een verhaal van wachten op het onmogelijke... Omdat niemand me kan verbieden te dromen.
18-05-2016
Dieu dans mon coin
alles is zinloos, lijkt het wel.
mijn beslissing is genomen... maar de verhoopte afleiding tijdens mijn vakantie laat jammer genoeg te wensen over. Maar okee, ook dààr kom ik wel weer overheen.
Het doet me beseffen: als het erop aan komt, staat elke mens alleen. Jij leerde me vertrouwen op een ander, en het is mijn fout om nu die basis bij een ander te zoeken. Ik moet me terug op mezelf baseren, en op niemand anders leunen.
Jij beloofde me die steun. Als jij die me zelfs niet kon bieden, waarom zou iemand anders me die dan wél kunnen bieden? Blijkbaar ben ik zo ingewikkeld, zo verstoord, zo in de war, dat zelfs mijn vriend me niet meer kan helpen... hij gaf het op, begrijpt me niet, leest me verkeerd.
Terug naar mezelf... terug op mezelf geworpen. Ik kon het altijd, ik zal het weer kunnen. Hij noemde me "toute-puissante", "dieu dans ton coin". Misschien ben ik dat... of dénk ik toch dat ik dat ben...
Stop medicatie... stop alcohol... stop medicaties. Enkel ik en mijn gedachten... en mijn werk niet te vergeten! Als het me daarmee niet lukt, heb ik professionele hulp nodig? Volgens mijn vriend wel.
het laatste gesprek dat toch weer niet het laatste zal zijn...
het laatste gesprek... dat al niet meer het laatste gesprek is. Want jij wil me nog één keer zien, na mijn reis...
We spraken af (uiteindelijk toch weer op mijn initiatief, want jij liet niets horen, en ik moést mijn avond kunnen plannen naar thuis toe). Op kamers. Op mijn voorstel... het alternatief, ergens iets gaan drinken, zag ik zelf niet zitten. Jij zou constant over je schouder hebben zitten kijken, of niemand je herkende.
Ik was er ruim voor jou... en viel in slaap. Je kuste me wakker... op mijn wang. En toen... toen praatten we.
Er werd zo veel gezegd. Maar de conclusie is en blijft: jij hebt sinds het begin gezegd dat je Haar nooit zou verlaten. Hoe jij die woorden kan rijmen met jouw beloftes naar mij toe, dat je "vast geloofde in een ooit waarin wij samen zouden zijn", daarop kan je geen antwoord geven. Als ik aandring, zeg je "daar moet ik over kunnen nadenken".
Gaandeweg nuanceer je je woorden. Je zal Haar nooit verlaten, tenzij.... "tenzij zij je buitenzet". "tenzij jullie relatie zo onleefbaar wordt dat jullie uit elkaar gaan". "tenzij Zij een ongeneeslijke ziekte krijgt". Wat jij zélf niet inziet, is dat ik, in al die mogelijkheden tot een "ooit", altijd de tweede keuze blijf. In geen enkel scenario ben ik een positieve keuze voor jou.
Tegelijkertijd beweer je dat ik ongelijk heb, dat ik me jouw "nummer 2" noem. Dat het niet zo eenvoudig is voor jou, om mij te kiezen. Je komt terug op het financiële argument, dat je mij niét het idee wil geven dat je uit financiële gemakzucht voor mij zou kiezen. Tegelijkertijd blijf je zeggen dat je Haar nooit zal verlaten, dat je achter die woorden blijft staan. In dezelfde zin zeg je dat je, los van het financiële aspect, Haar nooit zal verlaten.
Ik noem je "bang". Jij blijft maar zeggen dat je het niet kan maken, Haar verlaten. Denk je dat ik niét bang ben? Als ik mijn thuissituatie opblaas, moet ik iédereen het hoofd bieden: mijn ouders, mijn broers, mijn kinderen, mijn vrienden, mijn collega's. En niémand, absoluut niémand, zou begrijpen waarom ik mijn ventje verlaat. Want hij is een geweldige kerel. Hij heeft me kansen geboden die weinig mannen me zouden hebben geboden. De vrijheid om mijn carrière uit te bouwen. Het vertrouwen om een sociaal en professioneel netwerk uit te bouwen, zonder enige achterdocht. De ruimte om mijn passies uit te bouwen, en zelfs te verdiepen het afgelopen jaar. Tijdens al mijn uithuizigheid vangt hij nu al 12 jaar de kids op, zorgt voor een verse warme maaltijd elke avond, begeleidt hun huiswerk, gaat naar hun toonmomenten op de academie... dat alles terwijl ik werk.
Wie zou ooit begrijpen dat ik zo'n man verlaat? Dat ik hem dan nog verlaat voor jou? Een 10 jaar oudere man, 3 keer gescheiden, in schuldbemiddeling, roker (jij bent de énige roker in mijn omgeving!!! iedereen weet hoezeer ik anti-tabak ben), diabeticus, nierlijder, 2 grote honden (ik, die nog nooit een huisdier duldde), huismus. Dus ik ben doodsbang, als ik ooit zou moeten uitleggen aan iedereen dat ik die geweldige papa, best knappe kerel (die bovendien jonger is dan mij), sociale vent, goed georganiseerde man (wat past hij goed bij mij, dwangmatige planner), verlaat voor jou...
Maar ik was ertoe bereid. Ondanks mijn angst.... Enkel en alleen omdat ik van jou houd op een manier waarop ik nooit van hem hield.
Jij zegt dat je van me houdt. Dat je me verschrikkelijk zal missen als ik uit je leven stap. Dat je me zo graag ziet... Mijn antwoord is cru: "niet graag genoeg om je angst te overwinnen".
anyone can start from now and make a brand new ending.
zo voelt het inderdaad aan... Opnieuw starten met jou, met die eerste ontmoeting, is onmogelijk. Trouwens, wat zou ik veranderd hebben? Mijn gevoelens waren een tsunami, jouw liefde en aandacht een pletwals. Hoe had ik daar ooit aan kunnen weerstaan?
Afgelopen zomer, toén had ik moeten volhouden. Toen had ik je moeten laten gaan... Beter laat dan nooit, zal ik maar denken?
Maar ik kan wel de rest van mijn leven terug in handen nemen. Het verleden is onherroepelijk voorbij. Maar morgen kan ik veranderen. Die macht heb ik...
Het doet me nog altijd vreselijk pijn om die "morgen" te zien zonder jou. Ik heb zoveel gevoel in jou geïnvesteerd. Maar ik voel me compleet leeggezogen, opgebruikt. Mijn gevoel is dat ik gaf en niets terugkreeg. Maar ik weet dat jij net hetzelfde gevoel hebt... tja, de waarheid zal zoals altijd wel in het midden liggen zeker?
Wat ik wél zeker weet, is dat mijn gezondheid onder de situatie heeft geleden. Lijdt. De afgelopen weken ging ik zo vaak dronken slapen... vond 's morgens dan stukken chat terug die ik me niet meer herinnerde. Maar een volledige chat niet meer herinneren, zoals eergisteren, dàt was schrikken. Er zijn echter andere tekens dat het niet goed gaat: controleverlies (overtuigd zijn dat ik maar één glaasje zal drinken, en niet kunnen stoppen), uitkijken naar dat eerste glas... Dus dit weekend wordt er geen druppel gedronken.
Volgende week in A'dam sluit ik het niet uit , maar het is vakantie. Zodra ik thuis kom, zal er weer een rem op gaan...niet meer tot de zomer. Jij bent me mijn gezondheid niet waard, verdorie!
Welk spelletje spelen jullie eigenlijk? Jou hoor ik niet. Maar van Haar kreeg ik vandaag zowel een nieuw vriendschapsverzoek op fb (was ik niet duidelijk genoeg, dat ik afstand wil?), als een pb om me een fijne dag te wensen. Mét xxx (iets wat Zij en ik normaal niet naar elkaar sturen). Wat heb jij haar verteld, dat Zij denkt dat Ze dat kan doen???
Ik hoor het morgen wel. Misschien. Je liet nog niets weten... en ik vertik het om te vragen wat het wordt. Mijn gok is dat het je niet lukt om thuis weg te geraken (tenzij je zegt dat je met mij afspreekt om het uit te praten, en dàt wil ik dus niet!!!). Nu ja, ik ben toch in de buurt... dan breng ik enkel jouw boek nog terug binnen. Aan de voordeur. Zonder commentaar. Zonder uitleg. Afleveren, da's alles.
Een laatste gesprek... op jouw vraag. Je "probeert" komende zaterdagavond.
Wat wil jij uitpraten? Jij wil jezelf verklaren, zeg je. Besef je nu nog niet dat ik je doorheb? Hoe vaak hadden we dit "laatste" gesprek al? Ik ken je truukjes... een aantal negeer ik al een hele tijd. Je lippen met je tong bevochtigen... ja, ik ben dol geweest op jouw tong. Gek kon je me maken... jou zoenen zette me steeds weer in vuur en vlam.
Ik kan het toegeven, nog steeds: een betere minnaar als jou kende ik nooit, en zal ik ongetwijfeld nooit meer kennen. Niet dat jij zo speciaal bent..ik ook niet trouwens. Maar in bed klikken we. Tenminste, àls ik me overgeef. En laat dààr nu net het schoentje wringen... Ik kan me niet meer overgeven aan jou. Ik vertrouw je niet meer...
Een ander truukje: het slachtoffer uithangen. Alle fout op jou nemen. Maar je woorden klinken on-echt. Je woorden zijn een middel om mij terug aan te trekken. Ik werd verliefd op jou voor ik je ontmoette... ik hield van jou, zuiver door jouw woorden. En eens je me had, vielen die woorden weg.
Tenslotte zal je de grote redder uithangen. "ik zal er altijd voor je zijn". "als je me belt, kom ik".
Dit alles zal onderbroken worden door verwijten "ben je dan al vergeten dat ik je kwam opzoeken in het ziekenhuis?" "ben je vergeten dat ik je naar de dokter reed?" "ben je vergeten dat....?". Ben jij je verbroken beloftes vergeten? "ik zorg ervoor dat we een nacht samen hebben in juli" "ik zorg dat ik deze zomer een taalkamp doe als monitor, en dan zorg ik dat er nog iemand nodig is, dan kom jij ook" "we gaan samen op reis, ik verzin wel een studiereis".
Ja, ik mis je. Ik voel me alleen, verloren.
Nooit eerder geloofde ik dat het écht gedaan was... ergens besefte ik dat elke poging tot afscheid tot mislukken gedoemd was. Ik wist goed genoeg dat één van ons steeds weer die eerste stap zou zetten... Een "per ongeluk bellen" op messenger (wat duurde het lang voor ik doorhad dat je, om mij 'per ongeluk' op messenger te bellen, wel éérst mijn profiel moest openen... dus 'per ongeluk'???). Dàt was jouw truukje... en ik liep er in het begin in: "probeerde je me te bellen?" Toen ik er niet meer op reageerde, stapte je over op zelf reageren "sorry, per ongeluk". Elke manier was goed om de communicatie te herstellen. Naar het einde toe was het zelfs gewoon, na een hevige ruzie 's avonds, de volgende ochtend gewoon "gdm" sturen . Alsof er niets gebeurd was...
Door Haar en je dochter hier ook in te betrekken, heb ik mijn beslissing minder omkeerbaar gemaakt. Toch liet ik een deur op een kier staan... Zij vroeg uitleg, die ik niet gaf. Enkel dat het alleen jou en mij aanbelangt, dat er harde woorden vielen waarvan de inhoud er niet toe doet. Ik nam de schuld op mij, heb geschreven dat het om mijn gevoelige punten ging. Maar ik schreef ook dat ik afstand moet nemen van jou, en dat ik dat enkel kan als ik ook afstand neem van Haar. Maar dat ik niet uitsluit dat er ooit weer contact zal zijn. Wie weet...
Dacht ik alles begin april al teruggegeven te hebben... ben je er toch nog in geslaagd om een link te installeren. Ik was het helemaal vergeten, maar er zit nog een boek van jou in mijn tas. Sowieso, Zij moet haar verjaardagscadeau nog krijgen van mij... iets op bestelling gemaakt, en dat heeft langer geduurd als voorzien (omdat de materialen moeilijk te krijgen waren). Dus dat cadeau heeft Ze nog te goed van mij... het cadeau waarvan jij vroeg "het heeft toch dezelfde waarde als mijn horloge?". Ongerust dat ik Haar minder zou geven als jou...
Onder elke leugen heb jij je uitgewurmd. Maar vandaag besefte ik dat er een flagrante leugen is geweest... Mijn verjaardagscadeau van vorig jaar... een heel jaar liet je me er op wachten. Maar zoals altijd kon het kleine jongetje in jou het niet laten om de verrassing te verklappen. Dat had je beter niet gedaan, dan had ik je misschien nog geloofd (of in elk geval niet kunnen betrappen). Maar ik herinner me perfect dat je me, in mijn bureau, vertelde wat je voor me kocht (of liever: bestelde): een gepersonaliseerde pennenzak, met mijn naam op, omdat je het "zo vreselijk vond dat al mijn pennen rondslingeren op mijn bureau". Je zei er nog bij dat je er nog een vulpen bij ging kopen. Je bezwoor me dat die pennenzak besteld was, zelfs betaald was, maar nog niet afgehaald "geen tijd".
Dit jaar kwam je, apetrots, af met mijn cadeau... van vorig jaar én dit jaar. Inderdaad: pennen, met mijn naam op. Een vulpen "van vorig jaar" en een gewone pen "voor dit jaar". De vulpen is van jou alleen, de gewone pen van jullie beiden. Maar de bestelde en betaalde pennenzak? Hoe vaak heb je me bezworen dat die klaar was, dat je enkel "geen tijd vond om die af te halen"?
Het lijkt een detail, en dat is het ook. Ik geef niet om "dingen", om cadeaus. Ik ben een slechte "krijger". Mij gaat het om het gebaar. En ik vond het een lief gebaar: een pennenzak met mijn naam op. Ik heb je zo vaak gezegd dat ik niet wilde dat je geld aan mij uitgaf, dus een pennenzak vond ik ruim voldoende. Maar... je loog. Duidelijk.
Dus: wat verwacht ik van zaterdag? Ik weet het niet. Maar ik weet dat ik moet standhouden. Afstoten en aantrekken. Push me shove me. Als ik hier in blijf zitten, gaat het verkeerd met mij. De zelfmoordgedachten zijn dan wel verdwenen (of toch niet terug). Maar ik vertoon vluchtgedrag. Ik vlucht weg... steeds vaker in drank. Om niet te moeten nadenken, om niet te moeten voelen. Ik besef het, en moet er een halt aan toeroepen. Ik vond zonet een chat die ik gisterenavond naar de Player stuurde, hem smekend om hulp. Een chat waar ik geen enkele herinnering aan had... Dit kàn niet meer.
Ooit gaf jij me vleugels. Maar ik voel me Icarus.. en jij bent mijn zon.
gisteren, na mijn blog, kwamen er plots zo veel herinneringen terug. Mijn hoofd liep ervan over, ik herbeleefde gesprekken, chats, intieme momenten.
En plots zag ik het, helder als nooit eerder: jij hebt àltijd een dubbel discours gehad. Me altijd beloven dat "ooit" er zou komen, een ooit waarin wij altijd samen zouden zijn. We droomden er samen over, en jij voedde die dromen. Maar tegelijkertijd steeds weer jouw uitspraken van "ik zal Haar nooit verlaten, we kunnen financieel niet zonder elkaar".
Wanneer ik je dan confronteerde aan die uitspraak, klonk het steeds weer "ik kan haar niet verlaten, maar de situatie kan veranderen. Zij kan mij buitengooien bijvoorbeeld". Ik zei het je al: ik ben géén tweede keuze, geen second best, geen vangnet. Hoe rijm jij beide uitspraken: "ik geloof in een ooit waarin wij samen zijn" versus "ik zal Haar nooit verlaten"???
Maar ook daarnaast: jouw eerste bekommernis is altijd weer, iedere keer opnieuw ZIJ. Zelfs nu, nu ik beslist heb om een clean cut te doen, is jouw eerste opmerking: "hoe moet ik dat aan Haar uitleggen?" . Niet "hoe voel jij je?" (die vraag kreeg ik nog geen enkele keer). Niet "ik wil je niet kwijt." Enkel "ik ga Haar moeten troosten, want Ze huilt, Ze begrijpt het niet".
De grote redder... en Zij laat het je toe, Haar redder te zijn. Ben ik te zelfstandig voor jou? Te autonoom, te zelfredzaam? Alvast te confronterend, en dàt verdraag jij niet.
Die eeuwige achterdocht van jou... die susceptibiliteit. Slachtoffergedrag.
Jij wil een laatste gesprek. Om jouw standpunt uiteen te zetten. Ik heb er geen probleem mee. Want ik heb mijn beslissing genomen, en ik kom er niet op terug. Gisterenavond laat verwijderde ik jullie alledrie als vriend van mijn FB. Het vreemde is: Zij was de eerste die het door had... Begrijpelijk dat Ze er niets van begrjipt. Ze wil van jou horen waarom ik deze beslissing genomen heb, wat er gebeurde tussen ons. Ik laat het jou uitleggen... ik heb Haar enkel gevraagd om geen vragen te stellen, noch aan jou noch aan mij.
Maar ach, zo lekker lief fusioneel als jullie zijn... Zij zal het niet laten rusten, en jij zal de behoefte voelen om te klagen. Er zijn genoeg "veilige' twistpunten tussen ons: je relatie met je dochter, je houding naar Haar, je gezeur, je omgaan met geld, je steeds weer ziek melden, ... kies maar iets.
Ik ben vrij. Voor het eerst in 15 maanden ben ik vrij.
48 uur stilte... al zie ik je non-stop online. Meer dan anders...
Het vreemde is: ik ken je. Of ik denk toch je te kennen. Ik stel me voor hoe jij facebook nauwlettend in de gaten houdt. Controleert of ik online kom. Mijn tijdlijn in de gaten houdt. Bij wie reageer ik? Wie reageert bij mij? Wie zijn die mogelijke minnaars waar ik op alludeerde?
Ik ken je. Dit zijn de woorden waar je al een jaar voor vreest. De woorden waar je al een jaar op insinueert. Ik vind het tragisch. Tragisch voor jou... Op zo ongeveer élk vlak stopte ik niet met je gerust te stellen, mijn antwoord was nooit lang geldig, moest steeds weer herhaald en bevestigd worden. Ja, je bent de beste minnaar die ik ooit had. Ja, ik geniet van vrijen met jou. Ja, je ejaculaat is omvangrijk (dàt is nu eens een obsessie waar ik nooit een jota van begrepen heb... who cares???). Ja, ik houd van jou. Ja, je bent beter dan mijn eigen partner.
Steeds opnieuw moest ik het herhalen. Steeds opnieuw kreeg ik dezelfde vragen. Alsof mijn antwoord een beperkte houdbaarheidsdatum had. Steeds weer twijfelde je...
En nu ik je voor de voeten gooi "ja, ik slaap met anderen. Ja, ik heb minnaars" stel je mijn uitspraken niét in vraag. Omdat het je diepste angst bevestigt, heb je geen bevestiging nodig. Je neemt mijn provocerende woorden meteen voor waarheid aan, geen twijfel, geen aarzeling.
Wat ben je toch voorspelbaar voor mij. Maar ik maak me zelfs niet meer moe om je te confronteren met mijn inzichten. Het is zinloos...
Het doet er niet meer toe... of jouw gedrag nu voortkomt uit een borderline persoonlijkheid of eerder een autistisch functioneren... ik kàn, wil, en zal er geen energie meer in steken. Zij mag je hebben...
Ik schreef het je: doe je huwelijksaanzoek maar aan Haar. Haar diepste wens. Ik speel het spel, kom dansen op je huwelijk. Zoals je zei: "ik zeg 'ja' met een traan in mijn ogen". Mijn droom, nu een jaar geleden. Ga je gang... Zie ik mezelf met jou huwen? Ik had het gewenst, wilde het, zou er alles voor opgegeven hebben. En eens erin, zou ik volgehouden hebben. Jij was te bang, schoof beslissingen voor je uit... steeds verder. Want je kon Haar "niet verlaten zolang ze financieel jou nodig had". Tja, jullie gingen krediet na krediet aan sinds ik jullie ken... waardoor Zij steeds langer jou nodig zal hebben, jullie zijn financieel gebonden.
Misschien vind ik ooit iemand die beter bij me past? Die het plaatje compleet maakt, me hetzelfde kan bieden als mijn partner met nét dat beetje meer dat jij mij bood. En anders.. blijf ik ongetwijfeld. Toch zolang de kids klein zijn, me nodig hebben. Waarom vertrekken en de zaken gecompliceerd maken, als het is om alleen te zitten? Jij zal Haar niet verlaten, los van of ik single ben of niet. Dààr was je duidelijk in, meerdere keren.
Ik hoor het je nog zo zeggen: "ik geloof in een ooit... misschien gooit Zij mij ooit buiten, dan ben ik vrij".
and still you stay with me, like a knife in my brain...
www.youtube.com/watch?v=4GtkJm9hxCs
Off in the distance
a cool wind is blowing
I'm not who I was
and I'm not where I'm going
I'm so tired of knowing
that there is no way of knowing
You left me stranded
between two worlds
You turned me into a mixed up girl
You left me stranded between two worlds
Two worlds
Is it nicer where you are?
Do you ever think of me?
Is it easier now
that you don't have to love me?
Like a fool I allowed you
to coddle and drug me
And then you left me stranded
between two worlds
You turned me into a mixed up girl
You left me stranded between two worlds
Two worlds
A weak shadow of deaht
Across a bowl of bitter milk
I borrowed symbols
on my funeral silk
Reflections of you
in each fall's drooling rain
And still you stay with me
like a knife in my brain
Vannacht weer ruzie... insinuaties van jou over "eventuele anderen". Steeds weer.. steeds opnieuw. Ik had iets gedronken, en op een gegeven moment was ik het beu. Ik las "succes met de anderen". Beu die soort opmerkingen steeds weer opnieuw te krijgen, ze ik je: "ik geef je wat je wil lezen... waar je al een jaar op aanstuurt. Er zijn anderen. ik heb minnaars. Wil je namen?" Aan jou om te bedenken of ik het meende of niet... ik ben het zo moe om jou steeds weer gerust te moeten stellen. Op alle vlakken.
Ja, ik kan oprecht zeggen dat ik genoten heb. En jij had daar nu eens niéts mee te maken! Moest je dit lezen...ik ken jou. Jij zou meteen insinueren dat ik met mijn ventje gevreeën heb. Maar dat doet er niet meer toe. Want meer en meer bekruipt me het gevoel dat die laatste keer op kamers, enkele weken geleden, de laatste keer was.
Onze échte laatste keer... ik moet bijna 11 maanden terugkeren. De laatste keer dat ik er nog in geloofde. De laatste keer dat ik me nog, zonder enige voorbehoud, aan je gaf. Me volledig liet gaan. Waarom klamp ik me zo vast aan jou? Wat geef jij mij dat ik niet hier thuis of elders kan vinden?
Ik heb geen antwoord op die vraag. Want let's face it... mijn ventje is dan misschien niet perfect, maar close to. Welke andere man zou mij de kansen laten nemen die ik kan nemen. Welke andere man zou mij de vrijheid laten die ik hier thuis krijg? En dan heb ik het niet over vrijheid om vreemd te gaan, maar vrijheid om dingen te ondernemen, cursussen te volgen, me te ontwikkelen... in alle vertrouwen.
Bij jou zou ik dat niet meer kunnen doen, dat besef ik. Daar ben jij te achterdochtig voor, te controlerend, te bang. Bang om te verliezen. Bang voor nieuwe ontmoetingen. Bang dat ik iemand tegenkom die interessanter, beter, aangenamer is dan jij. Mijn ventje heeft zelfvertrouwen. Hij wéét wat hij waard is, en twijfelt niet aan zichzelf. Hij twijfelt ook niet aan mij.
Het mooiste bewijs is dat ik volgende week 5 volle dagen alleen weg ga. Ik trek naar mijn favoriete bestemming, mijn favoriete stad. De afgelopen vier dagen heb ik weer veel nagedacht. Afstand helpt me, zoals altijd. En al kwam ik dinsdag langs, de afstand tussen ons beiden kon niet groter zijn. Je liet me binnen, maar de tijd dat ik de voordeur binnenstapte, stond jij al aan de deur van de woonkamer. Tegen dat ik aan de woonkamerdeur stond, en mijn jas uitdeed, zat jij al in de zetel. Meer afstand kon je niet creëren... en dus liet ik het erbij. Ik zat naast je, luisterde naar je verhalen. Altijd dezelfde: er wordt jou onrecht aangedaan... je collega is onuitstaanbaar...jij bent altijd het slachtoffer.
Ergens in de afgelopen dagen begon ik me af te vragen: hoe ga ik met die 5 dagen weg omgaan? Ga ik elke avond op fb zitten, met jou zitten discussiëren? Jouw insinuaties ondergaan? Of zeg ik gewoon: geen facebook? Ik ken mezelf: dàt kan ik niet... ik zou mijn vriendinnen missen, mijn avondlijke chats met hen.
Toch heb ik een bescherming ingebouwd. Wat jij (en eigenlijk niemand) weet: er komt een buitenlandse collega langs, me opzoeken, gedurende een deel van die dagen. Het is lang geleden dat we elkaar zagen, en we zijn altijd in contact gebleven. Ooit, een eeuwigheid geleden, waren we minnaars, maar we zijn daarna gewoon goede vrienden gebleven. Een perfect scenario. Hij wilde me graag komen opzoeken, en ik zei geen neen. Bij hem durf ik te zeggen "ik wil slapen". Mijn kamer is een éénkamerhotelletje... een torentje op een plein, slechts één kamer, volledig autonoom. En hij laat me vrij...
Zelfs de afspraak die ik ginder maakte met een collega-expert bij wie ik al vroeg om stage te mogen lopen (maar dat ging niet door, jammer genoeg), botste op wantrouwen van jou. Waarom ga ik die man ontmoeten? Jouw obsessie: uit gaan eten met een persoon van het andere geslacht, een tête à tête, is altijd verdacht... jij zou dat nooit doen. Alsof ik met élke man het bed in duik!!! Ik wil die man overtuigen me aan te nemen om me een stage toe te staan in zijn centrum, en dan insinueer jij dat ik die ga verleiden?! Misschien moet ik het als een compliment beginnen te zien, dat je me in staat acht om elke man die ik wil te krijgen? Ik kan er enkel nog mee lachen, besef ik meer en meer... zo pathetisch is het.
Maar ik heb beslist ginder mijn chat uit te zetten voor jou, Haar en je dochter. Zo kan ik het doen uitschijnen dat ik inderdaad géén internet heb ginder. Het grootste deel van mijn posts speelt zich sowieso af in mijn geheime groep, die zie jij nooit. En het belet dat ik hele avonden met jou ruzie zit te maken, terwijl mijn vriend erbij zit...
Ik ga proberen om ginder afscheid te nemen van jou. Een week jou niet horen... een unicum sinds ik je ontmoette. Het langste dat we zonder contact bleven was ongeveer 48 uur. Nu zou het gaan om 100 uren... ruim het dubbele. Ik kan mijn vriend vertrouwen. Ik weet dat ik zal mogen huilen in zijn armen, zelfs als hij er niets van begrijpt. Ik ken hem, hij neemt me zoals ik ben. We kennen elkaar te goed.
Het blijft dubbel, zijn bezoek. Want 4 volle dagen alleen zijn, dàt was de bedoeling. Ik wilde alleen zijn met mijn gedachten. Maar hij is mijn bescherming, mijn "garde fou". Hij zal ervoor zorgen dat ik niét hele avonden met jou kan chatten. Gelukkig weet hij niet dat hij een functie vervult, en dat moet hij ook niet weten. Wij gaan samen musea bezoeken, wandelen, iets koken, iets drinken, artikels bespreken, de afgelopen jaren bijpraten. En meer moet dat niet zijn.. of misschien wel? We zien wel...
Maar één ding is duidelijk: jij hebt me leeggezogen. Je nam enkel energie, maar gaf niets. Of lieg ik nu weer? Onder jouw impuls realiseerde ik dromen. We schreven ons boekje (intussen bezig aan een tweede druk), ik schreef me in voor mijn cursus (onze droom samen, die ik in mijn eentje realiseerde), ik ga alleen een week naar mijn favoriete stad (nog zo'n droom van ons beiden, die ik alleen tot uitvoering breng). Jij gaf me vleugels... alleen werd jij bang, en liet je me alleen vliegen. Dan is het maar zo... en ben jij mij kwijt geraakt. Door jouw angst...
Spijt dat ik je leerde kennen, kàn ik dus niet hebben. Je hebt me gestimuleerd om een betere ik te worden. Maar ons verhaal zal nooit samen eindigen... daar ben jij te bang, te oud, te behoudsgezind voor. Ik wil verder, ik wil ontdekken, ik wil leven!!!
hetzelfde schema als altijd... dinsdagochtend nog ruzie over die "gdm", dinsdagavond de dingen "uitgepraat" (waarbij jij luistert, mijn woorden over je heen laat komen, me gelijk geeft en enkele dagen je best doet). Ik doe dan ook mijn best, houd je op de hoogte van mijn activiteiten gisteren overdag, stuur je foto's enzovoort.
Vandaag ga jij een dagje erop uit... en dus hoor ik, na een korte "gdm" niets meer. En als ik dan eens hoor in de vroege namiddag hoe het gaat, krijg ik dat ik de stilte zélf in de hand heb, want jij "bent bezig".
Twee maten, twee gewichten... als ik overdag bezig ben, wil je me "niet storen" want ik "ben bezig". Maar als jij overdag bezig bent, is het aan mij om iets te sturen, want jij kan niet weten wanneer ik vrij ben thuis.
Ik besta op sommige momenten enkel in je hoofd... in je "plaatje" van de wereld.
Vandaag wens ik je een fijne dag, en ik meen het. Je bent bezig met je gezinnetje, en ik houd mezelf ook wel bezig. Dus ik zeg het je ook vlakaf: jij hebt jouw bezigheden en ik de mijne. Je antwoord is bitter "ik weet waar ik sta". Altijd weer die eeuwige discussie... gisteren zei ik het je vlakaf, toen je op dit soort uitspraken aanstuurde "ik heb geen behoefte aan je abandonisme, aan je nood aan bevestiging". En ik meende het.
Ik ben het moe, om jou steeds weer te bevestigen. Vragen zoals "maakt het een verschil voor jou of ik er ben of niet?"... ik geef er geen antwoord meer op, ik weiger het. Want het is nooit genoeg, het is een bodemloos vat. Ik heb 15 maanden lang geprobeerd om die leegte in jou te vullen, maar ik kan het niet. Al mijn liefde, en nog was het niet genoeg...
Ik weet hoe veel ik gaf... als dàt nog niet genoeg was, zal het nooit genoeg zijn voor jou. Dan zal niemand jou ooit duurzaam gelukkig kunnen maken. Omdat jij zelf niet gelukkig kan of wil zijn. Zo sta ik niet in het leven, en zo wil ik niet leven. Ik wil vooruit, genieten, opitmisch zijn en blijven, zelfs als ik 100 keer met mijn neus tegen de deur loop.
Dus nam ik deze namiddag een beslissing. Vandaag nam ik, voor het eerst sinds mijn start, mijn antidepressivum niet in. Ik kan wél gelukkig zijn. En dat wil ik mezelf weer bewijzen. Mijn gedachten aan zelfmoord liggen een eind achter me, en ik hoop dat ik nu wat sterker sta. Ik wil weer zélf gelukkig zijn!
net thuis van een bezoekje aan jou. Voor het eerst betrapte ik me erop dat ik naar de klok kijk, en de tijd niet razend snel voorbij gaat. Ik zit naast je in de zetel, en vraag me af wat ik daar doe.
We praten... en net zoals anders hoor ik je incoherenties. Je tegenstrijdigheden. Inconsistente uitspraken. Je verwijt me steeds tot op het bot te willen gaan, de dingen te willen ontleden. Zo ben ik nu eenmaal... de aard van dit beestje.
Zolang ik dat ontleden, analyseren gebruikte om mijn liefde voor jou te exploreren, vond je het geweldig. Maar zodra ik ben gestart met je te confronteren met je eeuwige "twee maten, twee gewichten", is het een verwijt geworden.
Maar toch... ook vandaag weer. Vanochtend stuur ik, voor het eerst in mnstens een week, niét als eerste een "gdm". Om 10h ga je door de knieën, stuur je iets in de trant van "een gdm is je zelfs te veel... ik laat me niet kennen, en wens je dus een gdm". Mijn reactie is dan ook inderdaad confronterend: ik stuurde de vorige 6 dagen elke dag als eerste een "gdm". Eén keertje doe ik het niet, en krijg ik het op mijn brood. Maar als ik zoiets schrijf, noem je me "aanvallend".
Hoe ben jij zo geworden? Zo bitter? Zo slachtofferig? Jou overkomen enkel slechte dingen... ruim een half uur vertelde je vanavond over al het onrecht dat jou wordt en werd aangedaan. Arme kleine jongen... onterechte facturen die vertienvoudigen omdat ze tot bij deurwaarders gaan. Onterechte boetes omdat anderen een verkeersbord verplaatsten. Mensen die je teleurstellen.
Maar ook "ik" overkwam je. Je had me... je had me kunnen hebben. En ik zou alles opgegeven hebben, een jaar geleden. Voor jou. Ik zou alles voor jou geregeld hebben. Schulden, administratie. Ik zou mezelf erin uitgeput hebben. Ik ken mezelf. Zelfs nu stel ik je voor dat je me dat vonnis van die onterechte factuur stuurt. Ik kan en wil niet geloven dat daar nergens staat waar het over gaat, zoals jij beweert. Ik ken mijn weg daar een beetje in, helder het wel op.
Ik overkwam je. En op het risico van verwaand te klinken: ik denk niét dat ik iets slechts was dat je overkwam. Maar je maakte alles stuk, met je ... durf ik het leugens te noemen? Inconsistenties klinkt nog altijd beter... en ik geloof dat je je verhalen écht gelooft.
Er zijn zelfs momenten dat ik durf te denken dat ik het beste was dat jou kon overkomen. Maar je kon of durfde het niet te aanvaarden... jouw verlies.
wie is deze vreemde, deze man die niets toont, geen affectie? Wie is deze man die niets begrijpt van mij?
Heb ik me dan zo vergist? Wie ben jij echt? Deze kille, abandonische, afstandelijke man? Of die gevoelige, empathische, luisterende man? Was mijn behoefte aan een luisterend oor, iemand die er voor mij was, iemand voor wie ik op de eerste plaats kwam, zo groot, dat ik jou die eigenschappen toedichtte? Of heb jij je zo getoond, tot ik niet meer weg kon... vol liefde voor dié man, en steeds nog verlangend en hopend om hem terug te vinden?
Ik probeer me los te maken, met of zonder kleerscheuren. Maar dan beloof je weer dat je zal "veranderen". Wat ik jou niét duidelijk lijk te kunnen maken, hoe vaak ik het ook zeg, is dat ik niet wil dat jij "verandert". Ik wil weten of dit écht is wie jij bent... want deze man is niét mijn man. Deze man is niet de man met wie ik de rest van mijn leven wil doorbrengen. Ik wil dat jij jezelf bent, ook al houdt dat het risico in dat ik van die man niet houdt. Je kan je niet een heel leven anders voordoen dan je bent. Dat houdt niemand vol. Ook jij niet.
Dé vraag is: houd ik van jou, of van het beeld dat ik van jou geschapen heb, of van het beeld dat jij van jezelf gecreëerd hebt die eerste weken?
Dit spelletje is zo vermoeiend... aantrekken en afstoten, slaan en zalven, ruzie en goedmaken. Ik ben bang voor de komende zomer. Omdat ik nu al weet dat ik enkel teleurstellingen te verwerken zal krijgen. Ik stel je zelfs niet meer voor wat ik vorig jaar allemaal plande. Gekwetst door jouw woorden vorig jaar, toen je het naliet om Haar te verwittigen dat je me had beloofd met me te gaan winkelen. Ook gisteren weer... zelfs je eigen regelingen respecteer je niet. Jij regelt zélf dat je ergens heen moet, in mijn buurt, zodat we daarna een uurtje samen kunnen zijn in mijn bureau. En dan hoor ik gisteren, amper 2 uur op voorhand, dat je afspraak nooit werd vastgelegd. Maar "je zal proberen te komen". Ik vraag je nog welk excuus je dan wel zal vinden... je wéét dat ik niet meer jouw excuus wil zijn. Maar bij aankomst blijk je niet enkel mij als excuus gebruikt te hebben maar bovendien een financieel excuus. En zo word ik de slechterik in het verhaal, die, ondanks het feit dat ik het zou kunnen, je geen geld wil lenen...
Ooit postte ik de quote: "I want a man who is not strong... not strong enough to let me go". Maar ik wilde dat je sterk genoeg was om me te laten gaan... ik probeer, steeds weer opnieuw. Jij laat me niet gaan... maar biedt me ook niets.
mijn verjaardag... viel samen met een weekend weg, op opleiding.
Ik overnachtte, ter plekke. Ooit, 8 maanden geleden, droomden we ervan dat je zou meekomen, dit weekend. Ooit, toen jij zo'n dingen nog zei...
Wat kreeg ik in de plaats? Gisterenavond, rond 17h, begonnen de bittere opmerkingen. Insinuerend, over de persoon die er ook was dit weekend, die ook overnachtte ginder. Je werd steeds verwijtender... dingen als "veel plezier met hém"... een vriend (een homosexuele vriend nota bene) wiens naam ik donderdagavond 12 keer noemde. Je hebt ze warempel geteld! Dat ik volgend jaar een project uitwerk met die vriend, dààr heb je geen oren naar. Steeds weer krijg ik het verwijt, dat ik zijn naam 12 keer vernoemde (op een avond waarop we samen bijna 8 uur doorbrachten samen, in gezelschap van nog 2 vrienden van mij, inclusief de heen- en terugritten).
Urenlang bleef je me verwijten sturen. Meerdere keren hoorde ik de gewoonlijke woorden "ik zal je niet meer storen", "ik laat je met rust", "ik heb het begrepen"... Toen ik dan uiteindelijk, iets voor middernacht, zei dat ik het gesprek ging afsluiten, dat ik niét mijn verjaardag wilde ingaan in ruzie met jou, werd het plots "ik wil je nog enkele minuten bij me houden... ik wil de eerste zijn die je een gelukkige verjaardag wenst". Ik heb onze chat afgesloten, en wachtte...huilde.
Om stipt middernacht kreeg ik de eerste wensen binnen. Ik heb ze àllemaal gelezen, voor ik de jouwe opende. Je verdiende het niet om de eerste te zijn die me verjaardagswensen stuurde.
Ik denk terug aan precies een jaar geleden. Ik was erin geslaagd om een uitje te bedenken voor ons beiden, een voordracht in de bieb in mijn buurt. Iets wat ons beiden interesseerde. Ik wachtte je op aan het station, en je kwam, met een gezicht op onweer, aan. Omdat ik je niét op het perron had staan opwachten, maar gewoon voor het station stond. Een uur hebben we ruzie gemaakt, voor we naar binnen gingen. Na de voordracht zou ik je naar huis brengen. Maar jij wilde wachten tot middernacht... om de eerste te zijn die me gelukkige verjaardag wenste.
Mijn wens ook... we gingen de volgende avond al op kamers, dus ik wilde gewoon gaan wandelen. Daar had ik je van verwittigd. Maar je had er je niet op gekleed, en dus kreeg ik de wind van voren... dat ik geen rekening hield met jou, dat je geen jas bij had. We gingen, al ruziënd, mijn verjaardag in.
En dit jaar doe je precies hetzelfde. En dan heb je nog het lef om, even voor middernacht, te vragen "blijf nog even online, bij me"???
Benieuwd wat je na vandaag zegt... Jouw allergrootste wens (je jongste dochter terugzien) ging vandaag in vervulling. En daar zorgde Zij voor. Je zal Haar er eeuwig dankbaar voor blijven. Maar ook: nu zal je Haar nooit meer verlaten. Want Zij is nu ook de band tussen jou en je andere dochter.
Ik ben je minnares. Maar dàt is een rol waar ik liefjes voor bedank, mijn lief. Ik wilde jouw vrouw zijn... ik was ooit jouw vrouw.
We hadden een lang moment samen kunnen hebben: je zou me naar de arts brengen (het excuus was dat ik mogelijk niet zelf zou kunnen terugrijden, al wist ik intussen dat dat geen probleem zou zijn). En aangezien Zij de dag werkte, zou je bij me kunnen blijven tot 14h, tot ik zelf terug aan het werk moest.
Mijn voorgevoel zei me echter dat Zij wel weer een reden zou vinden om je rond 11h, meteen na de dokter, thuis te krijgen. Nét zoals twee weken geleden... Dus veranderde ik mijn plannen. Een excuus 'mijn afspraak is verlaat" zodat jij een reden had om van 11 tot 14h thuis weg te zijn. Ik rijd alleen naar de dokter. Jij die me zei dat je er àltijd zou zijn "want zo ben ik"... je noemde me "lief" dat ik "aan jou dacht omdat je moe bent, dat ik je niet vroeg met me mee te gaan waardoor je zo vroeg op moest op je vrije dag".
Ik was helemaal niet lief. Ik was berekend... Jou van Haar "losmaken" van 7.15h tot 14.30h? Ik geloof er niet in. Dus koos ik de zekerheid... Maar ook: ik voel de nood om mijn zelfstandigheid terug te nemen. Ik ben altijd zelfredzaam geweest, nooit ging mijn partner mee naar de dokter (neen, zelfs niet naar de gynecoloog tijdens de zwangerschappen, zelfs niét tijdens de fertiliteitsbehandelingen... ik heb niémand nodig). Ik heb lang genoeg het "zwakke" vrouwtje gespeeld, zodat jij de "sterke ridder op het witte paard" kon zijn. Maar aangezien jij jouw rol niet bepaald met verve speelt, is er geen enkele reden meer dat ik me zo blijf gedragen, besef ik.
Mijn eerste plan was je mee te nemen naar de privé-sauna. Weer iets waar we ooit van droomden, maar nooit realiseerden. Ik had zelfs gereserveerd. Maar ik annuleerde, vertrouwde het plots niet meer. Het voelde niet goed, gewoonweg. En dus eindigden we daar waar we het meeste tijd doorbrachten: op kamers, de kamers waar ik ook met de Ander speel.
Vrijen... ja. Maar niét zoals anders. Ik houd je tegen, beperk je. Ik wil niét vrijen zoals vroeger... ik ben er niet klaar voor. Ik vertrouw je niet.
En je bevestigde mijn vermoedens. Ik zit op je, berijd je...
Ik vraag je "wie ben ik?". "de mijne"
Ik vraag je "wat ben ik?" "degene die ik graag zie"
Ik vraag je nogmaals "wat ben ik?" "mijn vriendin"
Ik vraag je een derde keer "wat ben ik?" "degene waar ik van houd"
Ik vraag je een laatste keer "wat ben ik?" "mijn minnares"
Je begrijpt niet waarom ik huil... en ik zeg het niet. Je hebt alle antwoorden gegeven. Ik ben vanalles, maar NIET meer je vrouw. Duidelijker kan je niet zijn. Je vroeg me herhaaldelijk waarom ik huilde... ik heb niet geantwoord. Het gaat jou niet meer aan, dit is mijn probleem. Ik tracht mezelf in te beelden dat het de laatste keer was dat we vreeën. Ik durf het mezelf niet te beloven, niet meer. Maar ik sluit het niet uit.
Want ik ben reeds iemands minnares, ik heb reeds iemand die van me houdt, ik ben reeds iemands vriendin, en ik heb reeds iemand die me graag ziet. Die rollen worden reeds vervuld door verschillende mannen. Wat ik niet meer heb, is iemand wiens vrouw ik ben, die mijn man is. De persoon die, door die unieke band, alle anderen overbodig maakt. Wat duidelijk is: ik ben dat niet meer voor jou, en dus moet ik jou loslaten als mijn man.
ik hoor je je best doen. Je belt me "ik wilde je stem horen". Als ik bel, zeg je "fijn dat ik je stem hoorde".
Het ergste is: ik geloof je. Ik geloof dat jij écht denkt dat je je best doet. Dat je een inspanning doet. Maar hoe je het ook draait of keert: jij neemt géén enkel risico. Telkens als wij afspreken, ben IK jouw excuus. Terwijl ik al zo veel redenen vond om weg te zijn thuis, die niéts met jou te maken hadden. Alle risico's zijn voor mij...
Ik gaf je een kans. Een kans om me het tegendeel te bewijzen. Dat je kan plannen. Dat je een vergadering dùrft te verzinnen, om met mij weg te gaan. De datum daarvoor staat vast... en ik zal wel weer zien. Maar ik houd rekening met het feit dat je niets voorziet.En ik houd rekening met het feit dat ik je wéér vergeef. Of er toch overheen stap... as usual.
Maar hoe dan ook, ik ben het geloof in jou kwijt. Ik ben het geloof in "ooit" kwijt. Ik zie je als een minnaar. Een minnaar tegenover wie ik géén rekenschap meer moet afleggen. Vorig jaar noemde ik je mijn man. Dàt gevoel ben ik kwijt. Geen "houd van je" meer. Geen "slaapwel mijn man". Enkel een "slaapwelxxx".
En dus voel ik me vrij. Vrij om verder te kijken. Ik besef: ik geniet van de jacht. Van het Spel. Tegelijkertijd geniet ik van jouw gezelschap. Maar wat jij er in lijkt te zien, is voor mij verleden tijd. Ik weet het eigenlijk niet. Geloof jij écht dat wij nog bestaan??? Ik kan het me niet voorstellen...
Ik wil Spelen... maar jij blijkt een slechte partner te zijn daarin. En dus word jij meer en meer écht een vriend. Voorlopig een "friend with benefits". Maar ook die rol ga je verliezen, vrees ik. Want let's face it: ik kan me niet meer geven zoals voordien. En zonder dàt, ben je niet meer dan de Ander. Maar dan is de Ander minder gecompliceerd... meer duidelijkheid met hem.
Deze week had ik je écht nodig... maar op geen enkel moment heb jij de mogelijkheid geopperd me te ontmoeten. Mijn werk was afgelopen week zwaar, je wist het. Maar zelfs dan...
we tonen aan mensen wat we willen laten zien. En de volledige waarheid, dié krijgt niemand te zien.
Dat wil niet zeggen dat ik overal een rolletje speel. Maar iedereen krijgt een ander deel van mij te zien. Zelfs de enkele mensen die mijn grootste geheim kennen, namelijk jouw bestaan en de rol die je in mijn leven speelt, zelfs zij zien niet àlles.
De Player (zal ik die laatste man in mijn leven zo noemen?) zag ook weer andere facetten van mij. Hij zag me, volledig van de kaart, omdat jij plots zo gemeen deed op de avond van de voorstelling, een maand geleden. Afgelopen weekend spraken we er nog over... dat hij mij nog nooit zo zag, er niets van begreep en ook niet per se moet weten wat erachter zat. Jammer genoeg toont de Player minder lef dan hij beweerde te hebben... hij had me kunnen losmaken van jou, daar ben ik zeker van. Hij heeft trouwens alles in de hand om een flink stuk van de waarheid te achterhalen, jouw bestaan... alleen beseft hij het niet op welke manier hij deze blog zou kunnen vinden, of zelfs maar het bestaan ervan.
De Ander vervult mijn fantasieën, of toch bepaalde.
Mijn Buddy (jouw term, niet de mijne) weet veel, maar kent dan mijn dagelijkse "ik" weer niet.
De enige vriendin die van jou afweet, mist dan weer andere elementen.
Maar de absolute waarheid is dat jij de enige bent geweest die zo dicht bij de échte "ik" kwam, ooit. Nu een jaar geleden waren we zo close, dat jij meer wist dan ooit iemand eerder. Jij zag me huilen en lachen. Jij zag me sterk en zwak zijn. Bij jou mocht ik zwak zijn, zei je steeds weer. Wat ik toen nog niet inzag, was dat jij enkel sterk kan zijn wanneer ik zwak ben.
Intussen sta jij verder van me af dan de anderen die ik hierboven vermeld. Jij wordt een vreemde voor mij.
Toch blijf ik proberen... geef je kansen. Weer... steeds weer. Al kan dit alles slechts op één mogelijke manier eindigen... ik kan het nog steeds niet. Steeds weer ratel ik het af: pre-contemplatie - contemplatie - voorbereiding - actie - onderhoud. Mét het incalculeren van herval. Hoe vaak moet ik nog hervallen, tot ik in de "onderhoudsfase" kan terecht komen?
"kieken"... ik hoor jou Haar ook zo noemen, vorige week. Zelfs dàt is niet enkel voor mij...
Nog steeds, ondanks gesprekken en chats, nog steeds kàn jij mij niét zeggen dat ik niét jouw nr 2 ben. Zwijgen is toestemmen, nietwaar?
Oh ja, we chatten. Ik speel een rolletje... jij bent niets met de onzekere, bange 'ik'. Jij wil de sterke, zelfzekere 'ik'. Maar wat jij maar niet lijkt te kunnen inzien, is dat het jouw liefde was die me zo sterk en zelfzeker maakte. Het gevoel dat ik jouw nr 1 was gaf mij vleugels.
Binnenkort is het mijn verjaardag. Jij beweert dat je zowel mijn cadeau van vorig jaar als mijn cadeau van dit jaar afhaalde. Maar het enige dat ik zou willen op die dag, is jou zien. En dàt is nu precies hetgene waarvan ik wéét dat niet zal gebeuren. Omdat Zij jouw verjaardag die dag met uitstel zal vieren. Omdat Zij het enige cadeau dat jij écht wil op deze wereld, voor je regelde. Zoals zo vaak krijg ik de primeur... ik kén Haar plannen. Na dié verrassing ga je Haar nooit meer kunnen en willen verlaten. Want Zij verkreeg precies dàtgene wat je wilde: je dochter terugzien na zoveel jaren.
Ik ben blij voor je, vergis je niet. Maar ik zou gewild hebben dat ik dat voor je kon regelen. Zoals ik al vaker zei: ik heb geen positie om daarin tussen te komen. Zij wel... en éindelijk kreeg Ze het idee. Ik zwijg, bederf de verrassing niet voor jou. Maar dat dat wil zeggen dat ik jou op mijn verjaardag niét zal horen of lezen, doet me pijn. Jij gaat helemaal opgaan in Haar verrassing, en dan ben ik vergeten. Dan heb ik geen plaats meer in jouw leven.
Ik vecht om los te komen. Ik probeer mijn pijlen elders te richten. Ik dacht een kandidaat gevonden te hebben... iemand die het spel kon meespelen. Iemand waar ik niét verliefd op zou worden. Maar als puntje bij paaltje komt, is hij bang. Het fijne is dat we er openlijk over spreken, als we samen zijn. En ik geef de moed niet op. Hij zou kunnen doen wat die Ander niet lukte: me van jou losscheuren. Omdat hij wél meer is dan een vreemde, maar niet zo veel is als jij.
Leer te beseffen wat je hebt, voor de tijd je doet beseffen wat je had.
wie houd ik voor de gek? Ik kan en wil nog steeds niet zonder jou... nog altijd niet.
Afgelopen week zat je hier... je kreeg je horloge. Wat ik er niet bij zei, was dat ik het kocht als afscheidscadeau. Ik raapte mijn moed bij elkaar, en gaf je mijn brief. Zou je het doorhebben, en lezen tussen de regels door? Zou je lezen dat het een afscheidsbrief was?
Je las mijn brief, en zei "heel mooi en lief". Het enige wat een reactie waard was, was de passage over vrijen met jou.
We praatten... die eerste avond. We lagen op mijn bed, zoals in een lang vervlogen verleden. En we praatten. Meer niet. Zelfs geen innige zoen. Enkel praten. Het herinnerde me aan hoe goed het was, die momenten. Misschien nog meer dan vrijen, mis ik die uren. Uren waarop we, dicht bij elkaar liggend, praatten. Over alles en niets. Over ons en de buitenwereld. Over verleden en toekomst.
De volgende dag zou je terugkomen. Maar het uur waarop ik je mocht verwachten, passeerde. Toen ik je een uur later dan toch vroeg of je enig idee had hoe laat je zou komen, kreeg ik te horen "alles is uitgelopen, kan ik morgenvroeg komen?". Je maakte me razend daarmee! Wéér hetzelfde verhaaltje... ik werd boos. Maar je verraste me, 45 min later stond je voor de deur (wetend dat de rit een half uur duurt). "kieken".
Ik ging door de knieën. Ben niet klaar voor het afscheid, besef ik. Weet niet of ik het ooit zal zijn.
Wat ik wél besefte afgelopen week, is hoe moeilijk ik het heb met mijn positie. Ik kan er niet meer tegen om nr 2 te zijn. Ik heb het je gezegd, meerdere keren. Geen enkele keren krijg jij het over je lippen om die woorden tegen te spreken. Steeds draai je eromheen "je weet wel beter", "je mag het zo niet zien". Maar op geen enkel moment kan jij zeggen "jij bent niet nr 2, jij bent nr 1".
Ik test je... Ik geef je de rol die je zo graag opneemt: de "sterke verzorger". Ik doe beroep op jou, om me naar een afspraak te brengen, met een excuus. En ja hoor, je springt in de bres. Ik zeg dat ik bang ben, ongerust. Zou je kunnen reageren zoals het hoort? Zeggen dat je mijn angst begrijpt, dat die normaal is? Maar alles wat jij kan zeggen en steeds herhalen is "no panic" "het komt wel in orde"? Is dat die grote empathie waar je mee schermt?
Morgen zouden we het grootste deel van de dag samen doorbrengen. Eigenlijk gisteren, maar oh ja, Ze is weer ziek. Kan gebeuren, en ik maak er geen drama van. Nieuwe afspraak morgen, ik her-organiseer mijn werk, annuleer mijn verlof van gisteren. Meerdere keren vraag ik je "zeker dat Zij donderdag terug gaat werken?" Ja, je garandeert het me. Vanochtend krijg ik al te horen: Ze nam vrijdag verlof. Zou Zij écht voor één dag terug gaan werken? Ik krijg gelijk: om 10 uur krijg je telefoon dat Ze afspraak maakte bij de dokter, voelt zich toch nog niet goed genoeg om morgen te gaan werken... Meteen heb je ook geen tijd meer om nog iets met me te gaan drinken, want je moet snel naar huis, om Haar naar de dokter te brengen.
Ik kan het gewoon niet geloven dat jij het niet doorhebt... dat jij mij niet doorhebt. Okee, het lukte me deze keer niet. Maar er komt een moment dat het me lukt.. me definitief los te maken van jou.
mensen veranderen niet zomaar. Mensen veranderen ook niet makkelijk. Dus doe ik wat ik altijd doe: ik schrijf mijn gedachten neer, wetend dat ik straks anders niet meer uit mijn woorden kom.
Over enkele uren kom je langs Zo is het toch afgesproken. Zoals altijd tegenwoordig wacht ik af, nooit zeker of er weer niets tussen komt. Of Zij er toch weer in slaagt om je thuis te houden.
De afgelopen weken heb ik veel nagedacht. Over ons, vanzelfsprkeend. Maar ook over hoe het nu verder moet. Over wat er geberud is. Over wat er nog rest. Over wat ons bindt, maar ook over wat ons uiteen drijft.
Ik heb geprobeerd te analyseren wat ik wil. Niet gemakkelijk, ik geef het toe. Ik weet wat ik niét wil, dat is eenvoudiger. Ik wil niet meer rondlopen met tranen in mijn ogen, zonder mijn lach. Ik wil niet meer in de auto stappen met het idee van ergens tegen te rijden en overal van af te zijn. Ik wil niet meer zitten hopen op afspraken die onzeker zijn en last minute geannuleerd worden. Ik wil geen ruzie meer, geen achterdocht, geen verwijten, geen onduidelijkheid.
Een vraag die ik weet dat jij je stelt: wil ik met je vrijen? Het antwoord is complex. Omdat mijn wens hierin overschaduwd wordt door angst. Vrijen met jou is een herinnering aan iets ongelofelijks, iets ronduit magisch. De magie kwam zeker voor een stuk door complete overgave, de intensiteit van onze gevoelens, het geloof in een toekomst. Mijn angst heeft te maken met alle gebeurtenissen, teleurstellingen, rusies. Durf ik het risico te nemen dat vrijen met jou veranderd is? Dat de magie verdwenen is?
Niet alleen is onze band anders. Ons contact is gespannen. Bovendien zijn er mijn antidepressiva, die zeker en vast mijn libido aantasten. Maar ik heb ze nodig. Ik ben er verre van klaar voor om mijn leven terug aan te kunnen zonder mijn pillen.
Wat wil ik dan wel? Opnieuw beginnen, met de kennis van vandaag. Me niet meer laten meeslepen in dromen over "ooit" maar mijn voeten op de grond houden. Zouden we het dan wél gered hebben? Ik mag mezelf niets meer voorliegen... zelfs lang voor deze zomer, van in het prille begni, waren er nachtelijkse ruzies. Ik herinner me de ruzie aan het station, op mijn verjaardag, omdat ik niet op het perron stond. Urenlange chats over een verkeerd woord. Slapeloze nachten.
En toch... Ik had je niet "niet willen leren kennen". Ik had je niet "niet willen aanspreken op 7 februari". Ik had je niet "niet willen ontmoeten en zoenen op 23 februari". Ik had niet "niet met je willen meegaan op 7 maart, in dat hotel met die gekke eigenaar".
Maar ik ben vandaag realistisch. Er staan zo veel dingen en mensen tussen ons in. Zij-die-jou-heeft. Steeds weer komt het moment in me op dat je me zei dat je het Haar "nooit zou kunnen aandoen". Ik had het toen moeten beseffen. Maar ook later... al die momenten dat ik, in ruzies, dreigde Haar van facebook te verwijderen als vriend. Jouw ongerustheid gold nooit mij, hoe ik me voelde, maar hoe Zij zich zou voelen, hoe Zij het niet zou begrijpen, hoe Zij het erg zou vinden.
Ik ga eerlijk zijn. De vraag "wat wil ik?" kan ik niet beantwoorden. Nog niet. Misschien wel nooit.
Er is maar één iets dat ik altijd zal willen, dat niet zal veranderen. Van jou te mogen houden, was en is mijn enige wens. En er is niets dat jij kan zeggen of doen om me te beletten dàt te doen. Zo ver gaat jouw invloed op mij niet. Al de rest zijn daartegen details.
lief, mijn lief... zo noemde ik je. Lief, mijn lief. Zo zal ik je nooit meer noemen, toch niet naar jou toe.
Ik heb me er echt bij neergelegd: het is voorbij. Het is al lang voorbij, maar ik had tijd nodig om het te beseffen. Of liever: tijd om het te erkennen. De afgelopen dagen en weken zie ik je sprongen maken, pogingen doen. Maar het doet me niets meer. Eindelijk kan ik dat zeggen: het doet me niets meer.
Pas op, dat is niet hetzelfde als "jij doet me niets meer". Maar het is een start. Beter dan niets.
Onze gesprekken blijven met momenten uiterst moeizaam. Gisteren eindigde je met "ik word boos, stop ermee". Omdat ik het waagde je te confronteren met je eigen incoherenties... iets dat je nooit hebt verdragen. De tijd dat ik mezelf dan maar in 1000 bochten wrong om het goed te maken, is voorbij. Jij zegt me te stoppen, en ik zwijg gewoon. Stuur niéts meer.
Het resultaat is dat jij mij, rond 10.30h vanochtend, een "gdm" stuurt (waar ik dat de afgelopen week weer élke dag was). Doordat ik hard aan het werk ben, zie ik jouw bericht pas rond 11.30h. Op dat moment heb jij me al gestuurd "dan niet". Wéér "andere regels voor jou en mij". Jij màg mijn "gdm" een uur negeren omdat je aan het werk bent, maar ik... ik moet springen, meteen reageren. Ook dat doet me niets. Ik zeg enkel dat mijn werk vreselijk hectisch is vandaag, en dat ik je bericht dan pas lees. Reageer niet op je beschuldiging.
Wat klink je bitter, mijn lief. Met de regelmaat van de klok krijg ik bittere reacties op mijn plannen. Zoals steeds: jij kan géén avond met me doorbrengen, maar ik mag die avonden ook niet doorbrengen met anderen.
Je moest eens weten.... Binnenkort realiseer ik, in mijn eentje, onze droom: samen naar Amsterdam. Ik ga alleen. Tenminste, dàt was het plan. Maar al chattend hierover met een goede vriend groeide het idee dat hij me komt opzoeken ginder. Hij leeft en werkt al jaren in zijn eigen land terug. We kenden elkaar 15 jaar geleden, en bleven altijd in contact.
Lang geleden hadden we "iets". Het was nooit een relatie, enkel "hele goede vrienden met benefits". Er is niets meer, maar onze vriendschap bleef. En dus kan ik me perfect voorstellen om enkele dagen met hém door te brengen in Amsterdam. Zonder meer. Of met meer... ik zie wel. Niets moet, alles mag. Ik heb sowieso enkele plannen, dus hij zal zich ook af en toe alleen moeten bezighouden. Een man die ik niét moet entertainen, voor wie ik géén programma moet opstellen. Die gewoon aangenaam gezelschap is, met wie ik kan praten, en ja... samen slapen. Misschien meer, misschien gewoon slapen. Ik zie wel...
Je was al jaloers, gewoon op het feit dat ik nog chat met hem. Al zit hij meerdere duizenden kilometers van hier, jij "zag aan zijn gezicht dat hij nog interesse in me had". Dat ik met hem ging eten afgelopen herfst, toen hij even in België was voor het werk, samen met nog een andere (homo) collega van indertijd, was al reden voor een vlammende ruzie. Al gebeurde er strikt niets, want onze collega bracht hem terug naar zijn logeeradres. Maar al enkel het feit dat ik ging eten met twéé mannen, was reden voor een crisis. "Dat doe je niet, kwestie van respect".
Heb je ergens gelijk? Want jij ziet inderdaad mijn ontrouw, niet mijn trouw. Ik ga zo vaak uit eten, met mannelijke collega's of vrienden. Zonder meer. Niet élke man is een potentiële minnaar... de meeste mannen met wie ik iets ga eten, zijn niet meer dan dat: mannen, vrienden, collega's met wie ik iets ga eten. Maar natuurlijk zie jij mijn ontrouw... ik ben ontrouw met jou.
Ik was bereid om trouw te zijn aan jou. Het zou me geen enkele moeite gekost hebben. Kan je dàt geloven? Jou zou ik trouw geweest zijn. Ik ben de tel kwijt in mijn huidige relatie... dat besefte ik recent. Maar nog nooit zo systematisch en duurzaam als met jou. Maar... voor de rest functioneren we als een superteam. En is dàt niet waar het op het einde van de rit om gaat???
Ik blijf hier. Jij biedt me geen enkel perspectief. Misschien maar best.... voor de kids nietwaar? Ze hebben geen idee, en laat ik dat maar zo houden. Ik moet mijn geluk ondergeschikt maken aan hun toekomst. Is dàt niet waar kids krijgen om draait? Dat je je eigen geluk ondergeschikt maakt aan hun noden? Dàt doe ik.. nog minstens 8 jaar. Dàn zijn ze meerderjarig.. herbekijk ik de zaken.
Maar de kans is groot dat ik tegen dan gewoon mijn ritme vond. Rust vond. Gewoon mezelf een plekje gaf, misschien met anderen? Maar niét meer met jou, dàt is wel duidelijk intussen. Je kwam te close... je bent géén geschikte "andere". Jij deed me, voor het eerst, twijfelen aan mijn keuzes. Dààr slaagde nooit eerder iemand in. Besef je dàt wel?
Ik wil hier uit. Ik wil vrij zijn. Vrij zijn van jou.
ik speel het harder en harder... confronteer je. Ik ben het zo beu, jouw eeuwige ontwijken, jouw "pin me vooral nergens op vast". Je bent er goed in, het is je natuur.... Zo rechtuit als ik ben in mijn uitspraken, zo voorzichtig ben jij.
Je blijft het spelen... houdt me een wortel voor. Een denkbeeldige wortel. En als ik je confronteer met je woorden van "ik probeer" en "ik doe mijn best" (over het feit dat ik hoop dat je een nacht met me doorbrengt deze dagen, ik alleen thuis), zeg je initieel "dat heb ik nooit gezegd". Mijn reactie van "ik heb al onze chats van de afgelopen dagen nog" lokt een "ik leg het je vrijdag uit" uit. Ik kan er enkel mee lachen.... ik krijg het beeld van een dier dat in het nauw gedreven is niet uit mijn hoofd. Je maakt rare sprongen, en als ik je vast zet, kom je met "ik leg het je vrijdag wel uit". Of "je noemt me een leugenaar, onbetrouwbaar" (wat ik dus niét zei, ik heb onze chats om het te bewijzen). En je eindigt met de dooddoener "je bent te ver gegaan".
Ik kan zonder jou intussen. Kan jij ook al zonder mij??? Wat een ontdekking: ik kan zonder jou.
En ik meen het. Ik heb jou niet meer nodig. Ik ben terug vrij. Vrij van jou, vrij van jouw goedkeuring, vrij van jouw erkenning.
We droomden zo veel dromen... zo veel plannen. En ik zal er je dankbaar om blijven, dat je die dromen in me deed ontstaan. Wat ik toen niet zag aankomen, was dat jij niet zou doorzetten. Dat je me met die dromen alleen zou laten. Maar ik realiseer ze, één voor één. Zonder jou.
Bange blanke man... het nummer van Vermandere komt in mijn hoofd op. Associatief, zo werkt mijn hoofd. Jij bent bang... bang om het zonder Haar te moeten redden. Bang omdat je niet zeker bent van mij, niet zo zeker als je van Haar bent.
Wat ik me realiseerde de afgelopen week: telkens als ik sprak over jou en Haar verwijderen van mijn fb, reageerde jij met "Zij heeft dit niet verdiend". Jouw éérste ongerustheid is niét hoe IK me voel, maar hoe Zij zich zou voelen als ik plots verdwijn, onze vriendschap stop. Ik ken mijn plaats nu.
Het doet er niet meer toe. Je bent me kwijt, mijn lief... Wat ik hier begon als het achterlaten van een spoor van onze gevoelens, werd een echt afscheid. Ik huil een laatste keer om jou... om wat we waren.