Acer campestre
Botanische naam : Acer campestre 'Elsrijk' Nederlandse naam : Spaanse aak Herkomst : Nederland Bijzonderheden : gras/groenstrook, bloeden (1/1-1/5) Grondsoort : alle Vochtbehoefte : normaal Licht : schaduw, half schaduw, zon Wind : ongevoelig, weinig gevoelig Gebruik : straten/pleinen, parken, tuinen, solitair Hoogte : 8.00-15.00 m Vorm : kegel Kroon : gesloten Bloeikleur/vorm : geel Bloeitijd : april, mei Blad : herfstkleur, bladverliezend Vrucht : opvallend Twijg/stam : kurk
Standplaats: De Spaanse aak is geschikt voor alle bodemsoorten met uitzondering van zeer arme, droge zandgrond en natte bodems. Hij is windbestendig, geschikt voor zonnige en schaduwrijke plaatsen en is bestand tegen luchtverontreiniging en strooizout. Het is een pioniersplant.
Kenmerken: drie- tot vijflobbige bladeren. De jonge scheuten kleuren roze-rood. In de herfst worden de bladeren felgeel. De Spaanse aak wordt tot 10 m hoog. De plant wordt vaak als struik en in hagen gehouden. In de herfst heeft de Spaanse aak herfstkleuren. De soort kan eenhuizig of tweehuizig zijn. Het blad is drie- tot vijflobbig. De lobben zijn stomp, mat groen en aan de onderzijde behaard. De hoofdnerf is lichter van kleur en in de bladsteel zit melksap. De knoppen zijn rood en tegenoverstaand.
Bloemen : De Spaanse aak heeft een bloeiperiode van april tot mei. Geelgroen, in eindelingse, rechtopstaande of overhangende pluimen. Bloemsteel en bloemdek behaard. De bloemen zijn vrij klein, onopvallend en groen-geel van kleur. De bloemen verschijnen ongeveer tegelijkertijd met de bladeren. De vleugels van de vruchten liggen bijna in elkaars verlengde.
Planten : bermbeplanting, landelijk gebied, industriegebied. Het oppervlakkig wortelstelsel brengt geen schade toe aan verharding. Verdraagt hitte en schaduw. Goed bestand tegen uitlaatgassen en zeewind.
Gebruik : blokbeplanting,haag,windbreker
Eigenschappen: kan uitgroeien tot een boom maar wordt veel gebruikt als haagplant of struik. Zeer dichte ovale kroon, wat onregelmatig van vorm.
Vermeerderen : Het duurt achttien maanden voordat de zaden ontkiemen.
Soorten : --Acer campestre 'Elsrijk'Kleine piramidale boom --Acer campestre 'Queen Elizabeth' Wordt 10 to 12 m hoog met een breed ovale tot breed eivormige kroon. Hij heeft donkergroene bladeren met afgeronde lobben en een gele herfstkleur --Acer campestre 'Red Shine' Wordt 8 tot 12 m hoog met een smalle, piramidale kroon. De onderzijde van de bladeren is donkerder dan bij de soort --Acer campestre 'Royal Ruby' Heeft bladeren met een rode gloed --Acer campestre 'Marjolein'
Weetjes :
verdraagt snoei zeer goed
De Spaanse aak (Acer campestre) is een plant uit de zeepboomfamilie (Sapindaceae).
De Spaanse aak kan beter niet in het voorjaar gesnoeid worden omdat hij dan gaat "bloeden".
De maximale leeftijd is 150-200 jaar; slaat zeer goed uit de stronk op. Een goed kenmerk zijn de vleugelvormige kurklijsten, die vooral aan krachtige loten gevormd worden. Ze zijn echter niet bij alle planten duidelijk ontwikkeld. Bladen veel kleiner dan bij de Noorse esdoorn, met stompe lobben.
Eender is de Franse esdoorn (Acer monspessulanum), met hardere en gemiddeld nog wat kleinere bladen, deze met slechts 3 even grote, eironde, gaafrandige lobben; vleugels van de vruchten onder een scherpe hoek op elkaar staand, soms bijna evenwijdig
Acer campestre ´Elsrijk´ is een cultivar die afkomstig is uit Nederland en veel aangeplant wordt als groenstrook. Als boom groeit hij uit tot een decoratieve vorm van 10 m hoog in de vorm van een mooi gesloten, breedkegelvormige, later breedeivormige kroon. Het blad is donkergroen en kleiner dan bij de soort. Elsrijk doet het ook goed op moeilijke plaatsen en op normale tuingrond. Als jonge boom gemakkelijk met vaste planten te combineren maar op den duur alleen sterkere bosplanten. Door zijn uniforme groei en matige omvang ook uitstekend geschikt voor laan- en straatbeplantingen, vooral op open groenbermen.
Hoewel de Latijnse benaming van deze veldesdoorn en de Duitse kwalificatie Feldahorn de gedachte oproepen, dat het vooral een in het veld voorkomende houtachtige soort hetreft, heeft de Engelse naam Hedge Maple betrekking op zijn gebruik als heg. Toch is de veldesdoorn niet zo erg trouw aan zijn naam: hij groeit vooral in gemengde loofbossen, maar even goed in lichtere bossen samen met beuken, eiken en haagbeuken, als in dicht bebladerde bossen in de vlakte en op de hellingen van de bergen. Hij groeit inderdaad ook wel op open plekken, langs weilanden en akkers. Het gebruik voor de samenstelling van heggen dateert aluit de vroegste tijden. Hij kan goed gesnoeid worden; denk maar aan de beroemde levende, geschoren heg, bestaande uit veldesdoorns in de tuin van kasteel schonbrunn.
|