van aangeboden, constructief (= materie) fundamentalisme. (Grond)
Het repertorium omvat , of het aangebodene vertoeft (of laat zich vertroetelen) in een, door de 'toevallige' 'president' (koordirigent) geserveerde 'parfum'!
Bestuurs- en koorleden verdragen dit tijdelijk...maar langs een passage van (gelukkig) onkundige 'uitstraling', vernietigen zij een labyretum van opgestarte 'devotie'.
Wat ik wel meer mag horen...:'Maar het bestaat nog altijd'. (R.V.-Koor)
En dan, met vergulde 'Benedictijnse' onderdanigheid, verzeil ik met een introverte Christelijkheid.
Niets is eeuwig...anders versta ik het woord niet!
De koorherhalingen verliepen, naarmate de tijd vorderde, behoorlijk normaal en elke week kondigde zich wel een nieuw lid aan wat er toch op 'wees' dat het zijn 'vruchten' afwierp.
Hoogstaande meerstemmigheid, althans zoals ik mij opgeleid voelde, stond niet in het vocabularium van de koorleden en was des te boeiender (voor mezelf) 'het' te ervaren als mede genoot.
Op een 'vreemde' receptie biedt' een gesprekspartner soms meer gastvrijheid dan de hapjes en drankjes.
Maar...het menselijk aspect, de samenhorigheid,.. zich bewust voor het 'goede doel', had voor mezelf een primaire gevoelswaarde. (En nog steeds.)
Minder het artistieke, alhoewel hier voldoende, met de middelen waarover ik beschikte, toch de nodige aandacht werd besteed.
En zoals altijd, het koorrepertorium paste zich aan aan de mogelijkheden van de 'koorgangers'.
Het verspreidde, op korte termijn (Volwassen- én Jeugdkoor) een delicate en voor sommigen ontoegankelijk nataliteit- en maturitiets (Sorry voor de fouttieve schrijfwijze) 'verschijning', die gedurende jaren stilzwijgend, genegeerd werd, maar...men kon er niet naast ....luisteren.
Als je kennis van 'iets' hebt, bazuin het niet uit in uw onmiddellijke omgeving.
Overdonder hen niet met intellectuele, kunstzinnige passage's.
Het schaad alleen maar uw eigen imago als 'volleerd' 'bezitter'.
Bescheidenheid zal dan, op termijn, een positieve indruk nalaten en ...geduld is een schone deugt, zoals men wel weet.
Elk mens verwart dit, hoe strikt en eenvoudig zij dit ( en meestal met een onopvallende personalisering) voor hen zelf, als attitude (houding) voordragen.
In ieder van ons schuilt een machts-(mis)gebruiker.
Het masculaire en feminale heeft ons het 'leven' geboden. (Genesis verhaal)
Ook voor een dirigent,.... met of zonder kennis. (Een kwestie van zich te profileren)
Hij/zij vertoeft in deze aangename, door hem-haarzelf uitgekozen en altijd vreemde artistieke wereld waarin het op professioneel vlak vaak niet goed vertoeven is.
Als dirigent was ik mij hiervan bewust en transformeerde mij naar de gedachtegang van
genodigden die zich aanboden. (Muziekpedagogie)
Samen zingen... met vertrouwen in de 'voorzanger'.
Geef mensen (koorleden) vertrouwen en zij verzetten bergen...!
Hun eigenwaarde stijgt,.... geeft hen een gevoel van ...en daar doe je het voor... in een onverklaarbare gemeenschap van toekomstige infertilisatie.
Een enkeling vergaloperde zich in de bruikbaarheid van zelf geschikte miniatuur-koor-partituren en het dilettanisme van 'medebewoners' 'dwong' hem/haar tot een ongedwongen overstap naar: 'Le nouveau Art'. (M.a.w. verjeugdigd idealisme)
Het paste in het kader van een (vernieuwing) aangepast koor-repertorium.
Daaruit groeide, naar mijn gevoel, het 'Muzenisse- koor'.
Jonge 'atleten' zochten een nieuwe belevenis.
'Muzenisse' verluidt een opvallende en jarenlange participatie binnen de gemeente.
Het verdeeld zichzelf als 'vrijzinnige', onafhankelijke mede-genoot van een gemeentelijke (politieke) praktijk.
Het 'deelt' een, naar mijn gevoel, onopvallende buurt-gemeenschap tot zelfs wederzijds verdoken appreciatie.
Maar Stekene kent meer dan twee koren.... (6)
Enfin, het R.V-koor koos (midden de tachtiger jaren) voor een liedrepertorium met 'oratorium' inslag. (=B.B effect ((Bizet, Berlioz,)) of; zo'n talrijk mogelijke bezetting.)
Koor polyfonie werd dus gelinkt (computer-taal-gebruik) aan een 'vreemde' taal.
Daarmee was je, als 'muziek'-verantwoordelijke, (koordirigent) al een hèèl eind op weg. (1980)
Eenvoudige Latijnse 'gezangen', boden je als dirigent en voornamelijk koorleden, een 'carte- blanche'.
Het werd een 'cocktail' waarmee de gast-genodigden ruim genoegen hadden.
Men sprak niet over een 'Grand Cru, Cava, Brut..., droog of Demi-sec en Bach, Van Beethoven, en andere 'B's', vertoefden bij een andere corsetière.
Het werd, met uiterlijk genoegen gesmaakt.
Het introverte beleven van de koorleden, gaf een (van horen zeggen) 'uniformiteit'.
Zij hadden gelijk maar waren zich niet bewust dat er nog 'andere dingen' zouden geprogrammeerd worden.
'Chevaliers de la table ronde', 'Il etait un petit navire....', en op het einde van mijn dirigentencarrière werd er zelfs in de Engelse taal gezongen. (Ding,dong.. ook weer een tekst waar je mee naar huis moet schrijven.)
Herinneringen zijn voedingsstoffen in een ...bejaardentehuis, maar, ho zo belangrijk wanneer zij kunnen genieten van een 'klankbord'.
'Oudjes' voelen dat wél, maar ontwijken een 'realisme', vergulden zichzelf met leeftijd en
'toeren' op een verleden. (Morgen ben ikzelf aan de beurt, misschien nu al...)
Maar de taalvaardigheid (en eerlijke inbreng) verbood me verder beslag te leggen op hun vocale gastvrijheid zonder eigen 'Mussolini'-stijl te verspreiden.
Een dirigent veredeld zijn dag-uren met een aangename avond sessie, leeft steeds als 'profiteur', en zijn gasten 'proefden' van een (1980 +) veredelde consumptie.
Hij/zij profileert zich met een fraai make-up van modernistische en ontvankelijke koorliteratuur t.o. zijn/haar medebewoners.
Het wordt weer een 'Stille Nacht' (Gruber)...of een 'Carmina-Burana voorstelling. (Orff).
Het repertorium van de koorleden (koormap) verdwaald in een labyrint van eeuwenoude, klassieke en up-to-date populaire 'gastronomie'.
De boeiende kunstgeschiedenis verhaalt ons over vertederde ...
Een attent jong-bejaarde, (84 jaar) fietste elke week naar de koorherhaling.
Zij wou hét niet missen en haar echtgenoot stond er op dat zij elke week, getrouw zou aanwezig zijn terwijl zij een bescheiden 'stem'-volume had, zelfs binnen de sopranen.
Als dirigent hoor je dat wél maar je geeft geen opvallende 'oorkonde' aan de persoon in kwestie, en een begaafd dirigent geeft een onopvallende, weinig hoorbare 'bloemruiker' aan
een kwetsbaar, al jarenlang disgenoot van en aan een Eucharistische (vocale) tafel.
Bescheiden als zij was, sprak zij mij, net voor de koorpauze aan:
"Mijnheer,..... elke dag is een Godsgeschenk voor mij...ik hoop dat ik nog lang mag komen blijven zingen....!"
Wat heeft dit te maken met het lied-repertorium van het R.V.-koor?
Je leest het in volgend bijdrage.
En nog dit:
Of men nu 50 of 100 jaar 'oud' wordt,
men gelooft in het onvergankelijke.
Een voorgeschoteld lied, dresseert zich met uniforme nederigheid.
Geloof is iets wat je zelf niet verstaat.
Als je niet gelovig bent , ben je gelovig, omdat je niet gelooft in het ongelovige. (?)
Dus, je bent gelovig in het ongeloof...
Camus heeft er nooit een Nobelprijs literatuur voor gekregen...
Dat houdt de katholieke kerk (voorlopig) in bestand.
Het vreemde is: dat het menselijke onbegrijpbaar is,
gekoppeld aan het ongrijpbare...
(Om gevoelens te beletteren, of nog anders,... te verklanken, in een professionele vocaal-instrumentatie, zal deze eeuw de weg van een 'compositeur' gevoelig lager liggen dan bv.
Om alvast een positieve indruk na te laten en m'n 'imago' niet al te veel te schaden, koos ik aanvankelijk voor een 'canon' 'in paribus infidelium'. ( Het land der ongelovigen)
Deze exacte 'titel' ga je niet terug vinden in een of andere teloorgegane pastorale bibliotheek.
Tenware dat 'zij' verzeilden in een particulier 'gezelschap.
Het celibaat vertegenwoordigd; ( merk de woordkeuze: VER...TEGEN...WOORD, het nodigt uit tot een onchristelijke consultatie, waarvan je vooraf weet dat de gastheer, véél noten op zijn zang moet hebben...en dat biedt tegenwoordig ((merk de woordkeuze: weeral TEGEN-WOORD) geen al te sacrale, wijdingsvolle, blinde volgzaamheid!
Een keuze uit de 'Musicerende Jeugdblaadjes' was mij niet vreemd, het mocht zelfs een liedje (figuurlijk) zijn uit 'zonneland' of 'zonnekind', er werd gezongen en dat kun je in het huidig opvoedingssysteem (pedagogie) niet van elke klas zeggen.
Ik ben geëindigd met een genietbare, toch 'vertroebelde' versie van een 'Stolz'-Erklärung.
Tussen 'Adieu....'....en 'Locus ist' (Foto=componist Bruckner) lag een hemelsbreed verschil, en dat maakt de consumptie van een 'artistieke' voorgerecht qua presentatie 'iets' anders.
Als dirigent ga je met 'mensen' om...dat is op zichzelf reeds een heel voorrecht,
het levert U een Shakesperiaanse,..... 'homo-ludens'...., of Torfse vergangkelijheid op.
Achteraf is het altijd makkelijk 'praten'.
Het klonk beschaafd, gaf een stimulerende attente, wekelijkse aanwezigheid,
wij 'vertrokken' met een oorkonde van: ' je moe(s)t erbij zijn....',
Kortom, ..de afwezigen hadden ongelijk...!
Je moet geen begaafd musicus zijn om de verhouding; kwaliteit versus persoonlijke aanvaardbaarheid, te integreren binnen uw eigen 'domein'. (Kennis en als voor(-z)ganger.)
De koorkaft werd een map.
De map werd een 'classeur'.
De classeur werden classeur's!
De living-kast, met onopvallende,
jubileum-achtige sereniteit,
verborg een, zelfs aangenaam deel van het leven.
'Stof tot nadenken', ook al betrof het verdoken 'materie', sociale 'zieltjes winning',
het beleven van...het aansluiten bij...
Men (koorlid) wist dat dit tot het goede 'doel' behoorde.
Dat gaf de dirigent, binnen het koor-gebeuren, responsabiliteit...bewust van de vergankelijkheid, maar overtuigde mede-verantwoordelijkheid.
En na 25 jaar werd er een 'belijdenis' met benijdenswaardige inhoud als circulaire verdeeld.
Een onverwacht hoogtepunt in de historiek vanuit een 'eenvoudig' volk.
"We hebben dat toch weer goed gedaan...!"
Een dirigent 'renoveert' zichzelf met zelfvoldane genoegzaamheid qua kwaliteit, maar schaadt zich met kwantiteit t.o. de medebewoners. (Cfr. classeurs)
De afwerking ontbreekt.
Dit is op zichzelf geen eenvoudige 'opdracht' te meer dat hij/zij dat voor zichzelf moet uitmaken, en...liefst zonder tegenspraak.
Het 'nu' vibreert voorbij het 'denken'....het kort, onvatbare genoegen voor gevoelige (dus levende wezens) schepselen.
De 'ouverture' focust zich op een blinde aanwezigheid van,..... en 'life-'corpulentie bij een
ontvankelijkheid met melodie-ritmisch rijke 'explosie' van de dirigent.
Hoe groter de populariteit, hoe moeilijker het wordt om zich te harnassen t.o. onbeholpen medebewoners, sterker nog: t.o. een gecultiveerde,(?) gemeentelijke maatschappij.
Een koorgemeenschap heeft een tijdelijk, bij 'wijlen' Christelijke participatie, maar geen
alleen heersend 'patent'.
Het sluit aan bij...een Cultuur genootschap. (Och, wat is dit?)
'Ambassadeur' is een mooie, zelf-gedistilleerde titel en verdedigt een bezorgdheid t.o.mede-passanten. (Bewoners= koorleden)
Het ultieme uitgangspunt moet de actieveling bekoren, n.l.
waarmee ben ik 'bezig',
wat boeit me, wat overtuigd me, wat glorieert of logeert me in een collectieve uitstraling van een vreemde 'materie' zoals religie, apostelisering, de uitstraling van een Evangelie's woord en in een vereeuwigd kader van 'polyfonie'!
U bevindt zich als vreemdeling tussen al deze (talrijke meerdere) genootschappen.
Vele woorden veroorloven zich met 'poly-' een veelbelovende, servante, visuele uitstraling te profileren.
In de professionele kunstwereld is dat niet anders....
Het onderscheid zich van de gedachte, de analyse, het benaderen van....
het fictief overtuigd zijn van....en zovele andere sociale en toch met ego-overtuigingskracht verbeelde 'presentie'.
Dit is een Godsgeschenk.
Natuurlijk ontbreekt hier het gevoel van condense 'samenhorigheid'.
(Dit laatste woord, vertegenwoordigd een gevoel van horigheid en de dubbele lettergreep wat daarvoor komt..!) (Soms heeft onze vlaamse taal ook een rijk...dom.)
Hij/zij weet het wél, maar....
En Tony,.... ga je nu eens stoppen met: "Uw belachelijk gezever!".
Vermits de 'Abba' van het toekomstig Stekens koor een onderpastoor was, verdroeg ik inmenging op het vlak van liedkeuze's.
Dit kwam er niet en dit siert weerom de bescheiden 'artistieke humanist' E.H.Verhelst.
Het werd een ongeschreven 'akte' waarbij beide partijën, (Religieus en/of profaan) elkaar een meer dan betrouwbare handdruk gaven.
In de koor-literatuur is een bijbeltekst een eeuwenlange consumptie voor 'verdwaasde' componisten. (Verdwaasd= leg hen nog maar eens uit wat je, tegenwoordig als aanvaardbaar en bijgevolg uw 'ziel' als 'samensteller', componist, kunt verklaren.)
De eenvoudige polyfonie (?) 'repertoire' werd, door de koristen aanvankelijk als ..."Amaai' bestempeld, maar het gaf me een goed gevoel van...en de religie (teksten) waren voldoende aanwezig (muzikaal) om als een kunstzinnig 'leider' de verbindingsman te mogen zijn van
'de sterveling' en .....
Kortom, de mensen hadden vertrouwen in wat gebeurde en wat komen ging.
Dat mag men niet naast zich neer leggen en ..'geloof verzet bergen'.
Anno 2012 volgt men nog steeds de weg van: 'We hebben dat toch weer goed gedaan...!'
Het wordt steeds moeilijker om de vertolker (koor) te zijn van opgedragen, en steeds meer labielere religie-grondvesten.
Ieder-één maakt dit voor zichzelf uit en als bestuurslid belandt je in een 'fragiele' 'situatie' wanneer je eerlijk bent tegenover jezelf.
Misschien bieden de liedkeuze's,.. het ritmisch...het Taizé-gevoel, ....een tijdelijk onderkomen (Abri) van een verleidelijk cocon.
Het is en blijft een moment-gevoel waar responsabiliteit, verantwoordelijkheid een levenslange uitdaging is (blijft) voor de voorstaander.
Maar een lied bestaat altijd uit ritme, melodie en...tekst.
Men moet een hele 'professor' zijn om dit met een hoog schijngehalte, te benaderen, en dat is reeds het voorrecht van een aangeworven dirigent maar hij/zijzelf vertederd zichzelf in een oneerlijke machtpositie.
Indien iemand (musicus) weet hoe de 'ziel' van een vocaal, instrumentaal kunstwerk kan voleindigt worden, bevindt hij/zij zich in een 'Nostradamus' -infectie.
Dit nodigt uit tot een boeiende reflectie vanuit en vanwege de reflectoren.
(Een afstand kan nooit bepaald worden zonder de reflectie.)
En de koorleden ....zij bevonden zich, genoten van, buiten een arboretum (gelukkig of ongelukkig) een gastvrij onderkomen.
Het 'kleedje' (liedkeuze's) werd 'gepast'...en met stilzwijgende fierheid, gemodelleerd.
(Eerste Wienerconcert.)
Het koor repertorium van het R.V.-koor (1980) vertoonde een 'première'.
En dat toekomstperspectief bied mij nu een mogelijkheid om dit,
in een aparte blog te, 'universaliseren'.(M.a.w. internet.)
Tijdens een vergadering, en deze hadden een verschillende 'standplaats' bij één van de toenmalige bestuursleden, ontbrak het niet aan gastvrijheid, gezellige 'babbel', en concureerde bijna met een 'receptie'.
Wij werden de 'mannen van de nacht'...(?) en als 'slot' van een bepaalde vergadering werd ook nog gezocht naar een naam voor het volwassen koor.
Het sluitstuk van een gemoedelijke bijeenkomst, en met losse 'tongen' worden er, naast organisatorische 'besluiten' ook nog belangrijke 'zaken' verteld en 'gestemd'.
Zoals de naam voor het 'kind'...
Enfin....., gezocht is een groot woord, maar elkeen was er toch mee begaan als 'buitenechtelijk' voorbeeldig lid. (Zij hadden nog wat anders te doen.)
Ikzelf had een meer 'onverstaanbare' naam in mijn hoofd. (Latijn)
Dat zou meer 'presentatie' geven,..... maar bleef afwezig in mijn voorstel.
Eigenlijk, als ik eerlijk wil zijn, was een naam té vroeg voor een koorgemeenschap die hun diensten wilde beschikbaar stellen voor, een hoofdzakelijk kerkelijke hoogdagen.
Ik had ongelijk!
"Cantare et Sonare" had ik (o.a.) voorgesteld.
Geen schijn van kans. (Gelukkig)
Jozef De Witte stelde voor: "Laat ons iets nemen wat vlaams klinkt, bv. het ruisen van het ranke riet... iets in die'n aard..."
't Jefken had voldoende mensenkennis om naast 'Boerke 'n Haas' nog andere ankers uit te gooien en het lukte vrijwel zonder enige opositie.
En daar gingen we weer:..... "Het ruisen van het ranke riet.." ( Dixit Edmond De Block)
Natuur en ...
Aangezien mijn eigennaam gedeeltelijk in de 'brochure'voorkwam mocht ik daar persoonlijk geen bezwaar tegen hebben, maar het was wél iets anders dan dat ik mij had voorgesteld.
Zonder enig probleem werd het unaniem goedgekeurd al vond ik (onterecht) dat men hier 'licht' over ging.
Waar kom je met de naam 'Ruysscheveldekoor'?
Het moest op zijn minst een Latijnse benaming hebben, gekoppeld aan een Provinciehoofdstad of nog erger, nationale 'expositie'. (Zo dacht ik toch..)
Niets van dàt....en met zelfs geduldige aanwezigheid werd het, zonder tra-lal-la, unaniem goedgekeurd.
Er werden er hier niet veel woorden aan vuilgemaakt.
Het kind had een naam.
En..wat was ik fout!
Ik meen het, écht waar.
En mocht dit koor veranderen van naam, ik zou het levenslang betreuren.
De prille bloeiperiode kwam er pas korte tijd later, begin 1980, toen zij (kandidaat-koorleden) zich realiseerden (om mij onbeleefd uit te drukken) dat er op de kar dient gesprongen te worden.
(89 Koorleden was ooit het maximum (1989))
Het R.V.-koor had een ondersteun van de Parochie en dat was, in die tijd, hoopgevend.
En bovendien, de groep had een plaats gekregen binnen het Godshuis.
Een koor is (kan) deelgenoot, participant van een mystiek geloofs-gebeuren.
En of het nu de 'Bloemekee's', de netheid van het gebouw, de koster of de brokaat kleding van een voorganger betrof; een koor neemt (individueel-vrijblijvend) deel aan een historisch
( Evangelie's) gebeuren met inwendige, verdoken vraagtekens.
Misschien diende de verlokking van de 'religieuze polyfonie' wel voor iets.
Velen verdroegen de koorherhaling zowel ontspannend als inspannend.
Het 'volwassenkoor' groeide..... (1980) tot zover dat er gedacht werd aan de aanschaf van 'uniform'.
Dit zou toch nog meer dan alleen maar een representatieve uitstraling betekenen!
Aangezien dat er meer vrouwelijke dan mannelijke koorleden, 'lid' waren, werd dit unaniem, in besloten kring, goedgekeurd.
Een kledingsfirma uit St-Niklaas werd er bij gehaald en er werd 'her en der' gemeten.
Het 'volwassenkoor' mocht zijn start niet missen.
Maar het 'uniform' verleidde mijn muzische kennis niet.
Er werd ook een start genomen met notenleerlessen....uitsluitend voor de koorleden.
Dit was een kort leven beschoren.
'Een mooie verpakking is nog geen garantie voor de inhoud!'
In elk mensenleven gebeurt er jaarlijks 'iets' wat je bijblijft gedurende gans uw verdere leven.
Hetzij een nieuwe vriend (vriendin),... een geboorte, ...het onverwachts overlijden van een goede vriend,.... een sociale ommegang...een 'kind' dat het huis verlaat....!
Ieder van ons evalueert dat voor zichzelf.
Alhoewel ik voorbereid was op een 'ontspannings' avond' (koorherhaling) en naarmate de weken en maanden vorderden, was ik mij hiervan niet bewust welke een deelname het 'volwassenkoor' in mijn ('ons') leven in de volgende 19 jaar zou komen te betekenen.
Het gaf me een onchristelijke voldoening dat het toenmalig kerkkoor op het vallen na 'stervende' was.
Sinds meer als een decennium is er een revaluatie o.l.v. de bezielende heer Robert Van Steenland.
De broedersschool gaf ons (R.V_koor) een gastvrij onderdak (leraarslokaal) met onbeperkt gebruik van de buffetpiano en bovenbdien dook Br.Angelicus, als hij thuis was, wel eens, na de 'repetitie' in zijn kelder voor een ontstopping of in een uitzonderlijk geval ontkurking van een geestrijke drank. (Bijvoorbeeld t.g.v de geboorte van een tweeling bij grootouders; koorleden.)
Eén van de allereerste liederen die wij 'ingestudeerd' hadden was: "Alles heeft hij welgedaan.." Ik vertelde er niet bij dat dit uit een Protestants liedboek kwam... een mens moet niet alles weten want dat zou ook weer als zondig bestempeld worden.
Verder stond er een Halleluia (Haendel) op het programma, weliswaar driestemmig en de componist had het volgens Barrokaanse normen, in pracht en praal vierstemmig gecomponeerd. Het was té populair, dus schreef ik het (manueel) in C, iets wat haalbaar was...en ook al stond het dan driestemmig op mijn partituur, het klonk soms vier en vijf stemmig. (Lees vorige blogs)
Vermits ik uit het Lemmensgesticht (Mechelen) kwam, was Gregoriaans een 'must'...dus Victimae Paschali Laudes was de 'opener' voor onze eerste opluistering. (Pasen 1980)
Er klonk zowaar applaus in de kerk.
Toen de latere voorzitter (Yolanda) vroeg (november 1979) wanneer het 'volwassenkoor' zou zingen was mijn antwoord: "Met Pasen".
Dit gaf haar, naar mijn gevoel, toch een lichte uiterlijke vorm van bescheiden ontgoocheling.
(Hulst lag niet veraf...maar toch in het buitenland)
Ik schat zo dat er een 'dikke' twintig gegadigden op de eerste koorherhaling aanwezig waren en dat was méér dan het ganse 'actieve' kerkkoor samen.
Ik wil hier toch onderstrepen dat er een verschil is tussen de eerste samenkomst en de eerste daadwerkelijke koorherhaling.
De eerste samenkomst was woensdagavond 26 september 1979 met de heer en mevr. Delva, de heer en mevr. Benoit (Kemzeke) Alfred Thuy, Emma De Witte, Louisa Polfliet, Angela De Witte ( Echtgenote van de heer De Cock) Tony De Ruysscher en gastheer Honoré Verhelst. Er ontbreken twee namen die ik niet weet (maar toch een vermoeden heb) en mocht ik een poging wagen zou dit een 'tsunamie' als gevolg hebben mochten deze 'foutief' zijn!
Ik weet het niet... en had ik toen beseft welke gunstige gevolgen dit voor eigen (ook profane) Cultuur zou betekenen, ik had er gestencileerd verslag van opgesteld met de namen de twaalf 'apostelen', alhoewel niet allen dezelfde ideologie nastreefden. ('Apostelen' wel te verstaan)
Een bestuurssamenstelling... werd eenvoudig weg niet vernoemt......
In 1975 (1 mei) verdwaalden wij (Louisa en ikzelf) in Stekene.
Wij moesten weg uit de loft woning in 'de'n Doel' en hadden een huurcontract getekend met de heer Heyninck. (Eigenaar van 6 appartementen op de plaats waar vroeger Dr. Roggeman, oud burgemeester, zijn dokterspraktijk had.)
Ik was mij niet bewust dat er een zekere E.H.Verhelst, in Stekene, onderpastoor was en voelde mij bereid tot de organistieke ondersteuning (of je het ook noemen wilt) bij het pas opgericht 'Jeugdkoor van Stekene' o.l.v. Zuster Lieve Wieme.
Titularis van de zesde jaars, lagere school en toekomstige directrice.
Tussen de onderpastoor en het kerkkoor 'boterde' het een hele tijd niet meer... en hij (E.H.Verhelst) zocht naar een volwaardig alternatief hetgeen resulteerde in een 'premature' met, tot op heden, gekende gevolgen.
Het liep niet van een leiën dakje, niet eenvoudig, maar E.H.Verhelst zou zijn, zoals hijzelf mij vertelt heeft, 'zijn ziel verkocht hebben' om vernieuwing te brengen binnen de parochie.
En ik was kandidaat mee te werken aan een profane vernieuwing met in zijn achterhoofd wel, deelname aan het liturgische gebeuren.
Het heeft toch vier jaar geduurd eer er een 'borrelnootje of baby-borrel' werd georganiseerd ten huize van ' E.H.Verhelst' (26 september 1979) en dat was wel anders dan dat er de dag van vandaag wordt voorzien....?
Ik meen mij te herinneren dat, bij de geboorte van Leen De Prycker, in het moederhuis te St-Niklaas, een post-natalische compressie in de heel positieve betekenis van het woord, gelegd werd voor het toekomstig Ruysscheveldekoor.
Gloednieuwe Oma's zijn maanden vooraf weinig of niet tastbaar.
Een menopauze duurt lang,
zéér lang,
zelfs nog langer...!
Je ziet ze wel, maar vertonen weinige vorm van enige jubilerende mede genootschap als Opa wanneer het over het 'practicum' (Organisatie) gaat.
Zoals elke Opa, lijkt het mij verstandig, geen al te oppositioneel gedrag te vertonen, kwestie van de kerk in het midden te houden ook al beeft zij tegenwoordig op haar grondvesten.
In 1975 verzeilde ik (wij) terug in mijn dierbaar dorp Stekene, op de Polenlaan, maar was mij niet meer bewust van: "Moed're..., m'n mes en mijne pré...".
Het zou figuurlijk van pas komen, (en nu nog steeds....) omdat ik aan Cultuur ging meewerken.
Infiltranten waren (1975) Livingstonen. en andere Stanley's.
Al hoewel ik absoluut geen 'liefhebber' ben van het V.B. scandeerde ik met overtuiging:
"Iedereen kan zingen..." ... tot het Parochieblad toe...wat niet in dank werd afgenomen door bestuursleden.
Van participatie was geen sprake.
Vooraleer ik aan het verhaal, de 'story' van het, voor zover mij bekent, Ruysscheveldekoor begin, laat ik U, beste lezer, onverdraagzaam genieten van een recente constatering.
De geschiedenis (Stekene, maar dat geldt ook voor elk andere gemeenten) is boeiend, rijk gestoffeerd aan geografische en allerlei andere, interne 'faciliteiten'.
Prof. Torfs schreef: 'Het is het nu-maals'.
O.K.
Wat zou jij ervan denken moesten 10% van de Belgische bevolking allochtonen zijn?
Wat zou jij ervan denken moesten 10% van de vlamingen allochtonen zijn?
Wat zou jij ervan denken moesten 10% van de geïnfiltreerde Stekenaars een meer dan invloedrijk impact hebben op het cultureel gebeuren van uw eigen gemeente?
Men hoort en leest 'her en der' dat infiltranten zich moeten aanpassen aan de (plaatselijke) cultuur. (?)
Ik heb mij bezonnen (retraite, maar dit woord verliest zijn vreemde klankvorming, verstaanbaarheid, en nog meer kont(r)actuele confrontatie) eer ik dit op het internet ging publiceren.
Je wordt (of bent) opstandig (hetgeen ons nu gelukkig overkomt op nationaal vlak)
Dan ga je met 'Conincklijke en Breydeliaanse' vestigingen, uw eigen volk verdedigen.
Mensen uit uw onmiddellijke omgeving, (Stekenaars) die iets opgebouwd hebben maar door 'immigranten' weinig waardering, en ik druk me bescheiden uit, liefst zouden gehad hebben dat 'deze oudjes' verdwaalden, en nog het liefst van al, ver buiten Stekene.
Het Cultuurbudget was steeds 'op' als 'zij' hoorden vanwaar de wind kwam.
'Schild en vriend'.
Het gaf me, voor mezelf, maar voornamelijk voor mede-sympathysanten een stilzwijgend, ondragelijk gevoel van een onwaardige strijd.
Laat het niet delen door gewatteerde intellectuelen zowel voor bouwkunst, schilderkunst, beeldhouwkunst, muzische kunst en literatuur.
De sport zou ik onvergeeflijk vergeten...
Met deze.
Verdraag het (zoals een Stekenaar dat voorbeeldig doet), maar wees alert!
Voorbeelden uit de onmiddellijke omgeving (Culturele centra), St-Niklaas, Beveren, Lokeren, Bornem, Hamme.....zijn getuigen van een bloeiend maatschappelijk 'geheel'.
Het Steken's 'Cultuurcomplex' wordt weeeeeeeeeeeeeral naar de lange baan geschoven!
Waarom Stekene(al jaren) niet?
Heerst hier nog een verzwijgende, na jaren en dus niet onkreukbaar verzwakt amnestie-proces of... moet het 'recht' zegevieren?
Och.... elk dorp of parochie heeft zo zijn unieke populatie met het liefst 'vers van de pers', proclamatie.
De Burgemeester....de pastoor....de notaris....de smid....de schrijnwerker...de coiffeur...de loodgieter en ik vergeet talrijke andere, rasechte Stekense 'autochtonen'.
Sommige van hen zijn onvindbaar geworden, oftewel betaald ge u 'blauw'.
Het (St-Hubert) café was een ontmoetingsplaats van 't Sjefken', (van de klakke's), 'Omér' (van de'n boon) Ward'sen van ('t gemeentenhuis), de altijd schalkse Coo (uit de 'stousiestraete' met zijn onafscheidelijke Matiel), 'Lijn' (als eeuwige vrijgezel),
Kamiel (Van Looy als een brave logementair), Jerom, (een gescheiden, met allochtone uitstraling was, voor een korte periode onze voorbeeldige logementariër), Dorsan (Merckx) die ik eeuwig dankbaar blijf omwille van zijn 'klak'. (Ommegang in ons café toen ik 'La Paloma' op 'unieke wijze' (?) vertolkte op mijn veel te grote accordeon.)
en ook, een franstalige familie (polenlaan) die enkele malen per jaar, ('s zondagsavonds) als eindstation, ons café 'binnen sprongen'
en 'Wardsjen' (een andere) die, met zijn kwakkel vehikel,de kasseistenen van de Polenlaan trachtte te niveleren na een ongecontroleerde vlucht vanuit ....en talrijke 'pintjes'.
Tussen 'pot en pint' heeft, deze mijnheer, uitspraken gedaan die amper een halve eeuw later 'realisme' zijn geworden en wat men toen beschouwde als 'café-praat'.
"De ingenieurs zullen met een 'overal' gaan werken en
De zwarten zullen ons nog komen beschaven....!" (1955?)
Ik vermoed dat 'Wardsjen' amper zijn lagere school heeft uitgedaan....en misschien daarom was het zo'n mooi mens?
Ieder van elk had toch zijn voorkeur...en elke café-baas, rond de marktplaats had daar geen minste problemen mee.
Hij/zij verdroeg dit met, toch misschien wel ingehouden popularisme, maar zeker niet met verbale arrogantie.
Na de visualisatie van de inhoud van de 'vitrine' (T.V.) moest ik voorbij de tabakswinkel van Blanche Selis.
Haar echtgenoot, Ernest De Paepe,was één van de eerste fans en actieveling van het Ruysscheveldekoor.
"Tonneken, gaot ies om een paksken toebak nr.7" en telkens opnieuw had ik zin om er aan toe te voegen: "....en een pakske'n Nordpol...?"
Maar dat deed je niet...
14 Jaar jong en bovendien....je zou het eens moeten riskeren.
Indien het zou uitkomen, was ik 'de nagel van hun doodskist...'!
(Dé tegenhanger van Belga, Michel, Zemir, en het latere Bastos....)
Dit waren sigaretten (Nordpol) die een 'koude' smaak in hielden en kosten maar 7 fr. voor 12 sigaretten.
Het werd tijd dat wij ons, in beschaafde concurentie met de medebewoners, ook een T.V. gingen ' aanschaffen.
We bleven kijken tot het testbeeld verscheen.
(Bijlage)
Een luxe wat ik eigenlijk niet beseft heb.
Poppe-Van Esbroeck, (St-Niklaas) was onze 'leverancier' voor wat betreft elektriciteit, hoe bescheiden de aanvraag ook bleek..maar er was % korting.
Wij kenden nog meerdere kortings-bonnen, nl. op auto's.
Sammels-Van Damme, eveneens uit St-Niklaas, verkocht Chevrolets en dat was een kolfje naar de hand van Oscar...en Anna.
Enige tijd later(?) stond er een (flinke occasie) Chevrolet-Belair voor de deur aan de polenlaan nr 6.
Daarmee kon Oscar concureren met de Amerikanse 'sleeën' van 'Gust Siki', 'Mon Teirbrood' en 'Lady Weyn' en Oscar werd prompt opgenomen in het taxi-bedrijf van de plaatselijke 'vervoersmaatschappij'. (Als reserve bij eventuele 'chique' huwelijks ceremonieën)
Weerom, om de boze geesten te verjagen en 't zal nodig zijn want...
't is een huwelijksmis!
Eventjes terug naar 1956. (Voor hen die het interesseert, anders..ga naar de volgende pagina)
Naast de'n Anker (richting en in de dorpstraat) bevond zich een klein bruin huisje dat later gekocht werd door Apother Laekeman die een praktijk had in de 'stousiestraote'.
Daarnaast woonde (sinds 1952) 'Stiene De Klootere' (Bloeiende beenhouwerij) en weer daarnaast 'Lady's.
Daarnaast een ruime textielwinkel van de fam. Van Den Broecke, dan de coiffeur waar ik één maal gegaan ben omwille van de haar-water-bek-golven t.g.v. mijn plechtige communie. (Prachtig)
Daarnaast (het lijkt wel of ik en journalist ben die telkens en ontzettend veel 'euh..' uitkraamt zonder het zelf te beseffen en toch aan de VRT is binnengeraakt.
Ik hoop dat je er niet op gaat 'letten' want dan wordt het frustrerend)
een tandarts.... en dan Clement De Tragzenies.. de 'maker' van ons eerste embleem van het Ruysscheveldekoor.
Zo heeft elk huisje zijn...!
Als je naar de overkant van de dorpstraat ging, en uw jeugdig zieltje een 'carte-blanche' gaf, kwam je voor de moderne 'vitrine' van de Maerschalck terecht.
Voordien kort bewoond door de fotograaf Van Vossel die uit de richting Polenlaan nr.16 kwam.
Ik herinner het me nog omdat...ik ging 'spelen' bij Ferry.
Hij bezat ontelbare 'metalen' 'oprol-assen', waarop een fotorolletje circuleerde.
Het was welkom 'afschietpunt' met en voor de 'laveurs'.
Maar Ferry was wel iets te oud om te concureren met een 'begenadigd' 'laveurist' als ik.
Hij is later in de 'kunst' verzeild geraakt.
Er stond één T.V. die 'actuele' beelden liet zien van bv.
'Corky de circusjongen..' of 'Car 54, where are you...' met Maldoon in de hoofdrol,
of het prachtige feuilleton; 'Lassie'. (Enkel de zondagavond en dit zonder reclame)
'Schipper naast Mathilde' was zo populair dat het een, in de hand meegenomen mondeling certificaat boodt om 'rijke' geburen (T.V.Toestel) een bezoek te brengen , alhoewel dit in die jaren, absoluut niet nodig was.
De Priesters.... (Of hoe je dat tegenwoordig ook noemt.)
De zesurenmis, de zevenurenmis, het populaire 'achtsen' en natuurlijk de hoogmis.
De 'ellenlange' vespers van 14u (en nadien nog het priesteruurgebed), was geen verplichting, behalve bij de Chiro.(Als je bv. bij de knapen of kerels of...of...ingelijfd waart.)
Maar het dik anderhalf uurtje na een ceremoniële optocht naar en van de kerk, verdroegen uw knieën uiterlijke tekenen van christelijke boetedoening.
Na ' 't achtsjen' (zondag) laveerden die 'rijke' landbouwers, die zo maar met de fiets vanuit de zeshoek, wildernis, de'n berg en de 'barlabuize' kwamen, rechtstreeks naar hun kaart-club-huis.
Een pintje, kaarten en ...hun Roskopf. (Zakhorloge) en ook een beetje 'saleuren'..
Ook dit was een wekelijks ceremonieël.
Gezusters Nobels, De'n Anker, De'n Belle-Vue,bij 'de Ruisers' en enkele andere.
Ik kan mij voorstellen dat deze gedachte een 'christelijke zuurstof' betekende, tijdens
het Eucharistische gebeuren van de wekelijkse zondagsmis.
De Pastoor wist het wél, gaf een flamboyante, naar katholieke normen, impressionante inhoudelijk en verbale indruk en beloofde een eeuwigdurende genootschap in het rijk de hemelen.
Dit zou de 'bewoners' opnieuw tot nadenken stemmen (was dit niet zondig?) en een lidmaatschap van kandidaat zalig-verklaring.
De pastoor en onderpastoors 'kenden' er wat van.....!
Wat mij, als kind opviel was, dat zij (kaarters) elke 'keer' de kaarten (32) telden.
Zij verkozen 'ne'n oude bat kaorten' omdat de volledigheid een normaliteit was en....
zij wisten wel waar er 'bij een haas' een hoekje van was...of..of..
Waarom.
Nieuwe kaarten (gekregen van de 'brourije') bood voor mezelf, als overtuigde 'cyclist',
een geluids-motorieke flap tussen de spaken van mijn tweewieler en ons Moeder miste weeral twee 'toespellen'. (Wasknijpers).
Ik ging dat natuurlijk niet in het 'Parochieblad' zetten.
Onlangs was ik (wij) gastheer van een onverwachts bezoekje.
Er werd voornamelijk over 'mobiliteit' gesproken en.... gekeken!
Ik probeerde mij, met een fictief gevoel van ouderdomsdeken binnen het gezelschap, 'erkentelijk' te maken met de uitspraak:
Ik zeg wat ik weet. (Mobiliteit)
Ik weet wat ik zeg. (Kunst)
En boog daarna onopvallend het hoofd.
De 'materie' (motoriek) bood mij absoluut geen kans om als 'volwaardig' gesprekspartner deel te nemen, maar mijn leeftijd gaf mij een verzuilde, (cfr.Gotiek) stevige, tevens humane ondersteuning om een kort 'gesprek' met de illusie van: 'aangenaam' te laten verlopen.
Zonder opvallende, en als muzikant, weinig bezittelijke merknamen als zijnde;
Wartburg, Renault, Buick, Dodge, Arrabella, 'Kever', Chevrolet, Ford..had ik weinig impact als overtuigend kamergenoot.
Als gastheer, gastronomeer je een tafel van tien (1x1=1) zoals dat in een 'gekregen' schriftje in de lagere school,op de achterzijde, uitgebreid te lezen was en waar 'meester' Jan niet zo gelukkig mee was.
Het 'spel 'zat op de wagen om te 'spieken' en dàt was een hele 'kunst'.
(Als het moest schreef ik hele 'cursus' op een nietig papiertje van amper 6cm. op 3cm., maar, ik ben daarvoor ook 'betrapt', dus een kei-goede opzichter.)
Tot zelfs in het middelbaar, en..wat doe je dan (leerkracht) als een meisje het 'antwoord' langszij een Schotse rok, dit op haar billen geschreven had??
Shakespeare schreef het reeds lang geleden....en ik was nog niet vast-benoemd...!
Het geeft hen (bezoekers) een 'goed gevoel' van gastvrijheid t.o.de gastheer.
Het gesprek verleid zich in de richting van de 'spiritualiteit' van de genodigde en jijzelf vertikt het om een zijsprong te maken naar een werelds- of ander boeiend 'onderwerp'.
In maart 1973 kwam de aimable en door de leerlingen gerespecteerde zuster Elisa (Klastitularis van de 'vierde's ((Imelda-instituut)) en 'facteur' van de Ursulinen van Antwerpen-Linker-Oever.) aanbellen aan de Kersenlaan nr 5 op St-Anneken met een aanbod van 14 lesuren.
Beter bekend als de 'Plage' van Antwerpen.
De straat stond niet eens vermeld op de straatenkaart van Linker-Oever-Antwerpen.
Hoe ik daar verzeild geraakt ben, ga ik U, beste lezer besparen.
Dit zou weeral en aanslag betekenen op mijn 'zieleken' van maagdelijke vergangkelijkheid maar ik heb een allibi:
'Maria-Onbevlekt-Ontvangen'. (Instituut.)....
en leg dat maar uit aan uw....... kleinkinderen...!
Oscar (De Ruysscher) (Mechanieker- smid en waar het niet meer lukte ..vond men Oscar.) sprak, in zijn uitzonderlijke Christelijke uitlatingen over 'kurdzeué', maar dan als gevolg van een uitzonderlijk verkeerde 'hamerslag' op het aambeeld en niet zo zeer bedoeld als promotie voor mijn toekomstige (lager) middelbare school in de kerkstraat met uitsluitend beroepsonderwijs.
Ik ging de wereld veranderen...... (!!!!)
Ja.....ja.....een kale reis.
O.L.Vrouw-boodschap-instituut, (Perustraat nr.4-6 Luchtbal Antwerpen en behoudt tevens mijn mooiste herinnering) Stella-Maris, (Kalmthout) en nu het Imelda-Instituut,...(Linker-Oever-Antwerpen.) op nog geen 500m van 'mijn' deur. (Oscar De Gruyterlaan 4)
(Als aanvulling van mijn uurrooster nog één maand in het Provinciaal instituut voor banketbakkers, slagers en hoteliers aan het PIVA, korte Van Peltstraat, Antwerpen.)
Het mooiste moment was steeds de zaterdagmiddag, 1215u.
In die tijd werden er, de zaterdagvoormiddag, nog lessen gegeven.
De Noorderlaan was vrij van verkeer, en de collega's (Zaterdagvoormiddag) waren meer dan gemoedelijke mensen.
Enkel voor wie in het 'beroepsonderwijs' 'zat'.. en weet je...
'De week zat er op'.
En toch was ik blij dat het maandagmorgen werd, niet tegen staande de acht lesuren.
Als 'jongeling' en gewezen samenwonende, vertoefde je in een (1973) zondige 'situatie' dewelke zeker niet kenbaar mocht gemaakt worden aan de 'werkgever'!
Ik zou 'stante pede' mijn C4 formulier ontvangen hebben met onoverzichtelijke gevolgen van dien.
En toch...
En toch was er iemand die mijn latere leven zou richting geven.
Omér.
Mevr. Yolanda Ruelens (uit Stekene) was leerkracht in het ASO, niet wetende dat dàt mijn gewezen collega was en nog veel minder, de motor van het latere Ruysscheveldekoor zou worden.
Zij was net 'vertrokken' toen ik mij aanmeldde bij Zuster Josepha in het TSO
Zij (Zuster-directrice) toonde mij het klaslokaal voor Muzisch vorming én Estheticaleer
Boven de deur stond 'Muizeklas'.
De leerlingen hadden dit, met intellectuele nauwkeurigheid, gesaboteerd.
Zij (?) was er blijkbaar door verveeld omdat het eigenlijk muziek klas moest zijn.
Het was een 'catacombe'- klas, maar dat was het minst van mijn zorgen of toekomstige problemen.
Elk mens heeft zo zijn eigen levensverhaal.
"Ik kan er een boek over schrijven..." is een vaak gehoord (vroeger toch) met talrijke pagina's gevuld compendium.
Rond de marktplaats van Stekene gebeurde altijd wel wat!
Bij 'Masta Zies'...
Dàt was mijn bescheiden winkeltje.
Toen ik vlees was gaan halen bij Maria Van Remoortele, (Later De Pelgrim) botste ik vooreerst op een groot 'plakaat' aan de zijgevel van het huis van 'Mieken Leer'.
(Zie foto) en moest dan 'paseren' voor bij de 'vitrine' van Diane.
'Neuzen', 'doctoorke's', (zéér pikante kleine snoepjes) 'hosties', 'lekstokken', 'slappen', 'ne'n beenhouwer' 'babbeluten', 'Arabier-ballekes', 'zwarte rekkers', tot 'kaliesenhout' toe.
Soms was het een pijniging er te moeten voorbij gaan met 'nouga-bollen' (figuurlijk) in mijn hand.
Bij de gezusters Nobels had Dr.Roggeman zijn wekelijkse 'consultatie', en zowel bij 'Beir' (coiffeur) als in de'n Anker was er steeds leven in de brouwerij.
Het kortste hoofdstuk uit een boek van Prof. Rik Torfs is hoofdstuk 14 (Het toevallige veelvoud van zeven) eindigt met: 'Als God een vrouw was...!
Een doordenkertje. (Zoals we dat bij Proffen gewoon geraken en er toch niet genoeg van krijgen.)
Wanneer zelfs mijn 'fiets' zich langs de oude spoorwegbedding, vanuit de bormte naar de brugstraat laat 'vlinderen', 'flaneren', geniet de 'opzitter' (men heeft ook nog een bijzitter,.... maar dat komt nog) van een passage voorbij het 'Zomerhuis'.
En dan....!
Het Doel heiligt de middelen, maar dit denkbeeld past niet meer in het (zijn) huidig actueel perspectief.
Een musicus heeft weinig aantrekkelijke eigenschappen, is apart (daarom is hij of denkt hij/zij het warm water uitgevonden te hebben....enz..enz..)
Ik genoot ...en Leonardo da Vinci had het nooit beter kunnen tekenen of Monet niet beter kunnen schilderen dan dat ik dit met mijn eigen ogen, 'life' had (heb) kunnen aanschouwen. (Fietstrip naar 'de brugge'.)
Bij Staf Robijn bracht men wel 'constateurs' binnen en 'de'n Baans' (Bauwens) reed er, wekelijks, met volgeladen 'keeven' vanuit de'n oprit van Staf Robijn (polenlaan) richting Frankrijk wat ik eigenlijk nooit begrepen heb.
Naast café St-Hubert ('kaar de ruisrere') woonde een duivenmelker...., peetsjen Smedt.
Ik zie hem nog zitten, kijkende van op zijn bescheiden zitbankje voor zijn eigenste en geheiligd duivenhok, naar de'n nok van de 'brigadier', (huis in de stousiestraote) want dat was 'schijnbaar' voor de duiven, een luxueuse korte aanvliegroute naar het 'platform' van een zalig, fictief 'weduwschap' een onverwachtse thuiskomst, .............en daar doe je wat voor.
Duiven zijn een special ras...geen intellectueel 'mens' kan bij benadering 'verklaren' hoe zij (duiven) er toe komen honderden kilometers afstand af te leggen zonder richting's aanwijzers.
In 'vogelvlucht' vroeg een verdwaasde buurtbewoner.....?
Evenals de liturgische koorzang verstuift in een moderne maatschappij, zo is het ook met bv. een andere maatschappij: de duivensport.
Een duif met een maretak in zijn bekje symboliseert de vrede!
Men kan het niet prachtiger bedenken.
Het blijft boeiend wie ermee begaan is, maar vertoeft in een 'stadium' van 'eigenzinnige' overtuigde en bovendien jaloerse medebewoners.
Sport en Cultuur.
Och, ik ging graag vissen...en dat is ook een sport.
(Dacht ik toch...maar mijn echtgenote is het daar niet mee eens.)
Duiven vragen er niet om,.
Zij doen het ...
Onze langharige Angora-kat 'Larius' bekeek het vanuit onze zeer oude 'perelaar' en daar was peetsjen Smedt niet gelukkig mee....
Hij 'trok' nog eens aan zijn, met grove Semois gevuld houten pijpje, (zonder filter)
maar op het 'moment' dat de duiven 'gingen vallen', ( na een vlucht vanuit Quievrain,...... je zou voor minder) gaf hij een ingehouden maar toch onheilspellende, stilzwijgende 'verklaring' af tegen over één ieder die in de onmiddellijke nabijheid durfde te komen ...:
" Ze hebben goe gevloogen..."!
of "Da's hier geen duivenkot...!" (Stekens gezegde) terwijl hij er dagelijks in zit.
Een échte duivenmelker laat zich niet 'keven'.
(Het duivenlokaal van Staf Robijn is later verhuisd naar 'de'n Belle-Vue'.)
Als je met opvallende bescheidenheid door 'de'n blauw wegel' fietste en de 'Bormte' overstak, kwam je terecht in een maagdelijke oase van 'verderf'.
(zei ne'n 'onderpaster' vijftig jaar geleden.)
Prachtig dat onze 'lieven' Heer dit zwembad én zijn bezoekers tot zijn 'kunstwerk' heeft verheven.
En nogmaals...een 'creator' heeft toch graag dat je aan zijn 'kunstwerk' niet voorbijloopt zonder één blik....? (Cfr. De Sixtijnse kapel in Rome...(?))
Het zou een 'blamage' zijn voor het 'gecreeërde',.... het model en de 'creator'.
(Een blikje...dat was toen nog niet in, anders vond je deze wel...Cola, Ice-thea, 7-up, Sprite..maar bestond wèl in de vooral 'Katholieke' opdrachtgevers uit een 'grijs verleden en wat wij 'nu' plaatsen in een uniek kunstpatrimonium.)
Hoeveel 'kunstenaars, ( Beeldhouwers, schilders, literatuur, muzische kunst, hebben of hadden een levenslange betrachting dit 'fenomeen' ((Vrouw))te 'boetseren'?)
Zij 'slagen' (Slaagden) er niet in.
Daarvoor is een vrouw te uniek en laat zich niet verleiden door...en gebruik maken van.
Gelukkig.
Een weldaad of suïcidaal, ongecontroleerd moment, een gevoel van masculair, illusionaire machtswellust of misbruik.
Hét niet te overwinnen en bijgevolg ontgoochelde, steeds opnieuwe opstanding.
Het houdt ons, homo sapiens, ludens of weet ik wat, in leven..... of wat wij denken wat leven is.
Een semi-rotonde bood een uitweg naar de 'Brugge'.maar...je moest even 'passeren' voorbij het 'Zomerhuis'.
Je deed dat met jeugdige, schijnheilige galante overtuiging...in de hoop dat niemand het zou zien en zéker niet jouw 'klasbewoners' of nog vervelender..(als 12 jarige) jouw lief.
Ik reed naar mijn 'vriend' die woonde op de 'Brugge', en was mij niet bewust welk, ongevraagde maar tevens aangename gevolgen dit in mijn verdere leven zou betekenen.
Als je, met jouw fiets, (Indien je de eigenaar was en bijgevolg een bevoorrechtte jongeling waart en er één had) (1957) in de 'stousiestraote' fietste, kon je, in deze bekende straat op 't einde, helemaal rechts inslaan richting 'de bormte'.
Je moest dan wel enkele 'spiegels' passeren die aan de vensterbanken,
met geoxideerd naturalisme hun stevigheid bevestigden. (Roest)
Het was een restant van brave 'bourgogne'-bewoners.
'De'n blauw'n wegel' had twee gezichten... links en rechts.
Voor mij een héél verschil.
Als je links reed, moest je nog over de spoorwegwegel.
(Richting nieuwstraat t.o. Van Camp)
Als je rechts reed, ging het richting Bormte, langszij de 'spoor-rails'.
De uitnodiging van het 'fietspad' lag voor de hand en als je de Bormte 'overstak'....
'Blauw'n wegel naar Zomerhuis' kon je als puber, regelrecht naar de'n biechtstoel voor al dat 'bloot vlees'...waar je onbewust, met een onverstaanbare kinderlijke drang, naar zocht! (Zomerhuis)
Ik plaatste' mijn' fiets naast en aan de betonnen platen van het 'zwembad' want het inkomgeld (20fr.) dat kon 'de'n bruinen niet trekken'!
Van op mijn 'fietsbuize', geplaveid tegen de betonplaten en tussen de struiken, (Deze betonplaten waren té hoog maar, staande vanop mijn 'fietsbuize' kon ik toch met enige christelijke ongerustheid, die 'mannen' zien liggen 'bruinen' op het grasveld in de onmiddellijke nabijheid van al dat mooie Gods-geschapene.
En 'Fons' Wouters, de jarenlange redder van dienst,.................... kon zich wel laten vervangen door één van deze 'heren'.
'Awél, ik had ook graag 'redder' willen worden.
't Waren altijd dezelfde die van een 'prévilége' genoten.
En ik maar 'zagen' aan de stukjes ijzer voor het voetbalplein 'Dr.Roggeman...'
Van de Bormte naar 't Zomerhuis (langs de spoorbaan) was er één ding wat mij opviel:
'De bladeren van de bomen' 'acteerden' op naturalistische wijze.
De bomen vertoonden een 'striptease' landschap en het vogelnest werd zichtbaar.
Ze (bladeren) vielen af, niet bewust dat dit een onherstelbare tsunami zou teweeg brengen binnen het 'menselijk' bestaan.
Als god mijn broer zou zijn, was ik beschaamd.
Maar verdorie....dat 'iets' is toch maar mijn toevluchtsoord......!
Het nieuwe voetbalplein moest een uitstraling hebben alvorens je één stap op het terrein zette. Het moest de 'vijand' de illusie geven dat ook 'Di Stefano en Pouskas' hier gespeeld hadden.
Aan Oscar werd de opdracht gegeven een soort 'arc de triomf' te smeden met vermelding van 'Roggeman'.
Of dat deze laatste ooit gevoetbald of gefietst heeft betwijfel ik sterk.
(Deze week, altijd de eerste donderdag na de grote kermis is er de wielerwedstrijd voor beroepsrenners: grote prijs Dr.Eugeen Roggeman. en deze 'sportactiviteit geniet nog steeds een ruime belangstelling.)
Hoeveel stukjes ijzer ik heb moeten doorzagen om bv. de eigennaam Roggeman samengesteld te krijgen...het hield niet op en ..........naast ons waren ze volop aan't 'beizen'.
Het plein zelf moest ook nog omheind worden met stevige buizen van '14' en moesten bovendien ook nog 'gereumiend' worden.
Op het voetveld bracht ik mijn mooiste tijd van mijn jeugd door, maar de 'corsetterie' was er teveel aan.
'Mon De Block' kwam af en toe eens langs toen Oscar 'bezig' was met zijn 'kunstwerk'.
Het eerste wat 'Mon' zei was altijd: "Ho, het ruisen van het ranke riet...!
Hij deed met een onnavolgbaar elan, zoals ik dat later zou ervaren wanneer hij, van op de 'kansel' van het gemeentehuis, op 11 november, zijn jaarlijkse speech gaf waar elkeen kippenvel van kreeg en de gesneuvelde soldaten het zeker moeten gehoord hebben.
Pas toen heb ik pas begrepen welk een unieke fan 'Edmond' voor het Ruysscheveldekoor wel was.
Langs de 'stousiestraote' kon je zowel een fietsbinnenbaantje kiezen naar de 'nuustraote' of/en de bormte!
Naast schrijnwerkerij Dias, was er een onopvallend fietswegeltje die u leidde met een toch niet al te korte 'weg' naar hoger vermelde straat.
Via de achtergelegen tuintjes van plaatselijke bewoners van de 'stasiestraote' en gronden van de familie Van Hoye, kwam je toch terecht op de plaats van bestemming.
Je reed wel in een 'U-vorm' en moest, en dat was het enige boeiende, acrobatische 'toeren' uithalen om op een breedte van 30 cm.niet ongevraagd kennis te maken en uw neus niet te steken (letterlijk) in de weelderig 'bloeiende' 'graszooiën'!
Aan de fietssporen zag je, dat van dit 'wegeltje weinig gebruik werd gemaakt.
Misschien lag het aan het gevoel dat je iemands anders 'hof' opreed en dat dàt een onaangenaam gevoel gaf....?
De gedachte van mezelf was: er waren wél grachten met talrijke 'puilonkjes'...maar er zaten geen stekelbaarsjes in ...........
Mijn fiets, gekozen uit onze 'fietsparking', gaf me een illusionair gevoel van macht.
De gevolgen draag ik nog steeds in mijn schedel...!
Maar, ondertussen passeerde ik de 'wegel' naar het nieuwe voetbalplein.
Het 'patattenveld' op de 'Brugge' heb ik nog weten liggen....waar 'Nandje', een legendarische verdediger was.
Samen met een jonge 't Jefken Dullaert, één van mijn top favorieten.
Het nieuwe voetbalterrein gaf voor mezelf weinig kans om mijn speelse kindsheid in mijn onmiddellijke omgeving te verifiëren.
De 'stousiestraote' is altijd een aparte straat geweest!
Mooi volk...met enkele mooie woningen o.a. Robert Van Schoote.
Er werd, naar ik mij herinner, op het 'pancier', met intellectuele en soms luidruchtig enthousiasme, gekaart...
Het 'plancier' diende voor mezelf enkel om te 'laveuren' en...
ik moet zeggen; ik kon mijn mannetje staan.
De brandweer, drie schrijnwerkers, douanekantoor, tabakswinkel, 'hoog' volk,
het nieuwe voetbalplein: 'Dr Roggeman', vier café's, (einde jaren vijftig) een velodroom wat Stekense geschiedenis heeft geschreven met o.a. Dorsan Merckx.
Ik ben deze man zéér dankbaar.
Het was hij die telkens met zijn 'klak', in ons café rond ging wanneer ik op gehoopt aandringen van mijn Vader, mijn accordeon mocht bovenhalen en met overtuigd enthousiasme: 'Veel bittere tranen' van Tante Leen 'vertolkte'.
De geldelijke inhoud was net niet genoeg om een boek van 'Bessy' te kopen, ook al was dat net iets 'goedkoper' dan 'Suske en Wiske'.
Zeker niet vergeten 'Het Station' waar een stoomlokomotief één keer per dag nog 'passeerde'.
Ik zie het nog voor m'n ogen....
Ik had schrik van zo'n log gevaarte en bovendien, het stoorde mijn aangeboren hobby 'vissen' aan de gracht die er onder de spoorlijn liep. (Nieuwstraat)
Met een borstelsteel, een garendraad, een 'stopsel van verloren wijnfles en een weliswaar echt vishaakje, hengelde ik, tevergeefs naar stekelbaarsjes...!
In de bormte was het te druk bevolkt met hengelaars en hun afgedankte, met gaten geborduurde emmer.
Maar langs de spoorwegbedding, van de nieuwstraat naar Kemzeke had ik mijn 'stek' gevonden en kreeg altijd begeleiding van een hoog in de lucht 'zingende' leeuwerik.
Hoe dan ook, ik was mij reeds bewust dat dit beeld.
Geen Zichemse maar een echt Stekens ervaring, geprent in mijn, toch al zo onschuldig 'zieltje'.
Ik had altijd een vooraf bereidde, lege limonadefles uit ons café, geprepareerd met 'kaliesenhoutsap'.
Lekker smaakte dat niet maar het was 'in'... en soms al opgedronken vooraleer ik voorbij de hoving van de familie Verwilligen liep.
In 1975 ben ik daar nog vaak terug gaan wandelen, maar de hoving was nu gedrapeerd door keurig gewassen en in de zon te drogen truitjes waarmee je een volledige (jeugd-) voetbalploeg kon samenstellen.
De periode 1979-1989 kende een omvangrijke, benevens adolescente toegang tot verenigde uniformiteit en verkondigde zijn plaatselijk bestaan.
Niet altijd in dank afgenomen, daarom was het te popularistisch geworden. (Gemeente-beschaving)
Het verkondigde voor anti-patieke partijgenoten een labyrint van ondoordringbaar en tevens onaantastbaar bestaan van een onverwachte 'kerkelijke inmenging'.
Men nam deel aan...bijgevolg 'soutane'-opdracht van deelgenoot.
(Merk het laatste deelwoord: 'noot' op!)
Zéér zeker niet!
Dit werd gepropageerd door en ter gelegenheid van o.a. een 15 jarig 'jubileum'.
Ook 15 jaar werd, met de nodige (liturgische) glans, becommentarieerd door de aanwezigheid van broeder-en zuster zang-college's.
Klik op bijlage voor de maandelijkse gastkoren-presentatie (1994) in het kadervan een Eucharistische opluistering.
De kerk bezat toen nog een verdwaasde onfeilbaarheid, een module van volgzaamheid. Gelukkig is er nu, pas na zoveel eeuwen een wijziging in gekomen en...voelen wij ons daar nu beter door?
Ik vrees van niet want onze gevouwen handen vertoeven in een 'menselijk' circuït van vraagstelling en moesten wij het antwoord weten....!
Ik ben Tony De Ruysscher, en gebruik soms ook wel de schuilnaam TDR.
Ik ben een man en woon in 9190 Stekene (België) en mijn beroep is gepensioneerd..
Ik ben geboren op 30/06/1947 en ben nu dus 77 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Klassieke muziek, religie, moraal-filosofie, en ....mailtjes ontvangen! (Maar ook doorsturen!?).
Wij hebben drie zonen, en twee kleinkinderen.
Tony De Ruysscher is overleden op 28sept 2018 in huiselijke kring.