A-post-fiorie. (Maar dat is grasduinen in de geschiedenis, logisch en met overtuigende wilskracht kreeg deze 'betekenis' een aparte invloed op ons studentenleven.)
100 Jaar na het 'overlijden' van de onvergaanbare 'Titanic',
blijven wij ons vragen stellen over de bv. 'kracht'.
En wie zich vragen stelt... 'leeft'.
Het 'serum' geniet van levende 'bedrijvigheid'.
En, ...niet altijd een eenvoudige opdracht...!
Wij verblijven in een steeds particuliere, overtuigende 'zelfstandigheid'.
Begrepen worden is een 'soort' van 'participatie' binnen een anticipatie of
m.a.w. een gedachten contra-dictie, (geluid en verbale huiselijke conceptie)
die een jeugdige overtuigd, uitnodigt tot Christelijke samenhorigheid...of wat?
Met een regenboog verblijft ieder van ons in een 'nalatenschap'. (Kinderen)
Na-denken is een vergif van het 'denken'.
Niemand ontkomt eraan.
En 'morgen' bezorgd ons een 'kwetsbare' 'toestand' van het heden.
Denken is een 'ziekte', maar niemand van ons ontkomt eraan,
en...dan stellen wij ons vragen.
Foto: Jean-Paul Sartre.
1905-1980.
En morgen, woensdag 26 september, is er een jarige.
Elke man vindt (vond) wel een verdwaalde reden om zijn uithuizigheid te argumenteren.
Alleen, het werd niet altijd begrepen door de vrouw des huizes.
In de 21ste eeuw zitten de 'stekkers' anders.
Een normale evolutie t.o. eeuwen geleden. (Emancipatie)
Laat ons hopen dat de vrouw, weldra ook volwaardige zegkracht krijgt in het priesterlijk ambt, en hen niet nodeloos laat wachten op erkenning binnen dat ondoordringbaar rode en paarse domein van clerusen.
Gaston ,die afgelopen jaar een levenstransformatie had meegemaakt bij het overlijden van Mieke'n, dacht na.
"Als ik mijn geloof niet zou hebben zou ik alles 'ne schup' geven, dan heeft niets maar dan ook niets nog zin.
'k Heb een rotsvast eigen geloof en daar dank ik God voor.
Dat ik iets zal meemaken dat boven elke menselijk denken staat is mijn geloof, maar het heeft geen zin ons dit te trachten voor te stellen.
We zullen elkaar niet zien met onze ogen noch horen met onze oren of voelen met onze handen, geen zins, maar weten dat jij het bent....met onze geest.
Het menselijk lijden dat over-lijden heen is."
De periode dat ik Gaston bezocht lag tussen kerst-en nieuwjaar.
Rondtrekkende kinderen wisten dat zij, bij het zingen van een kerst liedje, bij Mieke'n altijd wel een 'centje' kregen en toen der tijd zij nog de winkel runde op een ' bolleken gekapt' konden rekenen.
Gaston had in deze donkere dagen, de moed niet meer om de voordeur te openen voor de zangertjes.
De herinnering van vroeger was te groot en te emotioneel.
Hij heeft het nooit geuit, maar was altijd diep gelukkig dat Mieke'n zo goedhartig was tegen over de kinderen....een beetje alsof elk kind hun kind zou kunnen zijn.
In het dorp had men de indruk dat Mieke'n hartelijker en socialer was dan Gaston, maar een uiterlijk 'bazige' man heeft dikwijls een hart van 'koekebrood'...
zonder veel woorden...en dat heb ik ook bij Gaston ervaren.
Gaston woont momenteel in een privé-bejaardentehuis en bij mijn laatste contact zei hij mij:
"'k Hoop dat onze'n lieve heer mij vlug komt halen....da'k rap bij ons Mieke'n ben.....".
"Toen ons Mieke'n nog leefde ging de'n telefoon nog af en toe van vrienden en kennissen ....
Nu 'belt' er niemand meer..., 't is alsof ge van de'n wereldbol verdwenen zijt.
Vriendschap da's een heilig woord en een woord van iemand is heilig als vriendschap....maar een mens wordt daar soms diep van ontgoocheld.
Ons Mieke'n had heel graag kinderen gewild.
Wij hebben daar, in stilte, diep onder geleden en méér dan geleden....,
maar, het was medisch niet verantwoord....
En om verder te gaan,... in enen bond zou ik graag mijn laatste levensjaren gesleten hebben en dat was het kerkkoor.
Ons Mieke'n moest dan haar plan wel trekken in de winkel als er een begrafenisdienst (uitvaart) was, want dan ging ik meezingen.
Sedert ik in Stekene woon was ik lid van het koor, maar... op een normale 'repetitieavond werd er ons medegedeeld dat er een herstructurering ging plaats vinden binnen de koorstemmen en ik viel er af.....
Al zeg ik het zelf; 'k was de'n beste van heel 't kerkkoor die goed zijn stem kon houden....
'k was er altijd direct mee 'weg' en bovendien, ik zong graag".
"Ja, Gaston, ik kan begrijpen dat dat pijnlijk moest geweest zijn, maar onze stem gaat toch maar een tijd mee en dan moet men begrijpen dat het beste eraf is",
reageerde ik in de wetenschap dat het weinig inhoud had.
Onmiddellijk hierna en om het onderwerp niet nog gevoeliger te maken dan dat het al was,
"Toen wij onze winkel hier begonnen, was dat 'den enen klant na den anderen'.
We verdienden goed onze'n boterham en hebben elk jaar wat opzij kunnen zetten.....en waarvoor heeft het nu eigelijk gediend....?
'k Was jarenlang stichtend of of medebestuurslid van verschillende 'bonden' hier in Stekene onmiddellijk na de'n oorlog en ...al zeg ik het zelf, de aangroei van de leden steeg behoorlijk ...maar wat ben ik er uiteindelijk mee?
'k Zit hier nu alleen met een foto en een televisie ....dag in dag uit.
Voor de rest zit ik hier tussen vier muren....en da's erg...ge zoudt er de muren van oplopen en de 'bonden', waar ge zoveel voor gedaan hebt laten u vallen gelijk ne'n steen.
Ons Mieke'n heeft vele avonden alleen gezeten omdat vergaderingen mij 'opeisten'.
Toen ons Mieke'n nog leefde besefte ik dat niet maar als ge alleen valt, begint ne'n mens te peinzen.
Ge moet dat eerst meemaken vooraleer ge daar over kunt praten.
Mijn leven is nu ook gedaan...'k wil vlug naast haar liggen op het kerkhof.
Het is een troost dat ik niet alleen ben in zo'n situatie maar een schrale troost.
Had ik dat allemaal toch maar beseft we zouden veel meer van het leven genoten hebben.
We hebben het goed gehad in de 'commercie', maar nogmaals, wat ben ik er nu mee?
'k Heb drie eigen huizen en 'k heb niets tekort alleen dat ene: af en toe een 'klapken' is goed genoeg.
We hebben spijtig genoeg geen kinderen en dat heeft Mieke'n ook gekwetst al heeft zij dat nooit laten blijken."
(Dit, beste lezer, kan ik getuigen want, kinderen gingen graag bij Mieke'n naar de winkel ...omwille van dat 'bolleken' 'gekapt'.)
Ja, ja, de'r komen hier 'amets' (soms) wel eens een weduwe binnengevallen maar da's enkel om te 'lutzen' (ondervragen) hoeveel ik, bij manier van spreken, op mijn rekening staan heb.
Gaston zat onderuit in zijn 'chesterfield'-zetel en staarde naar de foto die stond op de fraaie eiken balk boven de open haard.
(Gezamelijke groepsfoto voor de Basiliek in Lourdes.)
Naast de foto hing een tekst die Gaston gekregen had van de pastoor t.g.v. zijn afscheid van het kerkkoor:
Een keurig woord,
een krachtig lied
dringt door tot in het hart,
ook al zingt men zelve niet.
Het was een eerste buitenlandse reis na meer dan veertig jaar 'commerce' die zij samen ondernomen hadden.
Ze zouden nu kunnen genieten van een welverdiende rust met uitstapjes en af en toe een dagreisje daar hun beider gezondheid, volgens 'den doktoor' optimaal was.
't Was hun eerste maar ook hun laatste 'tocht' samen.
Ik voelde dat ik Gaston niet direct uit zijn gepeins mocht halen en nam, ongevraagd, plaats op een van de gewatteerde stoelen en ....luisterde.
"Ze Tony 'jong', 'k woon nu al meer dan vijftig jaar op Stekene, da's voorbij gevlogen.
Als je jong bent denkt ge daar niet aan:
' ...ho... da's nog heel ver weg' denken zij dan.
Nu het 'gepasseerd' is, overdenk ik wat er allemaal gebeurt is in al die jaren en eigenaardig, ik kan het me nu beter voorstellen dan jaren geleden.
Ook 's nachts, tijdens het dromen beleef ik mijn jeugdjaren opnieuw....en nu zéker ...nu ons Mieke'n overleden is... vandaag juist één jaar geleden.
Je sais, qu'on n'sais jamais...." (Foto=Jean Gabin. 1904-1976)
Ik word liever tachtig met dagelijkse genoeglijkheid dan negentig met een:
"Pas op van dit, pas op van dat, pas op van 't ginste". (Eten en dergelijke...((?))) en nog een 'God van Marije....' daaraan steevast verbonden.
Is het U ook al opgevallen hoeveel politici van diverse 'pluimage', in hun betoog, tussen mond en lippen zeggen:
" God zij dank...."...?
Midden vorige eeuw lag er een overvolle, uitpuilende 'tailleure' patatten met ajuinsaus, een stevige 'carbonade' (om 2Ou.) als avondeten en Dr. De Ro (Huisarts) heb ik nooit maar één woord horen zeggen dat dit ongezond was.
Je zou dat nu eens moeten 'riskeren'.
De huisarts tekende onmiddellijk uw overlijdensakte.
Aan tafel zat een toekomstige ouderling met zijn linkerbeen flink 'gekruld' (45°) en met zijn rechterbeen onder zijn 'gat'.
Dat was de houding waarover niet gepraat werd. (Destijds normaal.)
Het tafelkleed (Gazet van Antwerpen en tevens weekend-editie) diende als onderlegger.
Het bord diende als zowel voor aardappelen, de soep en ... in uitzonderlijke gevallen rijstpap en ....onze'n hond diende als 'vaatwasser'.
"Met een nat washandje zou dat zeker vlug helpen" zei Mieke'n overtuigend en daarmee kon ik het stellen.
Veertig jaar later ben ik Gaston gaan bezoeken, nog steeds op hetzelfde adres in de kerkstraat maar de vroegere winkel was inmiddels een zeer kwalitatieve, eerder monastieke leefruimte geworden. Aan de muur hingen vier, met koper omkaderde gezegden:
Als ik stil verdriet heb, mijn God,
dan sluit ik mijn ogen
en hoor U fluisteren:
"Dag vriend".
Iemand die kan luisteren,
heeft reeds de gave van het spreken
Een vriend luistert altijd,
ook al is hij er niet.
Men herkent iemand,
wanneer hij/zij over iemand spreekt.
Foto: J.S.Bach (1685-1750)
Klik op foto.
'Der Herr ist mein getreuer Hirt. (BWV 122)
Het R.V.-koor zong ditzelfde werk op 5 mei 1985 in de kerk van Kl.Sinaai m.m.v. het strijkersensemble 'Pro Musica Diversa' o.l.v. Werner Mareels.
Die bewuste zondag 'koerste' ik in grote 'potversnelling' naar de'n beenhouwer bij Mieke'n.
(Neen, niet Maria Van Remoortel, want die woonde ook schuins tegenover het kerkportaal.) maar in de hoop dat ik 'mijn lief' op straat tegen zou komen.
Alsof het mij was ingegeven; zij stond daar, samen met haar vriendinnetje te keuvelen voor hun pronkrijke gevel en ik zou wel tien rondjes rond de kerk willen doen om nog maar één blik van haar te krijgen.
Ik trapte de pedalen van mijn fiets in derde versnelling met een air alsof ik met het grootste gemak, zelfs Fred De Bruyne zou kunnen voorbijsteken om zo haar aandacht op mij gevestigd te krijgen.
Tevergeefs. (Enfin, die 'indruk' had ik en meisjes ((vrouwen)) hebben nu, zoals Shakespeare het schreef, een machtige eigen gevoel.)
Ons Moeder had mij een 'kaabaa' (vierkante platte boodschappentas) meegegeven maar ....deze schoot tussen de spaken van mijn wielen en alles blokkeerde.
Als over kop maakte ik kennis met de kinderkopjes en dit had zij wél gezien.
Met een tomatenhoofd en een blauwe neus 'kroop' ik recht, alsof ik Johnny Weismüler in hoogst eigen persoon was en ... zo'n schrammetje mij niet deerde.
Zij hadden dit natuurlijk wél opgemerkt, maar dàt was nu uiteindelijk niet het meest uitgelezen moment voor mijn puberale 'overmacht' duidelijk te maken.
Ik moest vooral geen 'gezichtsverlies lijden en ..alhoewel mijn hoofd duizelde stapte ik redelijk gezwind bij Mieke'n in de winkel binnen.
Aan de'n vrij hoge 'toog' met opvallend blauw-Delftse tegels bestelde ik de opdracht:
"Drie korteletten en mijn moeder heeft gezegd dat het magere moesten zijn."
Mieke'n, zelf klein van gestalte, antwoordde dan: "Ha...'t is ons Tonneken.
" Elk kind kreeg van haar altijd een bolleken gehakt als snoepje.
Tezelfdertijd zag zij dat mijn hoofd licht bebloed was en riep haar man 'Ston' erbij.
(Zijn werkelijk naam was Gaston Ysebaert die, onmiddellijk na de tweede wereldoorlog in ietwat duistere omstandigheden vanuit West-Vlaanderen in Stekene was verzeild geraakt.) Een man die zeker niet de tippen van zijn schoenen kon zien omwille van zijn grote gestalte en corpulentie en zolang ik hem mocht kennen, steeds een propere beenhouwerskiel droeg en de bestellingen aan Mieke'n overliet.
En eens 'volle maan' voorbij weten ze er in de materniteitsklinieken meer van.
'Kommiezen' hadden een 'ekel' aan volle maan en smokkelaars keken er naar uit.
Licht...in de cinemazalen 'Rio' en 'Nova' lagen anders.
Je werd tenminste 'verwittigt' als 'de filmlas' gebroken was en het 'daglicht' aanflikkerde.
Vooraleer de 'lichtstarter' (T.L.lampen) zijn werk vervolledigt had, (zaal) verdween uw hand, (sneller dan zijn schaduw) op een plaats waar de H.Drievuldigheid een patent op had.
Licht.., het is even onbegrijpbaar als zijn 'symboliek' waarmee wij geconfronteerd worden.
Dat Stekene nooit een cultuurgemeenschap is geweest, moet ik tegenspreken,
maar...het kan anders.
Stekene heeft het moeilijk met carnaval organisaties.
Applaus voor de initiatiefnemers, (volhouden) maar het is niet voldoende dat een straat beschilderd wordt met confetti, dat je zich daarom een 'Rio de Janeiro mag noemen.
Misschien is dit (carnaval)( deceniajaren geleden) wel geëindigd met:
"Moed're, mijn mes en mijn'n préé" omwille van de rivaliteit tussen 'jongeren'.
Met het Steken's 'zangkoor' voelde ik een sociale geborgenheid met een fictieve schuilplaats, afdak, abri of euzi, én participatie van uitzonderlijke mensen binnen een bestuurs coalitie die ieder op zichzelf, een persoonlijk, verdraagzaam idealisme vertegenwoordigde en resulteerde in een totaliteit met gekende gevolgen.
(De inhoud is belangrijk, maar de manier waarop men het zegt (zegde) is nog belangrijker.) (Enfin, toch 'iets' in die zin.)
Ik ben Tony De Ruysscher, en gebruik soms ook wel de schuilnaam TDR.
Ik ben een man en woon in 9190 Stekene (België) en mijn beroep is gepensioneerd..
Ik ben geboren op 30/06/1947 en ben nu dus 78 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Klassieke muziek, religie, moraal-filosofie, en ....mailtjes ontvangen! (Maar ook doorsturen!?).
Wij hebben drie zonen, en twee kleinkinderen.
Tony De Ruysscher is overleden op 28sept 2018 in huiselijke kring.