Vertalen, vertaalbureau, vertalingen, vertaler, literatuur, Ezzulia, forum
Vertalen, vertaalbureau, vertalingen, vertaler, literatuur, Ezzulia, forum
25-11-2015
Het stripverhaal in België: een prettig overzicht
Het is de tijd dat we cadeaus zoeken, en het is de tijd dat er cadeaus verschijnen.
België gestript is een van die cadeaus, ideaal voor de striplezer die een overzicht wilt van een belangrijk deel van onze cultuur.
Het boek strooit illustraties rond van de schat die voor het beeldverhaal werd bijeengetekend door ijverige beroepsmensen, amateurs, klassiekers en eendagsvliegen. Het werd een verzameling jeugdherinneringen en wegwijzers naar nieuwe paden.
De auteur, Geert De Weyer, deed het zware labeur van de mijnwerker om ons het plezier te gunnen om tijdens lange winteravonden meer over onze favorieten te ontdekken, om te weten hoe onze geliefde schrijvers en tekenaars met elkaar in contact stonden, om de sporen te volgen die zij nalieten op hun tochten langs uitgevers, en om hun oeuvre te zien groeien.
Het boek roept bij iedereen herinneringen op die terugkeren tot de jeugd en de kindertijd, maar ook aan meesterwerken die strenge criteria trotseerden en vaak ondanks in plaats van dankzij de culturele canons ontstonden.
Het is een geweldige dikkerd geworden: groot formaat, geen pagina zonder illustraties, met vlot leesbare teksten die zich niet verliezen in eindeloos analytisch-academisch gezwam dat elke steen optilt om vast te stellen dat er grond onder ligt.
De voorpagina is een vondst: het boek als een doorkijk op een wereld. Het kondigt het bijzondere en unieke karakter van de uitgave aan.
Ik mag niet verzwijgen dat ik een van de eindredacteurs was, maar ik mag mijn rol niet groter voorstellen dan ze is: ik ben slechts één van de drie, en in het dankwoord vermeldt auteur Geert De Weyer meer dan honderd (100!) medewerkers, die zich vol overgave hebben ingezet om deze getuigenis vast te leggen.
Het is een boek dat de komende maanden in veel cadeauverpakkingen zal passen.
25-11-2015, 15:32 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
05-11-2015
Verzamelaarsruilbeurs FILA Geraardsbergen 7 november 2015
PERSBERICHT
Koninklijke Filatelieclub Geraardsbergen
ââ Na het enorme succes van vorig jaar ââ
Zaterdag 7 november 2015
RUILBEURS
voor ALLE verzamelaars
(postzegels â postkaarten â boeken - cd's - munten â heemkunde)
ZAAL SINT- BAVO
Hoge Buizemont 165 â Geraardsbergen
Gratis toegang van 9u00 tot 15u30
Ruime parking (achter de kerk)
Info : Secretariaat : 054 / 41.52.10
Koffie, andere dranken, broodjes en Geraardsbergse mattentaarten aan lage prijzen
De gemakkelijkste manier om de zaal te vinden is door te vertrekken op de Grote Markt van Geraardsbergen:
- Markt -> Paardenmarkt -> Vesten oversteken naar verbindingsweg -> op Boulevard naar links -> eerstvolgende afslag rechts, dat is de Buizemont -> ongeveer een kilometer doorrijden tot de zaal St-Bavo aan de rechterkant.
Ik zal er zelf aanwezig zijn met romans, woordenboeken, boeken over letteren, tijdschriften, cd's (U2, Jimmy Hendrix ...) en strips.
Het is de ideale gelegenheid om een verzameling Vlaamse tijdschriften aan te vullen: Revolver, Neerlandia, De Vlaamse Gids, Girik & Nieuw Vlaams Tijdschrift, Nederlands van Nu.
Ook oude boeken over Letterkunde.
Recentere romans.
Afleveringen van het striptijdschrift De Flintstones uit de jaren 60 (in het Nederlands).
05-11-2015, 22:05 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
18-10-2015
Nieuwe Dikke Van Dale! 15 editie!
1864: Calisch en Calisch houden hun verklarend woordenboek Nederlands boven de doopvont. Dat is opvallend, want in hetzelfde jaar verscheen het eerste deel van het Woordenboek der Nederlandsche Taal. Die parallel tussen het WNT en de Dikke Van Dale is nooit verdwenen.
De reden is eenvoudig: woordenboeken bouwen altijd voort op bestaande woordenboeken, behalve enkele honderden jaren geleden. Maar dat is een ander hoofdstuk van de lexicologie.
Calisch en Calisch wilden zich misschien minstens gedeeltelijk baseren op het WNT.
Maar het WNT was in 1864 niet volledig: alleen het eerste deel van A tot ajuin verscheen. Voor alle andere woorden moesten C&C dus elders te rade gaan. Dat was het door hun vader uitgegeven Fransch-Hollandsch en Hollandsch-Fransch woordenboek. En dat zal wel weer op andere boeken hebben gesteund.
Het Nederlands-Franse deel van het Nieuw Fransch-Nederduitsch en Nederduitsch-Fransch Woordenboek van S.J.M. van Moock werd door Van Dale gecombineerd met het werk van C&C, en zo ontstond in 1872 de eerste Van Dale.
In 1998 werd het WNT eindelijk voltooid, en gedurende al die jaren werd bij elke nieuwe editie van de Dikke Van Dale geput uit de resultaten van de WNT, aangevuld met zelfs inzendingen van de gebruikers.
Er is echter een probleem met het WNT: het werk was zo groots opgevat, dat op een bepaald moment werd besloten niet alle Nederlandse woorden op te nemen. Daarvoor werd zelfs een ander project opgestart. Bovendien had het WNT wetenschappelijke pretenties: elke ingang is een poging om de etymologie van het woord te beschrijven, en niet alleen de betekenis ervan. Het boek werd ook afgeladen met vindplaatsen van de woorden, om te bewijzen dat de vastgestelde etymologische, grammaticale en semantische ontwikkelingen juist waren. Daardoor is het om woorden op te zoeken compleet onbruikbaar.
Nog erger is dat het is gespeld volgens de spellingregels uit de 19e eeuw, zelfs toen die al lang waren opgegeven. Zeker daardoor is het voor de huidige gebruikers onleesbaar.
Het resultaat was in elk geval dat iedere nieuwe Van Dale dikker werd. De eerste uitgave was al omvangrijk, maar kon nog als één deel worden gepubliceerd. Uiteindelijk groeide het uit tot de huidige drie delen, en naar verluidt zou het daar bij blijven.
Dat is echter de vraag: ook deze uitgave telt weer meer woorden dan de vorige, zelfs al werden er heel wat geschrapt. Het boek werd aangevuld met allerlei nieuwigheden, die voor het WNT niet eens denkbaar waren. Zoals app.
Leuk is dat de Dikke Van Dale de etymologie niet helemaal heeft opgegeven. Die wordt bij sommige lemma's in een andere kleur weergegeven, zodat bij 'app' wordt vermeld dat het is afgeleid van het Engelse 'application'. Soms staat er ook een datum bij, 'Apostaat' blijkt al in 1504 in het Nederlands voor te komen.
In de vorige editie werden in de Van Dale ook illustraties toegevoegd. Dat is noodzakelijk om te voorkomen dat je in cirkeltjes leest. De tekeningen zijn wat klein, en er zouden er meer mogen zijn. Het zou bijvoorbeeld geen slecht idee zijn om bij 'wiskunde' of een gelijkaardig woord meerdere wiskundige figuren samen af te beelden. Er zijn ook niet echt veel afbeeldingen. Als je wat bladert, moet je zelfs wat geluk hebben om er eentje te vinden. Op dat gebied kan het boek dus nog worden verbeterd.
Toen de nieuwste editie werd voorgesteld, gewaagden sommigen dat het de laatste papieren versie zou zijn. Wij betwijfelen dat. Om te beginnen is de Van Dale nooit iets geweest dat echt in grote aantallen werd gekocht. Het is altijd een boek geweest dat je één of twee keer in je leven kocht om er zo lang mogelijk mee te doen. De normale huidige prijs is 179 euro, en de voorintekenprijs was 149 euro. Ter vergelijking: de nieuwe editie van 1984 kostte 6000 BEF, dus eigenlijk evenveel als de huidige voorintekenprijs. En dat was dertig jaar geleden. Het is dus nooit een boek geweest dat je er even tussendoor kocht. Waarom zou dat nu anders zijn? En waarom zou het dan nu worden weggeconcurreerd door internettoepassingen? Overigens: wie de papieren versie koopt, krijgt er één jaar gratis internettoegang bij.
Sommigen wijzen erop dat mobiele toepassingen zo'n zwaar boek van ongeveer zes kilogram overbodig zouden maken, maar mobiele toepassingen zijn evenmin altijd handig. Dus dat zit ook wel snor. En de kleinere pocketwoordenboeken verschijnen ook nog altijd.
Dus ergens zal dat papieren woordenboek wel overleven. Er zijn enkele nadelen, maar er zijn ook voordelen. Nog altijd slaagt geen enkel computerscherm erin om hetzelfde overzicht te bieden als een blad papier. We herinneren ons zelfs dat het schrijven op beeldscherm een aanpassing vroeg doordat het overzicht slechter was. En de Dikke Van Dale heeft aan die overzichtelijkheid nog bijgedragen, doordat bij lange lemma ook een mini-inhoudsopgave staat.
De encyclopedische waarde is versterkt doordat er kaderteksten werden toegevoegd, maar die beperken zich tot vaktermen uit de taalwetenschap, spelling en lexicografie. Rekening houdende met de soms waanzinnige veranderingen die de Spellingcommissie de laatste decennia probeerde door te voeren (o.a. het hilarische '1 aprilgrap' i.p.v. '1-aprilgrap'), is dat heel welkom.
Met deze nieuwe Van Dale zijn we weer gered voor tien jaar.
Van Dale Groot Woordenboek van de Nederlandse taal, 2015, 15e editie, Van Dale Lexicografie, 179 euro (voorintekenprijs 149 euro)
18-10-2015, 17:34 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
16-09-2015
Computers op school nuttelozer dan gedacht
Er is een internationaal onderzoek geweest over de invloed van het gebruik van ICT in de klas op de prestaties van leerlingen.
Het onderzoek werd uitgevoerd door de Organisation for Economic Co-operation
and Development (OECD).
Hun rapport besloot het volgende:
* Studenten die zeer vaak computers op school gebruiken, hebben slechtere schoolresultaten.
* Studenten die matig computers op school gebruiken, zoals één of twee keer per week, hebben "ietwat betere leerresultaten" dan studenten die computers zelden gebruiken.
* De resultaten tonen aan dat er "geen opmerkelijke verbeteringen" zijn voor lezen, rekenen en wetenschappen in de landen die zwaar hebben geïnvesteerd in informatietechnologie.
* Sterk presterende schoolsystemen zoals in Zuid-Korea en Shanghai (China) gebruiken minder vaak computers op school dan andere.
* Singapore, met slechts een matig gebruik van technologie op school, staat aan de top voor digitale vaardigheden.
Mijn conclusies:
- Computers op school zijn nuttig, omdat je later computers nodig hebt, en alleen maar theorie geven zou te kort schieten. Je hebt ook wat praktijkervaring nodig.
- Computers in het kleuteronderwijs en lager onderwijs zijn uit den boze: compleet nutteloos, niet in het minst omdat ICT zo snel verandert dat wat je leert in het kleuteronderwijs hopeloos verouderd is op het moment dat je het in je beroepsleven moet toepassen.
- Computers hebben daardoor ook geen nut in het lager middelbaar onderwijs.
- Computers horen pas thuis in het hoger middelbaar onderwijs.
- Eén computerklas per school, zodat de leerlingen één of twee uur per week met echte computers en computersystemen te maken krijgen, is voldoende (afhankelijk van de grote van de school is het mogelijk dat één klas te weinig is).
- Computers in elke klas en die bovendien allemaal in een netwerk steken, is weggegooid geld.
- Iedere leerling een iPad is daardoor ook weggegooid geld.
Mijn bedenkingen:
- Het verbaast me eigenlijk niets.
- De mantra dat computers goed zijn voor onderwijs, is evengoed een idee-fixe als het belang van Latijn leren. De mantra dat computers goed zijn in het onderwijs, is volgens mij ontstaan bij de verkopers ervan, net zoals de mantra dat Latijn goed is, ontstaan is bij ouderen die het ooit hebben geleerd, zonder dat er werkelijk onderzoek naar de impact van het Latijn zelf werd uitgevoerd (dus zonder er rekening mee te houden dat veel scholen sterke leerlingen in de richtingen Latijn steken, en de zwakken elders - onderzoek dat daar wél rekening mee houdt, toont geen voordeel voor Latijn aan).
- Ik had al eerder gemerkt dat in landen met sterke schoolprestaties het onderwijs soms erg "ouderwets" is opgezet, en ook dat ze er soms de leerlingen samenzetten in enorm grote klassen met tientallen leerlingen, helemaal in tegenstelling met de neiging in onze landen om klassen met weinig leerlingen te maken.
- Opvallend is dat ze in sommige Aziatische landen niet eens rekenmachines op school gebruiken, maar wel telramen, en dat ze daarmee even snel rekenen als wij met rekenmachines.
Andere opmerkingen in het rapport van Schleicher
- De socio-economische kleef tussen leerlingen wordt door het gebruik van technologie in de klas niet verminderd, maar misschien zelfs vergroot.
- Kinderen moeten vooral goed zijn in lezen en reken, en dat is veel effectiever om de kloof te verkleinen dan toegang tot hi-tech.
- Technologie in de klas kan de leerlingen afleiden en hun werk zelfs reduceren tot "knippen en plakken" van antwoorden op internet. Daardoor maakt Schleicher dezelfde soort bedenking die ik een vijftien jaar geleden had over het gebruik van fotokopies in de klas (ik heb ooit lesgegeven).
Ik wil hier ook een sneer geven aan journalisten die vaak zonder enige kennis van zaken en zonder ergens goed bij stil te staan, naar de verre buitenlanden trekken, hun camera neerpoten, en conclusies trekken uit allerlei oppervlakkige waarnemingen.
Ze wijzen vaak op het grote gebruik van ICT in scholen in Zuid-Korea en Japan, maar lijken zelden een klas te zijn binnengestapt maar het grote ICT-gebruik af te leiden uit de smartphones en tablets die tijdens de pauzes circuleren. Bovendien vermoed ik dat ze doorgaans de scholen van de rijkere leerlingen bezoeken, niet van de gewone bevolking.
Dat blijkt nu omdat het rapport zegt dat de landen en steden met het laagste gebruik van internet op school o.a. Zuid- Korea en Japan zijn: precies het type landen waarvan vaak wordt aangenomen dat zij nu net wel veel computers op school zouden gebruiken. Overigens blijken die landen, die samen met Shangai en Hong-Kong weinig computers gebruiken, net de scholen te zijn met de beste prestaties in internationale tests.
Schleicher wou daaruit niet besluiten dat computers uit het onderwijs moeten worden gebannen, maar dat er een effectiever aanpak moet worden gezocht.
Hij wees op digitale schoolboeken online, wat beter zou zijn dan traditionale boeken.
Daarbij heb ik twee opmerkingen:
- Ten eerste verandert dat eigenlijk niets aan het lesgeven, maar alleen aan het medium om de boeken te verspreiden.
- Ten tweede houdt Schleicher geen rekening met recente bevindingen dat mensen moeilijiker iets onthouden dat ze op computer hebben vernomen, dan wat ze op papier hebben vernomen.
Bovenstaande is gebaseerd op een artikel op de website van de BBC. Op het einde vroegen ze een vertegenwoordiger van Microsoft naar zijn ideeën over het rapport ...
16-09-2015, 10:43 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
28-08-2015
Kunstkring Parnassos viert 20 jaar
Een korte tijd in een grijs verleden, toen ik nog literaire tijdschriften uitgaf en deelnam aan literaire wedstrijden, was ik lid van de Kunstkring Parnassos .
Dit jaar viert de Kunstkring Parnassos zijn twintigjarig bestaan , en zoals het een groepje beeldende kunstenaars past, wordt dat gevierd met een tentoonstelling.
Niet alleen van beeldende kunsten, maar ook van poëzie, want Parnassos heeft zich ook altijd op poëzie gericht, al kwam dat meestal minder goed uit de verf, of de klei.
De tentoonstelling is gratis toegankelijk.
Ze is op
zaterdag 26 september 2015 van 13.30 uur tot 19.00 uur
zondag 27 september 2015 van 10.30 uur tot 18.00 uur
in het Koetshuis van Geraardsbergen (Abdijstraat 10, 9500 Geraardsbergen)
Zowel tijdens de vernissage als tijdens de tentoonstelling is er een goodie-bag met o.a. uitgaven van Peter Motte. Op die manier legt Parnassos een link met zijn vroegere literaire ambities.
Tentoonstellende deelnemers:
Jimmy Carnier, Marleen De Smet, Yvan De Vos, Albert Depessemier, Ann Dhaenens, Laurence Faes, Suzanne Faut, Roger Labee, Ruth Labee, Jenny Lemahieu, Carla Leroy, Christine Meurrens, Peter Motte, Greta Praet, André Spitaels, Toon Uyttendaele, Michel Van Breussel, Marie-Paule Van De Veire, Siska Van De Keere, Patrick Van Der Heyden, Christelle Van Ongeval, Béatrice van Pottelsberghe, Antoine Van Riet, Carl Vanden Daele
28-08-2015, 00:27 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
27-08-2015
Inscheping naar Mars!
NASA heeft een variant bedacht op de miles die je als Frequent Flyer van luchtvaartmaatschappijen kunt sparen: je kunt Frequent Flyer worden van NASA-vluchten.
Je kon je onder andere inschrijven voor de eerste vlucht van de Orion, en momenteel is er een actie voor een vlucht naar Mars.
Momenteel loopt er een inschrijfactie voor InSight: Interior Exploration using Seismic Investigations, Geodesy and Heat Transport, vertaald: exploratie van het inwendige met behulp van seismisch onderzoek, geodesie en warmteoverdracht. Die missie laat een toestel voor geofysisch onderzoek op Mars landen voor onderzoek van het diepe inwendige.
Wie zich inschrijft krijgt een fraai vliegticket, verzamelt Frequent Flyer Miles, en je naam wordt in een chip gezet die met het toestel wordt meegestuurd, een chip die dus op Mars belandt.
Leuk, maar waarom doen ze dat?
NASA is een overheidsinstelling. Het is geen privé-organisatie zoals Apple, die op alles patent aanvraagt. NASA heeft altijd een rol gespeeld in de propaganda van de VS, maar veel leden van de organisatie menen oprecht dat ze hun werk onder de aandacht van het publiek moeten brengen, en nemen hun educatieve rol ernstig. Aangezien ze met belastinggeld worden betaald, vinden zij ook dat het publiek recht heeft op de resultaten van hun werk.
27-08-2015, 11:45 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
25-08-2015
Kunstkring Parnassos viert 20 jaar, 2
VIDEO
De Kunstkring Parnassos bestaat 20 jaar en viert dat met een overzichtstentoonstelling beeldende kunsten & poëzie.
Die vindt plaats op vrijdag 25 september en zaterdag 26 september in het Koetshuis in het Cultureel Centrum de Abdij te Geraardsbergen.
24 DEELNEMENDE KUNSTENAARS
Jimmy Carnier, Marleen De Smet, Yvan De Vos, Albert Depessemier, Ann Dhaenens, Laurence Faes, Suzanne Faut, Roger Labee, Ruth Labee, Jenny Lemahieu, Carla Leroy, Christine Meurrens, Peter Motte, Greta Praet, André Spitaels, Toon Uyttendaele, Michel Van Breussel, Marie-Paule Van De Veire, Siska Van De Keere, Patrick Van Der Heyden, Christelle Van Ongeval, Béatrice van Pottelsberghe, Antoine Van Riet, Carl Vanden Daele
PLAATS
in het Koetshuis van Geraardsbergen (Abdijstraat 10, 9500 Geraardsbergen)
TIJD
zaterdag 26 september 2015 van 13.30 uur tot 19.00 uur
en zondag 27 september 2015 van 10.30 uur tot 18.00 uur
PRIJS
De tentoonstelling is gratis toegankelijk.
25-08-2015, 08:05 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
08-06-2015
Terugkeeractie voor "Boeddha" door Osamu Tezuka
Gejubel alom, want op de website van 't Pinceel Stripverspreiding wordt een "terugkeeractie" voor de achtdelige mangaserie "Boeddha" van Osamu Tezuka bij Uitgeverij L (Nederlandstalig) vermeld voor 12,50 euro/stuk of 100 euro in totaal.
Die prijs geldt tot 21 augustus 2015, daarna is het 17,50 euro/deel. Je doet dus tot 40 euro voordeel door snel te bestellen.
De boeken zijn de vierde druk. Het papier is van betere kwaliteit dan bij de vorige drukken.
De hele reeks telt zowat 2900 pagina's.
Er schijnt een plaatje te zijn waar iemand een polshorloge draagt, wat in de tijd van Boeddha nog niet bestond.
Volgens sommigen is dat een flink anachronisme, wat zou bewijzen dat Tezuka niet altijd even goed werkt afleverde.
Maar hoe is het mogelijk dat iemand de moeite doet om een volledig polshorloge te tekenen zonder te beseffen dat hij een vet anachronisme in zijn werk stopt?
Het is best mogelijk dat Tezuka het opzettelijk deed.
Waarom?
Ik zie twee mogelijheden:
- ofwel om de lezer te waarschuwen dat het een stripverhaal is, en geen doorwrocht historisch verantwoord werk
- ofwel als knipoog naar een oudere film "Ben Hur", waar een van de figuranten wel een polshorloge droeg.
Je kunt je inderdaad voorstellen dat een figurant vergéét zijn polshorloge af te nemen, en dat niemand het merkt.
Maar per vergissing een polshorloge tékenen, lijkt me veel minder waarschijnlijk.
Overigens schijnt het in Japan de gewoonte te zijn om opzettelijk een foutje naar binnen te moffelen, zodat je zou zien hoe goed de rest is.
Iets dergelijks menen we ook te hebben gemerkt in de manga-serie "Ikigami".
08-06-2015, 15:23 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
29-05-2015
Gust Van Brussel (1924-2015)
De auteur-schilder Gust Van Brussel werd bijna 91 jaar.
Hij werd op 12 september 1924 geboren in Antwerpen, en stierf op 20 mei 2015 in Hoboken.
Hij was heel lang actief als schilder en schrijver. Zijn werk bevatte experimentele poëzie, sciencefiction, en realistische romans.
Zijn schilderijen waren abstract.
Zijn novelle "Het laatste fresco" vind ik zijn beste werk.
In 2009 schreef ik dit voer "Het laatste fresco":
Met "Het laatste fresco" heeft Gust van Brussel een van de beste boeken geschreven die ik de laatste maanden heb gelezen.
Natuurlijk klinkt zo'n uitspraak niet overtuigend als ze niet in een nationale krant wordt gepubliceerd of in een belangrijk literair tijdschrift, maar laten we wel wezen: het boek heeft veel kwaliteiten.
Dik is het niet: 130 pagina's. Volgens sommigen is het dus meer een vette novelle dan een roman. Maar de betekenis van dat soort termen varieert nogal.
"Het laatste fresco" vertelt het verhaal van een man die na de dood van zijn vrouw door Italië zwerft, van hotel naar hotel, en onderweg vreemde personages ontmoet. Zijn dagen verlopen anders dan hij had verwacht.
Het boek is ingedeeld in zeven hoofdstukken, en elk hoofdstuk krijgt als titel de naam van een van de personages uit de Commedia dell'arte. Commedia dell'arte was een populaire vorm van volks improvisatietoneel. De acteurs bouwden gevarieerd toneel op, dat gedeeltelijk bestond uit geïmproviseerde invallen, en gedeeltelijk uit flarden tekst die ze uit het hoofd kenden. De toneelgroep moest goed op elkaar zijn ingspeeld, want de improvisaties veroorzaakten onverwachte reacties van de acteurs, waarop de andere acteurs gepast moesten kunnen reageren. De commedia dell'arte is verdwenen toen men vaste teksten begon te gebruiken, waardoor de levendigheid verloren ging.
De improvisatie was gedeeltelijk mogelijk doordat de personages categorieën mensen verbeeldden, zoals de geliefde, de minnaar, de politieagent, de dokter, enzovoort. Het zijn geen clichés, zoals in hedendaagse detectives nogal eens een politieagent optreedt die buiten de lijntjes kleurt en die kan rekenen op zijn trouwe adjudant op de gemoedelijke omgang met een of andere louche figuur. Nee, "il capitano" uit de commedia dell'arte vertegenwoordigt gewoon de gezagsdrager, zoals die in elke maatschappij voorkomt.
Gust van Brussel heeft zijn roman opgebouwd rond die toneelpersonages. Of, liever gezegd, de merkwaardige figuren die zijn hoofdpersonage onderweg ontmoet, worden behandeld in een hoofdstuk waarvan de titel de naam van een van die toneelpersonages draagt.
In "Il dottore" ontmoet hij een merkwaardige kerel die geldt probeert los te krijgen voor zijn uitvindingen. Om hem te ontlopen verlaat het hoofdpersonage zijn hotel, en begint hij Italië rond te trekken. De hele reis lang blijven de herinneringen aan de vreemde snoeshaan hem door het hoofd spoken, aangetrokken als hij wordt door het gevoel dat er meer inzicht in zijn krankzinnigheid zat, dan hij aanvankelijk had vermoed.
Alle hoofdstuktitels zijn in het enkelvoud, maar dat betekent niet dat er maar één persoange in zo'n hoofdstuk kan worden beschouwd als een voorbeeld van de categorie. In "Il capitano" zijn er minstens twee: Boris en een Porsche-chauffeur. Beiden treden op als mensen die meester zijn over hun omgeving, en tot op zekere hoogte over de hoofdpersoon - of waarvan de hoofdpersoon vermoedt dat ze meester zijn over hem. Zo is hij nooit zeker of Boris en zijn vrouw samen overspel hebben gepleegd. Een van de charmes van het boek is dan ook om in elk hoofdstuk te zoeken naar de personages die in de titelcategorie kunnen worden ingedeeld. Het is een manier om het verhaalverloop in te delen in hoofdstukken, maar ook een manier om verschillende aspecten van een categorie mensen tegenover elkaar af te wegen.
Maar bovenstaande is tot op zekere hoogte ingewikkeld gezever, want het boek leest niet als een moeilijk door te snijden klomp stopverf. Het gaat integendeel erg vlot. Alhoewel de gebeurtenissen weinig spectaculair zijn, houdt Gust van Brussel er de spanning in. De Porsche-chauffeur lijkt een maffia-type te zijn, maar er worden geen revolvers bovengehaald, en er zijn geen vechtpartijen. Het hoofdpersonage merkt alleen maar dat er iets aan de hand is, maar zelf wordt hij vriendelijk en voorkomend behandeld.
Zo wandelen we samen met de hoofdfiguur rond in Italië, en beleven we de manier waarop hij in het reine probeert te komen met zichzelf, de dood van zijn vrouw, en zijn herinneringen.
Het boek is zowel op papier verkrijgbaar, als elektronisch. Elektronisch kan het hier worden gekocht voor 5 euro.
"Het laatste fresco", Gust van Brussel, 2009, Turnhout, De Graal vzw, geïllustreerd, 132 p's, 22 x 13,3 x 0,9 cm, ISBN 978-90-504-5000-3. Ook verkrijgbaar als e-book.
29-05-2015, 10:36 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
24-05-2015
Manga'tje te koop: Gals 8, door Mihona Fujii
Tussen mijn dubbels zit "Gals 8" van Mihona Fujii.
Het is een vrolijke reeks met een feeksje in de hoofdrol.
Dit is de Nederlandse editie, uitgegeven in 2010 te Brussel door Glénat, samen met Kana dé specialist voor manga in het Nederlands.
Het boekje is in nieuwstaat, z/w, paperback met omslag, 172 p's, 18 x 11,5 cm, ISBN 978-90-6969-789-5
5 euro, verzending niet inbegrepen, verpakking wel
Mail me peter.motte@skynet.be, en we spreken af.
24-05-2015, 09:10 geschreven door Peter Motte
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - ( Stemmen)
Met dank aan wie me helpt om deze blog te onderhouden.
(c) 2023 , Peter Motte of van de respectieve auteurs en kunstenaars.
Use by AI not allowed. Use for training purposes of AI not allowed.
De teksten en afbeeldingen op deze blog mogen niet worden gebruikt door AI, ook niet voor trainingsdoeleinden.
Alle teksten en afbeeldingen op deze blog zijn louter bedoeld voor kennisgeving aan menselijke gebruikers.
E-mail mij
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.