In het Dommeldal liggen de Plateaux en het Hageven Het zijn twee aansluitende natuurgebieden in de grensstreek tussen Valkenswaard in Nederland en Neerpelt in België. Samen vormen ze een prachtig aaneengesloten Natura 2000 gebied dat in beheer is bij het Nederlandse Natuurmonumenten en de Belgische Natuurbeschermingsorganisatie
Heide, vennen zeldzame plantjes en een zeer gevarieerde vogelbevolking benadrukken het bijzondere karakter van dit natuurgebied
GRENZELOZE NATUUR
Het gebied de Plateaux ligt op de overgang van droge zandgronden naar het vochtige beekdal van de Dommel bij Valkenswaard. Het bos in dit gebied bestaat voornamelijk uit grove dennen. Op de grens met België wordt bos gekapt voor heide. Andere heideveldjes mogen juist dichtgroeien met bos. In het naaldbos worden open plekken gemaakt, zodat daar loofbomen gaan groeien.
EEN VERDWAALDE BERKENBOOM OP DE HEIDE
Rond 1850 was de grensregio een grote, troosteloze heidevlakte. Verspreid woonden wat boeren met hun schapen en koeien, meestal in grote armoede. De Vlaamse overheid besloot om de armoede en grote werkloosheid aan te pakken. Onder meer door de aanleg van kanalenstelsels en vloeiweiden,
DE VLOEIWEIDEN
Het Hageven en de Plateaux heeft een afwisselend landschap met bos, heide, vloeiweidenen en landbouwgrond. De vloeiweiden in dit gebied werden in de 19de eeuw aangelegd om de grond geschikt te maken voor hooiwinning (voer voor paarden) Begin 20ste eeuw zijn veel oude vloeiweiden beplant met populieren voor de klompen en luciferindustrie
DE WULP
In het gebied leven veel verschillende vogels, zoals de ijsvogel, koperwiek, de wulp ,kievit, grutto,en verschillende ganzen en eenden.Ook zoogdieren zoals eekhoorns, konijnen, hazen en reeën kunt u zien in dit gebied. Hopelijk kan de geadopteerde soort van de gemeente Neerpelt,de wulp, stand houden op de heide in het Hageven en de Plateaux
. KLOKJESGENTIAAN & GENTIAANBLAUWTJE
In het Hageven groeien en bloeien op heel wat plaatsen klokjesgentianen, de voedselplant van de rups van het gentiaanblauwtje, één van de zeldzaamste dagvlinders. Op de meeste bloemhoofdjes en steeltjes vinden we in de zomermaanden hagelwitte eitjes terug. Op het moment dat de rups voldoende gegeten heeft, laat ze zich op de grond vallen en wacht op.... een mier. Een klierafscheiding van de rups scheidt een zoete stof af en daar is de knoopmier op verlekkerd.Deze mieren nemen de zoetigheid mee naar het nest waar de rups zich als een volleerde parasiet te goed doet aan de mierenlarven.
De hele winter verblijft de rups in het mierennest en komt dan begin juli als vlinder naar buiten om de hele cyclus opnieuw te laten starten.
DOTTERBLOEM
Dotterbloemen hebben intens dooiergele bloemen."Dotter"zou ook etymologisch verband houden met "dooier". De plant is zeldzaam, maar waar hij voorkomt, is hij vaak zo talrijk dat hij van half april tot half mei het beeld beheerst. Ijzerhoudend (kwel)water oefent een bijzondere aantrekkingskracht uit op de dotterbloem.Van nature groeit ze aan de oevers van rivieren en plassen
HERFSTTIJLOOS
Duizenden herfsttijlozen tooien de vloeiweiden in september paars. Herfsttijloos lijkt sterk op krokus, maar bloeit in het najaar. Het is een zogenaamde droogbloeier, de bol neemt geen water op en vomt geen wortels tijdens de bloei. In de lente vormt de plant wel bladeren die op die van een tulp lijken. Eigenlijk is de herfsttijloos wel een lenteplant, maar heeft ze haar bloei alleen naar een vroeger tijdstip verlegd. Herfsttijloos is een complex plantje. Niet alleen is de plant erg giftig, maar tegelijk ook heilzaam! Eeuwen geleden gebruikten we hem al tegen geelzucht en als bescherming tegen de pest en kiespijn.
BREDE ORCHIS
Blauwgraslanden, mooie bloemrijke hooilanden waar ook de brede orchis in voorkomt, zijn de trots van de Dommelvallei.Op de overgang van heide naar beekvallei kwamen vroeger over grote oppervlakten blauwgraslanden voor. Maar na jarenlange verwaarlozing, zijn het intussen weer pareltjes geworden.Om blauwgraslanden te herstellen moeten ze hier en daar jong bos kappen en terug maaiklaar maken. Onbeheerde blauwgraslanden verbossen snel omdat de afwisseling van droog en nat de kieming van elzen bevordert. Hierdoor krijgt men tal van zeldzame planten.
DE BANDHEIDELIBEL
Deze vliegende draken hebben het hier in deze natte gebieden erg naar hun zin. Zo tref je de bandheidelibel aan in de heide, maar ook de indrukwekkende glazenmakers jagen voortdurend over de waterpartijen. Libellen leiden eerst als larve een verborgen leven onder water. Sommige soorten zelfs meer dan twee jaar. Wanneer ze volgroeid zijn, sluipen ze uit het water en kruipen uit het larvenhuid. De volwassen libellen leven vaak maar enkele weken tot maanden. In tegenstelling tot wat mensen denken, steken libellen niet.
DOPHEIDE
Heide is de belangrijkste habitat in het projectgebied Dommeldal Deze heidegebieden zijn echter maar een fractie van de heiden die er vroeger voorkwamen. In ijltempo sterven typische soorten uit, vooral omdat de resterende oppervlakten te klein zijn om bijzondere soorten voldoende levenskansen te geven. Twee types heide komen voor, namelijk droge heide en natte heide. Natte heide vinden we enkel in het Hageven en de Plateaux. Van droge heide vinden we buiten het Hageven-Plateaux nog fragmenten in de Dommelvallei. Dopheide is voor natte heide.
GALLAWAY & VLEESRASRUNDEREN
In het hart van het Hageven bevindt zich een moerassige kern. Dit deel wordt heel voorzichtig beheerd, het moeras mag nooit droogvallen. Galloway-runderen peuzelen hier in de vroege lente aan de eerste groene rietstengels. Hierdoor wordt het riet onderdrukt en onstaat een ideale situatie voor het kiemen van galigaan, zonnedauw en het zeer bijzondere moeraszoutgras. De watersnip vindt die modderpartijen ook aantrekkelijk en broedt hier nu opnieuw.
BEZOEKERSCENTRUM HAGEVEN (DE WULP)
Onder het motto "Binnen even kijken, om buiten meer te zien" krijg je hier informatie over het Hageven en de Plateaux. De vernieuwde vaste tentoonstelling laat je kennis maken met de dieren en planten in het gebied en geeft tevens een goed en actueel beeld van de herstelwerken.Aan het centrum ligt een grote tuin die speciaal ingericht is voor insecten Het hele jaar kan je vlakbij het bezoekerscentrum genieten van vogels, hagedissen en insecten. Een grote wand met houtblokken geeft onderkomen aan tientallen soorten solitaire bijen en wespen en onder het overhangende dak van het gebouw kan je de mierenleeuw bezig zien als hij of zij een mier probeert te verschalken.
MALPIE BIJ ZONSONDERGANG
De Malpie bij zonsondergang In het Dommeldal ligt ook het natuurreservaart De Malpie. Dat bekend staat om zijn kleine en grote vennen,in een prachtig heidegebied. De grote vennen binnen het Malpiegebied zijn het Molenven, Pastoorsven, het Wasven en het grote Malpieven. Daarnaast komt u in dit gebied ook het riviertje de Dommel tegen, waar vooral in de zomer veel met kano's gevaren wordt
De Malpie is ongeveer 400 hectaren groot. Het natuurgebied dat zich kenmerkt door zijn enorme afwisseling. In het gebied vind u onder andere graslanden met mooie houtwallen, moerassen en moerasbossen. De vennen die er liggen geven eveneens een wat wijder karakter aan deze omgeving. Er liggen een aantal wandelroutes die u kan variëren tot de gewenste afstand. Tijdens een wandeling hier kan u genieten van de rond fladderende vlinders,weidebeekjuffers en libellen. In de vennen komen verschillende soorten amfibieën voor zoals de watersalamander en de hagedis. Als het rustig genoeg is in het gebied kan u ook reeën tegen komen.
Heide is de belangrijkste habitat in het projectgebied Dommeldal. Deze heidegebieden zijn echter maar een fractie van de heiden die er vroeger voorkwamen. In ijltempo sterven typische soorten uit, vooral omdat de resterende oppervlakten te klein zijn om bijzondere soorten voldoende levenskansen te geven. Tweetypes heide komen voor, namelijk droge heide en natte heide. Natte heide vinden we enkel in het Hageven en de Plateaux. Van droge heide vinden we buiten het Hageven-Plateaux nog fragmenten in de Dommelvallei
Blauwgraslanden, mooie bloemrijke hooilanden zijn de trots van het natuurgebied. Op de overgang van heide naar beekvallei kwamen vroeger over grote oppervlakten blauwgraslanden voor.Van deze Europees zeldzame leefgemeenschap resten er nog maar een paar hectaren. Sinds begin jaren negentig beheert Natuurpunt enkele van de laatste blauwgraslanden. Na een jarenlange verwaarlozing zijn het intussen weer pareltjes geworden.In de toekomst zullen deze graslanden opnieuw een thuis zijn voor tal van zeldzame planten , zoals deze Brede Orchis
Duizende herfsttijlozen tooien de vloeiweiden in september paars. Herfsttijloos lijkt sterk op krokus, maar bloeit in het najaar. Het is een zogenaamde droogbloeier, de bol neemt geen water op en vormt geen wortels tijdens de bloei. In de lente vormt de plant wel bladeren die op die van een tulp lijken. Eigenlijk is de herfsttijloos wel een lenteplant, maar heeft ze haar bloei alleen naar een vroeger tijdstip verlegd.
Dotterbloemen hebben intens dooiergele bloemen. De plant is zeldzaam, maar waar hij voorkomt, is hij vaak zo talrijk dat hij van half april tot half mei het beeld beheerst. Ijzerhoudend (kwel)water oefent een bijzondere aantrekkingskracht uit op de dotterbloem. Van nature groeit ze aan de oevers van rivieren en plassen
KLOKJESGENTIAAN & GENTIAAN BLAUWTJE IN HET HAGEVEN
In het Hageven groeien en bloeien op heel wat plaatsen klokjesgentianen, de voedselplant van de rups van het gentiaanblauwtje, een van de zeldzaamste dagvlinders. Op de meeste bloemhoofdjes en steeltjes vinden we in de zomermaanden hagelwitte eitjes terug. Op het moment dat de rups voldoende gegeten heeft, laat ze zich op de grond vallen en wacht op.... een mier. Een klierafscheiding van de rups scheidt een zoete stof af en daar is de knoopmier op verlekkerd. Deze mieren nemen de zoetigheid mee naar het nest waar de rups zich als een volleerde parasiet te goed doet aan de mierenlarven.
De hele winter verblijft de rups in het mierennest en komt dan begin juli als vlinder naar buiten om de hele cyclus opnieuw te laten starten.
In het gebied leven veel verschillende vogels, zoals de ijsvogel, koperwiek, en verschillende ganzen en eenden De Wulp, kievit en grutto worden vaak weidevogels genoemd. In feite zijn het oorspronkelijk typische heidesoorten die door het verdwijnen van de heide het zeer zwaar te verduren kregen.Over verschillende generaties hebben een aantal dieren hun kans gewaagd in natte weilanden, een biotoop dat in hun ogen het meeste lijkt op natteheide. Hier en daar lukte dat ook en nam het aantal vogels toe. Hopelijk kan de geadopteerde soort van de gemeente Neerpelt, de wulp, stand houden op de heide in het Hageven en de Plateaux. Deze adoptie van de wulp door de gemeente Neerpelt kadert in een ruimer project waarbij Limburgse gemeenten soorten adopteren Ook zoogdieren als eekhoorns, konijnen, hazen, en reeën kunt u zien in dit gebied
De Plateaux heeft een afwisselend landschap met bos, heide, vloeiweiden en landbouwgrond. De vloeiweiden op de Plateaux werden in de negentiende eeuw aangelegd om de grond geschikt te maken voor hooiwinning (voer voor paarden) Begin twintigste eeuw zijn veel oude vloeiweide beplant met populieren voor de luciferindustrie
Deze vliegende draken hebben het hier in deze natte gebieden erg naar hun zin. Zo tref je de bandheidelibel aan in de heide,maar ook de indrukwekkende glazenmakers jagen voordurend over de waterpartijen. Libellen leiden eerstals larven een verborgen leven onder water. Sommige soorten zelfs meer dan twee jaar. Wanneer ze volgroeid zijn, sluipen ze uit het water en kruipen uit hun larvenhuid. De volwassen libellen leven vaak maar enkele weken tot maanden. In tegenstelling tot wat mensen denken, steken libellen niet.
Het gebied de plateaux ligt op de overgang van droge zandgronden naar het vochtige beekdal van de Dommel bij Valkenswaard. Het bos in dit gebied bestaat voornamelijk uit grove dennen. Op de grens met België wordt bos gekapt voor heide. Andere heideveldjes mogen juist dichtgroeien met bos. In het naaldbos worden open plekken gemaakt, zodat daar loofbomen gaan groeien.