weer een dag in stilte doorgebracht. Of neen, ergens, in de vooravond, krijg ik een berichtje...of ik nog eens een telefoonnummer kan doorsturen (dat ik je gisteren al stuurde), want je bent "koortserig en grieperig".
Ik ken niemand anders die zichzelf zo ziek kan praten als jij. Stress, vermijdingsdrang... het levert gegarandeerd een "grieperig" of "niercrisis" op. Ik wens je beterschap, en laat het erbij. Ik zie wel.... je beloofde me morgen een afspraak, om elkaar te zien. Wat je daarvan verwacht, weet ik niet. Want onze gesprekjes vorige week waren nu niet bepaald vrolijk te noemen.
Mijn gevoel is zo dubbel. Enerzijds kom ik tot de ontdekking dat ik zo ongelofelijk veel werk verzet krijg, zonder dat ik heel de tijd met jou bezig ben (of het nu afspreken was, berichtjes sturen of gewoonweg aan je denken). Maar anderzijds ga ik kapot vanbinnen, bij het besef dat het écht gedaan is, dat het onherroepelijk voorbij is. Herstel is niet meer mogelijk.
Waarom blijf ik dan toch verlangen naar contact met jou? Wat hoop ik daarmee te bereiken? Wil ik écht dat we herbeginnen? Echt bij jou zijn is een verre herinnering, meer en meer. Maar het gemis mindert er niet om. Op eender welk moment van de dag springen de tranen in mijn ogen. Zodra ik even stop, even mijn gedachten de vrije loop laat gaan, huil ik. In de auto, op het werk, voor de pc... de tranen blijven maar komen.
Ook het idee aan "er een einde aan maken" blijft door mijn hoofd spoken. Een doos slaappillen en in een kanaal springen. Nogmaals, ik zal het niet doen. Maar enkel al denken hieraan, vind ik beangstigend. Dat jij je me zo ver kan drijven... dat ik jou zo hard mis dat ik eigenlijk niet zonder jou verder wil? Een vriendin noemt het een 'rouwproces'. Maar ik ben niet het rouwende type, eerder het "bladzijde omslaan"-soort.
Waarom kan ik ons boek niet gewoon dichtslaan, en een nieuw boek openen?
|