Ik ben Allyson. Ik ben 18 jaar en ben student op de universiteit. Ik ben iemand die studeren heel belangrijk vind. Samen met mijn ouders woon ik in Amerika. Mijn beste vriendin is Melanie, waar ik heel veel leuke momenten mee beleef.
Na een hele lange zoektocht naar Willem, heb ik een spoor. Wanneer ik naar het toneelstuk As You Like It ga kijken, speelt Willem erin mee. Terwijl ik naar hem kijk, is het alsof alleen Willem en ik bestaan. Mijn hart gaat als een gek tekeer. Zou ik hem nu toch nog mislopen, terwijl ik zo dichtbij ben? Willem. Zijn naam ligt op mijn lippen. 'Willem!' klinkt het opeens luid en duidelijk. Een jonge vrouw maakt zich los uit de menigte en rent naar voren. Hij omhelst haar. Een en al liefde. Wanhopig loop ik weg. De volgende ochtend word ik wakker van het felle zonlicht. Ik heb het adres waar Willem woont. Dat heeft Robert-Jan mij gisteren op zijn feestje verteld. Het is... O, ik kan me de naam niet meer herinneren, maar wel dat hij zei dat het "riem" betekende. Nummer negenentachtig. Ik weet niet of ik nog de moeite ga doen om hem te zoeken nadat ik weet dat hij iemand heeft. Toch neem ik de trein naar Willems huis. Een dame liet mij het appartementsgebouw binnen. Mijn hand trilt als ik aanklop. De deur gaat open, en daar staat hij. Willem. Hij blijft mij aankijken. Dan stapt hij opzij en doet de deur verder open, ver genoeg voor mij om erdoorheen te lopen. En dat doe ik...
Na een heel groot avontuur in Parijs, werd ik bezweet wakker. Gisteren was een wilde avond. Ik tast naar Willem, maar hij is er niet. Ik kijk naar mijn horloge, maar die zit niet om mijn pols. Opnieuw komen er verschillende gedachten in me op. Mijn gedachten vliegen alle kanten op terwijl ik een rationele verklaring probeer te vinden voor zijn afwezigheid. Er verstrijkt nog meer tijd. Dan neem ik de beslissing om hem te gaan zoeken. Eenmaal op straat kijk ik of ik Willem zie, maar hij is nergens te bekennen. Nergens is Willem te vinden. Ik kan bijna niets zien zonder de tranen en ik strompel verder over de trottoirs, van huizenblok naar huizenblok. Ik probeer Melanie te bellen, maar zij neemt niet op. Plotseling herinner ik me het visitekaartje van mevrouw Foley, de leerkracht die met ons mee was tijdens de tour. Ze stelt mij gerust. Na veel te lange dagen beslis ik Willem te gaan zoeken. Ik logeer in een herberg waar ik nieuwe mensen leer kennen. De zoektocht is niet eenvoudig. Er zijn veel dode sporen.
We zaten samen gezellig in de trein naar Parijs. Willem vroeg mij wat ik wou eten, zodat hij het kon halen in het restaurant van de trein. Wanneer Willem achter eten was, bleef ik rustig wachten. Na een lange tijd te zitten wachten, kwam er vanalles in mijn hoofd. Er kwam een gedachte bij me op. Stel dat dit een uitgekiend plan is? Zoek het naïefste Amerikaanse meisje uit dat je kunt vinden en lok haar mee in een trein, dan dump je haar en stuur je... ik weet het niet... een stelletje tuig op haar af om haar te grazen te nemen? En dan voel ik nog iets. Ik grijp ernaar en zie dat het een zakje chips met zout en azijn is. Ik kijk op. Het was Willem. Ik was opgelucht dat mijn gedachten verkeerd waren. We praten verder en lachen. Over 20 minuten komen we in Calais aan en zijn we een uur later in Parijs. Maar op dit moment heb ik het gevoel dat deze trein me niet alleen naar Parijs voert, maar naar een heel nieuwe wereld.
Na de ontmoeting met Willem, stop ik niet met te denken aan hem. In de trein, op weg naar Londen, kwam ik Willem toevallig weer tegen. ik ben verbaasd, maar wil het niet tonen. Hij komt voor mij zitten alsof we elkaar al een lange tijd kennen. We praten over allerlei dingen. Opeens kwam Willem met het voorstel om samen naar Parijs te gaan. Zonder nadenken zeg ik ja. Aan al de problemen die er konden plaatsvinden had ik niet gedacht, maar toch ging ik samen met Willem naar Parijs. Dit is het begin van een groot avontuur.
Ik ben samen met Melanie op tour die ik van mijn ouders heb gekregen voor mijn goed eindresultaat. Tijdens de voorlaatste dag, vielen mijn ogen op een jongen genaamd Willem. Hij deelde flyers uit voor een toneelstuk van Shakespeare, waarin hij de hoofdrol speelt. Hij nodigde ons diezelfde dag uit om de voorstelling te komen bewonderen. Uit onze comfortzone hebben we dit gedaan. Na het toneelstuk werd er een muntje naar mij gegooid, het was Willem. Vanaf dan was het echte liefde.