Groningen Moeskroen. Afstand 420 kilometer. Het is 6 augustus 1980. Journalist Henk Binnendijk van het regionale Radio Noord rijdt die afstand, in het gezelschap van radiofan Hans Knot, om een reportage te maken over vrije Radio Gemini. Diezelfde dag gaan ze nog terug. Ruim 800 kilometer uit liefde en nieuwsgierigheid voor het medium. Ga er maar aan staan.
Op 1 april 1981 zendt de Nederlandse publieke omroep een documentaire uit over datzelfde Gemini. Op zondagmorgen 5 juli 1981 vindt er een verbinding plaats met Hilversum 1. Nieuwe Nederlandse belangstelling is er op 20 juni 1983. Tussen 20:00 en 21:00 uur mag Gemini van de Veronica Omroep Organisatie een uur lang radio maken tijdens De Grote Verwarring via de antennes van Hilversum 2. Het programma wordt ook op AM- uitgezonden en is daardoor in half Europa te beluisteren.
Hoe is die grote belangstelling van bij de noorderburen voor een alles-bij-elkaar toch klein, lokaal radioproject in België te verklaren? Akkoord, Gemini was de eerste vrije radio in België die niet in studentikoze middens was ontstaan. Wie het eerst komt, het eerst maalt. Maar in diezelfde jaren timmerden toch ook Radio Contact, Maeva, Seven al flink aan de weg. Maar het was Gemini die met de Hollandse aandacht ging lopen.
Eigenlijk had het veel, zo niet alles te maken met het team achter Gemini. Gestart als landpiraat met zeer onregelmatige uitzendingen in 1979, klopten initiatiefnemers Geert Vandijk, Ferry Vanloon en Tommy Degroot bij RadioVisie aan. Misschien konden we iets doen?. Na jaren schrijven over het medium, leek het me geen slecht idee om er ook eens middenin te gaan staan. Ik zei ja.
Dankzij mijn vele contacten in het milieu, bij elkaar gekregen via de Vereniging voor Vrije Radio en nadien RadioVisie, slaagde ik er al snel in om een eerste team samen te stellen. Het zou nooit meer stoppen. Frans Schuurbiers, toen hoofdredacteur voor Nederland, zette mee zijn schouders onder Gemini. In iedere editie van het magazine stond een artikel. Net op dat moment was Radio Mi Amigo ermee opgehouden. Zij kenden ons, wij kenden hen. Marc Jacobs, Frank vander Mast, Rob Ronder om het bij dit trio te houden, maakten hun opwachting bij Gemini.
RadioVisie had in die periode een oplage van zon vierduizend exemplaren en werd niet enkel gelezen door luisteraars, maar ook door mensen die beroepshalve bezig waren in de media. Dat en het feit dat Frans in de voorbije jaren ook een flink netwerk had weten uit te bouwen ten behoeve van ons tijdschrift, zorgde ervoor dat de naam Gemini prima circuleerde in Nederland. De reputatie oversteeg voor een deel de werkelijkheid.
Dat is ook te horen in de reportage van Radio Noord die op 30 augustus 1980 werd uitgezonden. Het was de allereerste keer dat men uit Nederland naar Vlaanderen kwam om Gemini door te lichten. Ik wist wat ik kon verwachten en had daarom het gewone programmaschema aangepast. Staf de VI (Stefaan Six) werd, omdat hij toen één van de betere presentatoren was, gevraagd om een dagje school over te slaan om een live uitzending te verzorgen. Geert Vandijk, Suzy en ikzelf namen de honeurs waar.
Terecht waren zowel Hans Knot als journalist Henk Binnendijk van Radio Noord kritisch. Gemini verkocht zichzelf als een lokale radio (we wilden een licentie en moesten dat luid van de daken schreeuwen), maar waren eigenlijk een popstation. Voor dat ene bezoek moesten we dus doen alsof. Maar dat lukte niet helemaal, zoals je kan horen. Nederlanders, je bent er nooit mee klaar...
Gemini huisde toen in Dottignies, in een erg vervallen woning (omdat die op het hoogste punt van de hele regio stond) en maakte gebruik van allerlei bij elkaar geschraapte apparatuur. Het leek eigenlijk nergens naar. Gelukkig ging het om radio en zag niemand het. En in Nederland bestond het fenomeen vrije radio helemaal niet. Dat zorgde voor krediet. Die ene reportage leidde tot nieuwe belangstelling. Niet enkel radio en televisie, maar ook de geschreven pers ontdekte en volgde 'ons'.
In België begon men zich inmiddels af te vragen waarom de noorderburen toch zoveel belangstelling hadden voor die lokale radio uit het Kortrijkse. Conclusie: ook zonder dure marketingcampagne, maar door optimaal gebruik te maken van je eigen kracht, je netwerk en je enthousiasme, kan je heel wat bereiken. Ook daarin blonk RadioVisie uit. Het Gemini-project profiteerde maximaal en zou de volgende maanden en jaren kunnen uitgroeien tot een professionele lokale omroep. Tegelijk zorgde de opgang van de lokale zender voor het einde van RadioVisie. Maar dat is weer een ander verhaal.
(Met dank aan Theo van Halsema)
De Noord-Gemini reportage kan je bij YouTube, via onderstaande url beluisteren.
Na twee weken 'bloggen' begin ik er steeds meer zin in te krijgen. Het gaat bovendien hard. Mensen die ik al heel lang niet meer had gezien, gehoord of ontmoet, maakten weer hun opwachting. Na al die tijd met pensioen, doet het goed om terug te zijn. De interactie is nieuw voor mij. Snel, direct en inspirerend. Aan verhalen geen gebrek natuurlijk. Het valt me trouwens pas nu op hoeveel avonturen ik heb beleefd in bijna vijftig jaar aanwezigheid in radioland. Uiteraard eerst als luisteraar, daarna, voorzichtig startend, opererend middenin het medium. Om steeds nieuwe dingen mee te maken.
De eerlijkheid gebiedt me om te zeggen dat ik altijd één of meerdere compagnons had. Veel collegas en medewerkers. Af en toe was het de kunst om de juiste personen eruit te pikken. Nu en dan boden ze zichzelf aan. Het resulteerde in projecten als de Vereniging voor Vrije Radio, Radio 227, Baffle, RadioVisie, NeTTies, Radio 19. En het moeilijkste, het tot op heden onafgewerkte initiatief; een film over Sylvain Tack. De man achter de Suzy wafels, het weekblad Joepie, muziekuitgeverijen (Start, Gnome) en uiteraard Radio Mi Amigo. Iemand die tussen 1970 en 1980 een media- en muziekimperium in Vlaanderen had uitgebouwd om een hele forse U tegen te zeggen.
Eigenlijk had hij voorgedragen moeten worden om op de shortlist te staan voor de Grootste Belg aller tijden in 2005. De keuze viel uiteindelijk op Pater Damiaan. Niks mis mee natuurlijk. Dat Sylvain niet eens genomineerd werd, is uiteraard ook mijn fout. Ik had hem dan maar zelf moeten voordragen. De klok kunnen we niet terugdraaien. Een film draaien wel. Dacht ik. Het oorspronkelijke idee kwam eigenlijk van Noël Cordier (o.a. Radio Kompas, Xtra Gold, Radiodag Gistel,Flanders Music Radio Day). Dat is te moeilijk, was mijn eerste gedachte. Maar wie niet waagt, niet wint. Ik stapte mee in het avontuur.
Een eerste scenario werd geschreven door West-Vlaams acteur en scenarist Rudy Blomme. Serge Haderman en ikzelf zorgden voor de aanvoer van gegevens. Het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF), dat voor een deel van de subsidies zou instaan, was evenwel niet te vermurwen. Erik Lamens, de man achter de veelbesproken film SM-rechter werd bereid gevonden om een ander verhaal te schrijven. Samen trokken we op onderzoek, tientallen gesprekken met oud-medewerkers van Sylvain volgden. Dossiers werden uitgespit. Er kwam een tweede scenarist bij; Pieter Degraeve. Gepokt en gemazeld met tv-series als Rang 1, De Bunker en het uiterst succesvolle Eigen Kweek (eerste seizoen).
Dit keer werd het scenario wel goedgekeurd door het VAF. Wim Coryn (in de radiowereld bekend als Wim Vossen) vervoegde het team via zijn Wild Cherry bedrijf. Een zoektocht naar extra budget kon beginnen. Productiemaatschappij PrimeTime met Nino Lombardo aan het hoofd en bekend van o.a. Wolven, Ventoux, Blinker en Sailors dont cry stapte mee in de boot. Alweer niet de eerste de beste. Wie al eens op een radiobijeenkomst in de Benelux was, zag het duo tekst en uitleg geven over de vorderingen van hun Koning van België (zo zou de film heten). De pers liet zich niet onbetuigd. Zowel kranten, tijdschriften, radio én televisie, hadden er aandacht voor. Er werd extra kapitaal gezocht in Wallonië, Nederland en Luxemburg. Maar het budget kwam niet rond.
Het verhaal over en rond Sylvain Tack is een epoque-film. Een story die zich afspeelt in verschillende decennia, wat inhoudt dat er heel veel decors, kostuums en dito materiaal nodig is. En dat maakt het allemaal duur, heel duur. Prime Time gooide zopas, na enkele intense jaren, noodgedwongen de handdoek in de ring. Alle pistes waren bewandeld, alle middelen opgebruikt. Dé film, in dit concept komt er dus niet. Betekent dit het definitieve einde? Ook niet. Er is al teveel geïnvesteerd, er is al teveel gerealiseerd. Noël en ikzelf staken de koppen onlangs wederom bij elkaar en bewandelen op dit moment andere pistes.
TOCH IETS OM NAAR TE KIJKEN!
Toen het nieuws over dit filmproject bekend raakte in 2009, was Radio Mi Amigo (nog maar eens) van start gegaan via de 94.0 MHz. De zender die beroep deed op o.a. Peter Vandam, Ton Schipper, Frank van Mee, Eric Meerschaert, Rudi Van Vlaanderen, Emiel Mulder en Gerwin Naeles, was in West- en delen van Oost-Vlaanderen te beluisteren. Het ging om een project van Reggy Devos. Hij zag een cross over tussen zijn zender en de film wel zitten. Spontaan liet hij een soort trailer maken waarin een oproep werd gedaan naar bedrijven die mee wilden investeren via het systeem van Tax Shelter.
In het wervingsfilmpje hoor je de stem van Rudi Van Vlaanderen. Het ging om een goed bedoeld initiatief, niet direct bruikbaar, maar wel leuk. Een filmpje voor de archieven dus. Het is eerder nooit vertoond, noch gebruikt. De oproep is ook niet van toepassing. Niet bellen dus!
Devos zijn filmpje liet evenwel nogmaals zien dat Mi Amigo een geweldige indruk en dito sporen heeft nagelaten. Uiteindelijk zal dat zijn vruchten afwerpen. Hopen we. Erin blijven geloven is de boodschap. Erik Lamens en Nino Lombardo moeten nu evenwel verder met hun eigen en nieuwe projecten. Dat is wat zij doen. Hun brood op de plank. Hun inzet noopt zeker een laatste keer tot grote dank en nog meer bewondering. Merçi heren!
Vandaag gaat het roer even om. De voorbije dagen ben ik vooral in de piratenarchieven gedoken; Radio 227, Mi Amigo en andere zenders die er eigenlijk niet mochten zijn van de overheid. Die hielden (en houden) graag een vinger in de pap over wie zich mag laten horen en zien.
Landpiraten, zeezenders, vrije radio daar liggen uiteraard mijn roots en daardoor ook die van RadioVisie. Toen we in 1998 als dagelijkse mediakrant online verschenen, werden de kaarten anders geschud. Het radiolandschap was intussen duchtig herschapen. De vrije radio was gelegaliseerd, commerciële zenders met landelijke dekking waren verschenen in de ether.
Al was het aanbod veel groter geworden, toch bleef de aandacht voor het medium in het modale perscircuit, pover, minimaal en bijna verwaarloosbaar. Meer nog, terwijl er tal van trofeeën bestonden voor auteurs, acteurs, films en tv-programmas, moest de radiowereld het doen zonder.
Op een redactievergadering in Geluwe ergens in 2003, de ruggengraat van RadioVisie werd toen gevormd door Guy Mampaey, Dirk Vanoirbeek en mezelf, besloten we in te grijpen. De RadioPersoonlijkheid werd in het leven geroepen. We keken daarbij een heel klein beetje naar Nederland waar diverse organisaties garant stonden voor de Radioring(en), de Marconi Award en de NTR Radioprijs.
In 2003 was het zover, de lezers van RadioVisie kozen in vele categorieën hun favorieten. Toenmalig minister van Media Marino Keulen werd de allereerste Vlaamse RadioPersoonlijkheid. Nadien volgden nog Greet op de Beeck, Wim Oosterlink en drie keer na elkaar Peter Van de Veire. Daarnaast waren er tal van nevencategorieën voor o.a. beste stem, beste programma, beste item, beste lokale radio, beste reclame...
Na zes edities hielden we ermee op. De belangstelling en aandacht bleef onveranderd groot, de organisatie maar vooral de uitreiking van de trofeeën bleek te belastend geworden voor de redactie. Toch heeft RV-medewerker Geert Vandevelde nog geprobeerd om een nieuw project, de Vlaamse Radiosterren te koppelen aan de jaarlijkse Vlaamse TV-Sterren. De praktische haalbaarheid bleek evenwel te groot.
Enkel de eerste overhandiging van de oorkondes van bekwaamheid gebeurde zonder bijhorend (groot) feest. Daarna waren achtereenvolgens taverne Dick Martens (van Luc Degroot in Aalst), de Norderney (toen voor anker in Antwerpen), het Feestpaleis in Beervelde en het Wijnigem Shopping Center het decor van zeer druk bijgewoonde radiofeesten.
Uit al die shows heb ik een selectie fotos gemaakt.
Het geheugen is een raar ding. Een foto brengt niet alleen herinneringen terug aan dat ene bewuste moment, maar fungeert vaak als een eerste dominosteen. Gisteren, bij het bovenspitten van Gerard Bruin aka Ton Schipper, zag ik ook weer Serge Haderman terug. Ik ontmoette hem het laatst op de RadioDag in Gistel (2016), waar ook Ton Schipper van de partij was. Alweer was de cirkel rond.
In Gistel zat ik in een panel waar over radio werd gepraat. Moderator Serge Haderman wilde dat ik nog eens vertelde over de weg die de VVVR-programmas aflegden. Van studio tot in de ether op Radio Mi Amigo. Het is inderdaad een opmerkelijk verhaal. We gaan terug naar juli 1975 en blijven er tot februari 1977.
Iedere zondagnamiddag mocht onze club, toen de Vereniging voor Vrije Radio (VVVR), een halfuur zendtijd invullen. De zender bevond zich aan boord van de MV Mi Amigo, voor anker in de monding van de Thames. Hun studios waren in Playa de Aro, Spanje. Wij namen onze programmas op in achtereenvolgens Ulvenhout (Nederland), Ledeberg en Dentergem (België). Toch lukte het meestal om alles in elkaar te passen.
Een volle programmaband (Agfa Gevaert, 28 centimeter), met telkens twee uitzendingen, werd eerst naar Breda gebracht om er verpakt te worden in een grote enveloppe van de bank waar collega Frans Schuurbiers toen werkte. Het pakje werd als bedrijfspost aangetekend en Per Express naar Playa de Aro te sturen. Als bestemmeling zetten we niet in grote letters Radio Mi Amigo op het pak, maar gewoon Bea Wijfjes, de vrouw van toenmalig dj Bert Bennett. Een kwestie om zo weinig mogelijk sporen na te laten die naar ons zouden kunnen leiden.
Zowat drie dagen later was de tape in Spanje, waarna studiotechnicus Maurice Bokkebroek aan de beurt was om alles op cassette over te zetten. Omwille van het transport gebruikte Mi Amigo geen grote banden zoals Veronica en Noordzee dat eerder hadden gedaan, maar cassettebandjes. Op die manier stopte men de programmering van een hele week in een schoenendoos. Die kon minder opvallend getransporteerd worden.
Uiteraard hadden wij net zo goed de VVVR-programma's rechtstreeks op cassette kunnen opnemen, maar ondanks er op AM werd uitgezonden, bleven wij koppig geloven in de veel betere kwaliteit van 'gewone' tape als geluidsdrager. En een band is ook makkelijker manipuleerbaar. Maurice Bokkebroek moest al eens een extra jingle of commercial in 'onze' programma's monteren. Iedereen die zelf dat soort werk heeft gedaan, weet dat zoiets makkelijker kan met een tape. Een kwestie van spoelen, stoppen, mikken en correct plakken dus.
Wekelijks werden de VVVR-programma's, samen met de shows van de deejays in Playa de Aro, naar de Europabus gebracht. Die pendelde van Antwerpen naar Barcelona, Gerona en weer terug. Met die bus ging ook de voorraad Mi Amigo-tapes mee. (Soms werd beroep gedaan op de diensten van een bevriende vrachtwagenchauffeur). In Antwerpen werd de lading opgehaald door een Mi Amigo-medewerker, waarna de hele handel naar de Belgische, Franse of Nederlandse havenplaats verhuisde van waaruit de bevoorrading van het zendschip werd georganiseerd.
Na een trip die ruim een halve dag duurde, waren de cassettes eindelijk ter plekke. De reis was lang, erg lang Achtereenvolgens; Ledeberg (bvb), Breda, Playa de Aro. Om na een paar dagen het volgende traject af te leggen; Playa de Aro, een Vlaamse stad, een Franse, Nederlandse of Belgische haven en tot slot de MV Mi Amigo in de monding van de Thames. Als iemand wil uitrekenen hoeveel kilometer dit is, ga je gang.
Ik krijg al eens de vraag wààrom ik over een bepaald onderwerp, persoon of gebeurtenis schrijf. Eerlijk? Daar bestaat geen uitgewerkt plan voor. Alles kan een aanleiding zijn. Zoals de foto die ik gisteren poste van de Free Radio Road Show waar Ton Schipper op te zien is. Meer is er niet nodig om de machine in gang te zetten.
Ton Schipper ontmoette ik voor het eerste in 1976. Op een dag stond hij aan mijn deur, samen met zijn bijna-buurman Maarten Broekman. Beiden hadden een abonnement op Baffle (de voorloper van RadioVisie), woonden vlakbij elkaar in Kortrijk en kwamen een namiddag kennis maken en bijpraten over radio Het duo is sindsdien een constante variabele (wat een contradictie!) gebleven.
Samen met Ton maakte ik mijn allereerste radioprogrammas voor de uit Dentergem opererende landpiraat Radio 227. Ook voor hem was het de eerste keer dat zn stem de ether veroverde. Al deed hij dat in dat gezegende voorjaar van 1977 nog onder de naam Gerard Bruin. Voor de gelegenheid noemde ik mezelf Tom Bremer.
227, genoemd naar de AM-golflengte waarop werd uitgezonden, was enkel op zondag te horen van 09:45 tot 16:00 uur. Naast de eerder genoemde protagonisten waren ook Paul Vincent (Roland Bucket), Jeremy Bender (Pierre Deseyn), Lex Vosselaer (Walter Galle), Maarten Broekman (Frank Catry) en Rob Ronder (Alfons Jagtman) betrokken bij het project. De eerste uitzending vond plaats op 1 mei, maar na een zestal weken werd het project, na klachten van storing bij de luchtvaart, gestopt.
Niet zo heel veel later nam Ton een proefprogramma voor Radio Mi Amigo op, bij mij thuis in een geïmproviseerde studio. Enkele weken nadien verruilde hij zijn studentenkamer in Kortrijk voor een appartement in Playa de Aro, waar hij de vervanger werd van Stan Haag bij Radio Mi Amigo. Hij zou de laatste dj worden die in Spanje programmas op tape zette voor de zeezender. In 1978 keerde hij terug naar Vlaanderen, waar hij betrokken was bij de start van enkele vrije radios, zoals Radio Contact, Seven en S.I.S.
Ton en ikzelf werkten af en toe nog eens samen. Zo werd hij, samen met Serge Haderman, één van de vaste presentatoren van diverse publieke acties die RadioVisie organiseerde. Ik herinner mij de uitreiking van de Vlaamse RadioAwards in Beervelde (2007) en Wijnegem (2008). Bescheiden als ik ben, toch twee van de mooiste en meest geslaagde radiofeesten in Vlaanderen.
Onderaan de foto's vind je een url terug, die je naar YouTube leidt, daar hoor je het eerste programma van Gerard Bruin bij Radio 227.
(Met dank aan Walter Galle, Dirk Desmet van Theo van Halsema)
Ik moet straks toch eens een paar mensen gaan bellen. Sociale media en andere blogs zijn tegenwoordig een verzameling van persoonlijke lijstjes met voorkeuren op tig gebieden; vrienden, muziek, film, boeken, games, tv-reeksen, waar je bent, wat je doet. Maar wat ontbreekt? Alweer! Een radiolijst. Ik wil, desnoods dagelijks, kunnen vertellen naar welk radiostation ik luister.
De gedachte borrelde gisteren bij me op toen goede vriend Ron Shultz, we hebben opnieuw contact sedert mijn verrijzenis, vroeg waar ik tegenwoordig mijn oor te luisteren leg. Omdat de mogelijkheden eindeloos zijn en ik nogal eclectisch ben, besloot ik mijn afstemgedrag bij te houden. Ouderwets noteren, daarna een overzichtslijstje maken en dan via Messenger of de ouwe mail, versturen. Dat moet toch anders, makkelijker en sneller kunnen. En waarom niet in real time?
Naar goede gewoonte begon mijn dag gisteren bij Radio 1. De wekker loopt om 06:00 uur af, na de noodzakelijke rek- en strek- oefeningen, pik ik makkelijk het nieuws van halfzeven mee. Op enkele minuten tijd kon mijn dag al niet meer stuk Alweer een dolkomische aflevering uit het Trump House, gevolgd door Satisfaction van de Rolling Stones. Dat maakt dat een mens blij gezind aan zijn dag begint Jagger & Compagnie deden me trouwens spontaan aan mede oudstrijder Walter Galle (Mi Amigo, Tequila, Waddenzee) denken
We liepen elkaar voor het eerst tegen het vege lijf in 1975. We beleefden samen vele avonturen. Eén daarvan was de Free Radio Road Show. In de beste traditie van de populaire Veronica drive in shows, schuimde Walter de Vlaamse contreien af met een, voor die tijd, super krachtige mobiele geluidsinstallatie. VVVR, Baffle en Radio Mi Amigo deden (een deel) van de pr. Iedere show begon Walter, die als dj het pseudoniem Billy Wymann gebruikte, met Satisfaction. Stond er niet genoeg volk op de dansvloer, dan werd het nummer opnieuw en opnieuw gestart
De Stones toeren nog steeds, Walter is herstellende van een medische ingreep, ik wandel met plezier dagelijks door Memory Lane. Al zijn we ouder, in sommige gevallen, véél ouder we doen toch nog allemaal ons ding. Ieder op zijn manier.
Onlangs zette ik de RadioInfoon nog eens in de schijnwerper. Het meest recente radionieuws dat ieder weekend (72 uur lang) kon worden beluisterd via een regulier antwoordapparaat. Het was de tweede helft van de jaren 70. Geef toe; creativiteit kent geen grenzen.
Maarten Broekman aka Frank Catry, mede-bedenker van het initiatief, zet enkele puntjes op de klassieke 'i'.
- Het 'Telerep' verhaal roept een fijne herinnering op aan een tijd waarin ik me goed heb geamuseerd met simpele dingen. Het was geen test maar een project voor langere periode. Mijn ouders waren er niet op zondag en ik had het 'kot', in dit geval de lijn, voor mij alleen. Ook herinner ik me dat diezelfde lijn ooit werd afgesloten omdat de RTT in de knoop was gedraaid. Er moest uitleg worden gegeven over de oorsprong van die massale oproepen. Finaal heeft de RTT de nodige capaciteit voorzien naar de centrale in Kortrijk. -
Waar ik nog graag aan toevoeg dat die massas telefoontjes eigenlijk het gevolg waren van een promo die werd gedraaid op Radio Mi Amigo. Niet enkel in ons eigen zondagse programma De geschiedenis van de zeezenders, maar af en toe ook in de reguliere shows. Het initiatief werd ook opgepikt door kranten en bladen. Het gevolg laat zich raden...
Naderhand verhuisde de Telerep-antwoordmachine van Kortrijk naar Geluwe. Nog iets later volgde een tweede toestel dat werd opgesteld bij collega Frans Schuurbiers in Breda. Zo hoefde niemand nog internationaal te telefoneren.
Het is vandaag alweer 38 jaar geleden dat RadioVisie uitpakte met een test die zou moeten leiden tot een... innoverend initiatief. We wilden ons maandelijks magazine wekelijks aanvullen met het allerlaatste nieuws... Maarten Broekman (aka Frank Catry) zette ons enigszins onbewust op het juiste spoor. Brainstormend op een zaterdagavond bij hem thuis, bedachten we een (revolutionair) informatiesysteem. Nieuws op een bandje, via een antwoordapparaat. Maarten had er eentje.
Hij nam een aantal berichten op in zijn Kortrijkse privé-studio, waarna via Radio Mi Amigo een hoop reclame werd gemaakt. Meteen werd gebeld. En het bleef maar doorgaan, tot we na een drietal uur de test als geslaagd afbliezen. Het antwoordapparaat had geen seconde rust gehad. Proef gelukt, op naar meer! RadioVisie (Frans Schuurbiers en ikzelf dus) schaften ons twee antwoordapparaten aan.
Ik nam dat van Maarten over. Frans vond er eentje in een dumpingshop. Het ene toestel werd gestald in Breda, het andere in Geluwe. Via de twee telefoonnummers konden radioliefhebbers een op-voorhand-opgenomen cassette met de actueelste info, jingles en programmafragmenten beluisteren. Atlantis-dj Rob Ronder -Alfons Jagtman - produceerde, afwisselend met Jaak vanden Broek, vanaf dan het geheel.
De uiteindelijke wekelijkse Radio Infoon zou op 19 augustus 1979 definitief starten en was bereikbaar van zaterdag 12:00 tot maandag 08:00 uur. Eén van de antwoordapparaten van het merk Telerep staat tegenwoordig in mijn persoonlijke 'Memory Lane' (zie foto) en... werkt, ondanks de duizenden oproepen van weleer, nog steeds.
Op de foto, onder de antwoordmachine zie je twee radiotoestellen (AM, LG en KG). Mijn vaste vrienden waarmee ik naar de radio luisterde vanaf mijn twaalfde. Ook die doen het nog steeds. Af en toe zijn ze zelfs nog in gebruik.
Een voorbeeld van een RadioInfoon-opname hebben we helaas (voorlopig) niet kunnen terugvinden in onze archieven. Al hebben we bijlange na nog niet alles doorploegd. Wie wél nog een opname heeft, mag zich steeds melden. Of wat dacht je?
Een loodzware dag in het vooruitzicht. De grote finale in het opruimen van mijn radio-archieven. Een fors restant eigenlijk (bekijk de foto's maar eens). Al ben ik de voorbije drie jaar eigenlijk continu aan het leeghalen, archiveren, weggeven en wegbrengen geweest van fotos, vinyl, boeken, dossiers, promo-materiaal. Niet dagelijks, uiteraard niet, wel als de omstandigheden daartoe noopten
Heb je er al eens bij stilgestaan hoe je, voor de komst van het digitale tijdperk, aan informatie kwam? Vijf retorische vraagjes. Wanneer begon Radio 1 met uitzenden? Waar ligt Scarborough? Hoeveel inch gaan in een centimeter? Hoe zien Tom Collins of Lutgard Simons eruit? Wie zingt Born Free, de stationtune van Radio Hauraki? Je kwam er enkel achter als je boeken in huis had. Of magazines en schriftjes waarin je alles bijhield, dossiers, fotos...
Idem dito met geluid. Denk maar eens terug, met enige heimwee mag, aan de hoeveelheid ruimte die jouw collectie vinyl in beslag nam. Tel daar de banden en muziekcassettes bij. En vergeet vooral de toestellen niet die nodig waren om muziek en radio te kunnen beluisteren. Tegenwoordig steekt alles wat ik tot hiertoe aanhaalde gewoon in jouw broekzak of handtas, of waar dan ook. Maar je houdt altijd àlles met één hand vast. Zoveel is zeker.
Het is allemaal zo makkelijk geworden om wat dan ook bij te houden, op te zoeken, te delen. En op de keeper beschouwd is het tegenwoordig ook stukken goedkoper om een archief in stand te houden. De keerzijde van deze ultra minimalisatie is uiteraard dat je, wanneer je voor het eerst bij iemand komt, niet meer zo snel door hebt waarvan hij of zij houdt. Boeken, platenkasten en afspeelapparatuur verraadden vroeger al snel wie of wat hij/zij was.
Prille twintigers zullen, misschien, nog net herkennen wat ik hierboven probeerde te omschrijven. Tieners al niet meer. Kleuters en peuters zullen over twee decennia het begin van de 21st eeuw als de middeleeuwen beschouwen. Zeker als steeds minder sporen uit dat rare verleden worden bijgehouden. Maar wat was belangrijk en wat triviaal? Uiteraard ben ik, 64 jaar op de teller, bevoorrecht. Leeftijdsgenoten van deze 'wisselgeneratie' begrijpen wat ik bedoel. Wij hebben het àllemaal gekend. Hoe het vroeger was, hoe het evolueerde en wat het nu is. Schitterend toch om dit te mogen meemaken.
Daar ben ik dus al drie jaar mee bezig. Twee garageboxen en drie zolders stampvol archiefmateriaal nakijken, uitspitten, sorteren Nog een vijftiental dozen te gaan. Eerst moeten ze twee verdiepingen lager waar ik de inhoud in alle rust kan bekijken. Wat steekt erin? Is het belangrijk voor mij? Zo niet, voor wie dan wel? Weggooien staat niet vooraan in mijn woordenboek.
Werk aan de winkel dus. Gelukkig krijg ik hulp van buurman Mario. Energie voor twee en altijd leuk gezelschap. Al wordt het weer strootje trekken naar welke muziek we gaan luisteren tijdens het werken. Maar dat is een nieuw verhaal
Ik werd deze ochtend wakker in het gezelschap van Guus Meeuwis. Om niet onverklaarbare redenen hoorde ik voortdurend een strofe van Het is een nacht door mijn hoofd spoken. - Een schemering, de radio zacht, en deze nacht heeft alles, wat ik van een nacht verwacht.
Al was heer Meeuwis vermoedelijk met andere dingen bezig dan ikzelf. Ik ben tot in de late uurtjes, of de vroege (t is maar hoe je het bekijkt), aan de gang geweest met het uitspitten van de laatste dozen uit het immense VVVR/RadioVisie-archief. Ik laat enkele fotos voor zichzelf spreken. Bij andere hoort enige uitleg.
Alle originele drukplaten van àlle edities van Baffle en RadioVisie zijn nu terecht. We kunnen gaan herdrukken, als we dat al zouden willen. Heel veel laders boordevol dias zijn weer boven water gekomen. Als ik ze tegen het licht hou, zie ik zendschepen, radiostudios en veel mensen. Echt duidelijk is het me allemaal niet meer. Ik vermoed dat ze dateren uit de eerste helft van de jaren 70. Ik moet ze toch eens gaan digitaliseren. Wie daar ervaring mee heeft, mag zich melden!
Ik ben ook op zoek naar iemand die Zweeds begrijpt. Ik heb geen idee wààr die documenten vandaan komen, noch wat de inhoud is, behalve dat het iets met radio en Zweden te maken heeft. De vele boeken over het medium krijgen een plekje op een nieuwe boekenplank. De krantenknipsels, affiches, posters en andere stickers worden toevertrouwd aan de juiste personen. Eerder kreeg de Geluwse bibliotheek al enkele tientallen kilos, niet media-gerelateerde boeken van me.
De radiotoestellen op de foto doen het weer. Even afstoffen, nieuwe batterijen erin, waarna ik de hele avond en een groot stuk van de nacht heb kunnen luisteren naar Smooth Radio, Europe 1 en Capital Gold. Bij momenten moest ik terugdenken aan die heerlijke tijd van Lucky Luxemburg op de 208 meter. Het werd een onvergetelijke nacht, een ware trip in memory lane.
Af en toe ook met een krop in keel, want plots waren daar ook enveloppen met fotos. Om helemaal weg te zakken in dat verleden. De ontmoetingen, babbels en vaak ook etentjes met mensen als Rob Out, Luc Degroot, Danny Vuylsteke, Haike Dubois, Rob Olthof, Stan Haag, Dick Verheul, Hans Verbaan, René Van der Speeten , Paul De Meulder, Roger Troch, Tom Blom, Joop Verhoof, Sylvain Tack, Tom de Graaf, Arie van Loon , borrelden zo weer op.
Heimwee naar die momenten, respect en een extra traan, want ze zijn er allemaal niet meer. Vertrokken naar een ander radioland. Het moet daar nogal wat zijn!
Ik had het er onlangs nog over met Hans Knot, mede-oudstrijder in enkele duizenden radioverhalen. En misschien is dit aantal niet eens overdreven. We hadden het over onze eerste journalistieke schrijverijen en dito tijdschriftjes. Baffle, Pirate Radio News, RadioVisie en Freewave zijn slechts enkele namen waar Hans en ikzelf onze schouders onder zetten.
Pure nostalgie is dit, maar niet echt naar de manier waarop die bladen tot stand kwamen. Het is nauwelijks nog voor te stellen hoe ambachtelijk het er toen aan toe ging. Een hele snelle handleiding.
Op een wit A4-vel werd de tekst getypt van ons verhaal. Waar fotos, tekeningen of hoofding moesten komen, werd de passende ruimte overgelaten. Koppen en tussentitels werden gemaakt met afwrijfletters. Zo ging het voor alle paginas. Uiteindelijk werden die op de juiste volgorde gelegd en met de nodige aanduidingen naar de drukker gebracht. Baffles en RadioVisies werden in Breda gedrukt omdat het BTW-tarief er lager was dan in België.
Na een weekje wachten konden de boekjes opgehaald worden en klaar gemaakt voor verzending. Wat inhield dat heel veel mensen rond een grote tafel gingen zitten, waarbij persoon 1 de adressen op de enveloppen schreef, een tweede de postzegels kleefde, terwijl de derde de tijdschriftjes in de omslagen stopte. Uiteindelijk werd de hele oplage naar België gesmokkeld (landsgrenzen en invoerrechten bestonden nog!). Want daar lagen de portokosten weer een heel stuk lager. Via de Belgische post ging drie kwart van de oplage daarna terug naar Nederland.
Tussen het schrijven van het artikel en het lezen ervan door de abonnee, zat niet zelden tien dagen voor de Belgische abonnees. De Nederlandse radiovrienden moesten meestal nog iets langer wachten. En tegenwoordig? Wat je wil melden en onder woorden kan brengen, wordt meestal binnen de tien minuten door de beoogde doelgroep gelezen. En gezien, want fotos zijn al net zo makkelijk te maken en op de juiste plek gezet.
Naast de snelheid, kwam er nog een ander aspect bij... Iedereen is tegenwoordig auteur, stukjesschrijver, fotograaf, uitgever en commentator. En verantwoordelijke uitgever? Of is dit weer een ander verhaal?
Het is nu ook bevestigd door een internationaal vergelijkend onderzoek: Belgen, zijn niet zo gastvrij. Ze doen hun achterdeur op slot en spreken liever buitenshuis met vrienden af. Maar de Nederlanders doen nog slechter. Dat lazen we deze zomer in De Standaard.
Ik vermoed dat ik een heel slechte Belg ben en mijn Nederlandse vrienden, slechte Ollanders. Of zit de radiowereld anders in elkaar? Spontaan denk ik terug een de periode dat er een complete kolonie noorderburen bij Radio Gemini werkte (1980-1985). Ik kan ze niet tellen de Nederlandse collegas van toen die bij mij thuis aan tafel zaten. Ik zie Rob Ronder nog voor het eerst konijn met pruimen eten. Erik de Zwart (al heette hij toen nog Paul de Wit tijdens zijn periode aan boord van de MV Mi Amigo), wist niet welk biertje hij eerst moest kiezen. Net zoals Johan Visser, Rob Olthof, Ruud Kegel of Jaak vanden Broek.
Herbert Visser arriveerde ooit met een rugzak vol pindakaas. Dat wel, maar enkel omdat die smeuïge potten nauwelijks te krijgen waren in België, midden jaren zeventig. Frans Schuurbiers (Dielis Bergen), Tom de Graaf (Charles Dupont), Ad Tetteroo (Johan de Jager) werden niet alleen getrakteerd op eten en drinken, ze bleven ook slapen. Vaak, nog meer en dikwijls Johnny Player bleef ooit negen maanden logeren. Hij zette Gemini in Moeskroen op de rails (1980-1981).
Maar niet enkel de Nederlandse 'Geminiens' waren kind aan huis. Omdat Geluwe vlak bij de snelweg ligt, passeerden heel wat boord-djs van de MV Mi Amigo regelmatig aan mijn voordeur toen ze terugkwamen of naar het zendschip reisden. Hetzelfde verhaal met zij die de trip naar Playa de Aro maakten of ervan terugkeerden. Niet zelden kwamen ze langs. Maurice Bokkebroek, Haike Dubois, Ton Schipper, Peter Vandam Het zijn maar enkele namen die spontaan opborrelen.
Maar niet enkel schoon radiovolk werd en wordt ten huize JLB met open armen ontvangen. De Surinaamse Norma, een pennenvriendin (waar is de tijd dat dit fenomeen bestond?) bleef drie maand hangen. De Nieuw Zeelandse Stephanie een week. Veertien Londonse scholieren, waarvoor ik een fietstocht door West-Vlaanderen had georganiseerd, schoven bij aan tafel. Maar niet enkel bij mij. Ze waren ook welkom op een boerderij in Geluwe, een eetcafé in Dadizele, een school in Roeselare (met dank aan Wilfried Bostyn, overigens geen familie) en eentje in Brugge. Al was radiomaker Herman Vervaeke toen de bemiddelaar met dienst.
Maar ook Marc Coopman (Mac Kenzie), belangrijk achter-de-schermen-pion bij Gemini, zette wekelijks zijn deuren open voor tientallen medewerkers. Ik herinner me fantastische etentjes met en bij Paul Van Gent, Guy van Aalst en Rob Anderson. Omgekeerd heb ik dezelfde ervaring. Tijdens de publicatie van de gedrukte RadioVisie (1974-1984) trokken we vaak naar Nederland. Redactioneel werk in Breda, nieuws zoekend doorheen alle provincies... Of op uitnodiging van deze of een andere omroepvereniging.
Steeds was er de Amsterdamse gastvrijheid van Alfred Debels en José Herps, het koppel achter het Free Radio Magazine. Jelle Boonstra rolde de rode loper uit voor mij en mijn vrouw (al was de matras er te hard). Ooit trokken we naar Groningen waar Hans Knot het ons flink naar de zin maakte. Om nog maar te zwijgen over de ouders van mijn RadioVisie-collega Frans Schuurbiers. Tientallen keren hebben we er gegeten en geslapen. Waarbij ik me nu al verontschuldig voor iedereen die ik ben vergeten.
Misschien zijn de tijden veranderd? Of zullen we het 'trumpiaans' houden op fake news in de krant? Geen idee. Maar dat is niet de essentie. Het bericht bracht wel heerlijke herinneringen boven. En laat dit nu net het belangrijkste zijn. Niet het fortuin dat al die gastvrijheid me gekost heeft waardoor ik te lang met dezelfde, oude Volkswagen Scirocco heb gereden... Gastvrijheid is onbetaalbaar. Toch?
Alweer een dag begonnen waarbij ik mijn geplande werkschema moet omgooien. Snel even naar Frankrijk is flink uitgelopen qua tijd. Ik weet het ; vlug op en neer naar de zuiderburen, zal voor veel mensen héél vreemd overkomen. Ik leg het even uit
Ik woon, in vogelvlucht, op drie kilometer van de Franse grens. Als ik uit het raam van mijn hernieuwde bureau/werkplek/ontspanningsruimte/mancave (ik heb nog geen idee hoe ik dat ga noemen) kijk, dan tuur ik zo La douce France binnen. Over en weer naar de supermarkt aldaar is bijgevolg hetzelfde als voor zij die in het binnenland naar Delhaize, Albert Heyn of Aldi gaan om te winkelen.
Ik doe dat tegenwoordig steeds vaker bij Match in Halluin (La porte verte). Een ietwat groezelige, maar net daardoor sfeervolle winkel, nauwelijks driehonderd meter over de grens. Zo dicht tegen België aan dat noch de GPS, noch de smartphone doorhebben dat ik in het buitenland ben. Samen met mij hebben inmiddels honderden (duizenden?) landgenoten die Match ontdekt. Je vindt er quasi alle producten van bij ons terug, meestal goedkoper. Zeker alles wat vloeibaar en drinkbaar is Veel minder duur! De Franse politici houden op dat vlak blijkbaar meer van hun burgers, dan de onze... De Nederlandse en Duitse naar het schijnt, ook. Maar daar heb ik geen ervaring mee.
Laat nu voor de zomer de Belgische regering aangekondigd hebben dat ze de suikertaks op frisdranken alweer gaan verhogen. Ook op die waar géén suiker in zit, genre Cola Zero, Pepsi Light, Ice Tea (zero). Blijkbaar was dit een wake up call voor nog meer Belgen om nu al naar Halluin te trekken. Waar op een doordeweekse vrijdag de drukte best meevalt, was het nu hard zoeken naar een parkeerplaatsje tussen de, hoofdzakelijk door Belgische nummerplaten ingenomen parking. Inderhaast sleepte het winkelpersoneel extra paletten dranken aan.
Een auto moest ik gelukkig niet kwijt, want ik fiets. Twee tassen achterop, een stevige rugzak als extraatje. Besparen op voeding en drank en dan dure diesel verstoken? Wie A zegt, moet ook B zeggen.
Wat hebben sociale media me geleerd? Dat ik inderdaad rijkelijk laat ben ingestapt. Wie mij kent, keek er vreemd van op dat ik ontbrak. Van de early adapter wat nieuwe communicatiemiddelen betreft, tot helemaal achterop geraakt. JLB, de man die met NeTTies in 1996 het internet mee populariseerde, tot een eenzaam figuur in de woestijn achterblijvend? Een contradictie? What happened? Een malheur? Toch klopt het plaatje
Even terugspoelen naar eind jaren 60 toen er vooral nationale radio- en tv-omroep was. Giganten, molochs, bastions Los van wat er werd uitgezonden, sprak de vrijbuitersrol van de zeezenders me aan. Pak het heft zelf in handen. Hun en mijn motto. Er meer over te weten komen kon alleen als je er zelf over ging schrijven. Een resem contacten met mensen als Pierre Deseyn (Free Radio Organisation), Ronny Major, Willy Lefevere, Hans Verbaan (Free Radio Association), Hans Knot (Pirate Radio News) om enkel zij te noemen, leidden tot de eerste voorzichtige infoblaadjes. Newscaster werd Free Radio Promotion, gevolgd door Baffle en uiteindelijk RadioVisie. Hand- en spandiensten werden verleend aan de laatste, de beste (nou ja), Radio Mi Amigo.
Wat een gevoel, mee hakken aan de wortels van de absolute mediamachten (om wijlen Rob Out te parafraseren). Nauwelijks een decennium later kwam de vrije radio in België langs. Zelf radio maken, dat was alweer een stap verder. Nog meer strijd. Ik hielp Radio Gemini mee oprichten in 1979. Slaagde erin om de zender uit te bouwen en te populariseren. Alweer als één van de eersten op de barricades. Leidde het ergens toe? Wat mij betreft niet echt. De overheid liet begaan maar liet ons ook spartelen. Teveel kleine zenders. Verdeel en heers. De BRT plooide nauwelijks. Ze kopieerden en richtten eigen extra kanalen op (Studio Brussel, Donna). Nog later zou de nationale commerciële radio volgen. Hadden we de strijd gewonnen? Geen idee. Feit is dat de oorlog gestreden was, de gevechten werden gestaakt.
De uitgaves van eigen bladen over radio (en media) hadden me ook geleerd dat de traditionele pers zeker geen medestander was geweest. Stugge structuren, moeilijke hoofdredacteurs, meer dan één ivoren toren om tegen op te boksen. Maar zie, daar was plots het internet. Begin jaren 90. Dé kans om de gevestigde uitgevers te omzeilen. Alweer zelf je ding te doen zonder de geijkte paden te moeten volgen. Vrij, vrank en verrassend. Ik richtte het e-zine NeTTies op. Om Jan Modaal en Jan met de Pet te helpen het nieuwe medium te ontdekken en er te leren mee omgaan. De gevestigde persinstituten gingen langzaam overstag. Eerst werden al die alternatieve websites, elektronische tijdschriften en andere technieken nog weggehoond, bestreden en het leven moeilijk gemaak. Nu zijn alle kranten en bladen virtueel en digitaal vertegenwoordigd op àlle manieren.
De volgende fase waren de sociale media. Ik had er al snel een liefde/haatverhouding mee. Het klopt dat RadioVisie een Facebookpagina had en af en toe gebruik maakte van Twitter, maar van harte was het niet. Immers, daar was alweer dat gevoel over de molochs, de giganten, de bastions. Om er maar één aan te halen; Facebook is té groot, bepaalt eigenhandig àlle spelregels, zet zelf de lijnen uit. Inspraak is er niet, nooit, nimmer. Ik heb daar moeite mee. Heel veel moeite En toch heb ik inmiddels bijna twee maanden Facebook achter de rug. Messenger wordt intensief gebruikt. Mijn Twitteraccount is geactiveerd, het YouTube-kanaal wordt opgepoest, Whatsap en Instagram staan op het verlanglijstje. En ik ben deze blog begonnen.
Alsnog gezwicht? Misschien. Overstag gegaan voor de overmacht? If you cant beat them, join them? Ik weet het (nog) niet. Ik verras mezelf al eens. Vroeger en nu. Ik merk wel wat er gebeurt. En jullie samen met mij. Hoop ik. Het draait om vrijheid. En hebben we die of denken we dat?
***
... Wie de massa volgt, komt niet verder dan de massa. Wie zijn eigen weg volgt, komt op plaatsen waar nog nooit iemand is geweest (Albert Einstein)...
Dag 2 van de big return. Het voelt goed. Zoveel vrienden, kennissen, oud collegas en ander proper volk dat ik voor het eerst weer virtueel tegen het lijf loop. Herinneringen komen in sneltreinvaart terug. Wat hebben we toch veel beleefd. Samen. Soms oppervlakkig, af en toe diepgaand, maar altijd boeiend.
De voorbije dagen viel al een paar keer het woord archief. Een trigger van jewelste blijkbaar, want spontaan begonnen mensen me fotos, geluidsopnames en filmpjes te sturen. Waarvoor dank. De gedachten aan toen worden er enkel mooier en interessanter door.
Danny De Groot stuurde me de complete opnamedag in geluid en beeld van RetroVisie FM. Een unieke samenwerking tussen RadioVisie en Radio PROS. Voor één volle dag werd de zender uit Denderhoutem hét decor waarin gepraat werd over het verleden en de toekomst van de radio. Live op 'antenne' en internet, in de studio en in de zaal. Enkele honderden mensen kwamen langs om het mee te beleven.
Maakten toen deel uit van de keur aan gasten: Hugo Van Vlaenderen (oprichter Radio Noordzee Hasselt), Bjorn Verhoeven (Be One), Dirk Moerman (Topradio), Marc Huylebroeck (Contact Halle), Herbert Visser (ANP), Tom de Graaf (Stadsradio Breda), Yvan Deschrijver (Radio Pros), Guy Broeckhove (Radio Roeland), Philippe Persoons (Mix FM), Walter Galle (Radio Waddenzee), Luc de Groot (ex Contact, Seven, Maeva), Diederik Vanderveken (Radio Magdalena), Koen Godderis (Radio 963) en Michel Bokkebroek (Radio Mi Amigo).
RetroVisie FM ging door op 28 augustus 2005. Toen ik erover nadacht, viel het me op dat ik ER Maurice voor het laatst zag en sprak. We maakten plannen. Bokkebroek had een, naar eigen zeggen, briljant idee om alle vrije radios financieel te helpen. Maar daarvoor moest hij ze allemaal kunnen bereiken. Uiteraard beschikten wij over alle adressen. Die werden netjes geslecteerd en aan de oud-zeezender technicus doorgestuurd. Waarna ik en anderen er nooit meer iets van vernamen. Ik heb dus geen idee wat we gemist hebben.
Al bij al een mooie gelegenheid om nog eens enkele fotos van Maurice uit het archief te vissen. Op ééntje zie je hem in het gezelschap van Herbert Visser (nu directeur van 100%NL en Slam!), op een andere in het gezelschap van Michel Follet en de betreurde Luc Degroot. Over hem heb ik het in een volgend 'retro moment'.
Toen RadioVisie er drie jaar geleden mee ophield, zou ik ruim de tijd hebben om de vastgelopen archieven eens te ordenen. Je begrijpt het gebeurde niet. Tot ik vorig jaar als panellid op de Radiodag in Gistel de mannen van het onvolprezen radioblad Offshore Echoes tegen het vege lijf liep.
Of ik voor hen eens de geschiedenis van de Vereniging voor Vrije Radio wilde schrijven. Vooral dan de periode waarin we programmas maakten voor Radio Mi Amigo. En de geschiedenis van de geflopte Vlaamse zeezender Marina mocht ook.
Aldus geschiedde. Dat soort zetjes had ik blijkbaar nodig om behoedzaam uit dat pensioengedoe bevrijd te worden. De Marina-story is inmiddels her en der verschenen. Het VVVR-verhaal werd door de onvolprezen B.Dom vertaald in het Engels en wordt in afleveringen geplaatst in Offshore Echoes.
Maar daar ging het niet om. Wel om deze foto die ik al duikelend in het fotoarchief nog vond. Het moet 1976 geweest zijn toen her en der in de Lage Landen dj-wedstrijden werden gehouden door Danny Vuylsteke. De bedoeling was om zijn ploeg mobiele discobars uit te breiden (en heimelijk mensen vinden die voor Mi Amigo zouden willen/kunnen werken).
Links zie je een jonge Kas van Iersel, een al even jonge JL Bostyn, een dame waarvan ik de naam vergeten ben en tot slot Filip Truwant. Studio-medewerker voor de VVVR-uitzendingen op Mi Amigo en fotograaf voor Baffle, de voorloper van RadioVisie.
(Intussen ben ik nog steeds op zoek naar de naam van het meisje op de foto. Wie haar kent, mag zich melden. Uiteraard).
Ik denk dat ik ga stoppen met dat 'pensioengedoe. Drie jaar in het 'verborgene', is niet goed voor mijn geestelijke én lichamelijke conditie. Nù eerst even de 'sfeer' en gebeurtenissen anno 2017 opsnuiven. Wat biedt de (media)wereld dezer dagen? Ik ga op onderzoek.