Graptopetalum
Bloemen : Het maakt een bladrozet, die nog eens extra mooi is, doordat de randjes roodachtig zijn. In mei zullen er karmijnrode bloeiwijzen verschijnen, die fraai zijn getekend en wekenlang hun sierwaarde houden.
Planten : In hun thuisland Mexico groeien deze planten - er zijn nog meer soorten als kamerplant in omloop - aan de schaduwkant van berghellingen, die tamelijk vochtig is. In de vensterbank mogen deze vetplanten dan ook niet in de felle zon worden gezet, want daar kunnen ze niet tegen, ook al zijn het vetplanten.
Vermeerderen : Vrijwel alle soorten van het geslacht Graptopetalum laten zich gemakkelijk vermeerderen door kopstek of blad stek, afhankelijk van de groei vorm. Ze groeien het beste in speciale cactusgrond, die sterk doorlatend is. Om veel plezier van de planten te hebben vragen ze een simpele, maar wel juiste verzorging.
Soorten : Van het geslacht Graptopetalum zijn nog andere soorten als kamerplant in omloop. Heel anders van uiterlijk dan
--Graptopetalum bellum is
--G. paraguayense, die wel opaalblad wordt genoemd naar de bladkleur. Het is een vertakkend plantje met geënde stengels en een struikige groei. De blaadjes zitten eigenlijk in een korte rozet aan de stengels en de bloempjes zijn bijna wit met wat rode spikkeltjes.
Weetjes :
Het aardige vetplantje Graptopetalum bellum zal een jaar of vijftien geleden zijn ontdekt in Mexico.
Dit aardige vetplantje is een bijzonder gemakkelijke huisgenoot, die dan ook bij de plantenliefhebbers als kamerplant in korte tijd populair is geworden.
De naam Graptophyllum zou 'met beschilderd bloemblad' betekenen en dat slaat op de bloemkroonblaadjes die roodachtig getekend zijn met stippen of dwarsbanden.
Het feit dat deze planten verdikte bladeren hebben, heeft te maken met een rusttijd waarop ze in hun thuisland zijn ingesteld. Die rusttijd kan onder huiskamer- omstandigheden in de winter worden gegeven en betekent dat de planten dan koel moeten staan. Tussen 5 en 10°C is in die periode voldoende, sterker nog: optimaal. Staan de planten in de winter te warm, dan verliezen ze echter hun karakteristiek uiterlijk en worden slap en sliertig.
Dat is ook het geval als ze te veel voeding krijgen en eigenlijk geldt dat voor alle vetplanten en ook voor cactussen. Uitsluitend in de groeiperiode mogen deze planten voeding krijgen, dat is dus ongeveer tussen april en september. Bij voorkeur krijgen ze dan alleen maar een speciale samenstelling, die als cactusvoeding te koop is.
Verzorging bestaat uit
-
--Geef deze planten veel licht maar geen volle zon,
-
--In de winter moet u ze een koele plek geven en ze droog houden,
-
--Alleen voedsel geven tijdens de groeiperiode,
-
--Bij voorkeur cactusgrond gebruiken.
|