We zijn gaan schaatsen. Dat was fijn. Moeke had Lien nog opgebeld. Om te vragen of ze mee wou gaan schaatsen. En dat wou ze. Na het schaatsen zijn we Lien terug naar huis gaan brengen. Dan zijn wij ook naar huis gegaan. Thuis zijn we gaan eten. Daarna zijn we naar een toneel geweest en dat was leuk.
We zijn met de trein naar Turnhout gegaan. Daar zijn we gaan winkelen. Dan hebben we in den Hema gaan eten. Dan zijn we naar huis gegaan. Want we moesten nog naar de tandarts. En niemand had een gaatje behalve voke want er was een stuk vulling uit zijn tand. Dan gingen we naar huis om te eten. En dat was lekker Het was rodekool met aardappelen en chipolata.