woensdag 29 april 2015.
De laatste loodjes wogen het zwaarst.
Om 08.45 vertrek ik aan de kerk van Vauxchaussis. Geen stempel omdat er gewoonweg niets woont, is of leeft dat een stempel kan geven.
Ik ga weer pal zuidwaarts en de afspraak is om na 20 kilometer elkaar te treffen in Auxon zodat ik vandaar de laatste 8 kilometer met de hondjes afleg. De GPS-planning onthult me dat ik een aantal kilometers op de departemental stap, daarna kan ik door een bos gaan en zo recht ononderbroken op doel kaning trekken via een bospad. Kort en nijdig zijn de hellingen maar telkens openbaren ze mij een nieuw zo gretig aangeboden landschap. Het is hier wel heuvelachtig en nog steeds overheersen de kleuren van het gele koolzaad en het groene jonge graan.
Na een paar kilometer zie ik opnieuw een Camino wegwijzer. Ik ben zo een 60 kilometer verwijderd van Vezelay, mijn tweede wimpel en vaste stek voor de pelgrims uit Italie, Belgie, Duitsland, Nederland die zo verder trekken naar Saint Jean Pied de Port..
Ik denk steeds aan de mail van Rene. René is een patiënt die vroeger prof was aan de economische hogeschool in Brussel. Een toonbeeld van puur en integer mens. Diep filosofisch en ruim intelligent. Heeft regelmatig van die maatschappelijke vraagstukken en neemt ook wel regelmatig weinig dubieuze standpunten in. Ik herken in hem een zeer diplomatische ziel met heel veel wijsheid. Daardoor ben ik ook een beetje op mijn hoede hoe ik hem van antwoord dien te wezen. Hij geeft mij een verwittiging dat mijn teksten veel te lang zijn en dat geen mens de tijd en de moeite neemt om dit allemaal te lezen.
Hij heeft daar omtrent wel een groot punt. Maar door er over te denken moet ik hem toch van een weerwoord bedienen. Rene, hier is zoveel te zien en zoveel te beleven: dat kan ik niet in 5 zinnetjes vertellen en verhalen. Zo vind je in je straat ook mensen die iets vertellen en andere mensen die ze de gazet noemen, en zelfs zoveel vertellen dat je geen krant meer hoeft te lezen. Bovendien wil ik mij echt niet bezondigen aan de realiteit dat ikzelf veel ervaar en het allemaal voor mezelf houd. De blog is een middel om iedereen die dat wil, mee kan genieten. Niemand moet die ellenlange teksten lezen, je mag het echter wel. Wat ook belangrijk is voor mezelf: ik wil, eenmaal thuis, nog wel eens nagenieten van al die belevenissen. Bovendien is dit iets wat ik zeer graag doe en waarvoor ik geen inspanning hoef te doen. Ikzelf zit echt niet met de billen toegeknepen opdat ik via deze blog teveel zou schrijven en daardoor interesse zou verliezen. Laat de lezer zelf maar beslissen wat hij relevant vindt en wat niet. Trouwens geen enkele leerling heeft zich ooit bezeerd omwille van te veel informatie. Maar ik geef eenieder zelf de keus om te lezen wat en hoeveel hij zelf wil.
Trouwens, Rene, ik heb een foto gemaakt van die omgevallen boom waarover je het had. Ik heb hem niet horen vallen, en acht mezelf gelukkig dat ik net op tijd kwam om hem enkel maar te zien liggen. Want moest ik hem zien vallen hebben zou ik het misschien niet meer kunnen fotograferen hebben
De natuur is golvend en dat laat zich duidelijk voelen in de kuiten. Het bos waar ik door moest is een prachtig privé domein. Ik moet eromheen want de afspanning van 2 ,5 meter hoog is naar mijn zijde nog eens afgerond en staat onder stroom boven en beneden. Volgens mij is dit bos eigendom van een aandeelhouder van Bekaert. Ik volg haast 3,5 kilometer deze dure omheining en verwachtte wat ook uitkwam. Ik kom uit op een ander pad dat aansluit op de D33. Vandaar kan ik via een kleine omweg naar het vooraf getekende parcours. De dames zitten in Auxon netjes op mij te wachten en hebben een culinaire verrassing in petto.
Ze toveren voorwaar een echt en dus onvervalst fris gevuld flesje Orval tevoorschijn. Wat kan dat smaken op Frans grondgebied.
Een uurtje later trek ik met de beide motor-home dieren op weg voor de laatste 8 kilometers. Het zouden de zwaarste worden die ik tot heden toe deed. Ik kwam in een bos terecht dat op geen bos meer leek, maar meer eigenschappen vertoonde van een niet onderhouden moeras terrein. Ook lagen pas gezaagde takken en boomstukken kris kras en ongeordend op de weg waardoor je al kruipend en struikelend je zelf een weg moest banen. De ondergrond glibberig en erg nat tot verzuipens toe. Want Jak raakte een paar maal geen grond meer toen hij van het ene spoor huppelde naar het andere. Helemaal onder water. Ook mijn beide voeten zijn tot aan de scheenbenen regelmatig in het diepe spoor verzeild, gevuld met water. Dit bos is echt niet onderhouden en een schande om er mensen doorheen te sturen, denk ik bij mezelf. Uit medeleven voor de kleinste viervoeter neem ik hem zelfs op mijn arm om hem een desoriëntatie bij een zoveelste duik te onthouden. Ik kom toe in Evry-le-Chatel en ontwaar een café waar ze Stella Artois schenken. Drie pressions heb ik er samen met Sonja en MRose ( zij dronken elk 2 blonde Leffes) gedronken en dan begon mijn frustratie wat op te drogen. Dit laatste stuk van 8 kilometer heb ik nog niet veel mee gemaakt. Kruipen, springen over takken, struikelen over klein struikgewas, niet gericht kunnen stappen omdat er gewoon geen overzicht is Blij dat ik eruit ben. Ik haal mijn stempel en wil wat rusten.
Vandaag eten we witloof in witte kaassaus, met hamburgers en schatjes van patajes.
Tot dan.
dinsdag 28 april 2015
De morgen heeft prijzengeld in petto. De zon piept niet maar loert echt door een wolkendek zo ongeordend als een opgerold donsdeken bij het opstaan. De luchtversie van een ijslandschap. Ik voel aan mijn voeten en en vooral mijn beide kleine tenen. De rechter is volledig in orde. De linkse is nog steeds pijnlijk bij elke aanraking. Ik begin mij toch zorgen te maken over dit kleinood dat zoveel impact heeft op mijn tocht.
Na het ochtendwandelingetje en de toebehoren zonder poepzakje, besluit ik nog eens te douchen voor het ontbijt. Ja die teen blijft bij het marcheren zijn petten spelen. Na het ontbijt pleeg ik nog eens alles onder controle te krijgen door tape aan te leggen en een prop watten te stoppen tussen de kleine teen en de vierde. Dat brengt God zij dank meer voldoening dan ik verwachtte. Zorgvuldig schik ik mijn kous over deze pijnlijke teen en kruip mijn goedkoopste schoenen in. Ik moet de ganse dag denken aan die mevrouw die me vertelde dat haar man zulke dure schoenen draagt om in Oostenrijk te gaan wandelen. Zij, daarentegen draagt de goedkoopste. Haar echtgenoot heeft regelmatig last van blaren en fricties op allerlei plaatsen aan de voet, zij daarentegen heeft geen enkel probleem. Je bent dikwijls beter met een soepel goedkoop schoentje vertelde ze mij, dan een strakke dure merkenschoen. Ik moet haar tegen mijn zin gelijk geven, want ik op dit ogenblik ondervind ik net hetzelfde.
De Lafunas stappen dus heel goed en soepel. Toegegeven op hard en rotsachtig terrein is dit niet de meest geschikte schoen, echter de doelstellingen vandaag zijn via de veldwegen en de GR2 Vauxchausis te bereiken. Geen rotspartijen dus. Onderweg krijg ik een telefoontje van Patrick. Het wordt een zeer aangenaam en boeiend gesprek. Patrick is mij op deze tocht voorgegaan, ook helemaal alleen en erg gedreven. Hij overstelpte me met kaarten en boekjes en geode raad en tips. Hij bereikte zonder enige blessure maar met veel inspanning en doorzetting de kathedraal in Compostella op 4 maanden. Aan hem neem ik een voorbeeld. Als het mij vandaag lukt de fotos via de blog door te sturen is het dank zij deze Patrick, want hij bezorgde me wederom een gouden tip. Hij wenst me veel moed en vind dat ik erg goed opgeschoten ben als ik meld dat ik vandaag net onder Troyes door stap.
Het gaat erg gezwind, enkel de wind heb ik tegen. Het weer is verrassend vals. De zon focust zich met stralen op het landschap. Zonnedelen die niet gebroken worden door de meer donkere wolkenlichamen, die zich net naast het beschenen deel bevindt. In de zon wandelen voelt aangenaam, al is het koud door de wind, maar in de schaduwdelen is het venijnig koel. Ik beklaag me dat ik geen jasje meer bij heb, maar het zal zo ook wel lukken zeker. Het eerste deel van dag verlaat ik via de stadskern en de aanhorende voorgemeenten de agglomeratie van de druk bezochte en commerciële stad. Daarna is het tijdens het tweede deel zo een 9 kilometer wandelen langs de GR2. Prachtige streek die op een bepaald ogenblik mij zelfs loyaal doet klimmen tot 256 meter boven de zeespiegel. Vauxchausis ligt zelf op 186 meter. Ik wandel door een loofbos met heel veel diepe plassen die me regelmatig verplichten een ander traject te nemen via het bos (mijn Lafumas zijn niet zo duur en wellicht ook niet zo waterdicht ). Ik geniet weer met volle teugen en schenk de beker van geluk regelmatig nog eens vol. Ik neurie de melodie van Want you be my number one (two)! Och mijn lieve deugd wat is dit toch weer eens genieten . Ook de voetjes zijn niet zo tergend pijnlijk. Ik voel ze wel, maar niets staat me in de weg om ook van deze tocht net niet te schuimbekken van genot. Ik verlaat het bos na de nodige slakken te hebben ontweken en zo een 8 tal kilometer onder het bladerdak moeilijk genavigeerd te hebben (de GPS 64S had het hier toch weeral wat lastig om mijn bewegingen tijdig te constateren). Maar wanneer ik dit bos verlaat en links de GR wandelweg verlaat om naar het dorp te stappen, krijg ik een cadeau van jewelste. Onder mij, ja erg diep onder mij, want de afdaling blijkt achteraf ook nog een opgave op zich, ligt een heel chouette dorpje, omgeven in een kadratie van geel en groen. Stralend mooi, bijna jamais vue Dit wordt ons paradijs voor één nacht. Zelden ben ik zo overmand geweest omwille van dit prachtbeeld, wat een uitzicht.
De afdaling vormt dus wel een klein probleem. Door de regen van de afgelopen twee dagen is de ondergrond slipperig en hier en daar zelfs wat brokkelig van de rotsblokjes die zich hebben verplaatst. Nu doen die voetjes wel hun best om net niet in verlegenheid te vallen. Ze houden het uit en iets na 13.30 zie ik de meisjes fiivool op mij wachten.
Ze hebben voor mij een voetbadje water met bleekwater erin klaar gezet. Dat is toch wel heel lief. Ik neem dit badje en stel vast dat die linkse kleine teen toch wel erg gezwollen en rood ziet. Ook voelt hij warm aan: Calor-rubor-dolor zij tekenen van een ontsteking. Sonja ziet ook dat die teen niet normaal is. Mijn slecht karakter doet me prutsen aan het nagelbed van deze teen en beetje bij beetje maak de nagel meer en meer vrij van de huid tot er plots een blaasje puss tevoorschijn komt en ik met een zucht van verlichting ook meteen de pijn voel milderen. De vuiligheid en de druk is er uit en meteen is de pijn weg. Ik voel me zowel figuurlijk als letterlijk verlicht. Zou dit de oorzaak geweest zijn van zoveel last. Ik laat mijn teentje verzorgen met Tera-cortril zalf onder een plastic verband zodat deze wonde moet bevloeid worden door deze zalf. Ik ondervind dat het lopen veel minder pijn veroorzaakt.
Morgen vertel ik u het resultaat van deze chirurgische ingreep en komt er zeker een operatief verslag en een mededeling van de medische staf.
maandag 27 april 2015
Het regent oude wijven. Bovendien komen wij tot de vaststelling dat er via de kabel van de zendantenne een waterlek is ontstaan. Tussen de dakbak en het dak van de mobilhome is er een kleine spleet waartussen het regenwater naar het boorgaatje loopt. Via de kabel lekt er dan water naar het kleerkastje waar ook alle elektrische 12 volt en 220 volt aansluitingen zijn gelokaliseerd. Het slechte communiceren gisteren blijkt nu te wijten aan insijpelend water dat via de kabel naar de zender in de zender is geraakt. Een kleine lek heeft dus wel degelijk ernstige gevolgen. Vermits het nu nog steeds regent kunnen we er niet veel aan verhelpen buiten de lus van die antenne kabel in een opvangbak te hangen en alle elektrische verbindingen voorlopig uit te schakelen. Geen ramp op zichzelf maar toch wel een kleine domper op zoveel feestvreugde. We zitten op een stadcamping in Troyes en maken van deze gelegenheid gebruik om eens deftig en goed te douchen. Niet dat ik vuil ben of zelfs maar onaangenaam ruik, maar een warme douche en heerlijk aanvoelend stromend water op je rug is toch meer reinigend dan een koud en kortdurend waterkraantje op een plaatselijk kerkhof. Die doden zullen er daar wel over kunnen meespreken. Ik ga via de WIFI van de camping toch maar eens poolshoogte nemen over de weersverwachtingen. Naar alle waarschijnlijkheid zou het rond 11.00 uur in de voormiddag minder gaan regenen en deze namiddag zelfs droog worden. Morgen geven ze zelfs weer een zonnetje. We komen overeen om deze namiddag eens naar de stad te wandelen en daar wat rond te neuzen. De kathedraal in Troyes op place Saint Pierre moet het bekijken waard zijn. Ook moet het centrum heel gezellig zijn.
Zo een camping heeft toch ook zijn charmes ik moest deze morgen met de beide lastpaarden hun ochtendwandeling maken. De Jack the ripper kon het natuurlijk niet nalaten in de regen zijn behoefte achter te laten vlak voor een caravan van Nederlanders. Ik zag de mevrouw voor het raam zitten en nam dus heel ostentatief zijn poep-zakje tevoorschijn. Blijkbaar hebben de ontwikkelaars van deze zakjes een minuscuul idee over de handjes van de bazen dezer dieren. Bij het naar binnen wringen van mijn hand in het zwarte zakje scheurt die lasnaad natuurlijk open en geraak ik heel fijn tot op de bodem van het zakje. Maar wat is het gevolg. Bij het vastgrijpen van het achtergelaten product mijner huisdier grijp ik ondanks mijn zeer super gecontroleerde coördinatie en fijne motoriek met mijn rechter duim in een mals en zeer warm aanvoelend stukje massa. Natuurlijk heb ik prijs. De paraplu die ik in mijn linker hand draag en de leiband van de honden maken samen met de wind en de regen dat deze situatie een beetje onstabiel wordt. Bekijk het maar met je oogjes toe zelfs het handvat van de paraplu was op de kortste keer niet meer grijp vast en licht veranderd van kleur. Om je te ontdoen van elke afkerende smoeltrekkerij en afwending van je aangezicht meld ik voor de goede orde dat ik van daar recht naar de vuilbak ben gelopen, en in tweede instantie naar het sanitaire blok ben gehold om uitgebreid mijn beide handen en het handvat te spoelen, nog eens te wassen en nog eens te spoelen. Tot hier het vuil paragraafje.
Mira is ons samen met Jo komen opzoeken in Troyes. Ze overnachtten in een hotel en gingen met ons samen dineren in de stad.
Ik profiteer ervan om mijn Compostella zegel in Troyes op te halen aan de ingang van de basiliek. We nemen tegelijk even wat tijd om in de basiliek eens rond te lopen en te kijken naar dit majestueus bouwwerk.
In het straatje iets verder dan de basiliek (Rue de la cité) was ook een gezellige pizza bar. We deden er ons te goed aan Pizza Royal en witte wijn Aligoté van de Bourgogne. Hierna verkenden we een beetje wandelend de binnenstad. Nog steeds is het regenen en wind geblazen. Deze avond eten we onze boterhammen in de mobil home en morgen is het weer wandelen.
Van Troyes naar Vauchaisis zou een 25 kilometer zijn. Ik maak me een klein beetje zorgen over mijn beide kleine teentjes die blijven spannen in elke soort van schoenen die ik aantrek. De pees op de wreef is netjes ontzwollen en duidelijk minder pijnlijk. Morgen trek ik mijn goedkoopste, meest lichte en ook meest soepele Lafumas aan. Men voorspelt ook brede opklaringen zodat het wel kouder wordt maar toch droger. Van kou heb ik geen schrik, maar rondlopen met natte pootjes is toch ook geen optie.
We zien wel.
Tot in het volgende stationneke.
zondag 26 april 2015.
Deze nacht was het hier klank en lichtspel. Er werd water bij bakken en emmers gestort. Bovendien werden we regelmatig vergast op gratis licht. Ik ben niet klaar wakker maar toch glijdt de gedachte door mijn hoofd, morgen vettige poten Smetje. Ik sta op om tien voor zeven en ga onmiddellijk met de hondjes de sanitaire weelde wandeling maken.
Reeds om 7.30 uur heb ik gegeten en is mijn rugzak bol van de regenjas, de reserve pull, de reserve kousen, de boterhammetjes en de beide drinkbussen van 1,5 liter. Ook het rode kruis zakje waar uitgebreid materiaal in steekt (ik zou zelfs een damhert kunnen uitbenen en vacuüm trekken) vergeet ik nimmer net zoals mijn rolletje tape en colson bandjes. De vier reserve batterijen net zoals de koplamp, en de reserve GPS verlaten ook nu mijn aandacht niet. Elke morgen hetzelfde ritueel. Nakijken of alles er is.
Het weer is veel veranderd tegen vannacht. De hemel is nog wel gesluierd, maar de zon piept verlegen door dikke wolken en lange sluiers. Een ietwat timide heldere dag. Koud is het niet, ook geen donkere glazen weer. De aarde slijmt en plakt weer regelmatig aan mijn schoenen. Ik wandel met een frisse frequentie heuveltop over en af. Zie weer onnoemlijk veel hazen en hazinnekes, ook veel windmolens en immer graan en kolenvelden. Ik voel somberte aan mijn linker hiel. Een plooi in de kous is al voldoende om door wrijving een blaartje te vormen. Ik stop en schik alles. Maar bij het kantelen van de wandelschoen valt er zowaar een klein steentje terug naar moeder aarde. Dat was de snoodaard. Ik plak voor alle zekerheid een tape over mijn hiel, maar stel toch vast dat er een vochtblaasje is ontstaan op de hoogte van de onderkant.
Wandelend, mijmerend en denkend aan alle reacties die ik al kreeg op mijn blog. Ik wil erg graag Chris en Wilfried groeten in Blankenberge. Beiden gaan zo een zestal maand per jaar aan zee wonen en voelen zich daar zo goed en relaxed. Wilfried heeft er alle tijd en ruimte om zich bezig te houden met zijn passies: schilderen op de PC en met een hete pen of naald echte afbeeldingen branden in hout. De naam van deze specialiteit ontsnapt me. Ik zag reeds resultaten van Wilfried zijn hand. Echt niet min. Ik dank beiden om hun bemoedigende woorden.
Ook aan Rene en Rose Marie moet ik woorden van dank sturen. Ik verkreeg van hen muziek die ik regelmatig tijdens het tikken van deze blog laat draaien. Merci Rose Marie pour tous les chansons muzette.
Hoe zou het met Luk en Lieve zijn. Zij kregen de zware opdracht om de tuin in Wibrin een beetje deftig te houden. Ook thuis zou mijn broer de tuin wat onderhouden. Ik moet hem zelfs niet betalen
Ik vernam dat Gudrun terug in Gasthuisberg vertoefde voor een hartritmestoornis. Ook voor haar brand ik in Compostella een kaars. Zij verdient het want ondanks veel tegenspoed blijft ze recht vooruit kijken. Van hieruit in Troyes, Gudrun, Jandorie, als ik er geraak is er kaars bij voor jou. Het boek van je broer is ook prachtig geschreven. Haar broeder heeft over zijn camino naar Santiago een heel mooi verhaal in boekvorm geschreven.
Voor Bert en Frie, mijn naaste buren, wil ik nog melden dat ik de binnenlandse variant heb gepland vanaf Saint Jean Pied de Port. De noordelijke route werd eerst getekend en netjes gepland, echter in samenspraak met Jos werd toch geopteerd voor de variant onder de Picos de Europa, omdat daar minder toerisme en dus ook minder drukte zou zijn.
Ik wandel tussen die windmolens door en tel per omwenteling 5 seconden. Niet allen draaien ze even snel. Ik tel van aan de grond 25 ringen die op elkaar gestapeld staan. Elke ring moet zo een 2 meter hoog zijn (ik schat dat aan de hand van de hoogte van de deur in de grondring). Zo een windmolen zou dus 50meter hoog reiken. Asjemenou Het controleren van zo een windmolen brengt me naadloos in gedachten bij Jos en Vivianne. Jos is een meester in het lassen van ijzeren kleine kunstobjecten. Een kei in zijn vak. Vivianne is patiënt in de praktijk. Reeds jaren zijn we met hen beiden bevriend. Ik dank ook hen voor de bemoedigende woorden.
Ik wandel voorbij een klein bosje en zie plots een tamelijk recent model van een Volkswagen Golf uitgebrand staan. Macaber zicht is dat. Voor de eerste maal in drie dagen kom ik andere wandelaars tegen. Een groepje van 4 en daarna een man alleen met zijn hond. Ook een jogger met zijn schoenen vol slijk en een Nordic Walker die heel enthousiast bonjour roept en terwijl hij zelf verschiet van zijn enthousiasme, want hij moet er zelf ook om lachen.
Ik zie een hoge zendmast staan en besef dat dit wel eens het laatste heuveltje zou kunnen zijn vandaag. Mijn veronderstelling was juist. Diep daar beneden ligt Troyes. Ik geef nog wat extra power en voel het einde van deze tocht naderen. Mijn hiel blijft zeuren maar niet van die orde dat ik zou spreken van storende pijn. Nog even een hapering bij het aankomen. De zender van MRose gaf een storing omwille van een lek aan de plaats waar de kabel binnen komt. Morgen bij droog weer moet dat dringend verholpen worden.
Ik groet Ruud, Renske en Regine en beloof hen een fles van hieruit mee te brengen. Regine was jarig op de dag dat ik vertrok en Ruud had zo spijt dat we niet op het feestje aanwezig konden zijn.
Ook Joke Bogaerts hou ik in de gaten want zij is de rechterhand van Simonne en Karin. Laat je me weten hoe het hen beiden vergaat, Joke? Doe ze op zijn minst mijn groeten want ze staan hoog op waarderingstabel gebeiteld.
Ook de collegae fietsers van de federale politie die verleden zaterdag hun kaasavond organiseerden. Ik betreur het echt dat ik er dit jaar niet bij kan zijn. De Vogezen liggen me wel. Maar wellicht krijg ik volgend jaar een nieuwe kans om nog eens mee te (st)rijden met hen. Alleszins aan Frans en heel de groep: veel leute en plezier met jullie onderneming. Ook de hoop dat Danny zich helemaal herstelde van zijn aandoening.
Vandaag eten we pasta met chipolatas in Provençaalse saus en gemalen kaas.
Als drank bij het eten is het een fris wit wijntje. Niks doen wij ons hier tekort. Niks, niks niks.
Morgen neem ik een dagje rust maar profiteer ik ervan om te voet door Troyes te trekken en te wandelen tot het meest zuidelijke punt van deze stad.
Tot morgen.
ZATERDAG 25 april 2015.
Ik word wakker om 6.50 uur en hoor het regenen. Het kon niet blijven duren dat het goede weer onze metgezel zou blijven. Het tast echter mijn zin om te wandelen en mijn zin in dit avontuur pure sang niet aan.
Ik blijf er goesting in hebben. Ik maak echter een zeer zware denkfout. Na mijn ontbijt denk ik eraan om mijn nieuwe Meindl- waterdichte en splik - splinternieuwe bottines aan te trekken. Ik had het moeten weten want ze stonden reeds in de bak met het etiket: NMTG. Niet meer te gebruiken. Verleden week had ik met deze schoenen een frictie veroorzaakt van mijn pees aan de enkel omwille van een te nauwe omsluiting aan de wreef met de schoenflappen. Alhoewel ze reeds goed ingelopen waren (zo een kleine 250 kilometer) moeten blijkbaar mijn voeten een andere vorm hebben gekregen want deze schoen deugen op dit eigenste ogenblik echt niet meer. Reeds na mijn eerste hectometer vandaag moest ik omwille van een pijnlijke zijkant aan de enkel halt houden en een aanpassing uitvoeren. Ik plak een vilten opvulsel onder de flap van mijn wreefsteun naar zijwaarts lateraal over die pijnlijke pees. Het geeft geen voldoening. Ik stop opnieuw en plak een tape op mijn flap en trek de steun van de buitenkant van mijn veterbinding naar beneden met die sterke tape. De bottin staat dus boven en vooraan met open bek, maar schuurt niet meer tegen die gevoelige en opgezwollen pees. Het loopt beter, en, vooral minder pijnlijk. De regen van deze nacht heeft echter ook nog een ander gevolg. De nieuwe schoenen met diep profiel zakken in de diepe kalkgrond en na een paar stappen heb ik werkelijk schoppen kalkhoeveelheid aan elke schoen hangen; Het gewicht aan elke voet verraadt me dat het weer hoog tijd wordt die schoen te wrijven tegen de grond en te ontdoen van de overtollige kalk en steentjes. Ook de open schoen vergemakkelijkt het opscheppen en invallen van kleine steentjes. Ik moet regelmatig mijn beide schoenen leegmaken. Ik besluit tijdens een zoveelste schoonmaakbeurt en uitschudding van mijn schoenen, dit paar echt als onbruikbaar tijdens deze tocht te beschouwen. Weet je wat: ik geef ze mee met Pol die mij volgende week in Vezelay komt bezoeken. Niks mee aan te vangen. Het avanceert vandaag voor geen meter en toch lopen de kilometers op. Wanneer ik vanavond de balans zal opmaken moet ik om en bij de 30.5 kilometers hebben gelopen. Niet min vind ik voor mezelf. Maar het plan dat ik opmaakte over enkele dagen klopt. Ik moet morgen dus geen 32 kilometer lopen maar amper 23,5. Waarschijnlijk moet ik niet te veel missen van Luik-Bastenaken-Luik. Ook Mira komt morgen. Ik zie vandaag ook weer niet te veel schoon volk. Lelijk ook niet. Ik ontmoet een landbouwer aan wie ik het niet kan nalaten de vraag te stellen die mij al enkele dagen bezig houdt: Hoe komt het dat hier geen wijngaarden meer te zien zijn, alhoewel we ons in het Champagne-Ardenne departement bevinden?
Het antwoord was heel eenvoudig: Aan de Marne vind je noordwaarts van het departement de eerste wijngaarden. Echter de andere wijngaard streek begint pas vanaf de streek van Troyes omdat daar het gebied meer golvend is en dus ook meer geschikt voor wijngaardgebied. Je zal dus slechts binnen een 40 tal kilometer in de rijkere Champagnestreek komen. Ik kom toe bij de meiden rond 13.00 uur en weet dat ik dan nog een 9 tal kilometer moet lopen. Ik ben blij er te zijn. Ook MRose ziet dat en vraagt of ik die resterende kilometers wel zou doen. Ik twijfel niet en vertel even te zullen rusten en andere schoenen aan te doen. Terwijl gaan de beide fouragiers inkopen doen. Bij hun terugkomst heb ik een dik uur geslapen en voel ik dat die laatste negen er aan moeten. De voetjes zijn nog een beetje pijnlijk, maar ik ben erg gefocust op mijn programma. Het gaat wonderwel vlot en ook beide trekpaarden zijn tevreden dat ze deze laatste kilometers samen met mij mogen afhaspelen. Er wordt weer een regenvlaag over mijn waterdichte hoed gesproeid. Ik leg aan in het plaatselijke dorpje en heb op de GPS tripteller 30,5 kilometer staan. Morgen slecht 23,5 kilometers.
Ons aperitief vandaag is de tweede fles Champieter vanuit Ambonay. Die staat al een paar dagen koel, en MRose vindt dat ze niet te koud mag worden
Deze avond eten wij preistomp met een mengeling van zalm, kabeljauw en lot. Dus een triootje van vis in eigen nat met rouille. Ruikt toch al lekker.
Als dessert staat er een stukje appelcake met een tas koffie op het menu kaartje. Ik wed dat jij hier ook zou willen zijn. De plaatsen ziujn echter beperkt.
Groetjes en tot morgen in Troyes
Wandelen over wegen vol van eenzaamheid....la solitude.
Vrijdag 24 april 2015.
Nadat ik om 07.00 via het radionieuws vernomen heb dat Club Brugge gisterenavond verloren heeft en zo uit de Champions league verdwijnt ga ik met de hondjes de ochtendwandeling uitvoeren. Ik was gisteravond te moe om naar de TV te kijken en lag zodoende reeds rond 21.00 uur in mijn donzen nestje. s Nachts is het wel koud als je het hoofd en andere dingen buiten steekt om eens snel een plasje te doen.
Ook s morgens nog is het weer koud en op sommige grasvelden naast de weg zie ik zelfs nog witte rijm. De hemel is open en er waait een klein zuchtje wind. De dag belooft weer mooi te worden. Het ontbijt staat klaar wanneer ik de ontlaste honden mee naar binnen hijs. Sinds ik die oploskoffie drink heb ik geen zware maagoprispingen meer en blijven mijn onderbenen ook merkelijk minder gezwollen. Of zou het aan de dagelijkse wandelingen liggen? Dit ritme van wandelen en op tijd gaan maffen (steeds rond 21.00 uur hier ) doet wel degelijk iets met je lichaam. Daar ben ik nu wel van overtuigd. Je bent lichamelijk vermoeid op een zeer aangename en andere wijze. Je lichaam snakt naar horizontaliteit. Je kan niet uitrusten op een stoel of in een zetel. Ik leg mij dus neer op mijn bed, en meteen staat mijn modus op standje by. Ik hoor nog wel wat er benden gezegd wordt maar heb niet de kracht of reactie om daarop te antwoorden. Ik vertoef als in een sub-comateuze toestand waarbij je dingen waarneemt maar niet wil en/of kan reageren. Een heerlijk rustmoment met zoveel flow en transit van nieuw aangemaakte energie. Opmerkelijk hoe fris ik s morgens aan tafel zit. Ook geen herstelpijn in voeten of benen. Het is me echt niet ontgaan, dat ik ongemoeid uitgerust en fris aan elke nieuwe dag uitdaging begin. Het verwondert me zelfs dat er nog steeds geen spierkrampen of nachtelijke spierpijnen opgedoken zijn. Maar ik roep er ook niet op.
Ik vertrek samen met de dames en het vervoer want de eerste 5 kilometer van het parcours heb ik gisterenavond nog met de hondjes afgewerkt. Na 5 kilometer wordt ik gedropt en moet ik nog zo een 600 meter gaan om op mijn GPS track terecht te komen. Straks na het afwerken van deze blog doe ik net hetzelfde. Ik loop dan mijn eerste 5 kilometer van morgen. Door deze tactiek ook morgen toe te passen kan ik er voor zorgen dat ik zondag geen 32 kilometer maar slechts 27 kilometer hoef te lopen. Zondag komt Mira in Troyes ons bezoeken. Het zal wel weer feest zijn. Sonja haar dochter is net heel erg ziek geweest en kreeg tot vorige maand zware chemo. Ze is een kei van een vrouw. Als je na zoveel leed en miserie nog zo stralend kan opkomen voor minderbedeelden en kansarme jongeren dan ben je echt wel een gepolijste diamant. De laatste maal dat we haar zagen was in Wibrin, en ik vergeet nooit die fonkelingen in haar ogen. Mira blonk van blijheid en vitaliteit na haar voorlaatste chemokuur verleden jaar in augustus. Nadien was ze op controle geweest en stelde de prof voor om nog een nieuwe chemo-kuur te doorlopen, die ook wat zwaarder zou uitvallen dan de vorige. Ik ben benieuwd hoe het met haar nu zal gaan.
Ik wandel weer gans de voormiddag door akkers en koolzaadvelden. Regelmatig zie een bus butaangas staan gekoppeld aan een lawaaikanon. Ook valse vogels aan een koord. Ik zie groepjes hazen spelend en keuvelend, tot ze mij in de gaten krijgen. Rechtdoor lopen kunnen die ook al niet. Ze spurten alle vier weg in zig zag vorm door elkaar. Champagnestreek? Neen want wederom kom ik niet één wijngaard tegen. Ik ben er nu wel zeker van: deze streek moet de graanschuur van Frankrijk zijn.
Regelmatig maak ik sinds vandaag kennis met die gigantisch grote sproei installaties op de akkervelden. Heel dikke buizen langs de zijkant voeren het water aan en over het veld rijden dan 3 of vier wagentjes over een breedte van 30 of zelfs 40 meter. Deze wagentjes zijn aan elkaar verbonden met een ijzer rasterwerk waaruit om de 20 centimeter sproeiertjes het water onder hoge druk naar benden spuiten. Dit rasterwerk kan naar behoefte hoger of lager boven het grondoppervlak hydraulisch worden opgekrikt. Heel ingenieus en gigantisch in omvang als je het van zo heel nabij bekijkt.
Ik loop verder op het GPS signaal en wederom komt het allert van onderuit om toch eventjes wat brandstof naar binnen te jagen. Energie kan er maar komen als hout in het stoofke wordt gestoken. Dus zet ik mij neer op een muurtje van een huis in het dorpje Lahree. Ook hier tref ik niemand om ook maar iets aan te vragen of te vertellen. Niks te doen. Ik eet een banaan, twee kleine boterhammekes en trek een droge T-shirt aan. Ik besluit mijn volgende 6 kilometers aan te vatten. Even niet aandachtig geweest en zo gebeurt het dat ik een afslag niet opmerkte. Ferm geen ramp want bij het uitzoemen merk ik dat via een heel kleine correctie binnen een 800 meter het parcours kan worden hersteld. In Connantray Vaurefois is ook echt niets te beleven. Moest er geen kerkhof bestaan, zouden hier wellicht de doden ook niet hoeven begraven te worden. Hier leeft toch niets Ik maak me nu klaar om mijn laatste 6 kilometer af te leggen en straks na het klassieke bubbel aperitief eten we lekkere spaghetti met kipstukjes en champignonkessaus. Nog geen goesting?
Vandaag wandelde ik mijn lonely way van Frank Sinatra .uit strangers in the night.
Donderdag 23 april 2015.
Vandaag mocht ik 28 kilometers stappen tussen twee dorpjes die verbonden worden via landwegen en wegeltjes tussen allerlei akkers. Wat mij opvalt: ik verlaat Abonay en onmiddellijk zie ik dat de wijngaarden ook verdwijnen. Allemaal graanakkers en kolenvelden, ook wat aardappel velden en een laag kruid waarvan ik in geen enkel geval de naam zou weten. Ik ben erg goed hersteld van de tocht die ik gisteren afwerkte. Geen kuitpijn, voeten die ik zelfs niet voel. Het is heerlijk om met zo een voldaan gevoel te kunnen starten. Ik slaap in de mobilhome samen met Mroos boven de bestuurders cabine, maar mijn benen liggen via allerlei kussens en een deken zo een 25 centimeter hoger dan de rest van mijn lichaam. Als echtgenoot lief dan dringend moet plassen is dit even denken aan de tijd van toen Via allerlei acrobatische bekkenkantelingen en heuppplooierij moet zij één voet op het laddertje krijgen en zo erg gecontroleerd naar beneden afdalen. Ik wil het niet vertellen in detail, maar dat die honden snuiten trekken van onbegrijpelijkheid wanneer de meesteres naar beneden afdaalt, dat kun je toch wel vatten geloof ik. Het ochtendritueel zit er bij ons al geweldig goed ingepompt. Terwijl ik met de honden hun sanitaire trip afwerk, is de koffie klaar en de tafel gedekt. Sonja hoort aan mijn gestommel met de honden dat ook zij haar hoofd in de mobilhome kan aanbieden. Sonja begint steeds maar beter en beter te slapen, in haar crazy little thing called VAGABUNDO ( op haar auto pronkt een grote zelfklever van een varken met een zonnebril en het varken noemt VAGABUNDO). Wanneer ze ergens arriveren in zo een klein dorpje staan zelfs de honden stil om haar na te kijken.
Ik stap een stevige tred want het is wel een mooie blauwe gesluierde hemel, maar warm is het geenszins. Waarschijnlijk zal het tijdens het verloop van de dag wel opwarmen en dat noopt mij ertoe om toch maar voor mijn korte benen te kiezen. Jos zei dat ook altijd. Korte benen wil zeggen in zijn jargon, korte broekspijpen.
Voor ik het vergeet: Gisteren bij het plakken van mijn tekst uit het Word programma naar de blog is er wat fout gelopen blijkbaar. Er is een stuk tekst niet mee gekomen. Ik herstel dat wel één van de volgende keren. Het ligt hem aan de toetsenbordmuis, die zich veel te kort bij mijn grote dikke duim bevindt. Ik los het nu op door die muis uit te schakelen.
Veel dank en erkentelijkheid voor mijn heel lieve collega Annelies. Zij is verleden maand gestopt met werken bij ons omdat ze meer tijd wil spenderen aan de opvoeding van haar drie kids. Ze blijft me echter volgen op de blog en wenst me heel veel moed en geeft me 100% slaagkans. Zo veel vertrouwen in mijn performantie ?
Gisteren hadden we een staanplaats aan het plaatselijke kerkhof in Abonay. In Frankrijk is er nog heel veel devotie. Mensen komen en gaan om letterlijk een gebedje te prevelen bij hun overleden geliefde. Ik was rustig mijn voetjes aan het baden op de rand van het kerkhof maar werd tot drie maal geïnterpelleerd door drie verschillende vrouwen om te vragen vanwaar ik was en naar waar de tocht zou leiden.
Ik wandel een beetje op automatische piloot tot ik binnenkant wat gerommel van diep uit het maagske omhoog voel kruipen. Nergens is er hier lommer of koelte in dit volle ruimtelijke kader zonder ook maar 1 boom. Ik staar rond en zie zeker vijf zes kilometers rondom mij alleen maar velden, akkers. Zelfs geen bankje of iets om op te zitten. Ik besluit dan maar mij op de zijkant van de veldweg neer te zetten en mijn boterhammetjes gezapig op te eten. Wat kan het leven toch ook heel eenvoudig zijn. Tot nu toe heb ik 18 kilometer gemarcheert en ik ben nog niet 1 aanspreekbare ziel tegen gekomen. Nadat ik mijn break heb beëindigd moet ik nog een 10 tal kilometer door gaan. Ik sta op en voel me niet zo in form. Niet stijf, maar loomheid. Ik denk bij mezelf, dat is de eerste maal dat dit gevoel me overmant. Het wandelen verloopt ook niet zo stabiel, precies catchouse benen.
Ik sleep mij voorbij de kerk op zo een 7 kilometer van de aankomst en besluit toch maar even mezelf een koud verfrissinkje te gunnen aan de waterkraan. Heerlijk deugd doet het om je hoofd bij deze temperatuur even onder die robinet af te koelen. Ik leg me neer op de zerk tegen de kerkhofmuur en laat mijn beide benen opwaarts omhoog rusten tegen de muur. Mijn voeten zijn nu een 40 centimeter hoger dan mijn bekken. Ik voel de vermoeidheid uit mijn benen glijden. Het gevoel dat je dan verkrijgt en ondergaat is niet goed uit te drukken met gewone woorden. In de pornografische literatuur zal daar wel woordenschat genoeg voor bestaan, maar ik heb niet die nodige bagage om me daar een statement in te geven Het doet alleszins enorm veel deugd. Ik denk dat ik er een kwartier zo gelegen heb. Ik zou bijna in coma gegaan zijn van de deugd. Moet er nog een kerkhof zijn om zoveel emotie in mij los te maken. Eigenaardig dat ik mij de laatste dagen altijd zo goed voel op al die kerkhoven Ik herstel mijn kleren en rugzak en vrij snel ben ik hierna weer op pad. Veel vlotter nu.
Ik kom ruim bij tijd binnen en op mij wacht een kommeke met koud water om mijn pootjes te baden en mijn voeten te laten ontzwellen. Ziet ge nu wel dat ik zeer goed wordt verzorgd. Dus, waarde lezer, er gebeurde echt niet veel vandaag, maar daarom is de beleving van deze tocht niet minder intens. Telkens bij aankomst doe ik een beetje grammekes bij in dat zakje van geluk, en dat zal nooit te zwaar worden om dragen.
Morgen doe ik een tocht van rond de 25 kilometer. Maar aangezien er na overmorgen een tocht van 32 kilometer op het programma staat ga ik trachten deze kilometers een beetje bij voorbaat te spreiden. Vandaag doe ik van de tocht van morgen nog 4 kilometer, en morgen doe ik dan van de tocht van overmorgen ook nog eens 4 kilometer, zo is de tocht van zondag in plaats van 32 kilometer, maar 28 kilometer naar Troyes. Dit lijkt me iets meer haalbaar. We zien wel.
Tot morgen en voor jullie ginds, evenveel blijheid als ik hier.
En daar zijn ze dan...de eerste wijnranken van de Champagne!
Woensdag 22 april 2015
Van Beine Nauroy naar Abbonay is 26,5 kilometer. Ik vertrek voor het eerste deel tot in Beaumont-sur-Vesle (11 km) met de twee trekpaarden. Heb je al eens sledehonden gezien die ingespannen klaar staan om te vertrekken? Job en Jak moeten niet onderdoen. Ik moet nog maar mijn d en piepend de aandacht te stelen om mogen mee te gaan. Jak zijn aandacht trekkerij is meer geciviliseerd hij staat te bibberen als een riet in de wind en op het laatste moment moet je goed kijken om het verschil te zien tussen een op en neer gaande jojo of onze Jak. Enfin ze gaan mee, het is te zeggen: ik mag mee. Ik heb een lederen riem laten maken met twee heel sterke metalen ogen erop gerevetteerd, waar ik beide lastdieren aan bevestig met een musketon klem. Als ik niet paraat sta zijn die weg met mij als last plat op mijn buik. Dat duurt ongeveer 5 kilometer en pas dan krijgen die twee leibanden de kans om een beetje slap te gaan hangen. Ik moet onderweg schone woorden geven en een gekend bevel om de vloeibare druk in mijn onderste kamer te kunnen vieren. De andere druk, dat kennen ze al: als ik mijn riem los maakt leggen ze zich meestal af neer om mij de nodige tijd te geven net als zij die nodig hebben.
Zo chagrijnig ik gisteren was na die opgeblazen brug, zo gelukkig ben ik weer vandaag. In Beaumont-Sur-Vesle loop ik op een landbouwweg met rechts naast mij het koolzaad, links zie ik mijn allereerste wijngaard. Iets in mij vertelt mij vanavond wel schat: we drinken een fles Champagen al was het maar op mijn eerste wijngaard die ik tegenkwam. Alle redenen om te vieren zijn goed.
Het liep weer echt wel prima vandaag. Ook ontwaarde ik verschrikkelijk mooie dingen naast mij. Het eerste deel beklom ik de noordflank van de heuvel in Abbonay. Daar waren de druivenranken twee draden ( 30-40 cm) hoog en was er niemand aan het binden, het tweede deel daalde ik van 189 meter naar benden af naar Abbonay dorp en op de Zuidflank (ik leerde het onderscheid tussen noord en zuidflank van Rene Carpreau, de wandelende wijnencyclopedie in mijn patiënt- en vriendenkring) waren de wijnranken reeds drie draadjes hoog (55 cm) en waren er verscheidene wijnboeren hun ranken aan het binden. De druivenranken worden allen in eenzelfde richting geleid, met de binddraad mee en naargelang de groei mee omhoog gesteund of zeg maar gebonden. Met die zeer goede temperaturen nu (het is hier rond 15.00 uur gemakkelijk 25 graden) gaat de groei iets te snel vertelde mij een binder en kunnen ze de hoogte van de ranken haast niet gevolgd krijgen. Ik ontmoette een wijngaardenier die op een speciaal stoeltje met wieltjes aan het binden was, en hij vertelde mij dat er nu op dit eigenste ogenblik vanaf 07.00 uur tot 20.00 uur gebonden en geleid wordt om de groei van de wijnranken te kunnen bijhouden. Op de noordflank is er geen probleem. Zo, dat weet je dan ook weer.
Ik loop mijn kilometers zonder al te veel naar de GPS te kijken want gisterenavond zag ik dat de rood witte route de GR 654 moest gevolgd worden. Die gaat vanaf hier ook naar Compostella. Ik neem een foto van de bewegwijzering en merk dat die wandelaars hier toch ook goede benen moieten hebben. Ik stijg op sommige plaatsen met een percentage van 11 tot zelfs 18 percent. De route is zeer goed aangeduid tot mijn GPS weer maar eens zegt dat ik een heel smal padje rechts moet inslaan waar de grote weg gewoon rechtdoor loopt. Kramp in mijn darmen, ik laat van pure verbouwereerdheid een scheet die klinkt, al moet ik daar niet zo veel moeite voor doen. Ik denk, neen, toch niet weer! Ik vermoed het ergste en kijk preventief op mijn topografische kaart in de GPS. Er loopt inderdaad een padje naar rechts dat de GR route verlaat en indien ik naar Abbonay wil gaan moet ik die richting kiezen. Ik doe het met de bibber in mijn benen want zou weer niet graag 5 kilometer aan broek genaaid krijgen. Het plan blijkt echter wel te kloppen . Ik zie diep onder mijn over 6 kilometer inderdaad Abbonay liggen. Ik laat deze keer een ZUCHT van verlichting, die ruikt ook niet zo slecht. Oef, daar is het einddoel. Ik versnel mijn tred en binnen de kortste keren tref ik de vrouwtjes en de hondjes op hun nest. Ik besluit nu ik nog niet stijf ben, onmiddellijk mijn Compostella cachet bij een plaatselijke Champagneboer te laten plaatsen en neem ook wat enkel geld mee. En wat moest gebeuren is gebeurd ik kocht me drie flessen Champagne om straks en morgen en overmorgen te ledigen bij het aperitief. Krijg je geen goesting.
Ik kreeg zelfs nog een mailtje van Lieve Lemmens die ook mijn blog volgt. Langs deze weg Lieve, moest je er aan twijfelen, ik beleef de tijd van mijn leven. Als dat maar zo blijft duren.
Ook aan Jean Pol Serverius en zijn vrouwtje Arlette heel veel dank om de zeer ondersteunende boodschap. Ik doe echt wel mijn ding met veel plezier en blijheid en tot heden gaat het zeer vlot, moge het zo maar verder gaan.
Joke belde daarnet met onder meer de melding dat het in de praktijk heel vlot loopt. Marieke Nederland en Niels zijn zulke toffe beroepsgenoten dat het lust is om vader te missen. Leuk om dat te horen. Ik ben wel echt blij dat de praktijk draaiende blijft. Ik denk er meermaals per dag aan en niet uit commerciële reden, dan wel uit bezorgdheid omtrent de patiënten.
Morgen is er nog een zware dag: van hier naar Chantrix Bierges is ongeveer 29 kilometer. We overleven wel en hopelijk is het weer aan onze zijde.
Slaapwel en tot morgen in Chantrix.
Een rivier - 4 landhoofden maar geen brug. Niet om mee te lachen!!!
Dinsdag 21 april 2015.
Ik vertrek reeds 7.50. de verwachtingen zijn dat ik 27 kilometer afleg en bij aankomst mij netjes proper maak om een bezoek aan Reims te brengen.
Gisteren avond bij het bekijken van het parcours bleek er niet zo veel hinder te zullen opduiken van bossen die al of niet privé domein kunnen zijn. Dit kan men immers niet op voorhand herkennen op de topografische kaart. Alles verloopt tot heden prima, en toch zou het moreel vandaag heel even onder 2,5 op 5 belanden. De kilometers worden alsmaar beter verteerd, ware het niet dat blijkbaar mijn voeten langzamerhand een andere vorm beginnen te krijgen. De zijkanten van mijn voetzolen beginnen als het ware tegen de opkanten van de schoenen te spannen. Een eerste remedie die ik onderweg reeds toepaste was de veters minder hard aantrekken. Maar dit bleek geen goed alternatief, gezien de voeten dan in zijn geheel meer op en neer schuiven in de schoen., Hierdoor ontstond frictie ter hoogte van de voor- en bovenkant van de wreef. Ik plooide de lip dan maar naar boven en bond de veter onder de lip, en dat schonk me voldoening, in die zin dat hzt wrijv en over de pezen op de wreef toch uitgeschakeld was.
Ik moest door een piepklein bosje in Warmerville. Niet groter dan een soepbord. Ik loop ongeveer 800 meter op een bosweg die amper nog zichtbaar was. Overgroeid door mos en hoog gras en braamstruiken. Na 800 meter kom ik aan een splitsing op mijn GPS die evenwel op de begane grond niet te herkennen is. Ik loop verder door op het GPS spoor en ervaar geen bosweg meer.
Ik had gisterenavond gezien dat ik ook over de rivier de Suippe moest geraken via dit pad. Mijn vrees groeit, omdat ik steeds minder en minder begane weg herken. Inderdaad, plots zie ik de verte op zo een 50 meter de rivier klaar en duidelijk voorbij 4 landhoofden stromen. Twee aan mijn zijde, en twee landhoofden aan de overkant. Echter geen brug. Aan de overkant zie ik de departementsweg die ik verder zou moeten volgen. Overzwemmen was geen optie gezien mijn zender en mijn GSM in de rugzak staken, en bovendien was het water vuil grijs-blauw. De methode van mijn leermeester dan maar bovengehaald. Jos zou het zo doen. Op de kaart kijken waar er wel een overgang mogelijk is en zo doende de rivier in die richting langs de oever volgen. Een methode die ik over enkele maanden met Walter , mijn ondertussen ook zeer goed geworden vriend, ook heb toegepast in de Ardennen. Maar eigenlijk heeft Walter zijn gestalte niet mee, en moest ik hem zelfs eenmaal diep vanuit het moeras omhoog halen. Gelukkig had hij op zijn pinnemuts een vlagske geknoopt met zijn naam en adres erop. Ze moesten hem zo maar eens diep in die modder niet meer zien lopen!!! Ik kijk op de GPS kaart en wordt alsmaar meer en meer met verstomming geslagen. De eerst volgende oversteek is pas mogelijk over 2240 meter landinwaarts naar het noorden Wat wil dat zeggen Smetje: 2,4 kilometer terug lopen, 2,4 kilometer erbij naar hier. Op mijn GPS verandert plots het getal van nog af te leggen kilometers van 13,2 naar 18 kilometer. Ik krijg een mokerslag van de hamer, mede omdat ik de vrouwtjes had beloofd op tijd binnen te zijn.
Niks aan te doen. Dat zal nog wel gebeuren. De dag is warm, ik lees op mijn thermometer de waarde van 25 graden. De zon prikt en steekt en toch verwens ik haar niet, want ik bedenk dat bij regenweer deze missie nog veel zwaarder zou aankomen. We gaan in snelle tred richting Beine Nauray. De sfeer zit er niet zo danig in, maar ik verplicht me te denken dat er ergere dingen konden voorvallen. Ruim een uur later dan voorzien ben ik aan de afspraakplaats en ik was me heerlijk naakt achter de parasol. De zon is warm genoeg om geen chauffage te moeten opzetten. We rijden naar Reims en vergissen ons in het terugkeren en zitten ongewild op de payage richting Calons en Champagne. Erger nog, we geraakten er niet meer af. Pas na 43 kilometer kunnen we (bijna in Epernay) terug naar de N4. We rijden dan tegen 19.30 huiswaarts en eten bij aankomst heerlijke pasta met kaassaus en hesp, samen met een eerder aangekocht artisanaal biertje uit Bernicourt.
Om 20.45 kruip ik in bed, een beetje minder blij om de niet zo goed gelukte dag, maar blijkbaar heb ik er mijn slaap niet voor gelaten, want ik kan me niet herinneren dat MRose over mij is gekropen om ook te komen slapen
Morgen trekken we naar Abbonay
De eerste Camino schelp....nog 2454 kilometer te gaan.
Maandag 20 april 2015.
We staan om 6.50 reeds met beide hondjes aan de leiband klaar om hun dagelijks ochtendritueel weer maar eens gestalte te geven. Ze hebben er ook zin in, net als hun baasje. De bedoeling is weer om iets vroeger samen met de twee hondjes te vertrekken en dan met de begeleidsters bijeen te komen na een 8 tal kilometer. Vandaar zouden we even doorrijden naar Rethel om pre payed kaarten te kopen bij Orange. Zo kunnen we goedkoper naar elkaar telefoneren. Ook een data kaart moet aangeschaft worden om via 4G op internet te kunnen surfen.
Tijdens het eerste deel van de tocht tref ik dan mijn genoot en hoop in bange dagen. De eerste schelp van de Camino staat langs de kant van de weg te pronken. Hij meldt me dat Santiago vanaf hier nog 2454 kilometertjes is verwijderd. Ik voel me erg bedot en bedrogen. De moed zakt me in de schoenen. Ik verwerk schaamte en ontgoocheling tegelijk. Op mijn programma staat amper 2450 kilometer. Van een verschil gesproken. Ik ontmoet mijn vrouwen op de afgesproken plaats en rijden verder samen door naar Rethel. We schaffen er onze Orange kaartjes aan, drinken nog een blonde Grimbergen en rijden dan naar het tussenpunt voor een gezamenlijk middagmaal ( boterhammetjes met eitjes)
We zijn terug op de vertrekplaats rond 13.00 uur en vandaar trek ik rond 13.45 verder om mijn dagprogramma af te werken. Het is een eentonig departementale weg naar Bergnicourt. Haast 13 kilometer lang loop ik op asfalt onder een stomend zonnetje. Gelukkig is er nog wat wind want anders zou ik hier wel bakken. Mijn drankvoorraad is zienderogen geslonken tot haast nog een vierde liter. Ik loop naast eindeloze velden vol met geel koolzaad. Mooi contrast tegen het groene opgroeiende graan. De weg loopt moeilijk omdat hij langs de zijkant want afbolt naar benden toe. Voor de knietjes is dit niet de ideale situatie. Ik besluit dan toch maar iets meer naar het midden van de baan te lopen maar dat is dan ook weer gevaarlijker voor het achteropkomend verkeer, vermits deze D-wegen amper 1,5 voertuigen breed is.
Al sneller dan ik vermoed had te arriveren kom ik aan in een piepklein dorpje. Er is een artisanaal brouwerijtje. De uitbaters maken zich sterk dat dit bier reeds in 1914 werd gebrouwen maar dat deze brouwerij wegens de oorlog werd toen werd opgedoekt. We besluiten met zijn drieën daar toch eens op af te trekken en ons tegoed te doen aan een goede pint plaatselijk bier. Verbijstering, ongeloof, ontgoocheling, onbegrip en al wat je uit je lichaam van negatieve emotie kan uitstoten valt ons te beurt. De tapinstallatie blijkt geen fris bier te kunnen tappen en de in de frigo ligt geen koel bier. Nochtans liggen de rekken in de verkoopruimte vol geschikt met allerlei artisanale bier en limonade dranken. Niets is zo erg als een café zonder bier zong ene Bobbejaan. Maar dat wij het aan den lijve moesten ondervinden op dit eigenste moment van barre droge tong en smaakpapillen. Neen ook dat had die Schoepen niet kunnen voorspellen. We kopen uit plaatsvervangende schaamte voor de uitbater van diezelfde uitbater een zes tal flessen sterk bier en besluiten om ze als aperitief te nuttigen wanneer ze koel genoeg zullen zijn.
Marie Rose beleeft nu al nachtmerries: ze is bang dat ze bij thuiskomst later niet meer de ochtendjapon zal aantrekken, maar wel in haar broek zal schieten en gehaast op zoek zal trekken naar een nieuwe slaapplaats. Ook vreest ze in huis verloren te zullen lopen nu ze het stilletjes aan gewoon geraakt op de kleine oppervlakte van de motorhome.
Morgen wandel ik tot juist ten Oosten naast Reims. De Champagne biedt zich aan. Noest plannen worden gesmeed. Tongen worden gedraaid en lippen over elkaar gewreven Champaign here we comes! Viva la Champagne .on arrive!
Dimanche avant midi en France...rien qui bouge!!!!
Zondag, 19 april 2015
Zondag voormiddag in Frankrijk : niets dat beweegt, enkel maar het ruisende gras ..
Om 07.50 ben ik op pad. Geen levende ziel die mijn vertrek zal hebben opgemerkt. De afspraak was om vandaag dus de rustdag over te slaan, en het programma normaal verder af te werken met een dagje voorsprong dus.
De tocht gaat vandaag verder door het departement Champagne Ardenne (08). Ik vertrek in Liart en ga strikt zuidwaarts door enkele dorpen tot in Hauteville. Wat een zaligheid om onder deze ochtendzon en toch zeer koele temperatuur (het heeft hier vannacht nog gevroren) je eigen adem te zien en te voelen dat deze symbiotische koelte weldra zal plaats maken voor open heerlijk zonneweer. Ik ben er wederom klaar voor en bedenk zoals elke morgen, of dit wel kan blijven duren. Het lukt allemaal zo eenvoudig. Ik hoef er echt niet diep voor te gaan om s avonds bij de vrouwtjes te geraken. Ik denk dat elke blauwe geschelpte kubber van een duif meer gefladder en gekoer zal moeten tentoon spreiden om zijn duivinneke te voldoen, dan ik. Ik passeer voorbij lammetjes en schapen. Voorbij koeien en rapen, neem een kiekje hier of daar, ik wordt zelfs de wind niet gewaar.
Na een 90 tal minuten kom ik in het eerste dorpje Maranwez. Ik zie niets bewegen. Ik merk geen leven. Ook geen dood. Geen kat, geen hond, geen beest geen levende mens die zich in de openbaarheid durft te vertonen. Is Frankrijk in shock vraag ik me af. Neen, dat is gewoon zo, vertelt men mij in Hauteville. Zondag voormiddag is hier de heilige rust. Zelfs in de grootsteden durft men zijn ledematen stil te houden. Heilige rust.
Ik wandel voorbij een oorlogsmonument. De gemeente plaatste uit dankbaarheid ter ere van ene kolonel Huart en zijn 18 manschappen een gedenkstandbeeld. Zij sneuvelden er op die plaats in dienst van het Franse rijk tijdens wereldoorlog 1914-1918.
Mijn GPS duidt aan dat ik door een boswegeltje moet dat zo te zien geen bosweggetje is. Ik zoem uit en zie dat de GPS mij inderdaad dwingt naar het zuiden te gaan maar dat deze weg die hij aanduidt, niet meer bestaat. Ik neem het zekere voor het onzekere (remember mij mijn avontuur van in het bos van Pesche) en volg de parallel lijn op de rand van het bos. Geen nodeloos besluit zo blijkt, want wat verder zie ik een diepe geërodeerde kuil met in het midden een rivier die echt zonder natte voeten niet te overbruggen was. Ik ben fier op mezelf dat ik het de juiste keuze maakte. Het loopt hier wel aangenaam. Het wandelt van echt plat naar vals plat overgaand naar gemeen plat en zelfs naar helemaal niet meer plat. Omgekeerd ook wel zo: van licht dalen naar sterk dalend, overgaand naar proficiat, je blijft recht in de afdaling om soms te eindigen in hoe loopt een hond deze berg af
Ik eet mijn boterhammekes in Herbigny, aan het plaatselijk kerkhof en kerkje. Moest ik hier in problemen geraken moet ik er zeker sterven ook, want niemand die ook maar enig idee heeft waar men dit dorpje moet vinden, laat staan mij moet vinden.
Ik arriveer om 13.29 in Haute ville. Ruim binnen de tijd om naar de koers te zien. Wij staan voor de refuge van de compostella pelgrims. Tegen betaling van 5 euro kan ik een zalig douchke nemen en mag ik gebruik maken van de zeer nette infrastructuur (toilet en kleine keuken). Ik besluit samen met de dames om onze eigen properiteit te plaatsen boven onze zuinigheid. Ik betaal 15 euro en geef daarmee ook aan mijn zo gerespecteerde begeleidsters de kans eens alles goed proper en netjes te frotten
Twijfelen is niet aan de orde. Ook de gedragen kleren krijgen eens de wasbeurt omdat er warm water is en de zon gegarandeerd voor droogheid zal zorgen.
Morgen ga ik naast Rethel door naar beneden en hoop ik een Datakaart te kunnen kopen om terug via de GSM verbinding (4G) op internet te geraken. Zo kan ik de laatste drie blogs in eenmaal doorsturen.
Groetje vanuit een zonovergoten Hauteville.
Zaterdag, 18 april 2015.
Om iets voor negen uur sta ik aan de Franse grenspaal! Ik ben klaar om mijn eerste pas op Frans grondgebied te zetten. Ik voel me erg gerust, want meteen maak ik de link dat ik nog nooit zo lang aan één stuk in dit land zou verbleven hebben.
Gezwind met alles in de rugzak en de schoudertas stap ik pal zuidwaarts. De wind is me goed gezind. Hij blaast me mee in zijn geweldig enthousiasme. Zelfs mijn oren en de rand van mijn hoed doen de fluitende toon ontstaan die vertelt dat het treintje vertrokken is. Het gaat hier wel danig op en neer. De Franse Ardennen streek is zeker zo prachtig schoon als die van ons, maar het glooit er iets meer op kortere afstand. Ik daal een boswegeltje af in tamelijk gestaag tempo tot ik (weer maar eens) een bochtje , een brugje over een beekje en een kanjer van een muur voor mij zie. Is dit wel juist? Zit ik niet op één of ander attractiepark met een ingebouwde klimmuur? Dit is echt wel niet normaal. Voor de zaak toch nog een beetje leuk te houden bekijk ik vlug mijn GPS. Hij verklapt me dat ik over 250 meter afstand 45 meter moet stijgen. Ik reken uit dat dit zo een waardige 18 % zou moeten zijn. Op zijn Charly Chaplins ( met de voetpunten naar buiten) en met de romp wel erg ver voor over gebogen, kruip ik mij naar boven. Je wou het echt niet zien
De streek is hier zo glooiend. Ik merk mijn eerste ooievaarsnest. Hij is intelligent gebouwd op de hoek van een tweespalt van elektrische draden. Waar de paal de bocht maakt is ook een dubbele steun voorzien, die deze trekvogel gebruikt om de oppervlakte van gans zijn nest te steunen. Ik zie zelfs de broedvogel op zijn nest zitten. Meer nog vader of toch de kindergeldtrekker landt uitgerekend op dit eigenste ogenblik op de rand van het nest om de broedster of wel af te lossen ofwel wat solidariteit te komen betuigen. Ik neem niet de tijd om deze gezinssituatie te evalueren.
Wat verder wandel ik voorbij 17 koeien op een rij. Allen de blik en de roze lipjes naar mij gericht. Ik maak er hen op attent dat ik al 62 ben en echt niet val op geleerde typetjes met roze aanhangsels. Ze brengen begrip op, want er is niet ééntje dat over de draad komt.
De wind neemt toe in kracht en ook de warmte verdwijnt. Ik zie op mijn rugzakthermometer het rode alcohol lijntje stijgen tot amper 10 graden. Nochtans is de hemel fel blauw gekleurd zonder ook maar één streepje. Twee gevechtsvliegtuigen doorbreken deze ochtendlijke paradijselijke stilste. Waarschijnlijk van Florenne denk ik. Maar over Frans grondgebied, Belgische F16s. Niet mijn probleem.
Ik ben om 11.30 in het dorpje Prez, waarschijnlijk zijn Guy zijn voorouders van hier afkomstig. Guy van Preze .Guy De Prez. Zo eenvoudig is het. Ik werk er mijn middagrantsoen met heel veel stof en wind naar binnen. Ik ruil mijn te vochtige T-shirt voor een nieuw exemplaar maar vergeet als laatste act, mijn bretellen over mijn schouders te trekken. Gelukkig is het nu in de mode. Pelgrims die de mode volgen
De eerste maal heb ik last van mijn schoenen. Maar ik vermoed dat het mijn eigen fout was. Ik deed twee paar dikke kousen aan in plaats van 1 zeer dun, en 1 zeer dik paar. De schoenen knelden juist naast de pezen van de Gastrochnemius spier (de derde pees van de kuitspier). Gelukkig prijs ik mij een beetje kenner in deze materie. Net op tijd haal mijn vilten blaadje boven en ontlast ik deze pezen door er langs weerszijden een beschermlaagje tegen te kleven. De pijn verdwijnt ogenblikkelijk, maar de zwelling is er nog altijd. Ik besluit morgen te starten met heel lage schoenen zodat deze pezen geen wrijving meer kunnen ondergaan.
Het blijft hier maar op en af gaan. Op de top veel lawaai van de wind , in het dal veel warmte en snakken naar een pint. Weer denk ik aan die weiden als wiegende zeeëen.
Ik zie in de verte reeds het kerkje van Liart. Dit dorpje is de verpersoonlijking van rust en stilte. Ik haast me bij de plaatselijke kapster nog gauw een stempel te halen, want morgen riskeer ik hier zelfs nog geen woelrat meer te treffen. We plaatsen ons vierwielig huis op een niet meer dienst doend stationsplein. We staan er alleen en niemand die ons iets maakt. Fantastisch gevoel van vrijheid.
Ik besluit mijn geprogrammeerde rustdag van morgen NIET te gebruiken om te rusten. Ik wandel morgen dus de route van maandag, met de gedachte dat die rustdag die ik nu oversla, misschien later wel eens zou kunnen van pas komen. Ik luister naar mijn lichaam en dat vertelt me dat het meer zou afzien van stil te zitten, dan van die 25 kilometer te wandelen. Ook hier had ik bij voorbaat weer rekening gehouden met de Amstel Gold race. Ik stel aan mijn onderhoudsteam voor om extra vroeg te vertrekken morgen ( de planning is om reeds om 08.00 uur mijn GPS te richten) zodat ik tussen 14.00 en 15.00 zou kunnen aankomen en nog iets van de koers kan mee pikken.
Vanavond, Coes Cous op het programma met gebakken worteltjes. Niks hem ik hier tekort, zelfs geen drank of asem ..
Tort morgen en dan zijn we al 50 kilometer diep op Franse bodem.
Zondag, 19 april 2015
Zondag voormiddag in Frankrijk : niets dat beweegt, enkel maar het ruisende gras ..
Om 07.50 ben ik op pad. Geen levende ziel die mijn vertrek zal hebben opgemerkt. De afspraak was om vandaag dus de rustdag over te slaan, en het programma normaal verder af te werken met een dagje voorsprong dus.
De tocht gaat vandaag verder door het departement Champagne Ardenne (08). Ik vertrek in Liart en ga strikt zuidwaarts door enkele dorpen tot in Hauteville. Wat een zaligheid om onder deze ochtendzon en toch zeer koele temperatuur (het heeft hier vannacht nog gevroren) je eigen adem te zien en te voelen dat deze symbiotische koelte weldra zal plaats maken voor open heerlijk zonneweer. Ik ben er wederom klaar voor en bedenk zoals elke morgen, of dit wel kan blijven duren. Het lukt allemaal zo eenvoudig. Ik hoef er echt niet diep voor te gaan om s avonds bij de vrouwtjes te geraken. Ik denk dat elke blauwe geschelpte kubber van een duif meer gefladder en gekoer zal moeten tentoon spreiden om zijn duivinneke te voldoen, dan ik. Ik passeer voorbij lammetjes en schapen. Voorbij koeien en rapen, neem een kiekje hier of daar, ik wordt zelfs de wind niet gewaar.
Na een 90 tal minuten kom ik in het eerste dorpje Maranwez. Ik zie niets bewegen. Ik merk geen leven. Ook geen dood. Geen kat, geen hond, geen beest geen levende mens die zich in de openbaarheid durft te vertonen. Is Frankrijk in shock vraag ik me af. Neen, dat is gewoon zo, vertelt men mij in Hauteville. Zondag voormiddag is hier de heilige rust. Zelfs in de grootsteden durft men zijn ledematen stil te houden. Heilige rust.
Ik wandel voorbij een oorlogsmonument. De gemeente plaatste uit dankbaarheid ter ere van ene kolonel Huart en zijn 18 manschappen een gedenkstandbeeld. Zij sneuvelden er op die plaats in dienst van het Franse rijk tijdens wereldoorlog 1914-1918.
Mijn GPS duidt aan dat ik door een boswegeltje moet dat zo te zien geen bosweggetje is. Ik zoem uit en zie dat de GPS mij inderdaad dwingt naar het zuiden te gaan maar dat deze weg die hij aanduidt, niet meer bestaat. Ik neem het zekere voor het onzekere (remember mij mijn avontuur van in het bos van Pesche) en volg de parallel lijn op de rand van het bos. Geen nodeloos besluit zo blijkt, want wat verder zie ik een diepe geërodeerde kuil met in het midden een rivier die echt zonder natte voeten niet te overbruggen was. Ik ben fier op mezelf dat ik het de juiste keuze maakte. Het loopt hier wel aangenaam. Het wandelt van echt plat naar vals plat overgaand naar gemeen plat en zelfs naar helemaal niet meer plat. Omgekeerd ook wel zo: van licht dalen naar sterk dalend, overgaand naar proficiat, je blijft recht in de afdaling om soms te eindigen in hoe loopt een hond deze berg af
Ik eet mijn boterhammekes in Herbigny, aan het plaatselijk kerkhof en kerkje. Moest ik hier in problemen geraken moet ik er zeker sterven ook, want niemand die ook maar enig idee heeft waar men dit dorpje moet vinden, laat staan mij moet vinden.
Ik arriveer om 13.29 in Haute ville. Ruim binnen de tijd om naar de koers te zien. Wij staan voor de refuge van de compostella pelgrims. Tegen betaling van 5 euro kan ik een zalig douchke nemen en mag ik gebruik maken van de zeer nette infrastructuur (toilet en kleine keuken). Ik besluit samen met de dames om onze eigen properiteit te plaatsen boven onze zuinigheid. Ik betaal 15 euro en geef daarmee ook aan mijn zo gerespecteerde begeleidsters de kans eens alles goed proper en netjes te frotten
Vrijdag, 17 april 2015.
Marienbourg Cul des Sarts
Vroeg uit de veren. We zijn elkaar beiden reeds om 07.12 recht in de ogen aan het kijken, terwijl we beiden ook nog horizontaal in ons bovendek liggen. We zullen maar opstaan stel ik voor en een 10 tal minuutjes later ben ik reeds met beide wakers aan het ochtend ritueel begonnen. Jak is reeds goed geconditioneerd. Van het ogenblik dat hij de klip van zijn halsband hoort open gaan, gaat zijn evengereide sluitspier ook reeds begeven. Hij is nog geen 200 meter ver, of hij buigt zijn achterste poten en komt zo in die positie dat zijn bekken korter bij de grond nadert. Job weet dat hij aan het kakken is en wacht geduldig . Job maakt er meer spel van. Hij heeft steeds een hoger gelegen struikje nodig. Blijkbaar is hij zo dominant dat hij zijn mest steeds uit de hoogte naar benden wil zien druipen
De dames zijn onderhand wel gewoon aan dit vroegere uur zonder ochtendjas. Wanneer ik terug ben van de faecelonische plichtplegingen en de druk en stootinspanningen mijner vierpoters zijn er andere geuren die mijn neusvleugels strelen. Koffie aan het ontbijt. Het mag dan wel oploskoffie zijn het smaakt.
Ik vertrek vandaag vroeger dan gewoonlijk. Om 08.30 ben ik al op de baan, wanneer ik met de zender bericht krijg na 600 meter dat ik mijn beide drinkbussen vergeten ben. Ik trek het me niet zo aan maar besluit toch bij de eerste mogelijkheid een fles drank aan te kopen. Ik moet de eerste 12 kilometer overbruggen door over, achter en terug over een steengroeve te wandelen. Althans volgens de kaart gegevens. Het geluk is aan mijn zijde. Tussen de tijd dat de kaart werd getekend en vandaag is er blijkbaar veel veranderd. De weg die vroeger over achter en terug over de carrière verliep is nu eenvoudig voor de steengroeve verlegd. Ik win zeker 90 minuten aangezien ik zo een 7 tal kilometer minder moet doen. Ook de hoogtemeters die geprogrammeerd stonden zijn in aantal erg verminderd. Het lawaai van deze steengroeve werkzaamheden zal mij nog ongeveer een drie kwart van een uur achtervolgen aangezien ik met noorderwind wandel naar het zuiden. Een ander gevolg is dat ik van bij aanvang reeds een uur en half voor lig op wat geprogrammeerd stond. Een serieuze meevaller dat wel, want het weer is niet bijster goed. Ik zie bij de gevel van een apotheek onderweg ergens in Pesche het getal 14 blinken, en er viel zo af en toe ook wat vocht naar benden, en voorwaar het waren geen vogelscheten. Vandaag is het wel erg gevarieerd op en af. Ik moet dikwijls denken aan Marcel die destijds als we met de fiets naar Compostella reden de uitvinding deed dat na een felle afdaling steeds een bochtje, beekje, brugje en weer een bergje volgde. Ook vandaag is dit weer zo: ik kruip regelmatig naar boven, daal sterk af, zie een scherp bochtje met een brugje over een beekje en weer staat er een nieuw bergje op mij te wachten.
Onderweg krijg ik een berichtje van Ludo, tot voor kort mijn eerste patiënt om 07.30 op elke vrijdag. Maar sinds zijn pensioen is hij verlaat naar 10.00 uur. Hij schrijft mij dat Marieke Nederland hem zodanig goed heeft gemasseerd dat hij overweegt mij diezelfde behandeling van haar voor mij voor te schrijven. Dan zal ik tenminste weten wat masseren is. Hij is in de wolken van deze toffe, mondige, leuke, technisch sterke vervangster. Had ik het niet gedacht dat ze echt wel Hollandse roots heeft .
Wat mij reeds enkele dagen verbaast is dat ik niet erg veel last heb van stijve kuiten of pijnlijkje voeten. Het valt echt wel allemaal mee. s Morgens heb ik zulke lichte benen dat ze haast vanzelf zonder mij zouden vertrekken. Maar dat feest gaat niet door mijn rugzak en mijn Gps gaan allen mee.
Ik wandel heel licht vandaag, en voor ik het wel en goed besef heb ik reeds 13 kilometer op mijn tellertje staan. Ik koop in Bryce le Pesche een fles cola en eet er mijn twee boterhammen op. Er staat een bank naast een rivier. Ik voel me zo gelukkig. Wie op deze aardkloot kan ook maar een sprietje ruiken aan mijn infantiel gelukkig zijn. Totaal plichtloos, totaal weggerukt van mijn praktijk habitat, hoofdje leeg en niets dat moet, wel veel dat zou mogen. Ik beleef tot heden toe de tijd van mijn leven. Als dat maar blijft duren denk ik dan onmiddellijk. Als mijn hoofd ook maar niet TE leeg loopt.
Ik heb nog via Guy Spleesters een geweldig cadooke gekregen: Guy bezorgde mij op de valreep van mijn vertrek nog gauw een zelf ontworpen tracking systeem waardoor iedereen die een link maakt naar onderstaand adres kan zien waar ik op dat eigenste ogenblik gepositioneerd ben. Het werkt fantastisch. http://johan.ec-is.be
Ik ga op en af en denk af en toe aan de wip super is het hier. Je kan er al je energie zo in je voeten steken en via de grond je enthousiasme gewoon achter laten. Dat ik dit niet eerder van mijn leven deed. Via de voorbereiding van Walter (echtgenoot Lillianne) kan ik vrij goed communiceren met de vrouwtjes. Walter zorgde voor een hogere antenne en twee zenders die ruim ver reiken. Merci walter je zorgt mede voor het slagen van deze missie. Binnenkort zien we ook jou onderweg.
Ik ben op weg naar Cul de Sart wanneer een opel Ascona naast mij stil houdt en vraagt of ik wil meerijden. Voulez-vous monter Monsieur? Ik bedank hem vriendelijk en heel beleefd, maar ben categoriek, had er ook geen moeite mee zelfs. Ik doe alles te voet, meld ik hem. Hij vraagt vanwaar ik kom en waar naartoe de reis leidt. Ik vertel hem vanwaar en naar waar ik wil. Ik zie angst, respect, verschot en tegelijk ongeloof in zijn ogen. Et quand vous pensez darriver la, is zijn volgende vraag. Ik vertel hem dat op mijn agenda 15 augustus met een dubbel o-tje is omcirkeld, met daarbij de lakoniekle nota: vermoedelijke aankomst.
Paul en Rita stuurden nog een aanmoediging om zo veel mogelijk gas te geven. Hij vreest dat we niet tijdig in Vezelay zullen arriveren. Daar komt hij ons groeten en wegwijs helpen in de vinologische entiteiten van het Bourgogne wijndeel van Frankrijk. Bourgondiër is hij wel .
Ruim binnen de voorziene tijd neem ik toch maar eens contact via de zender. De alomtegenwoordige ladies antwoorden dat ze er reeds zijn. Ik besluit dan maar mijn dagstempel te gaan halen, een 600 meter verder aan de grens. Wat blijkt echter? Geen douane meer : cest lEurope, zegt mij een gebuur van het douane huisje. Hier sta ik dan, eerlijke pelgrim zonder stempel van mijn uitvaartland. Ik bel dan maar aan bij een estheticienne, wiens man mij zelfs aanbiedt om bij hen te douchen en te overnachten. Ik maak bekend dat we met de mobilhome begeleidt zijn, en dan weet hij te zeggen dat het sportcentrum geen ideale plaats is om te overnachten. Te veel Noord Franse bendes die daar rendez-vous maken zegt hij. We besluiten dan maar onze mobiele woonst te verplaatsen naar een andere parking. Morgen nog een dag van 23 kilometer en dan zondag normaal gesproken rustdag.
Morgen is ook deel 1 van mijn 6 delen afgewerkt. Ik moet een nieuwe kaart steken in mijn GPS, moet ook deel 2 opladen in het geheugen en zal de lijst van de pc moeten bijwerken. Het werken per deel maakt het mogelijk om beter bepaalde routes op te slaan. Alles opslaan kan het intern geheugen niet aan. En aangezien ik dan toch moet indelen heb ik meteen een eigen onderverdeling gemaakt.
Deel 1 Herent tot aan de grens met Frankrijk
Deel 2 Grens Frankrijk tot in Vezelay
Deel 3 Vezelay tot in Laval de Cere ( bij Jaak en Chris)
Deel 4 Laval de Cere tot in Saint Jean Pied de Port (Pyreneeën)
Deel 5 Saint Jean P D Port tot in Leon
Deel 6 Leon naar Saint Jean de Compostella
Dus morgen kan deel 1 reeds gearchiveerd worden. Vanavond eten we appelpoes met witte en zwarte pensen gebakken in ajuin (ja wa dde, moet er geen gaze zijn???) en gebakken schatjes van patatjes.
Morgen zal ik er weer sterk en vooral luchtig opstaan denk. Den turbo zal weer geladen zijn.
Tot morgen in Liart.
Donderdag 16 april 2015.
Weer is het muisstil in het dorp wanneer ik na 100 meter wandelen de kerkklok negen maal hoor bonzen. Alles rust en peis denk ik. Een gemeentearbeider staat op zijn schop te rusten met de twee handen rond de kop van de steel gekorfd. Waar heb ik dat ooit nog eens gezien met een liedje erbij. Hij praat met de eigenares van het aangrenzend pand waar hij vuil moet op scheppen uit de goot.
Het gesprek heeft toch ruim 20 minuten geduurd Ik ga eerst en vooral op zoek naar iets, iemand die mij een stempel kan verschaffen met de naam van het dorp erop. Geen eenvoudige opdracht blijkt. Ofwel slaapt iedereen nog, ofwel zijn ze allemaal de gemeente uit gevlucht. Ik had de moed al opgegeven en bedacht dat ik in het volgende aangrenzende dorpje ( Villers les deux eglises)wel een stempel zou kunnen bemachtigen. Tot plots ik passeer een huis met naamplaat van Mevrouw Huet, Kinesitherapeute. Ik bel aan, maar la sonette ne fonctionne plus Ik klop eens op de dikke houten ouderwetse deur. Geen vijf seconden later gaat de deur open en een vriendelijke dame vraagt mij of ze mij kan helpen. Ik stel me voor als collega en dat ik te voet tatatatata. Onmiddellijk gaat de deur letterlijk en figuurlijk wijd open. Haar echtgenoot , een Berchemmenaar van in de jaren 42, is officier geweest in Lombardsijde en deed de tocht ooit vanuit Vezelay. Het gesprek is gelanceerd. We zijn een kwartier lang bezig geweest over allerlei toffe plaatsen onderweg, over het beroepsplezier (de mensen worden er hier in de walen blijkbaar ook niet gemakkelijker op), de opvoeding van de kinderen en de kleinkinderen waar het opvalt dat de jeugd de norm RESPECT te weinig geëduceerd worden De vrouw is nu 62 en heeft besloten op pensioen te gaan op 31 december omdat zij het zo moeilijk heeft gehad met twee onlangs kort achter elkaar overleden chronische patiënten die zij elke dag moest behandelen. Zij heeft die dood van die mensen niet erg goed kunnen plaatsen omwille van te veel empathie. We nemen afscheid en de echtgenoot is zo vriendelijk mij een heel toffe tocht toe te wensen en hopelijk ontmoet ik heel veel inspiratie die ik opdoe van al degenen die mijn tocht kruisen. Ik vond het mooi gezegd, vooral omdat het pure improvisatie was. Niets had hij voorbereid. Ik wuif hen goeiedag en denk nog een paar minuten na: zou dit nu echt toeval zijn dat hij Compostella ook voor een deel deed?
De vrouwtjes hebben er vandaag ook zin. Ze zingen niet van : Waarom ik en niet een ander. Ook niet van; Waarom koos je mij, uit die lange rij Wel hoorde ik iets van : Blauw zo hemelsblauw . Enfin het was voor hen een dag waarbij alles in het plooitje viel. Ze geraken er langzaam ook aan gewoon denk ik. Want allebei zijn ze al een paar dagen uit hun structuur gerukt, en voor rammen die hun ochtendjas niet kunnen aanhouden of die geen poezen eten te geven hebben Dat is echt niet om mee te lachen hoor.
Ik wandel op akkerwegen en zie het eerste uur geen enkele wagen. Daarna ga ik even langs de N5 en daar is het wel even oppassen. Niet voor lang want pal naar het zuiden wijst de GPS naald en pal naar het zuiden staan de windmolens en de ruime akkervelden. Ik wandel vallei in, vallei uit. Topje over en weer naar benden. Brugje en beekje over en weer naar boven. Ik vermoed dat we in de provincie Namen zitten, en aan het aantal hoogtemeters (net geen 500 ) besef ik dat dit wel een heuvelachtig gebied is. Echter zo mooi, zo groen, zo rustig. Hier lopen, ik verbeter mij, hier liggen de honden nog midden op straat en ze kijken amper op wanneer ik hen passeer.
In Pesche besluit ik toch even naar mijn rechtse kleine teen te zien, want er iets wat me irriteert. Een klein wondje omwille van het scheef groeien van kleine nagel in het nagelbed tussen de vijfde en de vierde teen. Ik steek een watje tussen beide tenen en weg is de irritaite. Toch iets om naar te blijven kijken denk ik.
Ik ga de doorsteek van het bois de Bruly de Pesche aanvangen. Ik had bij de voorbereiding al gemerkt dat dit niet zomaar een dun pannekoekske zou zijn. Er waren haast geen bruikbare wegen (in zuidelijke richting) en aan de hoogtelijnen te zien zou dit wel eens een grillig parcours kunnen zijn. Wat bleek was ook zo. Dank zij Jos, mijn marchmaat die nu in Suriname zit, heb ik het kunnen redden. Ik leerde van hem op kompas te lopen dwars door alles heen. Ik heb het vandaag hartelijk nodig gehad. Ik begon eraan dit bos door te steken aan de hand van de oriëntatie op een heuveltop. Dat liep goed. Dan moest ik me oriënteren op een beekje recht voor mij. Al gauw werd het zo drassig dat ik mijn rechte lijn moest verlaten omwille van te diep zakken in de modder (moeras). Ook werd de aandacht een beetje onttrokken van de GPS en zijn kompas, zodat ik bij aankomst op de voorziene plek aan de rivier in plaats van stroomopwaarts, stroomafwaarts verder liep. Niets dat nog klopte. Natuurlijk is dat zo. Als je oostwaarts loopt in plaats van naar het westen te gaan en de af te leggen kilometers stijgen in plaats van te dalen, wel dan ben je grandioos verkeerd. Van Jos leerde ik in eerste instantie niet te panikeren. Ten tweede trachten te weten te komen waar je precies bent. Ten derde uit te stippelen naar waar je wil gaan en die beide gegevens trachten te visualiseren. Hoe dan ook. Ik heb dat allemaal toegepast maar maakte een klein doe-foutje. Mijn GPS heeft bij minder goede ontvangst (onder bladeren, tussen huizen) iets meer tijd nodig om zijn juiste positie te bepalen. Zo ook om zijn juiste richting te bepalen waarin je aan het lopen bent. Na twee maal dezelfde weg op en af te zijn gegaan over zo een 200 meter, had ik dit door en wachtte ik wijselijk om de juiste informatie van mijn GPS. Ik zat zomaar eventjes 769 meter uit de goede richting. Ik bunkerde door het bos dat bezaaid lag met bramen en ranken die mij meermaals deden struikelen. Mijn benen zijn een rasterveld van krassen en lijnen. Maar gelukkig (dank u Jos) redde ik het en bracht verstand en geduld en opgedane ervaring uit vroegere wandelingen me terug op het rechte pad. Ik bekeek het daarna eens rustig dit bos is zo groot als heel de gemeente groot-Herent. Iets te groot toch om zomaar in te verdwalen.
Ik maakte van de rest van de tocht een overwinningstocht en kwam nog ruim bij tijd aan. Ik had zelfs nog de tijd om een Orvalleke te drinken op het stationsplein van Marienbourg.
We staan hier naast het kerkhof zo rustig en zo vredig. Ik heb al die lijken hun wenkbrauwen eens goed doen fronsen toen ik mij diep gebukt een grondige wasbeurt van voor en van achter gaf onder het veel te laag geplaatste kraantje. Er zullen zich daar wel enkelen gedraaid hebben in hun kist vrees ik .
Ik kreeg een berichtje van Mark, waarvan ik niet weet wie het is. Bij deze toch erg bedankt om je interesse, maar ik heb geen idee welke Mark het hier betreft. Zijn telefoonnummer begint met n0495 en eindigt op 14. Maak je kenbaar en ik kan het gepaste antwoord geven. Toch heel vriendelijk dat je mij een berichtje stuurde.
Morgen gaan we recht af op de Franse grens. Een eerste mijlpaal in mijn programma, maar dat leg ik dan wel uit. Mijn Belgisch vlagske eindelijk boven halen want hier in Belgie rondlopen met zo een vlagske is ook maar lullig vind ik.
Groetjes.
Woensdag 15 april 2015. Yves Gomezee (Walcourt)
Het is ontwaken met de zon in de voorruit. Ontzettend relax gevoel geeft dat. Dit belooft een stralende warme dag te worden. In de voorbereiding van mijn Compostella programma had ik heimelijk rekening gehouden dat vandaag ook de Brabantse pijl wordt gereden. Dus heb ik de march-afstand vandaag in functie van de rechtstreekse uitzending wat korter gehouden. Kwestie van op tijd binnen te zijn.
Ik vertrek om 9.26 bij een temperatuur van 14 graden. Al zeer gauw zou deze waarde stijgen recht evenredig met het getal der afgelegde kilometers. Ik noteer om 13.00 uur zelfs het getal 29 graden op de voorgevel van een plaatselijke Pharmacie in Walcourt. Het is wel puffen en blazen want het parcours hier in Henegouwen is glooiend maar de uitzichten laten zich raden. Op de meander zie ik regelmatig moderne windmolens, ook uitgestrekte eindeloze akkers en graanvelden in spe.
Niet echt veel veeteelt, wel grotere boerderijen met heel veel en uitzonderlijk groot mobiel veld getuig. De wegen waarop ik wandel zijn meestal verharde landbouwwegen met 2 grote diepe sporen langs de zijkant en in het midden een strook gras. Met de kleine Jak valt dat niet echt mee want zijn leiband is steeds gespannen en door zijn enthousiaste tred, trekt hij mij bij wijlen uit evenwicht waardoor ik van de middenstrook in de het diepe spoor belandt. Jak kan maar niet begrijpen waarom ik daarom vloek. Dorst wordt er geleden, vooral door de Jak. Hij is erg kieskeurig wanneer het op water aankomt. Bij aanvang weigert hij van het beekjeswater te lepperen. Na 19 kilometer is hij zelfs niet meer vies van een plas modderwater. Hij zal zich moeten aanpassen, onze luxe wandel leeuw. Vermits het af te leggen traject vandaag echt niet zo lang is besluit ik het rustig aan te doen. Vandaag voor de eerste keer korte mouwen en korte broek. Het wandelt vlot en het ruime sop is vol warmte en vol zuurstof. Een ideale cocktail voor een march op deze vierde dag. De vooruitblik op morgen geeft me vertrouwen. Ik dacht tijdens de voorbereiding ook dat de vijf tot acht eerste dagen een periode zouden zijn van aanpassing aan de inspanning maar ook van aanpassing aan de recuperatie . Het lijkt allemaal vrij goed te zitten. Geen stijve kuiten, geen pijnlijke voetgewrichten of voetzolen. Dus eigenlijk geen problemen. Mijn GPS leidt mij feilloos van de ene landbouw wegel naar de andere. Ik steek een paar maal de nationale weg over. Voor ik goed en wel door heb zit ik op amper 5 kilometer van de eindstreep. Ik besluit aan de kerk in de verte mijn bokes op te eten en te profiteren van de gelegenheid om Jak wat te laten drinken van mijn isotonisch drankje. Hij is echt blij en lijkt het zelfs te lusten. Ik denk aan de praktijk omdat Joke vanmorgen belde om ons moeder een gelukkige verjaardag te wensen. Vandaag wordt zij 62. Echt niet te merken. Marieke van Nederland komt de collegae van de praktijk in Herent een handje toesteken. Marieke is echt wel een uitzondering. Zij is Nederlandse maar een formidabele uitzondering op al de rest van haar landgenoten. Heel vrolijk, open mind, sociaal, teder, kleine bek, rustig sprekend, kan erg goed luisteren. Eigenlijk een promotie voor de cultuur van de doorsnee Nederlander. Zij is een voorbeeld voor onze beroepsgroep. Haar wacht echter een zware taak om zo plots in een drukke praktijk te worden ondergedompeld. Maar ik ben er serieus zeker van dat Joke er een zeer goede hulp zal aan hebben.
Sonja haar dochter belde, nadat ze op controle onderzoek was geweest op de dienst oncologie in het U.Z. Gent. De uitslag was niet zo slecht (het gezwelletje was niet toegenomen in omvang) maar toch moet ze onder controle blijven elke twee maand, en dat is natuurlijk niet zo een geruststellend nieuws. Het zijn moeilijke tijden voor hen. De vriend van Sonja haar dochter is daarenboven ook in behandeling in de pijnkliniek wegens onophoudelijke zware rugklachten met pijn die niet onder controle te krijgen is. Eén van de zestien kaarsjes in Compostella is voor hen.
Ik daal af van de hoge kam die mij leidt naar de vallei waarin Yves Gomezee ligt. Ik kom toe op het gemeentelijke pleintje dat gekadreert is met allerlei Ardense woningen. Geen levende ziel is er te verkennen. Ik vraag mij af: is dit dorp wel bewoont. Ik passeer twee plaatselijke drankgelegenheden die ik herken aan de reclame van Kasteelbier en Jupiler op de gevel. Allebei zijn ze gesloten, het eerste blijkbaar al heel lang, te zien aan het gras tussen de tegels op het terrasje.
Er ligt een vrouw in een strandstoel in haar piepklein voortuintje. Ze zegt me vriendelijk goedendag op zijn Waals. Ik vraag of er nog andere mensen wonen hier, want ik maak me echt ongerust dat wij twee de enige levende wezens zijn in dit Henegouwse gat. Monsieur,ici, cest une village fantome on ne voit et on nentend personne ici. On oublie que nous existons encore lacht ze me toe. Ze vraagt me niet maar meldt gewoon dat ze een bolletje water gaat halen voor de kleine Jak. Hij is gelukkig over zijn eerste modderplas traumas heen en weet naar behoren dit aardig gebaar van deze mevrouw te waarderen door ijverig te lepperen uit de kom propvol water.
Ik wandel dan maar rustig door naar de kerk, en wie zie ik daar .mijn twee convoyeurs. We drinken iets en verplaatsen ons dan weer opwaarts uit de diepe vallei naar boven toe naast het gemeentelijk kerkhof.
Morgen etappe zes. En nu luisteren naar Michel Wuyts en Decauwere.
Woensdag 15 april 2015. Yves Gomezee (Walcourt)
Het is ontwaken met de zon in de voorruit. Ontzettend relax gevoel geeft dat. Dit belooft een stralende warme dag te worden. In de voorbereiding van mijn Compostella programma had ik heimelijk rekening gehouden dat vandaag ook de Brabantse pijl wordt gereden. Dus heb ik de march-afstand vandaag in functie van de rechtstreekse uitzending wat korter gehouden. Kwestie van op tijd binnen te zijn.
Ik vertrek om 9.26 bij een temperatuur van 14 graden. Al zeer gauw zou deze waarde stijgen recht evenredig met het getal der afgelegde kilometers. Ik noteer om 13.00 uur zelfs het getal 29 graden op de voorgevel van een plaatselijke Pharmacie in Walcourt. Het is wel puffen en blazen want het parcours hier in Henegouwen is glooiend maar de uitzichten laten zich raden. Op de meander zie ik regelmatig moderne windmolens, ook uitgestrekte eindeloze akkers en graanvelden in spe.
Niet echt veel veeteelt, wel grotere boerderijen met heel veel en uitzonderlijk groot mobiel veld getuig. De wegen waarop ik wandel zijn meestal verharde landbouwwegen met 2 grote diepe sporen langs de zijkant en in het midden een strook gras. Met de kleine Jak valt dat niet echt mee want zijn leiband is steeds gespannen en door zijn enthousiaste tred, trekt hij mij bij wijlen uit evenwicht waardoor ik van de middenstrook in de het diepe spoor belandt. Jak kan maar niet begrijpen waarom ik daarom vloek. Dorst wordt er geleden, vooral door de Jak. Hij is erg kieskeurig wanneer het op water aankomt. Bij aanvang weigert hij van het beekjeswater te lepperen. Na 19 kilometer is hij zelfs niet meer vies van een plas modderwater. Hij zal zich moeten aanpassen, onze luxe wandel leeuw. Vermits het af te leggen traject vandaag echt niet zo lang is besluit ik het rustig aan te doen. Vandaag voor de eerste keer korte mouwen en korte broek. Het wandelt vlot en het ruime sop is vol warmte en vol zuurstof. Een ideale cocktail voor een march op deze vierde dag. De vooruitblik op morgen geeft me vertrouwen. Ik dacht tijdens de voorbereiding ook dat de vijf tot acht eerste dagen een periode zouden zijn van aanpassing aan de inspanning maar ook van aanpassing aan de recuperatie . Het lijkt allemaal vrij goed te zitten. Geen stijve kuiten, geen pijnlijke voetgewrichten of voetzolen. Dus eigenlijk geen problemen. Mijn GPS leidt mij feilloos van de ene landbouw wegel naar de andere. Ik steek een paar maal de nationale weg over. Voor ik goed en wel door heb zit ik op amper 5 kilometer van de eindstreep. Ik besluit aan de kerk in de verte mijn bokes op te eten en te profiteren van de gelegenheid om Jak wat te laten drinken van mijn isotonisch drankje. Hij is echt blij en lijkt het zelfs te lusten. Ik denk aan de praktijk omdat Joke vanmorgen belde om ons moeder een gelukkige verjaardag te wensen. Vandaag wordt zij 62. Echt niet te merken. Marieke van Nederland komt de collegae van de praktijk in Herent een handje toesteken. Marieke is echt wel een uitzondering. Zij is Nederlandse maar een formidabele uitzondering op al de rest van haar landgenoten. Heel vrolijk, open mind, sociaal, teder, kleine bek, rustig sprekend, kan erg goed luisteren. Eigenlijk een promotie voor de cultuur van de doorsnee Nederlander. Zij is een voorbeeld voor onze beroepsgroep. Haar wacht echter een zware taak om zo plots in een drukke praktijk te worden ondergedompeld. Maar ik ben er serieus zeker van dat Joke er een zeer goede hulp zal aan hebben.
Sonja haar dochter belde, nadat ze op controle onderzoek was geweest op de dienst oncologie in het U.Z. Gent. De uitslag was niet zo slecht (het gezwelletje was niet toegenomen in omvang) maar toch moet ze onder controle blijven elke twee maand, en dat is natuurlijk niet zo een geruststellend nieuws. Het zijn moeilijke tijden voor hen. De vriend van Sonja haar dochter is daarenboven ook in behandeling in de pijnkliniek wegens onophoudelijke zware rugklachten met pijn die niet onder controle te krijgen is. Eén van de zestien kaarsjes in Compostella is voor hen.
Ik daal af van de hoge kam die mij leidt naar de vallei waarin Yves Gomezee ligt. Ik kom toe op het gemeentelijke pleintje dat gekadreert is met allerlei Ardense woningen. Geen levende ziel is er te verkennen. Ik vraag mij af: is dit dorp wel bewoont. Ik passeer twee plaatselijke drankgelegenheden die ik herken aan de reclame van Kasteelbier en Jupiler op de gevel. Allebei zijn ze gesloten, het eerste blijkbaar al heel lang, te zien aan het gras tussen de tegels op het terrasje.
Er ligt een vrouw in een strandstoel in haar piepklein voortuintje. Ze zegt me vriendelijk goedendag op zijn Waals. Ik vraag of er nog andere mensen wonen hier, want ik maak me echt ongerust dat wij twee de enige levende wezens zijn in dit Henegouwse gat. Monsieur,ici, cest une village fantome on ne voit et on nentend personne ici. On oublie que nous existons encore lacht ze me toe. Ze vraagt me niet maar meldt gewoon dat ze een bolletje water gaat halen voor de kleine Jak. Hij is gelukkig over zijn eerste modderplas traumas heen en weet naar behoren dit aardig gebaar van deze mevrouw te waarderen door ijverig te lepperen uit de kom propvol water.
Ik wandel dan maar rustig door naar de kerk, en wie zie ik daar .mijn twee convoyeurs. We drinken iets en verplaatsen ons dan weer opwaarts uit de diepe vallei naar boven toe naast het gemeentelijk kerkhof.
Morgen etappe zes. En nu luisteren naar Michel Wuyts en Decauwere.
Hela Monsieur, haloooo...est ce que vous alez a Saint Jacques?
Dinsdag 14 april 2015.
Onze eerste mobil home nacht was er eentje om van te snoepen Op de parking van het gemeentelijke rustoord in Brye verliep alles zeer rustig. De bakker komt wel zeer vroeg leveren. Daar tegenover stel ik dat we op tijd ontbeten en ook op tijd met rugzak en korte mouwtjes vertrokken richting Joncret. De bedoeling was om 25,0 km af te leggen via Saint Amand, Fleuris, Chatelneau, Farcienne, Chatelet, Bouffioulx en Ascoz tot in Joncret. Het waren er amper 25,4. Dus goed geschat van mijn Garminneke.
Job gaat mee en pleegt alzo geweld op zijn fysieke capaciteiten. Hij haalt wel de eindstreep, maar tegen dorst en langdurige belasting van zijn knoken is zijn enthousiasme niet opgewassen. Bij de aankomst is hij echt wel moe. Morgen mag de kleine Jak mee. Tempo verzekerd, als de leiband het maar houdt.
In Chatelneau roept een nette mooie vrouwelijke verschijning,-ik schat rond de 35 jaar-, vanuit een open raam op het eerste verdiep mij terug, wanneer ik haar raam was gepasseerd. Hela Monsieur, Hallo est-ce-que vous alez à Saint-Jacques? Ze had nog net op tijd de sint Jacobs schelp op mijn rug herkend en voelde zich meteen familiaal met mijn lot verbonden. Zijzelf was over drie jaar ook de lange weg opgegaan samen met haar vader na de dood van zijn vrouw, haar moeder. Ze hadden er meteen zes maanden over gedaan om niet het risico te lopen de eigen fysieke mogelijkheden te overschatten. De opdracht was wel voor hun beiden gelukt. Ze zijn weer gekeerd als twee verloste mensen. Ze verschaft me nog één bericht: Votre mission seras inoubliable pour tout votre propre vie, monsieur, mais aussi sa cera tres dure. Soyer convaincu, vous reviendrez comme un autre person. Ik denk er nog lange tijd over na.
Ik merk heel veel zwerfvuil om me heen in het groene stuk van deze tocht. Opvallend en echt storend. In alle formaten en allerhande stukken ligt dit gebied bezaaid met de meest onmogelijke voorwerpen: frigos, autodeuren, compressors, zelfs een heel golfdak lag gewoon afgekieperd onder een brug op een doodlopend stukje weg. Echt niet normaal.
In mijn mijmeringstijd denk ik nog even aan snuit en konijn. Twee jonge kerels waarvan ik er één nu in behandeling heb. Hun relatie staat op een keerpunt en zelf vind ik dit toch zo aandoenlijk, omdat ik hen beiden zo beschaafd vond omgaan met elkaar. De jongeman die ik in behandeling heb is blijkbaar ook wat het noorden kwijt. Ik beloofde ook hem tijdens mijn tocht wat aan hen beiden te denken.
Marcel, mijn zeer trouwe vriend van weleer zagen we nog afgelopen weekend. Zijn vrouwtje is zwaar ziek en werd deze winter nog opgenomen in een rusthuis omwille van haar verder schrijnende ziektetoestand. Haar Parkinson ziekte degenereert haar cognitieve funkties. Als mantelhelper zulk een patiënt eigenhandig thuis verzorgen is echt geen sinecure. Alhoewel het voor zijn vrouwtje de beste oplossing blijkt is Marcel met deze gang van zaken niet de gelukkigste persoon. Hij wenste mij een voorspoedige tocht en zal trachten mij onderweg eens op te zoeken.
De tocht verloopt zo goed dat ik op 5 kilometer van het einde (in Chatelet) besluit om Job even te laten rusten op een plaatselijk terrasje. Zelf trakteer ik me op een deugddoend Orvalletje. Het glijdt naar binnen zoals ik weet het niet juist te benoemen!!!!
De vrouwtjes verwennen mij om ter t meest. Zij maken echt wel deel uit van het welslagen van deze performante inspanning. Ook voor hen is het af en toe wat aanpassen geblazen en moet gewoontevorming wat worden bijgestuurd. Maar ook dat wordt met de mantel van sint Jacob bedekt. Geen felle meningsverschillen en oplopend ruzie gemaak op deze tocht .
Ik ben ruim op tijd binnen en wordt door hen beiden vergast op een goed fris Ricarreke. Dat veegt meteen alle schurende korrels van tafel en de sfeer zit er meteen weer in.
Wat me een beetje tegenzit: Ik kan geen fotos doorgestuurd krijgen met de pre-paid DATA kaart van Proximus. Dat zal dan wel weer eens gebeuren wanneer ik over een WIFI verbinding beschik.
Tot morgen en dan zijn we al in Yves Gomezee, slecht een 60 kilometer van de Franse grens verwijderd.
Maandag 13 april 2015.
Ik vertrek in Waver piek 10.36 en ga op de stationschef af om mijn cachet van Waver in mijn Compostella boekje. Het is bewolkt, frisse wind en echt niet het korte mouwen weer. Ik trek een flanellen hemd aan met lange mouwen en daarboven een body warmer. Ik ga ervoor en begin licht bibberend (van de kou) aan mijn tweede tocht. Eenmaal buiten Waver passeer ik Walibi. Ik hoor krijsende meisjes gillen en gillende jongens krijsen. Veel jeugdig volk dat in deze tweede week van de paasvakantie nog een dagje Walibi meepakt.
Heel gauw ben ik in de groene zone van Waver. Een zeer jong reetje is tijdens haar ontbijt verrast en wipt met zijn gevlekte witte poep heel lenig de tegengestelde richting van mij uit.
Ik wandel voorbij een golfterrein, voorbij een speeltuin, voorbij enkele mooie kastelen, toeristische trekpleisters, door holle wegen, over totaal stroken Parius Roubaix, zelfs voorbij de avenue du Paradis. Ik maal mijn kilometers op een gestaag tempo en toch wandel ik rustig en vooral voldaan. Zo voldaan. Ik denk aan Guddie en Hans, die me op de valreep nog een zeer goede tocht toewensen. Ook Fred en Monica wensen me het allerbeste toe. Zij heeft nog vele zomers doorgebracht bij de kazernewoningen in Florennes. Mijn zoon Kris en zijn partner Lotte en hun zoon Kas wensen me bij te staan en komen over drie weken een paar dagen ons vergezellen in Frankrijk. Ik zie er nu al naar uit. Ook mijn buren, Frie en Arend wensen mij vanuit het Franse Bédouin aan de Ventoux heel veel moed en stapplezier. Zoveel enthousiaste mensen die van op de zijlijn mij naar de eindmeet zullen slepen.
Ik zie heel veel boeren op heel grote tractoren op zeer ruime en omvangrijke akkers grond malen, grond ploegen, grond vermalen, grond bemesten, grond bezaaien. Zo ruim dat het hier is, zonder maar één huis binnen een straal van 4- 5 kilometer. Pieter Stessel van de boerderij het Waterbos in Buken (hij is onze huisleverancier van het Bleu-Blanc vlees)zou er wellicht heel stil van worden. En toch is hij ook zo maar geen keuterboerke.
Ik stap en ga eindeloos door akkers, opvallend veel velden en holle wegen tot ik plots op mijn GPS zie dat ik nog amper 3 kilometer verwijdert ben van het gemeenteplein van Brye. Ik ben er voor Sonja en Marie Rose. Die dachten dat ik pas rond 17 uur zou aankomen. Ik was er om 16.05 uur . We dronken een bubbeltje, aten worsten rode kool en schatjes van patatjes. Heel lekker. Ik laat mijn Compostella stempelboekje handtekenen door een verpleger in het plaatselijke rusthuis want het bureel van de directrice was op slot en zowel zijzelf als haar assistente waren reeds vertrokken.
We kruipen om 22.00 onder ons niet verwarmd donsdeken.
Morgen van Brye naar Joncret, 25,8 kilometer.