Even terug in de tijd.
Na de knappe 30km in de Hel van Kasterlee was het hoog tijd om wat rust in te bouwen want de buitenkant van mijn rechterknie begon serieus parten te spelen.
Zelfs na enkele weken 'platte rust' was er nog steeds geen verbetering merkbaar. Dan maar een sportarts raadplegen. En wat die wist te vertellen, kan ik nog steeds moeilijk geloven! Nadat hij mijn been (knie incluis) in alle mogelijke richtingen draaide, was er in de verste verte geen pijn te bespeuren. Gelukkig maar, want ik begon serieus rekening te houden met de symptomen van lopersknie. Dan maar even mijn beenlengteverschil controleren en wat bleek; mijn rechterbeen was een halve centimeter korter dan mijn linker terwijl ik al jaar en dag met een extra zooltje onder mijn linkervoet loop!!! Hieltjes omgewisseld, probleem van de baan. Maar het knaagt toch nog als ik eraan terugdenk.
We zaten inmiddels al midden februari en de opbouw naar de marathon moest nog gebeuren...
Gelukkig heb ik een vrij goede basisconditie en zat ik al vlug aan de "halvemarathonafstand".
Nu was het zaak kilometers te malen, veel kilometers, en dat verliep niet van een leien dakje gezien ik slechts drie keer per week kon trainen. De marathon naderde met rasse schreden en twee weken voor de marathon had ik het gevoel overtraind te zijn. Het draaide voor geen meter! Taperen was het toverwoord en dat hebben we ook zo goed mogelijk gedaan! Niet alleen werd de trainingsintensiteit serieus teruggeschroefd, maar ook de voeding werd op punt gezet. Uit ervaring weet ik dat de eerste dagen van die laatste week voor de marathon alles op eiwitten gericht staat (veel groenten, vette vis, maar GEEN pasta, rijst of aardappelen!) Nee, zelfs geen brood.
Twee dagen voor de marathon ben ik begonnen met koolhydraten stapelen: pasta en aardappelen à volonté.
En dan de wedstrijd zelf.
Er stond een schrale noordoostenwind in startplaats Terneuzen. De zon deed wel goed haar best en dus werd besloten om te lopen met korte short en (de onvermijdelijke) compressiekousen.
Aan de start heel wat bekend volk. Met Ludwig had ik afgesproken om te lopen aan een constant tempo van 12km per uur. Toon kon zich daar wel in vinden en zo liepen "de drie musketiers" na het startschot weg richting eindbestemming Hulst.
Ik had de wedstrijd al twee keer gelopen maar telkens in tegenovergestelde richting.
Hoewel er een stevig briesje stond en het parcours niet van de poes was, vond ik gaandeweg het traject in deze richting me beter liggen.
Het vooropgestelde tempo kon goed aangehouden worden en het gevoel was zeer goed.
De man met de hamer bleef deze keer wel heel lang achterwege. Ik moest zelfs wachten tot de klim op de walletjes rond Hulst (km 40) voor het licht stilletjes aan uitging! Hier was ik uiterst tevreden over!
Samen met mijn loopmakkers, Toon en Ludwig, arriveerden we na 3uur 32minuten in het centrum van Hulst. Geen toptijd, maar dat was ook niet aan de orde. Het geweldige gevoel van 40km lang aan een vrij constant tempo te kunnen lopen, deed ons veel deugd!
Een woordje van dank aan mijn metgezellen, mijn begeleiders, de organisatie van deze fantastische marathon, de vele vrijwilligers en toeschouwers,... Jullie hebben een heel belangrijk aandeel gehad in deze geweldige loopervaring!