De busreis: een gedichtje door Kaat en Liese (6de) We vertrekken met de bus.
We geven onze ouders nog een kus.
Lungötz, we komen er aan,
om op de skilatten te gaan staan!
In de bus eten we af en toe wat snoep.
We zijn een hechte groep!
De eerste sneeuw zien we rond middernacht.
Oooh, wat is die sneeuw toch zacht.
We beginnen allemaal te gapen,
want het wordt heus tijd om te gaan slapen!
's Morgens vroeg rijden we voorbij een akker.
Iemand roep door de micro en we worden wakker.
Nu duurt het echt niet meer lang voor we er zijn.
|