Redactie
Medjugorje België en Nederland
Chris De Bodt
(1958 - 2012)

medjugorjebn@gmail.com

Patty De Vos
Kasteelstraat 81
9180 Temse
België
patty.de.vos@hotmail.com

Dr. Guy Claes
Platanendreef 40
8790 Waregem
België
gclaes@scarlet.be

Henk
Twan Vereecken
Geertrui Schonken
Veerle De Caluwé
Anne Van Der Sloten
p. Alfons J. Smet
Broeder Joseph
Zoeken in blog

Medjugorje 2015 Medjugorje 2014 Medjugorje 2013 Medjugorje 2012 Medjugorje 2011 Medjugorje 2010

 

Voorlopig worden enkel de boodschappen gepubliceerd.
24-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.La Madonna del Ghisallo
La Madonna del Ghisallo

Vandaag wordt in de Noord-Italiaanse regio, rond het Como-, Lecco meer en Bergamo, één van de zwaarste en mooiste wielerklassiekers gereden, de Ronde van Lombardije. Voor de profs is het de laatste grote wielerwedstrijd in het jaar.

Tussen enkele zware beklimmingen tot ruim boven de 1300 meter, liggen lastige en slopende heuvels. Daarmee is het een klassieker voor de ware klimmer. Eén van de hoogtepunten van deze klassieker is de steile beklimming vanaf het Lago di Lecco naar het wielerkerkje van de Madonna del Ghisallo (754m).

De Tour heeft zijn Alphe d'Huez met zijn 21 haarspeldbochten, Parijs-Roubaix is gekend om het Arenbergbos en een Ronde van Vlaanderen zonder de "Muur van Geraardsbergen" is gewoonweg ondenkbaar, maar de Ronde van Lombardije heeft haar Madonna di Ghisallo. De legende zegt dat er tijdens de Middeleeuwen een plaatselijke graaf werd aangevallen door rovers, toen hij een verschijning zag van de Maagd Maria. Hij rende naar Haar toe en werd gered door het visioen. Sinds toen werd de Madonna del Ghisallo de Patrones van de reizigers. In 1949 slaagde de plaatselijke pastoor erin om Paus Pius XII ervan te overtuigen om haar de officiële titel van "Patrones van de Wielrenners" toe te kennen. Van toen af aan is de kapel een oord van gebed geworden voor heel wat wielrenners, gekend of niet gekend.



De hele kapel is "versierd" met de gekste dingen die men kan bedenken, maar die zonder twijfel voor de personen zelf een uitzonderlijke emotionele waarde hebben. Men vindt er ook de fiets waarmee de Olympische Kampioen Fabio Casertelli in de Tour van 1995 verongelukte. In en rond de kapel vindt men er fietsen van de grootste renners: Felice Gimondi, Gianni Motta, Francesco Moser en Gino Bartali. Er hangt ook een foto omhoog van Marco Pantani, die op een hoogst tragische wijze om het leven kwam. Een van de meest recente relikwieën is de trui van de vorig jaar overleden vorrmalige Zuidafrikaanse wielerkampioen Ryan Cox.

Omdat de kapel al gauw te klein werd er een "Museo di Ciclismo" gebouwd in de nabijheid van de kapel. Het toont een beetje vreemd aan, want het kontrast tussen beide bouwstijlen is heel groot. De bouwsstijl van het museum is hypermodern.

In het jaar 2000 werd de "Fondazione Museo del Ciclismo-Madonna del Ghisallo" opgericht. Hun eerste daad was het organiseren van een toortsrally tussen de kapel en het Vaticaan, waarbij de toorts werd overhandigd aan Paus Johannes Paulus II. Toen het gebouw er bijna volledig stond, zegende Paus Benedictus XVI op 31 mei 2006 de laatste steen die nog moest worden gelegd, met de volgende woorden er in gegrift: "Omnia Vincit Amor (liefde overwint alles)".

Voor vele renners betekende een deelname aan de Ronde van Lombardije, eveneens een bezoek aan de kapel voor een moment van bezinning. Geen bezoek betekende voor hen ook geen Ronde van Lombardije.

En voor onze landgenoten nog dit: men vindt er ook de fiets waarmee Eddy Merckx in 1974 wereldkampioen werd bij de profs in Montreal. En er is de "blijvende vlam" als aandenken voor alle "gevallen" wielrenners. Nieuwsgierig vroeg men aan de lokale priester tot wanneer deze vlam zal blijven branden. Hij antwoordde: "tot zolang er electriciteit bestaat."



23-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Komeet Lulin
De komeet Lulin

Oorspronkelijk dachten Ye Quanzhi en Lin Chi-Sheng op 11 juli 2007 van het Lulin Observatorium in Nantou, Taiwan, [beiden studenten in een Chinees-Taiwanees project Lulin Sky Survey] dat ze een asteroïde ontdekt hadden, maar uiteindelijk bleek het om een niet periodieke komeet te gaan. Op dit ogenblik is de komeet nog niet zichtbaar voor het oog, maar naarmate ze dichterbij komt tijdens de maand februari, zal de helderheid in kracht toenemen tussen magnitude 4 en 6. Op 24 februari 2009, de dag voor de aanvang van de vasten, nadert de komeet de aarde het dichtst. Maak er meteen een lichtpunt van voor uw vasten.


Foto genomen door Gregg-Ruppel op 9 januari 2009

Wat betekent Lulin?

Lülin, of de Lülin opstandelingen, verwijzen naar twee opstandige landbouwgroepen [ook bekend als de Rode Tulbandgroepen] tegen de Wang Mang's Xin Dynastie uit de zuidelijke Henan en de noordelijke Hubei regio, die hun krachten samenbundelden en uiteindelijk de Xin-Dynastie ten val brachten en tijdelijk de Han Dynastie herstelden in de persoon van Liu Xuan [keizer Gengshi] als keizer. Eigenaardig, deze opstand vond plaats tijdens Christus' levensjaren op aarde [zie verder]. Vele leiders van de Lülin beweging maakten deel uit van de regering van keizer Gengshi, maar een onderlinge machtstrijd en onbekwaamheid, zowel van de keizer als van de regering, leidde reeds na twee jaar hun val en maakten zo de weg vrij voor de opkomst van de Liu Xiu (keizer Guangwu) van de oostelijke Han Dynastie. De naam komt van het Lülingebergte, nabij de huidige stad Yichang in de Chinese provincie Hubei. De stad met ongeveer 1 miljoen inwoners is bekend vanwege het enorme bouwwerk de "Drieklovendam" aan de rivier Jantsekiang. Deze omstreden dam is 2 kilometer lang en 180 meter hoog en geeft aan 200 miljoen Chinezen elektriciteit. Hier was het bolwerk gevestigd van de Lülin opstandelingen.

Begin van de opstand

In het jaar 17 na Christus, ontstond er in de Jing Provincie [het huidige Hubei, Hunan en zuidelijk Henan] een grote hongersnood. Aan de oorsprong ervan lag de corruptie, een veranndering die werd aangebracht in de loop van de gele rivier en de onbekwaamheid van de Xin-regering. De mensen moesten overleven op wilde planten, die ook schaars begonnen te worden, waardoor ze onder elkaar begonnen te vechten. Twee onder hen Wang Kuang en Wang Feng, beiden uit Xinsi [het huidige Jingmen] kwamen als leiders van het uitgehongerde volk uit deze strijd. Spoedig sloten Ma Wu, Wang Chang en Cheng Dan zich bij hen aan en binnen enkele maanden hadden ze zo'n 7.000 à 8.000 opstandelingen verzameld onder hun leiding. Hun handelswijze bestond eruit om de dorpen, die zich ver buiten de stedelijke gebieden bevonden, aan te vallen en te plunderen voor het voedsel. Dit ging zo enkele jaren door en de strijdkracht groeide intussen uit tot enkele tienduizenden manschappen.

Wang stuurde boodschappen met gratieverleningen in de hoop dat de opstandelingen zich zouden ontbinden. Sommigen keerden terug naar de Xin hoofdstad Chang'an en brachten verslag uit: de oorzaak was dat de strenge wetten hen het leven onmogelijk maakten en zij daardoor in opstand waren gekomen. Anderen, meer om Wang Mang te vleien, vertelden eenvoudig dat het slechteriken waren die in opstand kwamen en die moesten gedood worden en dat het enkel om een tijdelijk verschijnsel ging. Zoals zovele leiders luisterde Wang Mang naar deze laatsten en ontsloeg dezen die hem juiste advies hadden verschaft. Wang deed geen verdere pogingen om de opstandelingen tot rust te brengen en onderdrukte hen met geweld. Maar om te overleven waren ze gedwongen om in opstand te komen en hoopten ze later, nadat de hongersnood over zou zijn, terug te keren naar hun boerderijen. Wegens hun eerder geringe aantal durfden ze de steden niet aan te vallen.

In het jaar 21 riep de gouverneur van de provincie Jong 20.000 soldaten op om de rebellen aan te vallen. De slag bij Yundu werd een grote overwinning voor deze laatsten, die duizenden soldaten doodden en hun voedselvoorraden en wapens afnamen. Toen de gouverneur zich wou terugtrekken, werd hij de pas afgesneden door Wa Ma, die hem toeliet om te ontsnappen omdat hij de keizer niet meer wou ontstemmen dan reeds gebeurd was. In de plaats daarvan beroofden ze het gebied, namen de vrouwen gevangen en trokken zij zich terug. Op dat ogenblik was hun strijdkracht aangegroeid tot 50.000 manschappen.

Tijdelijke epidemie

In het jaar 22 kregen de opstandelingen af te rekenen met een onbekende ziekte en de helft van hun mannen overleed. Hierdoor werd de groep in drieën gebroken:

- Wang Chang en Cheng Dan trokken naar het westen naar Nan [ruwweg het huidige Jingszou, Hubei]. Deze tak stond gekend als de Xiajiangs
- Wang Feng, Wang Kuang en Ma Wa en twee andere leiders Zhu We en Zhang Ang trokken naar het noordelijke Nanyang [ruwweg het huidige Nanyang in Hubei] en stonden gekend als de Xinshis [omdat de Wangs uit Xinshi afkomstig waren]
- Rond deze tijd ontstond er een derde groep onder Chen Mu en Liao Zhan, gekend als de Pinglins, omdat zowel Chen als Liao uit Pinglin [het huidige Siuzhou, Hubei] afkomstig waren.

Op dit ogenblik hadden de opstandelingen nog geen enkele politieke ambitie.

Hereniging en de aanvang van de politieke ambities

Spoedig kregen ze de steun van Liu Yan, een verre afstammeling van de keizerlijke Hanfamilie, die leefde in het voorouderlijke grondgebied van Chongling [thans Xiangfan, Hubei], en die reeds lang een afkeer had van Wang Mangs onrechtmatig toeëigenen van de Hantroon. Hij was reeds geruime tijd uit op wraak. Zijn broer Liu Xiu, was een eerder voorzichtig en weloverwogen iemand, die tevreden was als boer. Rond deze tijd deed er een profetie de ronde dat de Lius naar de macht zouden terugkeren en vele mannen verzamelden zich rond Liu Yan, met de vraag om hun leider te willen zijn. Hij stemde toe en voegde zich bij de strijdende Pinglins en Xinshis. Ze veroverden en plunderden een aantal dorpen. In de winter van het jaar 22, besloot de eerzuchtige Liu Yan om een eerste aanval in te zetten tegen Wancheng, de hoofdstad van Nanyang, maar hij leed een groot verlies tegen de gouverneur van Nanyang, Zhen Fu. Zowel zijn zus Liu Yuan, als zijn broer Liu Zhong lieten het leven in deze strijd. Zhen Fu, aangemoedigd door zijn overwinning, zette de achtervolging, vastbesloten om voor eens en altijd de Lia-Lulins uit te roeien.

Gewaarschuwd, begonnen de Pinglins en de Xinshis een terugtrekking uit het Liuverbond te overwegen en besloten om te vluchten, maar net op dat moment waren de Xiajiangs dichtbij en Liu kon Wang Chang, die geacht werd bij de overige Xianjiangs, dat hij een deskundige militaire leider was en zo sloten de Xianjiangs zich bij het Liuverbond aan. De Pinglins en de Xinshis stemden toe.

Onder Liu's leiding deden ze een verrassende rugaanval op Zhen Fu's manschappen en veroverden al het voedsel en wapens van het regeringsleger, op de dag van het nieuwe jaar in de Chinese maankalender, in het jaar 23 verpletterden Liu's manschappen het leger van Zhen en doodden hem. Aangemoedigd door deze overwinning, begonnen de Lülins legertitels op te eisen en veroverden ze steden en begonnen zichzelf voor te bereiden om keizer Wang Mang aan te vallen.

Herinstelling van de Han Dynastie onder Keizer Gengshi

Op dit ogenblik begonnen er meer en meer binnen het leger te roepen om een afstammeling van de Han Dynastie tot keizer uit tot roepen. De soldaten die onder de directe leiding stonden van Liu Yan en de Xiajiangleiders steunden allen Liu, maar de leiders van de Xinshis en de Pinglins waren jaloers en achterdochtig over Liu's tucht en wilden een zwakkere figuur aan de macht. En zij vonden een "zwakkere" afstammeling van het keizerlijk huis van de Han Dynastie, tevens een verre neef van Liu Yan. Zijn naam was Liu Xian die op dit moment de titel vorderde van generaal Genghsi. Zij besloten om Liu Xian te steunen in het keizerschap en na wat tegenwerking stemde ook Liu Yan, die van geen vechten wou weten, hierin toe. En zo werd in de lente van het jaar 23 Liu Xua, tot keizer gekozen. Wang Kuang, Wang Feng, Zhu, Liu Yan en Chen vormden de hoofdfiguren van de nieuwe regering.

De Slag van Kunyang

Wang Mang besloot om voor eens en altijd komaf te maken met de opstandelingen. Hij zond zijn neef Wang Yi en zijn regeringsleider minister Wang Xun, met wat hij beschouwde als een onoverwinnelijk leger van 430.000 manschappen om het nieuw ingestelde Han regime te verpletteren. Op dit ogenblik waren de Hantroepen verdeeld in twee, een groep geleid door Wang Chang, Wang Feng en Liu Xiu die zich door de aankomst aan de Xintroepen terugtrokken naar de kleine stad Kunyang [het huidige Pindingshan, Henan] en een andere groep onder de leiding van Liu Yan, die Wancheng belegerde. De rebellen in Kunyang wilden zich eerst ontbinden, maar Liu Xiu verhinderde dit en hij kon verkrijgen dat Kunyang zorgvuldig zou worden bewaakt, terwijl hij op zoek zou gaan naar de overige beschikbare manschappen uit de omgeving om de Xinmacht van buitenaf af te vallen. Aanvankelijk werd Liu Xiu's idee verworpen, maar uiteindelijk stemden de Kunyangrebellen toch toe.

Liu Xiu voerde zijn plan uit en toen hij naar Hunyang terugkeerde begon hij De Xinmanschappen voortudrend van buitenaf te belegeren. Wang Yi en Wang Xun, die verveeld zaten met de zaak, leiden 10.000 man om Liu Xiu's macht te belegeren. De rest van de troepen kreeg het bevel om hun aanvalsplaatsen niet te verlaten. En zo ontstond er een nieuw gevecht en, hoewel de verliezen gering waren, begonnen de overige troepen opnieuw te twijfelen en Liu Xiu doodde Wang Xun in de strijd. Toen dit gebeurde, besloten de Hanmanschappen uit te breken uit de stad. De veel grote Xinmacht liep een totale nederlaag op. De soldaten deserteerden en gingen naar huis en waren niet bij machte om zich opnieuw te verenigen. Er zat voor Wang Chi niets anders op dat zich met enkele duizenden terug te trekken in Luoyang. Eenmaal het nieuws over de Slag bij Kunyang zich over het kezierrijk had verspreid, kwam ook de hele bevolking spontaan in opstand, waarbij regeringsleiders werden gedood en hun posten werden opgeëist door het nieuwe Hanregime. Binnen de maand had de Xindynastie de controle over het keizerrijk verloren.

De onderlinge strijd en de dood van Liu Yan

Rond deze tijd kon Liu Yan eindelijk Wancheng veroveren. Keizer Gengshi trad de stad binnen en maakte er zijn tijdelijke hoofdstad van. Maar tegelijkertijd begonnen ook de interne twisten. Een eerste hoofdincident onder Keizer Gengshi's regime stond op het punt uit te breken. Keizer Gengshi was, samen met enkele voormalige leiders van de Xinshis en de Pinglins, bevreesd over de bekwaamheid van Liu Yan en er zich sterk van bewust dat vele van Liu Yans aanhangers ontevreden waren omdat Liu niet tot keizer was uitgeroepen. Vooral een persoon, genaamd Liu Ji, had het scherp tegen keizer Gengshi. Hij liet Liu Ji dan ook arresteren en wou hem zelfs vermoorden, maar Liu Yan probeerde tussen te komen. Keizer Gengshi maakte echter van deze gelegenheid gebruik om ook Liu Yan te laten ombrengen. Beschaamd over zijn daad, spaarde hij wel het leven van Liu Yans broer, Liu Xiu. Hij benoemde deze laatste zelfs tot markies van Wuxin.

Het einde van Wang Mang

Keizer Gengshi stelde hierop twee legers samen, een leger geleid door Wang Kuang om Luoyang te veroveren, en het andere leger geleid door Shentu Jian en Li Song die Chang'an moesten veroveren. De hele bevolking verzamelde zich onderweg om de Hantroepen te verwelkomen. Shentu en Li bereikten reeds vlug de buitenwijken van Chang'an. Ook de jongelingen van Chang'an steunden de opstand en bezetten het Weiyang Paleis, het keizerlijke hoofdverblijf. Wang stierf in de strijd om het paleis.

Na de dood van Wang Mang, was Wancheng niet langer de hoofdplaats. Keizer Genshi verkoos Luoyang. Vervolgens stelde hij verordeningen op voor het hele keizerrijk waarbij hij aan de plaatselijke Xinoverheden beloofde dat zij hun ambt mochten behouden. Gedurende een korte tijd was er minstens een nominale onderwerping, waarbij zelfs de machtige Chimei generaal Fan Chong, onder de beloften van titels en eretekens naar Luoyang kwam. Zijn poiltiek was echter onsamenhangend en de plaatselijke gouverneurs begonnen waar te nemen dat ze hun macht aan het verliezen waren. Fan Chong verliet de hoofdstad en keerde terug naar zijn troepen.

In 24 veranderde keizer Gengshi de hoofdplaats terug naar de westelijk gelegen Hanhoofdplaats Chang'an. Maar eerder was de bevolking door de machtshebbers van Genghsi (de voormalige Lülinleiders) zwaar vernederd, die hun opstand tegen Wang Mang niet konden waarderen en hen in tegendeel zelfs verraders noemde. Toen keizer Gensghi terug in de hoofdstad kwam verleende hij een algemene gratie, wat alles voor een tijdje bedaarde. Buiten het keizerlijke Weiyang paleis, dat door brand vernietigd was, was Chang'an nog geheel intact. Maar keizer Gengshi's verlegenheid en angst zorgde reeds vlug voor problemen. Toen de verschillende leiders bijeen kwamen voor een vergadering, begon keizer Genshi, die nog nooit zo'n officiële plechtigheden had bijgewoond, te panikeren en met zijn ongewone gedrag begon men het vertrouwen in hem te verliezen.

Uiteindelijk leidden zijn onbekwaamheid, alsmede de onbekwaamheid van zijn Lülinleiders om te regeren, zelfs in de gebieden in de onmiddellijke nabijheid van de hoofstad, tot de ontrouw van de bevolking. Tegen het einde van het jaar 24, werd Liu Xiu, die onbekwaam was om leiding te geven, door de Chimei generaal Fan Chong tegengehouden bij zijn poging om het gebied ten noorden van de Gele Rivier te onderwerpen. De troepen trokken zelfs op naar de hoofdstad.

Het einde van keizer Gengshi

In de zomer van 25 kwam er de uiteindelijke breuk tussen Liu Xiu en keizer Gengshi, nadat hun beide generaals vochten voor de controle over de gebieden rond Henei en Luoyang. Liu Xiu verklaarde zichzelf tot keizer (waarbij hij het regime vestigde dat later bekend werd als het Oostelijke Han Dynastie) en spoedig daarop veroverde generaal Deng Yu ook het huidige Shanxi, waardoor Genshi's macht nog meer werd ingeperkt.

Een aantal generaals van keizer Gengshi, voelden zich in de val gelokt en spanden samen om hem te ontvoeren en te vluchten naar hun thuisstreek Nanyang. Onder deze samenzweerders bevonden zich ondermeer Zhang Ang, Liao Zhan, Hu Yin, Shentu Jian en de militaire leider Wei Xiao. Hun plan werd ontdekt en de meesten werden gedood, maar Zhang bezette het overgrote deel van Chang'an en dwong keizer Gengshi om te vluchten, net op het ogenblik dat de Chimei strijdkrachten naderden. Keizer Gengshi maakte vervolgens een nieuwe fout door, zonder enig bewijs, Wang Kuang, Chen Mu en Cheng Dan te verdenken van samenzwering met Zhang. Hij liet Chen en Cheng wegens verraad ombrengen, maar als antwoord voegde Wang zich bij Zhang.

De generaals die keizer Gengshi nog waren trouw gebleven konden Zhang uit de hoofdstad ontzetten, maar ondertussen leek de situatie hopeloos geworden. Zhang en zijn aanhangers sloten zich bij de Chimei aan en de gezamenlijke troepen konden al gauw Chang'an veroveren. Keizer Gengsjhi vluchtte, samen met een klein aantal trouwe volgelingen. In de winter van het jaar 25 gaf hij zich echter over aan de Chimei en werd hij hierop gedood. De meeste Lülinleiders verdwenen in de onbekendheid, maar sommigen die oorspronkelijk bevriend waren met Liu Xiu kregen minder belangrijke posten in het nieuwe keizerrijk.

 

22-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Twaalf fabels over het Katholieke geloof
Twaalf fabels over het Katholieke geloof

1. Er bestaat niet zoiets als absolute waarheid. Wat iemand voor waar ziet, zien anderen voor niet waar

"Absolute waarheid" wordt omschreven als de onbuigzame realiteit: vaststaande, invariabele, onveranderlijke feiten. Het is bijvoorbeeld een vaststaand, invariabel en onveranderlijk feit dat er met absolute zekerheid geen vierkante cirkels bestaan en dat er met absolute zekerheid geen ronde vierkanten bestaan.

Hoewel absolute waarheid een logische noodzakelijkheid is, bestaan er enkele religieuze oriëntaties (atheïstisch humanisme, bijvoorbeeld) die tegen het bestaan van absolute waarheid argumenteren. De uitsluiting van God in het humanisme vereist een moreel relativisme. Humanist John Dewey (1859-1952), co-auteur en ondertekenaar van het Humanist Manifesto 1 (1933), stelde: "Er is geen God en er is geen ziel. Er bestaan daarom geen behoeften aan de rekwisieten van de traditionele religie. Wanneer we zo dogma en leerstellingen uitsluiten, dan is ook de onveranderlijke waarheid dood en begraven. Er is geen ruimte voor een starre, natuurlijke wet of morele absolute waarden." Humanisten geloven dat iedereen moet doen waarvan hij of zij zelf denkt dat dat het juiste is.

Je kunt op een logische manier niet argumenteren tegen het bestaan van absolute waarheid. Het argumenteren tegen een bepaald iets is hetzelfde als het vaststellen dat er een waarheid bestaat. Je kunt niet tegen de absolute waarheid argumenteren tenzij een absolute waarheid de basis van je argument vormt. Beschouw de volgende klassieke argumenten en uitspraken eens die worden gemaakt door mensen die proberen tegen het bestaan van de absolute waarheid te argumenteren...

"Er bestaan geen absolute waarheden". Allereerst geeft de relativist aan dat er met absolute zekerheid geen absolute waarheden bestaan. Dat is een absolute uitspraak. De uitspraak is zelf een logische tegenstrijdigheid. Als de uitspraak waar is, dan bestaat er in feite een absolute waarheid - dat het een absolute waarheid is dat er geen absolute waarheden bestaan.

"De Waarheid is relatief." Dit is opnieuw een absolute uitspraak die impliceert dat de waarheid met absolute zekerheid relatief is. Afgezien van het feit dat er een absolute uitspraak wordt gemaakt, kunnen we voor de aardigheid toch eens veronderstellen dat deze uitspraak waar zou zijn en dat de "waarheid relatief is". Alles wat dan in deze uitspraak wordt omvat zou dan relatief zijn. Als de uitspraak relatief is, dan is de waarheid soms niet relatief. Dat betekent dat er absolute waarheden bestaan, wat betekent dat de bovenstaande uitspraak onjuist is. Als je de logica volgt, dan zullen relativistische argumenten zichzelf altijd tegenspreken.

"Wie weet wat de waarheid is. Toch?" In dezelfde zin verkondigt de spreker dat niemand weet wat de waarheid is, maar dan zwenkt hij de tegenovergestelde richting in en vraagt hij zijn luisteraars om de waarheid van zijn uitspraak te bevestigen.

"Niemand weet wat de waarheid is." De spreker gelooft overduidelijk dat zijn uitspraak waar is.

Er zijn filosofen die werkelijk ontelbare uren zwoegend besteden aan het schrijven van dikke boekwerken over de "zinloosheid" van alles. We kunnen aannemen dat zij denken dat hun teksten niet zinloos zijn! En er zijn onderwijzers in de filosofie die hun studenten vertellen: "Niemand's mening is superieur aan die van anderen. Er bestaat geen hiërarchie van waarheden of waarden. Ieder's standpunt is net zo geldig als dat van anderen. We hebben allemaal onze eigen waarheid." En het volgende dat ze doen is het nakijken en waarderen van de opstellen die de studenten schreven!

Je hoort misschien wel ooit: "Er bestaat geen goed, en er bestaat geen fout!" Je moet jezelf in dat geval het volgende afvragen: is die uitspraak goed of fout?

Als je een relativist betrapt op het doen van iets waarvan je weet dat dit absoluut verkeerd is, en je wil hem daarop wijzen, dan zou hij in woede kunnen reageren: "De waarheid is relatief! Er is geen goed en er is geen fout! We zouden moeten kunnen doen wat we ook maar willen!" Als dat een uitspraak is die waar is en er geen goed en fout is, waarom werd hij dan kwaad? Waar is zijn woede op gebaseerd? Je kunt niet verongelijkt zijn door een onrechtvaardigheid, of door wat dan ook, tenzij op de een of andere manier een absolute waarde is geschonden.

Relativisten argumenteren vaak als volgt: "Ieder kan geloven wat hij ook maar wil!" Je kunt je afvragen wat zij dan eigenlijk aan het beargumenteren zijn. We vinden het amusant dat het juist de relativisten zijn die het relativisme willen aanvechten.

Als je probeert om een relativist het verschil tussen goed en kwaad uit te leggen, dan zul je ongetwijfeld het volgende te horen krijgen: "Niets van dat alles is waar! We creëren onze eigen realiteit!" Als dat waar is, en we creëren allemaal onze eigen realiteit, dan is onze uitspraak over morele verantwoordelijkheid slechts een produkt van de verbeelding van de relativist. Als een relativist een probleem heeft met een uitspraak over absolute moraliteit, dan zou hij die kwestie met zichzelf moeten bespreken.

We weten allemaal dat er een absolute waarheid bestaat. Het lijkt er op dat hoe meer tegenargumenten we ervoor proberen te vinden, hoe meer het bestaan ervan wordt bewezen. De realiteit is absoluut, of je daar nu wel of niet van overtuigd wil zijn. Filosofisch gezien is relativisme tegenstrijdig met zichzelf. Praktisch gezien staat relativisme gelijk aan anarchie. De wereld is gevuld met de absolute waarheid.

Een relativist houdt vol dat iedereen zou moeten kunnen geloven en doen wat hij ook maar wil. Uiteraard is dit oogpunt emotioneel bevredigend, tot het moment aanbreekt waarop hij thuiskomt en ontdekt dat er in zijn huis is ingebroken, of iemand probeert hem te kwetsen, of hij verliest een plaats in een wachtrij omdat iemand voordringt. Geen enkele relativist zal thuiskomen om te ontdekken dat zijn huis is leeggeroofd en dan zeggen: "Oh, hoe prachtig dat de inbreker in staat was om zijn blik op de realiteit te vervullen door mijn huis leeg te roven. Wie ben ik om mijn idee over goed en kwaad aan deze geweldige inbreker op te dringen?" Integendeel: de relativist zal net als iedereen voelen dat zijn rechten geschonden zijn. Maar natuurlijk is het prima dat hij een relativist is, zolang als "het systeem" maar op een absolute manier optreedt om zijn "onvervreemdbare rechten" te beschermen.

2. Het Christendom is niet beter dan enige andere godsdienst. Elke religie leidt tot God.<

Als u dit geen honderd maal hebt gehoord, dan komt u niet veel naar buiten. Spijtig genoeg zijn het dikwijls de christenen zelf die zoiets beweren.
Het probleem met deze stelling is er eigenlijk geen. Het christendom maakt een reeks beweringen over God en de mens: dat Jezus van Nazareth zelf God was en dat hij stierf en weder opstond om zo de mensen te bevrijden van hun zonden. Elke overige godsdienst in de wereld ontkent deze punten. Als het Christendom dus juist is dat spreekt het een essentiële waarheid tot de wereld, een waarheid welke alle andere godsdiensten verwerpen.

Dit alleen maakt het Christendom uniek.

Maar het houdt hier niet bij op. Denk aan Jezus’ verklaring in het Evangelie van Johannes: "Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand gaat tot de Vader dan door Mij." In het Christendom zien we Gods volle openbaring tot de mensheid. Het is inderdaad zo dat elke godsdienst bepaalde waarheden bevat, waarbij het aantal ervan afhangt van de religie. Niettemin, als we gemeend God willen volgen en aanbidden, moeten we het dan niet doen zoals Hij het voorschrijft?

Als Jezus inderdaad God is, dan bevat enkel het Christendom de volheid van de waarheid.

Als Maria in Haar boodschappen beweert dat de mensen van alle godsdiensten gelijk zijn voor God, dan bedoelt Zij de inborst van de mens, een zaak die gepaard gaat met elke godsdienst. Men kan inderdaad moeilijk gaan verwachten van mensen die honderden, soms duizenden jaren lang hun cultuur beleven, deze zomaar plots kunnen opgeven. Hier oordeelt God naar het hart van de mensen.

Deze twee zaken mogen dus niet worden verward met elkaar.

3. Het Oude en het Nieuwe Testament spreken elkaar dikwijls tegen. Als de Bijbel zou geïnspireerd zijn door een almachtige God, zou deze nooit zulke tegenstellingen toelaten.

Deze bewering wordt dikwijls aangehaald en men vindt ze vooral op vrijzinnige sites, zoals "Wat de Bijbel ongeloofwaardig maakt is dat de oorsprong ervan niet goddelijk is. Het is zo een mengeling van tegengestelde onzin, dat niemand kan aanvaarden dat het geschreven zou zijn door een alwetende God."

Meestal wordt deze bewering gevolgd door een rits van Bijbelse tegenstrijdigheden. "Hoe dan ook, maken zij die zulks beweren een aantal eenvoudige fouten. Zo weigeren zij de verschillende boeken waaruit de Heilige Schrift bestaat te lezen in hun context en volgens de aard en de wijze waarop deze zijn ontstaan. De bijbel is toch samengesteld uit een verzameling van diverse soorten geschriften; historiek, theologie, poëzie, apocalyptische en profetische geschriften. Als we de Heilige Schrift op dezelfde wezenloze wijze benaderen als een huidig dagblad, dan brengt het heel wat verwarring.

En de lijst van Bijbelse tegenstellingen is groot. Neem bijvoorbeeld Exodus 20:8: "Houd de Sabbat in ere, het is een heilige dag", tegenover Romeinen 14:5: "De een beschouwt bepaalde dagen als een feestdag, voor de ander zijn alle dagen gelijk. Laat ieder zijn eigen overtuiging volgen", dan roepen de ongelovigen het uit: "een duidelijke tegenstelling", maar wat ze er vergeten bij te vermelden is iets dat elke Christen weet: toen Christus het Nieuwe Testament bracht, waren alle vereisten van het Oude Testament volbracht en vervuld en zo is het ook dat de rituele gewoonten van het Oude Testament niet langer van toepassing zijn vanaf de tijd van het Nieuwe Testament. Indien de ongelovigen dit eenvoudige basisprincipe van het Christendom hadden begrepen, dat waren zij niet door zo’n basispunt misleid.

Een andere tegenstelling vindt men tussen Eccl. 1:4: "Generaties gaan, generaties komen, maar de aarde zal altijd blijven bestaan" en Petrus 2, 3:10: "De dag van de Heer zal komen als een dief. De hemelsferen zullen die dag met luid gedreun vergaan, de elementen gaan in vlammen op, de aarde wordt blootgelegd en alles wat daarop gedaan is komt aan het licht." Hier zegt het Oude Testament dat de aarde voor altijd zal blijven bestaan, terwijl het Nieuwe Testament zegt dat de aarde uiteindelijk zal worden vernietigd. Hoe kunnen we dit met elkaar verzoenen? Eigenlijk is het eerder eenvoudig en opnieuw moeten wij dit zoeken in de geest waarin deze boeken zijn geschreven. Zo wijst Eccliasiastus op het verschil tussen de wereldse en godsdienstige kijk op wereld en het grootste gedeelte ervan is geschreven vanuit een werelds standpunt. Daarom vinden we er regels in als: "Men maakt maaltijden om te lachen en de wijn verheugt de levenden en het geld verantwoordt alles" (Eccl. 10:19). Maar op het einde van het boek, geeft de schrijver ons een wending, waarbij hij ons in volle wijsheid vertelt: "Alles wat u gehoord hebt, komt hierop neer: heb ontzag voor God en leef zijn geboden na. Dat geldt voor ieder mens." Wanneer de lezer ophoudt voor het einde ervan en dan de tegenstellingen in de kijker zet, dan heeft hij het dus verkeerd voor.

Alle overige tegenstellingen tussen het Oude en het Nieuwe Testament kunnen op dezelfde wijze worden verklaard. Diegenen die de inhoud verwarren, hebben geen oog voor het soort geschrift en weigeren ruimte open te laten voor een verstandige verklaring. Geen enkele nadenkende Christen zal zich hierbij dan ook verward voelen

4. Ik hoef niet naar de Kerk te gaan. Zolang ik een goed iemand ben: "dat is het enige wat telt."

Dit argument wordt dikwijls gebruikt en is heel oneerlijk. Wanneer iemand beweert dat hij "een goed iemand" is, dan bedoelt deze in feite dat hij "geen slecht iemand" is, slechte mensen in de zin van moordenaars, verkrachters en dieven. De meesten hoeven echt geen grote inspanning te doen om deze zonden te vermijden en daarachter schuilt hun hele denken: "met de minste inspanning er bij horen" en dit is niet een echt Christelijke houding.

Maar buiten deze mentaliteit is er een heel belangrijker reden waarom Katholieken naar de Kerk gaan, anders dan de "gewoonte". De Heilige Mis is de hoeksteen van onze geloofsbelevenis en het ontvangen van Jezus’ lichaam en bloed is de bron van alle leven voor de Katholieken, die geloven dat het brood en de wijn het ware lichaam van Jezus vertegenwoordigen. Het is niet enkel een symbolische God, maar een werkelijk lichamelijk aanwezige God voor ons, iets dat wij niet kunnen ervaren in het gebed alleen.

Jezus zei: "Daarop zei Jezus: ‘Waarachtig, ik verzeker u: als u het lichaam van de Mensenzoon niet eet en zijn bloed niet drinkt, hebt u geen leven in u." [Johannes 6:53-54]. Wij brengen eerbetoon aan Jezus opdracht en vertrouwen in Zijn belofte elke keer dan wij naar de Mis gaan.

Noch meer, de Heilige Communie, samen met de overige sacramenten, is enkel verkrijgbaar voor hen die zich in de Kerk bevinden, het zichtbare lichaam van Jezus hier op aarde. Als leden van de Kerk zijn onze levens nauw verbonden met onze broers en zussen die er deel van uitmaken. Onze persoonlijke relatie tot God is van fundamenteel belang, maar wij hebben ook de verantwoordelijkheid om als gelovige leden van Christus’ lichaam, naar Zijn woorden te leven en deze uit te dragen. Enkel een "goed persoon" zijn, is dus zeker niet genoeg.

5. U hoeft uw zonden niet te biechten bij een priester. U kunt onmiddellijk naar de Hemel gaan.

Het is volkomen begrijpelijk dat Protestanten hiertegen een bezwaar hebben omdat ze een verschillend begrip hebben over het priesterschap. Voor een Katholiek is deze stelling echter "teleurstellend". Een menselijke eigenschap is dat wij er niet van houden om aan andere mensen onze zonden te vertellen, en zo komt men met rechtvaardigingen om het niet te doen.

Het sacrament van de Biecht is er reeds vanaf het begin en zijn de woorden van Jezus zelf: "Nog eens zei Jezus: ‘Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie uit." Na deze woorden blies hij over hen heen en zei: "Ontvang de heilige Geest. Als jullie iemands zonden vergeven, dan zijn ze vergeven; vergeven jullie ze niet, dan zijn ze niet vergeven."

Vergeet ook niet dat Jezus aan Zijn apostelen de macht gaf om de zonden te vergeven. Uiteraard kunnen zij ook niet weten welke zonden er moeten worden vergeven, wanneer zij niet weten bij welke zonden wij betrokken zijn.

De praktijk van de biecht blijkt ook uit de Brief van Jacobus: "Laat iemand die ziek is de oudsten van de gemeente bij zich roepen; laten ze voor hem bidden en hem met olie zalven in de naam van de Heer. Het gelovige gebed zal de zieke redden, en de Heer zal hem laten opstaan. Wanneer hij gezondigd heeft, zal het hem vergeven worden. Beken elkaar uw zonden en bid voor elkaar, dan zult u genezen. Want het gebed van een rechtvaardige is krachtig en mist zijn uitwerking niet [Jacobus 5:14-16]."

Het is van belang te weten dat noch Jacobus, noch Jezus ons vertellen om onze zonden enkel aan God te biechten. Ook in al haar verschijningen roept Maria op tot de biecht via de priesters, omdat zij Jezus’ plaatsvervangers op aarde zijn. Er is dus eerder een denken dat vergiffenis enkel kan bekomen worden door een openbare bekentenis. En het is ook niet moeilijk om te begrijpen waarom: wanneer wij zondigen, onderbreken we niet enkel onze relatie met God, maar met Zijn Lichaam, de Kerk, daar alle Katholieken onderling verbonden zijn als kinderen van een gemeenschappelijke vader. Als wij ons dus verontschuldigen, moeten alle partijen hierbij worden betrokken: God en Zijn Kerk.

Stel u voor dat u in een winkel wandelt en iets van de goederen steelt. Later voelt u berouw en spijt over de zondevolle daad. Nu kunt u bidden tot God om u het breken van Zijn geboden te vergeven. Maar er is nog een andere partij bij betrokken: u moet de goederen teruggeven en uw zonde vergoeden.

Zo is het ook met de Kerk. In de biecht vertegenwoordigt de priester God en de Kerk, omdat wij tegen beiden hebben gezondigd. En enkel als de priester de woorden van de absolutie uitspreekt, is de vergiffenis volledig.

6. ls de Kerk waarlijk Jezus zou volgen dan moeten ze maar hun overvloedige kunstwerken, eigendommen en gebouwen verkopen en aan de armen geven.

Wanneer sommige mensen aan Vaticaanstad denken, dan is hun onmiddellijke indruk er een van een vermogend koninkrijk, volledig vorstelijk ingericht voor de paus en zijn entourage, waarbij het goud in elke hoek valt te rapen, om nog niet te spreken van de enorme verzameling onbetaalbare kunstvoorwerpen. Wanneer u op deze wijze de dingen beziet, dat is het gemakkelijk om denken dat mensen verbolgen raken over deze praalzucht en verkwistende vertoning van rijkdom.

De waarheid ligt enigszins anders. De hoofdgebouwen van het "Paleisé zijn niet gebouwd als buitensporig leefvertrek voor de Paus. In feite maakt de residentie maar een relatief klein gedeelte uit van het Vaticaan. Het grootste gedeelte van het bezit is bestemd voor doeleinden aan kunst en wetenschap, de officiële kerkadministratie en de leiding ervan in het algemeen. Een aanzienlijk aantal kerkelijke en administratieve aangestelden leven eveneens in Vaticaanstad en hierdoor wordt het een soort hoofdkwartier van de Katholieke Kerk.

Wat de imposante kunstverzameling betreft, die tot de mooiste der wereld behoort, moet dit gezien worden aan een "niet te vervangen verzameling kunstwerken", vaak geschonken en met eerder een enorme emotionele, dan geldelijke waarde. De paus is er geen eigenaar van en, zelfs indien hij dit zou willen, is hij niet gemachtigd om deze te verkopen. Ze zijn eerder toevertrouwd aan de Heilige Stoel. Deze kunstwerken voorzien de Kerk niet van weelde, integendeel, het kost veel geld om al dit kunstwerk te onderhouden.

Dichter bij de waarheid is dat het Vaticaan een eerder krappe begroting heeft. Waarom dan deze kunstwerken behouden? Hiervoor moeten we teruggaan naar de vroegere rol van de kerk als beschaafde wereldmacht. Precies zoals de monniken voorzichtig oude teksten optekenden opdat deze beschikbaar zouden zijn voor de toekomst, teksten die anders voor altijd verloren zouden gegaan zijn, blijft de Kerk doorgaan met het zorg dragen voor hun kunstwerken, zodat ze niet verloren gaan voor de toekomstige generaties. In de huidige "cultuur des doods" waar de term "beschaving" eerder een tegengestelde betekenis heeft, blijft de opvoedende taak van de kerk even belangrijk, misschien zelfs nog noodzakelijker dan ooit.

7. Ongenoegen is eigenlijk iets positief, daar we allen moeten openstaan voor nieuwe ideeën

Dit hoor je ook al dikwijls vandaag, vooraleer in het licht van de huidige schandalen in de kerk rond het seksuele misbruik. Iedereen wenst oplossingen te vinden voor onze problemen, maar sommigen gaan hierin zelfs zover dat ze buiten het gebied treden van de Katholieke godsdienst. Daarenboven zijn er heel wat mensen die de Kerk ervan beschuldigen te onbuigzaam te zijn in haar leer en zelfs iets nieuws niets wensen uit te proberen.

Maar de waarheid is de meeste hervormingsideeën helemaal niet nieuw zijn. Men kan het een beetje vergelijken met politiekers. Elke nieuweling in de politiek probeert het warm water uit te vinden, terwijl het warm water al lang is uitgevonden. Of bent u zo naïef om te denken dat men deze zaken binnen de Kerk nog niet heeft overwogen? De Kerk heeft gedurende gans haar bestaan niets anders gedaan dan voorzichtig ideeën te overwegen en te besluiten welke in overeenstemming met Gods wetten en welke niet. De kerk heeft wel degelijk alles onderzocht en voorzichtig haar basisprincipes van het geloof opgebouwd. Dit is de reden waarom er thans zo vele dwaalleren zijn, waarbij allen hun "heruitgevonden warm water" hoog inschatten. Het zijn precies deze punten die buiten de basisprincipes van ons geloof vallen.

De Kerk draagt een grote verantwoordelijk in het bewaren van de zuiverheid van het geloof en zal nooit "zomaar" iets verwerpen, zoals sommige afvalligen beweren, maar niemand zal ontkennen dat tweeduizend jaar ervaring, gebed en studie bovengeschikt zijn aan een of ander idool die denkt het "warm water" opnieuw te hebben uitgevonden.

Dit betekent echter niet dat de Kerk het over alles wat anderen aanbrengen oneens is. Er is steeds ruimte om de bespreken hoe we de waarheid beter kunnen uitdiepen, begrijpen. Zo kunnen er bijvoorbeeld vragen worden gesteld over hoe de opleiding van toekomstige priesters kan worden verbeterd, en zo verder, maar steeds binnen de richtlijnen van het geloof.

8. Strikt genomen veroordeelt de Bijbel homoseksualiteit niet, maar legt het eerder de nadruk op de seksuele moraal, zowel homoseksueel als heteroseksueel. Er is dan ook geen enkele reden om tegenstander te zijn van homeseksuele relaties.

Homoseksualiteit wordt in onze maatschappij meer en meer aanvaard en er is geen moed meer onder de Katholieken om het uitdrukkelijke Bijbelse verbod tegen homoseksualiteit te uiten, integendeel, men gaat allerhande reden aanhalen om te verklaren dat de Bijbel het niet verbiedt.

De boodschap van het verhaal is heel duidelijk. De mannen uit Sodom waren homoseksueel die gemeenschap wilden met de mannen in het huis van Lot. Lot bood hen zijn dochters aan, maar deze waren niet geïnteresseerd. Kort daarop werd Sodom door de Heer vernietigd als vergelding voor hun zonden, namelijk hun homoseksuele daden [Genesis 19:4-10]. Deze feiten worden nog eens herhaald in het Nieuwe Testament in Judas 1:7

Maar dit waren niet de enige voorbeelden uit het de Bijbel die homoseksualiteit verwierpen. In het Oude Testament staat er nog ondubbelzinnig vermeld: "u zult geen gemeenschap hebben met man als met een vrouw, want dit is verwerpelijk.' [Leviticus 18:22]. En deze vermeldingen zijn niet alleen voorbehouden aan het Oude Testament.

Daarom heeft God hen uitgeleverd aan onterende verlangens. De vrouwen hebben de natuurlijke omgang verruild voor de tegennatuurlijke, en ook de mannen hebben de natuurlijke omgang met vrouwen losgelaten en zijn in hartstocht voor elkaar ontbrand. Mannen plegen ontucht met mannen; zo worden ze ervoor gestraft dat ze van God zijn afgedwaald. [Romeinen 1: 26-27]

Maar dit is enorm moeilijk om aan de moderne Christenen uit te leggen. Hier is er niet enkel sprake van mannelijke gemeenschap of verkrachting. Paulus gaat hier in tegen elke vorm van homoseksualiteit [welke hij beschrijft als "onnatuurlijk", "schaamteloos" en "oneerbaar"]

Maar de liberale christenen verschuilen zich achter allerlei soorten verzinsels om hun daden goed te praten en het heeft weinig zin hiertegen in te gaan, want hun woede wordt nog groter. In plaats van aan zichzelf aan een gewetensonderzoek te onderwerpen, gaan ze de kerk aanvallen.

9. Katholieken moeten op alle gebied hun geweten volgen, zowel als het om zwangerschapsonderbreking, geboorteregeling of de wijding van vrouwelijke priesters gaat.

Dit is zo, de catechismus zegt duidelijk in alinea 1782: "De mens heeft het recht te handelen volgens zijn geweten en in vrijheid, ten einde persoonlijk morele beslissingen te nemen. De mens mag niet gedwongen worden om tegen Zijn geweten in te handelen. Maar men mag hem ook niet beletten om volgens zijn geweten te handelen, vooral niet in godsdienstige aangelegenheden". De vrije wil van de mens ligt aan de oorsprong van deze leer, maar dat betekent niet dat ons geweten vrij is van alle geweten of Gods wet mag negeren. Wanneer wij dit laatste niet respecteren is ons geweten "niet goed gevormd" [alinea 1793].De Catechismus verleent een grote verantwoordelijkheid aan het geweten van een persoon: Aanwezig in het hart van de persoon, legt het morele geweten hem op het juiste moment op, het goede te doen en het kwade te mijden. Het beoordeelt ook de concrete keuzen, door de goede te prijzen en de kwade aan te klagen. Het getuigt van het gezag van de waarheid met verwijzing naar het hoogste goed waardoor de menselijke persoon wordt aangetrokken en waarvan hij de geboden ontvangt. Wanneer de voorzichtige mens naar het morele geweten luistert, kan hij God horen spreken [alinea 1777].

Met andere woorden is geweten niet enkel "wat we denken dat goed is". Het is wat we beslissen goed te handelen op basis van wat we weten van de leer van God en de Kerk. Om zo’n beslissing te kunnen maken, hebben we de verantwoordelijkheid om deze leer de met uiterste voorzichtigheid te bestuderen en er over te bidden. De Catechismus heeft een sectie die volledig is gewijd aan de voorzichtige vorming van onze geweten en de belangrijkheid om de juiste beslissingen te nemen.

Zelfs na alles te hebben overwogen, goed of slecht, zijn we nog steeds verantwoordelijk voor ons handelen: "Het geweten maakt het mogelijk de verantwoordelijkheid voor de gestelde daden op zich te nemen" [1781]. Een goed gevormd geweten helpt ons te zien dat we verkeerd hebben gedaan en vergeving nodig hebben voor onze zonden.

Door een volmaakt geweten na te streven ervaren we eigenlijk een grote vrijheid, omdat we dichter komen tot Gods onmeetbare Waarheid. Het is geen last of iets wat er ons van weerhoudt om iets te doen: het is een gids die ons helpt te doen wat rechtvaardig en juist is: "De opvoeding van het geweten verzekert de vrijheid en verwekt de vrede van het hart." [1784].

10. Gezinsplanning is enkel de katholieke versie van geboorteregeling

Gezinsplanning of Natuurlijke Familie Planning (NFP) kent vele vijanden. Sommigen geloven dat het een onrealistisch alternatief zou zijn geboorteregeling [waarvan ze niet denken dat deze zondig is], terwijl anderen denken dat het even slecht is geboorteregeling. NFP moet de dunne lijn bewandelen tussen beide extremen.

Eerst en vooral is het hoofdprobleem van geboorteregeling dat het de natuurlijke werking van het lichaam tegengaat, en de natuur in ieder geval. Het beoogt de daad [seks] te scheiden van de gevolgen [zwangerschap], waarbij het er voornamelijk om te doen is om de lusten te verhogen, terwijl NFP, wanneer het voor de juiste reden wordt aangewend, meer een instrument is om in overweging te nemen of een koppel de middelen heeft [financieel, emotioneel en lichamelijk] om een kind te aanvaarden in hun leven, waarbij voorzichtig de levenssituatie in acht wordt genomen door dit onder elkaar te bespreken en vooral, door gebed. Eerder dan zich volledig van seks te onthouden, begint men beter alle facetten er rond te begrijpen.

Zij kiezen voor NFP met als reden dat zij het zich niet meer kunnen veroorloven of omwille van gezondheidsrisico's en dit zijn perfect gerechtvaardige redenen om aan NFP te doen: het is betrouwbaarder en de kerk laat het toe.

Nog anderen beweren dat alle controle over de grootte van het gezin hetzelfde is als "God spelen" en verkiezen Zijn voorzienigheid hierin. Het is waar dat wij op God moeten vertrouwen en altijd het leven moeten aanvaarden dat Hij ons zendt, maar wij hoeven niet volledig afhankelijk te zijn op dat gebied, want Zijn wil heeft er ook voor gezorgd dat er zoiets kan bestaan als NFP.

11. Iemand kan voor abortus zijn en tegelijkertijd katholiek zijn

De catechismus neemt elke tijfel weg over abortus: het is gelijk aan moord en valt onder misdaad tegen het vijfde gebod: "u zult niet doden."

"Het menselijk leven moet volstrekt geëerbiedigd en beschermd worden vanaf het moment van de conceptie. Vanaf het eerste ogenblik van zijn bestaan moeten de rechten van de persoon voor elk menselijk wezen erkend worden, waaronder het onschendbaar recht op het leven, een recht dat aan elk onschuldig wezen toekomt." [2270]

Vanaf de eerste eeuw heeft de kerk voorgehouden dat elke opzettelijke abortus ("abortus provocatus") een moreel kwaad is. Dit onderricht is nooit veranderd. Het blijft een vaste leer. De rechtstreekse vruchtafdrijving, die als doel of als middel gewild wordt, is ernstig in strijd met de zedenwet. [2271]

"De formele medewerking aan abortus is een zware zonde. De kerk bestraft deze misdaad tegen het menselijk leven met de kerkelijke straf van excommunicatie: "Wie vruchtafdrijving bewerkt met daadwerkelijk gevolg, loopt een excommunicatie van rechtswege op door het feit zelf dat hij het misdrijf begaat en volgens de voorwaarden bepaald door het kerkelijk recht. Hiermee wil de kerk niet het terrein van de barmhartigheid inperken. Maar wel maakt ze hiermee duidelijk hoe zwaar deze misdaad is en hoe onherstelbaar de schade, toegebracht aan het onschuldige slachtoffer, aan zijn ouders en aan de hele samenleving." [2272]

Ik denk dat alles hiermee duidelijk is, hoewel sommigen zullen beweren dat "pro-choice" niet betekent dat men het eens is met abortus: velen denken dat abortus verkeerd is, maar willen hun mening niet opdringen aan anderen. Hier wordt terug het argument aangehaald: "wat voor u als waar geldt, geldt daarom niet als waar voor mij." Maar ook hier heeft de kerk een antwoord op:

"De onvervreemdbare rechten van de persoon moeten door de burgerlijke samenleving en de politieke overheid erkend en geëerbiedigd worden. De mensenrechten hangen niet af van de individuele persoon en evenmin van de ouders; ze zijn evenmin concessies van de gemeenschap en van de staat; ze behoren tot de menselijke natuur en zijn inherent aan de persoon, omwille van de scheppingsdaad, waarin de persoon zijn oorsprong vindt. Onder deze fundamentele rechten moeten wij vermelden: het recht op leven en op fysieke integriteit van elke mens, vanaf zijn conceptie tot aan zijn dood." [2273]

"Ergernis is de houding die of het gedrag dat anderen ertoe brengt om kwaad te begaan. Degene die aanstoot geeft, wordt een verleider voor zijn naaste. Hij tast zowel de deugd als de rechtschapenheid aan; hij kan zij n broeder meetrekken in het geestelijk verderf. De ergernis is een zware zonde, als men door handeling of een verzuim een andere persoon vrijwillig tot een zware zonde brengt."

De Kerk is krachtig en duidelijk tegen abortus en wij als katholieken moeten hier achter staan.

12. De herinneringen van de mensen over hun vorige levens bewijst dat reïncarnatie waar is en dat de visie van de Katholieken over hemel en hel niet waar zijn.

Het paranormale bekoort en daarom zien we ook een toename van beweringen van "herinneringen over een vorig leven". Inderdaad, er bestaan organisaties die u onder hypnose helpen om u door uw "vorige levens" te leiden.

Terwijl dit voor sommigen overtuigend lijkt, is het zeker niet gemeen met de techniek van hypnose. Sinds het begin weten wetenschappers dat patiënten onder een diepe hypnose verzonnen verhalen en herinneringen door elkaar weven en deze feiten worden daarna ook bevestigd. Ernstige therapeuten zijn zich bewust van dit fenomeen en overwegen voorzichtig wat hun patiënten vertellen onder hypnose.

Ook in al haar verschijningen is Onze Lieve Vrouw formeel: "De ziel kent maar drie bestemmingen na het leven hier op aarde: hemel, vagevuur of hel. Opties zoals geen bestemming van de ziel of reïncarnatie bestaan niet, ze bestaan enkel in de fantasie van de mensen. Een mens wordt maar één keer geboren op aarde en een ziel gaat nooit verloren."

In verband met dit laatste verwijs ik naar Maria’s woorden in Medjugorje over "de bestemming van de ziel" welke u kunt terugvinden in de rubriek "overige weetjes" in de rechterkolom.


21-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Anneliese Michel [2]
Anneliese Michel [2]

De audiotapes [met onderschriften]


Deel 1


Deel 2


Deel 3


Deel 4


Deel 5


Deel 6


Deel 7


Deel 8


Deel 9


deel 10


20-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Anneliese Michel [1]
Anneliese Michel [1]


Anneliese Michel, geboren te Leiblfing, 21 september 1952 en overleden te Klingenberg am Main op 1 juli 1976, was een Duits meisje, die geloofde dat ze onder invloed was van diverse demonen. Ze groeide op in een katholiek milieu en stond bekend als lief en vrolijk.

Op haar zestiende werd Michel opgenomen in het ziekenhuis na een aantal black-outs en werd door medici epilepsie als diagnose gesteld. Na een tijdje begon ze depressief en vreemd gedrag te vertonen, waaronder het vermijden van afbeeldingen van Jezus Cristus. In de jaren daarop ging haar toestand sterk achteruit. Daarbij begon ze demonische schepselen waar te nemen. Na een periode weigerde ze al het voedsel dat haar werd voorgezet. In plaats daarvan dronk ze haar eigen urine en begon ze vliegen en spinnen te eten. Uiteindelijk stierf ze aan een longontsteking, in combinatie met ernstige ondervoeding en uitdroging

Nadat alle medische hulp die was ingeroepen niet bleek te werken, werd de hulp van twee priesters ingeroepen voor een exorcisme als laatste toevlucht, maar dit mocht ook niet baten. Haar ouders en de priesters werden veroordeeld tot nalatigheid en kregen zes maanden voorwaardelijke gevangenisstraf.

Er werden twee films gebaseerd rondom het leven van Michel: "The exorcism of Emily Rose" [2005] en "Requiem" [2006]

Wanneer begon Anneliese vreemd gedrag te vertonen?


In 1968, op 17-jarige leeftijd en toen ze nog middelbare school liep, begon Anneliese stuiptrekkingen te krijgen. Uit het gerechtelijk onderzoek bleek dat ze haar eerste aanval van epilepsie kreeg in 1969. Het was een neuroloog in een psychiatrische kliniek in Wurzburg die deze diagnose stelde. Ze kreeg duivelse ervaringen tijdens het bidden en kreeg ook stemmen te horen die zeiden dat ze vervloekt was. Het gerecht besloot dat Anneliese tegen 1973 leed aan een ernstige depressie en zelfmoordneigingen. Haar ouders waren er in 1975 van overtuigd dat ze bezeten was en besloten om haar te onttrekken van de dokters uit de psychiatrische kliniek. Ze verkozen om zich voortaan enkel te verlaten op exorcisten. Volgens de Engelse krant Daily Telegraph zou Anneliese aan schizofrenie geleden hebben en zou er een eventuele behandeling mogelijk geweest zijn.

Wie stelde het eerste vast dat Anneliese was bezeten?

Dit gebeurde door een oudere dame die Anneliese vergezelde op een bedevaart. Zij merkte op dat Anneliese een beeld van Jezus vermeed en weigerde water te drinken van een Miraculeuze Bron. Er hing ook een walgelijke, helse stank rond haar lichaam. Een priester van een nabijgelegen dorp [Ettleben] onderzocht Anneliese en kwam tot het besluit dat ze bezeten was door duivels. Nadat twee eerdere verzoeken werden verworpen, stemde de plaatselijke bisschop uiteindelijk in met de uitdrijving.


Welke priesters voerden de uitdrijving uit?

De priesters Arnold Renz en Ernst Alt werden door de Bisschop van Wurzburg, Jozef Stangl, aangeduid om de uitdrijving uit de voeren. Het Romeins Rituaal is een liturgisch boek dat verschillende rituelen bevat die niet opgenomen zijn in het Missaal of het Brevier. Hiertoe behoren onder andere de bediening van de sacramanten, met uitzondering van de eucharistie, en het uitvoeren van exorcismen. De eerste editie van het Romeins Rituaal dateert van 1614 toen de in verschillende ritualen vastgelegde riten in één boek werden gebundeld. Deze bleef tot 1952 ongewijzigd. Onder invloed van het Tweede Vaticaanse Concilie werd het Romeins Rituaal in verschillende landen ook in de volkstaal vertaald.

Vader Arnold Renz was eerder missionaris in China en Ernst Alt was pastoor in een nabijgelegen parochie. Over een periode van tien maanden voerden zij 67 uitdrijvingen uit, soms tot tweemaal per week. Sommige uitdrijvingsrituelen duurden tot vier uur.

Zag Anneliese Michel werkelijk de gezichten van de duivels, die van haar bezit hadden genomen, op de mensen rondom haar?

Naargelang Anneliese Michel er meer en meer van overtuigd raakte dat zij bezeten was begon zij de aangezichten van de duivels, die van haar bezit hadden genomen, te aanschouwen op de dingen en mensen rondom haar.

Welke duivels hadden bezit genomen van Anneliese?

Anneliese was ervan overtuigd [Anneliese had ook momenten van normaal gedrag, zoals dit meestal het geval is bij bezeten mensen] dat ze bezeten was door verschillende demonen, waaronder Lucifer, Judas Iskariot, Nero, Caïn, Hitler en Fleischmann [een in ongenade gevallen priester uit de zestiende eeuw]. Ze somde ook nog een aantal andere vervloekte zielen op die zich via haar openbaarden.


Stond de moeder van Anneliese, Anna, achter het maken van de films?

Neen. Anneliese's moeder stond hier helemaal niet achter: "Ik wens deze niet te zien en ik wil er niets over weten." Tegen de tijd van het maken van beide films was ze rond de tachtig haar. De vader van Anneliese overleed zes jaar eerder.

Is het mogelijk dat de film "The exorcist" enige invloed heeft gehad op haar?

De film "The exorcist" van William Friedkin werd in 1974 uitgebracht in Duitsland, twee jaar voor de opnamen van de uitdrijving en de stem van het meisje heeft wel veel weg van het grommende, ruwe en onaardse stemgeluid van Linda Blair, de hoofdactrice uit de film. Daarom hebben er velen het vooroordeel gehad dat het meisje gewoon nabootste wat ze gezien had in de film, als ze de film al zou gezien hebben. En inderdaad, na het uitbrengen van "The exorcist" ontstond er rond de film een soort hysterie in Duitsland en ook de psychiaters bemerkten toen een toename van hun aantal patiënten, maar dit verklaart niet het gedrag van Anneliese uit de jaren vóór 1974, waarin ze reeds ontelbare keren gedragingen toonde die gelijkaardig waren aan deze van bezetenheid.

Welk ander verontrustend gedrag vertoonde Anneliese?

Anneliese had heel verontrustende gedragingen. Zo likte ze haar eigen urine op en begon ze vliegen, spinnen, tot zelfs steenkool op te eten. Zij beet de hoofden af van dode vogels. Zo kroop ze ooit onder tafel en blafte zij gedurende twee dagen als een hond. Meerdere malen hoorden men haar uren door de muren heen huilen. Het scheuren van haar kledij en het urineren op de vloer werd intussen een gewoonte. Op een dag tilde ze haar zus op en wierp haar tegen de grond en dit zonder enige moeite. Anneliese had een kracht die ongekend was voor een meisje van haar leeftijd. Ook bespuwde ze en vernietigde ze Christusbeelden.

Heeft de uitdrijving enig lichamelijk letsel achtergelaten bij Anneliese?

Uiteraard. Anneliese onderging 67 rites gedurende 10 maanden. Meer dan 600 malen zat ze hierbij geknield en dit had zijn gevolgen voor de ligamenten van de knieën die scheurden. Feitelijk waren het echte "knievallen", waarbij ze met beide knieën telkens op de grond terechtkwam. Op 30 juni 1976, de laatste uitdrijving voor haar dood, was ze te zwak en te uitgemergeld en haar ouders hielpen haar bij de bewegingen.


Was er een dokter aanwezig tijdens de uitdrijvingen?

Neen, rond Pasen, wanneer Anneliese overleed, weigerde Anneliese elk eten en drinken en haar uitbarstingen werden uiterst gewelddadig. Er werden geen dokters bijgeroepen. Dit argument heeft de aanklager aangehaald tijdens het proces tegen de vier mensen die terechtstonden [Vaders Arnold Renz en Ernst Alt en de ouders]: indien men er dokters had bijgehaald zou Anneliese nog hebben geleefd. Anneliese's zuster getuigde echter tijdens het proces dat zij weigerde om nog iets te maken hebben met instellingen, omdat ze zou worden gedwongen tot het nuttigen van medicatie en kunstmatige voeding. In haar boek, The Exorcisme of Anneliese Michel, legt de schrijfster, Prof. Felicitas D. Goodman, uit dat Anneliese meer dan waarschijnlijk helemaal niet leed aan epilepsie en dat de geneesmiddelen die Anneliese diende te nemen de symptonen integendeel nog veel erger maakten. Het proces was echter vooringenomen. Waarom heeft men nooit de dokters op de beklaagdenbank gezet?

Zo bestudeerde Dr. Theo Wber-Arma, een Zwitserse specialist, het volledige medische dossier en ontdekte feiten die werden verzwegen op het proces en onthulde hij dat Anneliese driemaal een elektro-encefalografie [EEG] onderging. Telkens werd epilepsie als diagnose gesteld, maar ze kreeg gedurende vele jaren medicatie zoals Zentropil en Tegredol, terwijl deze enorme neveneffecten hebben die het organisme vernietigen. Deze specialist laat er geen twijfel over bestaan dat dit Anneliese zodaning heeft uitgeput dat dit tot haar dood heeft geleid. Volgens zijn mening waren dan ook de dokters verantwoordelijk voor een verkeerde diagnose en behandeling en hadden zij in werkelijkheid moeten terechtstaan.

Waarom weigerde Anneliese Michel te eten?

Dit is iets wat door sceptici wordt verzwegen, omdat het ook door hen niet wordt begrepen. Anneliese heeft een brief geschreven waarin ze verklaarde dat zij de Heilige Moeder Maria had gezien die haar het volgende voorstel deed: ofwel zou ze op haar vraag onmiddellijk worden bevrijd van alle demonen, ofwel zou ze in haar toestand blijven om zo aan de hele wereld te tonen dat de duivel met al diens gevaren werkelijk bestaat en dit met het oog om andere zielen te redden. Anneliese koos zonder te twijfelen voor Maria's  advies om als voorbeeld te dienen voor de andere mensen.


Onze Lieve Vrouw had het meisje ook verteld dat ze kort voor haar dood zou worden bevrijd en zou sterven in een staat van genade. Zij had ook het tijdstip van haar dood opgegeven. Hierop vroeg ze om de uitdrijvingen te stoppen en om middernacht 1 juli 1976 viel het meisje in slaap. De demonen verlieten haar lichaam en Anneliese stierf vredig, precies op het tijdstip dat ze had voorspeld. Het kind werd nooit meer wakker.

Ook had het meisje eerder al, op 24 oktober 1975, neergeschreven dat ze van Jezus de volgende woorden had ontvangen: "Uw leiden en treuren en het gebrek aan begrip vanwege de anderen zullen dienen om andere zielen te redden."

Het meisje begreep, ondanks de situatie waarin zij zich bevond, beter dan de anderen, waartoe haar lijden diende. Kort voor haar dood probeerde zij dit ook uit te leggen: haar lijden diende als aflossing voor de zonden van de verdwaalde jeugd en de afvallige "moderne" priesters. Het meisje was ondanks haar bezetenheid, diep verenigd met Jezus, en weigerde elk voedsel omwille van wat Jezus haar had verteld.

Wat was de officiële doodsoorzaak?

Onmiddellijk na haar dood werd er een lijkschouwing uitgevoerd, waarin werd vastgesteld dat het meisje was bezweken aan de gevolgen van ernstige uitdroging en ondervoeding, een longonsteking en uitzonderlijke hoge koorts. Op het ogenblik van haar dood woog Anneliese nog amper 30 kilogram.

Wie was de figuur Fleischmann, waardoor Anneliese ondermeer bezeten was?

Valentin Fleischmann was een Duitse priester uit de parochie Ettleben. Hij staat genoteerd in de boeken van de parochie en zo ontdekte priester Ernst Alt wie hij ooit was. Ernst Alt werd er parochiepriester in 1974. Ettleben ligt nabij Klingenberg, waar Anneliese leefde. Hij vond de parochiekerk in een uiterst slechte staat en gaf het bevel om de kerk te laten herstellen. Toen hij de oude boeken doorkeek, stootte hij onverwacht op de naam van Valentin Fleischmann, die in Ettleben priester was van 1572 tot 1575. Hij stond er genoteerd als een "concubinarus" en "vina addictus" of met andere woorden een vrouwenloper en een dronkaard. Hij was ook een moordenaar die ooit een man in zijn eigen pastorie doodsloeg. Hij sloeg ook ooit één van zijn "concubines" zo hard, dat ze maandelang diende behandeld die worden in Wurzburg. Volgens de ene bron had hij vier kinderen, volgens de andere zes. De grafsteen van één van zijn dochters, Martha, is in Ettleben nog steeds te bezichtigen, rechtover het oudste gebouw van het dorp.

Op een avond, in de herst van 1975, kwam de priester bij Anneliese voor een volgende sessie en onder de pauze sprak hij toevallig met andere aanwezigen over enkele slechte personen in de geschiedenis van Ettleben, waarbij hij ondermeer de naam van Fleischmann vernoemde. Hij zei ook dat hij absoluut niet graag zo zou worden. Dit gesprek kwam er toevallig maar onmiddellijk reageerde Anneliese heel woest als zij de naam "Fleischmann" hoorde uitspreken. Twee weken later onthulde Fleishmann zich via Anneliese als de "zesde persoon" waardoor zij bezeten was. Zij kende alle details van zijn leven en priester Ernst Alt, die nooit over deze details had gesproken en de archieven direct naar het bisdom had opgestuurd, was hierdoor enorm aangegrepen.


Wat waren de laatste woorden van Anneliese?

Voor zij overleed sprak Annielese nog de volgende woorden uit:

- tot de excorcisten: "Ik smeek om vergiffenis."
- tot haar moeder Anna: "Moeder, ik heb angst."

Werd Anneliese godsdienstig opgevoed?

Ja, zij en haar drie zusters zijn opgegroeid binnen een streng katholieke omgeving. Haar vader Jozef had eerder het seminarie gevolgd en drie van haar tantes waren kloosterzusters.

Een heel eigenaardig feit is een eerdere gebeurtenis in het leven van haar Moeder dat in heel het leven van Anneliese een verdere rol zou blijven spelen: Vier jaar vooraleer Anneliese werd geboren had haar moeder immers het leven geschonken aan een onwettig kind, Marthe. Haar moeder was hierover diep beschaamd en moest tijdens haar huwelijk een zwart hoofddoek dragen hiervoor. Van toen Anneliese klein was pompte haar moeder het bij het kind in dat zij boete moest doen voor de zonde van onwettige kinderen. Toen Anneliese's zuster, op achtjarige leeftijd, overrleed aan een niertumor, nam het verlangen van Anneliese om boete te doen voor haar moeder alleen maar toe.

Toen ze groter werd, voegde zij hierbij nog de boete voor de zonden van anderen aan toe. In haar tienerjaren sliep zij op een stenen vloer voor de zonden van de verdwaalde priesters en drugsverslaafden. Ze sprak hierover zelfs tot kort voor haar dood. Aan de universiteit van Wurzburg hingen posters van heiligen, was er steeds wijwater aanwezig en bad zij regelmatig de Rozenkrans.

Had Anneliese ooit een relatie?

Ja, toen ze haar studies hervatte leerde ze Peter kennen. Ze was gelukkig en haar gedrag was zoals elk jong meisje dat verliefd is, doch door haar toestand probeerde ze Peter niet te veel bij alles te betrekken, maar Peter hield vol. Hij troostte haar dikwijls en bleef bij haar tot het einde van haar leven. Hij was onverschrokken, ook al keek ze hem vol haat aan en schreeuwde ze hem toe als een beest. Maar Peter wist dat het Anneliese niet was en bleef haar steunen tot het einde.

Was Anneliese bezeten?

In 90% van de gevallen van bezetenheid is de persoon er zelf verantwoordelijk voor [door occultisme, enz...], maar hiervan was in haar verleden geen enkel spoor te vinden. Vader Arnold Renz denkt daarom dat het inderdaad een bezetenheid was als aflossng voor andermans zonden: "Ze had zo'n verschrikkelijke angst dat je dacht dat je zelf in het midden van de hel was. Jezus onderging iets dergelijk op de Olijfberg, maar veel erger. Hij nam al de zonden van de wereld op zich. Dat was ook de enige troost die we haar konden geven. Na een uitdrijving kan een persoon terug tot een normale toestand komen, de communie ontvangen en toch verder bezeten blijven. Niemand wil bezeten blijven en elke persoon wenst een vrije wil te hebben. Het was ook daarom dat de kerk werd benaderd. Behalve bij een fundamenteel slecht persoon, neemt de duivel nooit bezit van iemands ziel, enkel van diens lichaam. Doodzonden nemen de ziel over, maar door een echte daad van berouw, wordt de persoon hiervan bevrijd. Een commissie van de Duitse bisschoppenconferentie heeft later verklaard dat Anneliese niet bezeten was.

Welke straffen werden er uitgesproken op het proces?

De openbare aanklager hield in zijn pleidooi aan dat Anneliese's dood kon worden vermeden door medische hulp te vragen, ondanks het feit dat het meisje zelf geen medische hulp meer wou. Pastoor Ernst Alt en Vader Arnold Renz, zowel als de beide ouders werden door deze nalatigheid veroordeeld tot onvrijwillige doodslag.

Het proces begon op 30 maart 1978 en kreeg enorme belangstelling. Voor de rechter verklaarden de dokters dat Anneliese niet bezeten was, alhoewel dr. Richard Roth, die opgeroepen was door Pastoor Ernst Alt, heeft verklaard dat er geen enkel medisch middel bestaat tegen een bezetenheid door de duivel. Hij liet deze getuigenis optekenen op 30 mei 1976 en het was de enige dokter die getuigde dat Anneliese wel degelijk bezeten was.

De priesters werden verdedigd door advocaten die betaald werd door de kerkelijke overheid. De verdediging van de ouders haalde aan dat een exorcisme wettig is en dat de Duitse grondwet de burgers beschermt in het onbelemmerd uitoefenen van hun godsdienst.

De verdediging liet de opnamen horen, waarin zelfs te horen valt hoe de duivels ruzie maken onder elkaar. Ook was er Latijn, Grieks en Hebreeuws te horen op de tapes. De priesters waren er dan ook van overtuigd dat het meisje bezeten was, omdat ze geen kennis had van deze talen.

Allen werden uiteindelijk veroordeeld tot een voorwaardelijke celstraf van zes maanden. Deze uitspraak was strenger dan verwacht, want de openbare aanklager vroeg enkel dat ze schuldig zouden worden bevonden, maar niet gestraft. De zaak staat nu algemeen bekend als de "Klingenbergzaak".

Waarom werd Anneliese's lichaam terug opgegraven?

Voor het proces vroegen de ouders de toelating om de resten van Anneliese terug op te graven. De reden hiertoe was een verklaring van karmelietenzuster uit het Allgäu district die aan de ouders had verteld dat ze in een visioen had gezien dat het lichaam van hun dochter nog steeds ongeschonden was en dat zulks een bewijs zou zijn van het bovennatuurlijke karakter. Als offciële reden gaven de ouders aan dat hun dochter in de vlugte in een goedkope kist werd begraven. Bijna twee jaar later, op 25 februari 1978, werd het lichaam heropgegraven en in een nieuwe, eiken kist begraven. De wetsdokters verklaarden dat het lichaam in normale staat van ontbinding was, hoewel niemand van de familie, noch de priesters ooit tot het mortuarium werden toegelaten. Ook zijn er geen enkele foto's hierover vrijgegeven.

Anneliese's begraafplaats

Anneliese werd begraven naast haar onwettige zuster Marthe en ondanks het negatieve advies van de commissie van theologen blijven de pelgrims, vooral uit Nederland, toestromen. De toestand vandaag in Klingenberg is dat de inwoners niet graag over de zaak praten. "Het stadje leeft in schaamte," zegt Christiana Metzler, die in een plaatselijke toeristenkantoor werkt. "Ik volgde klas in dezelfde school als Anneliese en heel wat dingen werden verzwegen. De mensen wensen er niet over te praten, maar er leeft wel een gevoel onder de bevolking dat de ouders fouten hebben, niet zozeer door het exorcisme, maar door het strenge katholiscisme.

De huidige priester van Klingenberg, pastoor Dieter Feineis: "ik zou geen exorcisme hebben uitgevoerd, maar de moeder Anna Michel blijft ervan overtuigd dat het de juiste beslissing was."


Was de dood van Anneliese het werk van satan?

Dit is een vraag welke de limieten test tussen het geloof en de wetenschap, maar voor Anneliese's moeder, die vanuit haar huis neerkijkt op de begraafplaats van haar dochters, is er geen twijfel: "Ik dank de pelgrims die haar graf komen bezoeken, want elke dag wordt er aan het graf gebeden voor dit jonge meisje dat haar leven opofferde voor de andere zondaars en dit sterkt hen om hen over te laten op Gods wil."

Video's [niet voor gevoelige zielen]

Beelden met uittreksels uit de geluidsbanden en de heropgraving van het lichaam


Het verhaal van Anneliese Michel (deel 1)


Het verhaal van Anneliese Michel (deel 2)



19-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De vijf pijlers van het geloof
De vijf pijlers van het geloof

In de ruim 27 jaar dat Maria aan de kinderen van Medjugorje verschijnt, heeft ze het in Haar gesprekken steeds gehad over de vijf pijlers van het geloof: ‘Zoals de kleine David de reus Goliath overwon met een slinger en 5 stenen, zo kunnen we op dezelfde manier de vijand overwinnen door de 5 hoofdboodschappen van Maria:

1. Gebed

Reeds van bij de tweede verschijning heeft de Heilige Maagd aangespoord om de gebeden van de kinderen, zeven keer het Onze Vader, het Weesgegroet en het Eer aan de Vader, te bidden. Zij vroeg hen kort daarop hierna de Geloofsbelijdenis of het Credo, het beste gebed van allemaal, aan toe te voegen. Bij deze gelegenheid leerde Zij hen samen twee rozenhoedjes te bidden als voorbereiding op de Eucharistie, en als dankzegging ook nog eentje na de Heilige Mis. Herhaaldelijk heeft Zij de kinderen verteld dat de mensen dikwijls vergeten te danken.

Zij legde uit dat zonder gebed het geloof niet levendig kan blijven en omdat vele gelovigen niet bidden, vroeg Zij de zieners om iedereen tot gebed uit te nodigen. De Heilige Maagd zegt dat ze onze gebeden nodig heeft, omdat Zij zonder deze gebeden het plan niet kan verwezenlijken, waarvoor God Haar heeft gezonden. Onze-Lieve-Vrouw spoort iedereen aan om tijdig te stoppen met het gebed, om niet te laat te komen voor de Heilige Eucharistie.

Vader Jozo vertelde aan een groep pelgrims: ‘Uw familie is als een woestijn zonder enig water. Jullie hebben mensenrechten, werk, velen van u hebben geld, maar de Zegen van God hebt u niet. Waarom is er zoveel pijn in uw familie? Waarom heerst er geen vreugde? Wanneer ontstond deze woestijn? Toen u het besluit maakte dat er geen tijd is om te bidden, ging het licht uit in uw familie.’

Als een moeder houdt Onze Lieve Vrouw nooit op om Haar kinderen de dingen te vertellen die ze nodig hebben voor de rest van hun leven. Zijn vraagt ons te bidden met het hart, omdat God de harten ziet.

2. Vasten

Het werd voor de eerste keer vernoemd toen de zieners voor de genezing van de kleine Danijel Setka baden. Onze Lieve Vrouw heeft eerst met droefheid toegegeven dat de praktijk van het vasten bijna volkomen uit de kerk verdwenen was en vervolgens heeft zij uitgelegd dat men iedere vrijdag, en kort daarna voegde Zij hier iedere woensdag aan toe, op water en brood zou moeten vasten. De jongeren hebben begrepen dat het vasten, samen met het gebed, absoluut noodzakelijk is voor de bekering en dat het eveneens het sterkste wapen is in de strijd tegen satan. Onder vasten wordt ook verstaan het afstand doen van verschillende slechte gewoonten, zoals het overmatig drinken van alcohol, het bekijken van nutteloze televisieprogramma's of het leiden van een losbandig leven, om vervolgens meer tijd voor God te reserveren. Tijdens een verschijning heeft Maria gezegd dat in het algemeen het vasten niet met liefdadigheid verward mag worden.

In elk openbaar gebouw vinden we brandblussers en in elk huis zijn er aspirientjes tegen de hoofdpijn. Vasten is zoals een brandblusser of een aspirine. We kunnen het gebruiken om de vijand binnen ons, binnen de familie, de gemeenschap of de kerk te bestrijden. Maria zegt: "Door gebed en vasten kan je oorlogen stoppen en kan je zelfs de wetten van de natuur doen stoppen." Wij schenken niet voldoende aandacht aan deze boodschap! Dit betekent dat rampen zoals aardverschuivingen en aardbevingen kunnen vermeden worden indien er iemand in een bedreigd dorp enkel zou vasten.

Deze boodschap is eveneens van toepassing op de natuurwetten van ons lichaam. Zo is er het verhaal van een verpleegster die erg in zonde leefde. Met elke man die haar pad kruiste had ze te doen. Ook al was ze als kind gedoopt, ze had geen geloof. Ze ging als kind naar de catechese, maar was alles vergeten. Er was geen God in haar leven. In het hospitaal waar ze werkte was er een dokter die Medjugorje had bezocht en zich radicaal had bekeerd. Toen hij terug thuis was besloot hij met het hart naar de boodschappen te leven. Hij zag dat de arme verpleegster hulp nodig had en hij besloot om te vasten voor haar bekering. Dit duurde vier jaar lang.

Op een dag, in diepe wanhoop, besloot ze om zelfmoord te plegen. Als verpleegster kende ze de juiste hoeveelheid medicatie die ze hoefde te nemen om haar dood te veroorzaken. Ze nam de pillen en ging naar bed, wachtend op haar dood. Maar de morgen daarop werd ze perfect gezond wakker. Ze voelde zelfs geen negatieve effecten. Het was alsof ze melk gedronken had voor het slapengaan. Zij was zo geschrokken van het feit dat ze nog leefde dat de volgende gedachte onmiddellijk bij haar opkwam: ‘Iemand wil dat ik blijf leven.’ Ze dacht verder na: ‘Misschien is het God die wil dat ik blijf leven’ en ze begint zich verder vragen te stellen: ‘Waarom wil God dat ik blijf leven?’ en daarop kwam ze tot de kern van alles: ‘Misschien houdt God van mij’.

Ze ging opnieuw naar het werk en voelde dat ze dit verhaal moest vertellen aan haar dokter. Pas dan herkende de dokter het effect van zijn vasten. Door zijn vasten, stond God toe om mirakels te verwezenlijken in het leven van de verpleegster. En zo sprak de dokter tot haar over God. Hiervoor zou ze alles met betrekking tot God verworpen hebben, maar na dit incident stond haar hart open voor Gods barmhartigheid. Ze verstond onmiddellijk dat door het vasten van haar dokter, de natuurlijke chemische wetten die normaal zouden hebben plaatsgehad binnen haar lichaam, werden opgeheven. De dokter vertelde haar: ‘Ga naar Medjugorje’ en ze ging naar Medjugorje en Onze Lieve Vrouw toonde Haar enorme liefde voor haar en verscheen zelfs aan haar. Ze kon maar niet geloven dat de Moeder van God zich aan haar, zo’n onzuiver iemand, zou manifesteren. De verpleegster voelde een diepe liefde voor Maria en ging te biechten. Ze biechtte al haar zonden en vanaf die dag veranderde haar leven. Nu draagt ze Haar boodschappen uit en herhaalt ze: ‘ik ben geboren in Medjugorje.'

Vasten herinnert er ons steeds aan om ons voor God in te zetten en zijn wil te volbrengen. Denk aan Jezus in de Bijbel. Elke episode in Zijn Leven toont ons Zijn Vader’s voorzichtige voorbereiding van Zijn Zoon voor het Kruis. Zijn doopsel in de Jordaan is het begin van Jezus’ openbare leven. In plaats van recht naar het volk toe te gaan, werd hij door de Heilige Geest naar de woestijn geleid waar hij gedurende veertig dagen vastend verbleef. Op het einde van deze periode probeerde satan om Jezus drie maal te verleiden en zijn gehoorzaamheid tot de Vader uit de dagen. Door zijn vasten werd Christus voorbereid op dit openbare leven om zo het Plan van Zijn Vader te verwezenlijknen. En zo krijgt iedereen een speciale opdracht door het vasten, zelfs priesters.

3. De Bijbel

In het land van Herzegovina was het communistische regime absoluut geen voorstander voor het promoten van de Bijbel binnen de families. Voor de gelovigen was het dus een bezit van een onschatbare waarde, maar een ‘verborgen’ bezit. Eigenlijk was de vervolging zo erg dat de meeste families hun Bijbel gewoon verbrandden. In het grootste geheim, op één of meerdere tijdstippen van het jaar, namen ze het risico om de Bijbel uit de verborgen plaats te halen en met diepe eerbied sommige gedeelten te lezen. Sommige mensen die konden lezen en schrijven zetten vlug enkele verzen op papier voor later.

Op een dag vroeg de overheid aan de bezitters van een Bijbel om deze binnen te brengen. Zij die weigerden liepen het risico op vervolging indien hun bezit zou ontdekt worden. De overigen, die hun Bijbel zagen verbranden op openbare plaatsen, weenden. Deze verbrandingen gingen gepaard met hevige godslasteringen vanwege de Militia. Voor de kleine schare gelovigen die nog naar de Heilige Mis durfden te gaan, was dit nog het enige alternatief om passages uit de Heilige Schrift te horen. Het regime liet enkel het bijwonen van de H. Mis op zondag toe. Voor de overigen die de moed hadden de Bijbel te behouden werd deze schat het heiligste van hun bezit. Het verschafte hen een persoonlijke band tussen hun familie en God, een hemelse erfenis die hen hoop gaf.

Toen de verschijningen in 1981 begonnen, lanceerde Onze-Lieve-Vrouw een figuurlijke bom die als een druppel op een hete plaat insloeg bij het regime: ‘Lieve kinderen, jullie hebben de Bijbel vergeten! Plaats de Bijbel op een zichtbare plaats in jullie woning. Lees elke dag enige verzen en zet deze in de praktijk om in jullie dagelijkse leven. Laat de mensen die in jullie huizen komen toe om de Bijbel te zien en samen met jullie enkele verzen te lezen. Op deze wijze kunnen jullie tot een gesprek komen met God.’

Weinigen onder ons begrepen toen de belangrijke omwenteling die deze boodschap zou teweegbrengen. Vader Jozo Zovko, die zelf verscheidene ontmoetingen had met Onze-Lieve-Vrouw, bleef Haar boodschap steeds herhalen. Hij zei: ‘Ik heb vele moeders zien wenen over de dood van hun kind, maar ik heb nooit een verdriet gezien zoals bij de Gospa, toen Ze zei: jullie hebben de Bijbel vergeten! Hij voegde hier aan toe: ‘Laat het hoofd van de familie elke dag, vóór het eten, een gedeelte van de Bijbel voorlezen aan de kinderen. Kus de Bijbel bij het sluiten, want zo geef je een kus aan Jezus.

Jezus is het Levende Woord. Hij is het Woord door het welke alles is geschapen. Gods Moeder maakt geen onderscheid tussen Jezus en de Bijbel. De bijbel vergeten is Jezus aan de kant laten en Hem minachten. Het maakt ons wakker voor wat hierna komt en wat van ons wordt verwacht, iets wat anderen, die ons op een dwaalspoor pogen te brengen, ons niet kunnen beloven. De mensen die dit Levenswoord aanvaarden maken antilichamen aan tegen andere door de pers gedreven woorden, die dit Woord verwerpen. Geld, macht, perversie, media, misbruik van wetenschap en geweld dringen vandaag maar al te dikwijls in ons binnen. We hebben Jezus vergeten, wij hebben de Bijbel vergeten.

Elk van ons heeft een lichaam, ziet het, voelt het, ruikt het, dit is een onmiskenbaar gegeven. Men draagt er zorgt voor en onderhoudt het, ieder volgens zijn of haar principes. Iedereen heeft een hart, een gevoelig hart, vooral wanneer iemand lijdt. Dit is, alhoewel onzichtbaar, echt. Iedereen probeert dit gevoelige hart tevreden te stellen. Ieder van ons heeft een geheugen en komt in contact met andere geheugens en poogt dit geheugen tevreden te stellen met persoonlijke verlangens. Maar de ziel, wie van ons beseft dat het lichaam een ziel bevat en voelt dit ook? Wie voedt de honger, de dorst, de noden en de verlangens van deze ziel? Wie van ons beseft dat dit laatste zo vele malen belangrijker is?

Zet u vijf minuutjes neer, nadenkend en met het hoofd in de handen. Wees moedig en stelt u zichzelf eens de vraag: 'wat wil ik van mijn leven?' De beslissingen die u neemt kunnen uw gehele verdere leven, en ook het leven hierna, bepalen. Bij uw keuze bepaalt u zelf door wie u zich wil laten beïnvloeden: door al het nutteloze dat de media u probeert door het strot te duwen of voor de verrijking van het onderricht van God en Jezus, de Bijbel. Als u voor dit laatste kiest, dan zult u ook nieuwe en mooie dingen ontdekken, de belangrijke dingen die uw ziel zullen voeden. Wat een ontdekking!

4. Biecht

Uit Maria's boodschap van 25 november 1998: "...dat de Heilige Biecht voor jullie de eerste daad van bekering mag zijn om daarna, lieve kinderen, te beslissen voor het Heilige. Dat uw Heilige Biecht en uw keuze voor het Heilige vandaag en niet morgen zou mogen beginnen. Kleine kinderen, Ik roep jullie allen op voor de redding en Ik wens jullie de weg naar de Hemel te tonen."

De Heilige Moeder vervangt hierbij niet de priester, maar Zij handelt als raadgever. Zij maakt de harten van Haar kinderen klaar voor een goede biecht. Er bestaan priesters die naar Medjugorje komen die er niet echt van overtuigd zijn dat de Heilige Maagd hier werkelijk verschijnt, maar wanneer ze de biecht afnemen en geconfronteerd worden met het diepste geweten van de mensen, zijn ze allen verbaasd getuige te zijn van de genade die hen is gegeven. Zij voelen het werk van Maria en velen van hen zeggen dat ze zich hernieuwd voelen in de genade van hun priesterschap.

Ontelbare gelovigen getuigen van hun spirituele èn lichamelijke genezing na een goede biecht: kanker, depressies, verslavingen, angsten en dwanggedachten, het zijn maar enkele voorbeelden. Als een moeder leert de Gospa hoe de Sacramenten te beleven door echte en treffende voorbeelden.

Marija Pavlovic-Lunetti houdt er steeds van om volgend verhaal te vertellen omdat het zo'n treffend voorbeeld is van hoe het volledige dorp Medjugorje totaal veranderde. Het was augustus 1981 en een 'hete' zomer in alle betekenissen van het woord. Niet enkel de wind was zwoel, maar ook de Militia kreeg het benauwd. Op geen enkele manier konden de kinderen tot zwijgen worden gebracht ondanks de instructies van de Militia 'dat ze niets hadden gezien, dat hun verhalen leugens waren en dat ze de lippen op elkaar moesten houden.' Maar de kinderen konden niet zwijgen met Vicka voorop. Ook al had ze het bevel gekregen om thuis en uit iedereens zicht te blijven, ging ze dikwijls op het dak van hun huis staan om de laatste boodschappen van de Gospa uit te schreeuwen, met zo'n decibels dat ze geen luidsprekers nodig had. Niets in wereld kon Vicka ervan weerhouden om de boodschappen uit te dragen die Maria haar en de overige kinderen toevertrouwde: '...vertel het aan de mensen...'

Dit bracht de Militia die hun huis bewaakten tot wanhoop. Er waren zelfs enkelen onder hen die zich bekeerden toen de stem van hun Moeder hun zwakke hart raakte, maar deze kregen vlug een andere opdracht in Zagreb of Sarajevo of moesten soms naar de gevangenis. Omdat ze de kinderen het zwijgen niet konden opleggen besloten ze dan maar de heuvel af te sluiten. Aan de voet van de Podbrdo werd een afspanning aangebracht zodat de mensen niet langer de heuvel opkonden om de verschijningen bij te wonen. Maar de Gospa was veel slimmer. Zij was reeds op voorhand op de hoogte van hun plannen en dan regelde Zij Haar plan. 'Morgen', vertelde ze de kinderen 'zal ik in Gumno's veld verschijnen. Vraag aan de bewoners om jullie te vergezellen.Dan kunnen al diegenen die het wensen, Mij aanraken.' De kinderen vroegen: 'Hoe, lieve Moeder, hoe kunnen ze U aanraken wanneer ze U zelfs niet kunnen zien? Wij zijn de enigen die U kunnen zien.'

'Breng ze allen tot Mij, één voor één, en op deze wijze zullen ze Mij kunnen aanraken.' De kinderen konden hun oren niet geloven, maar ze deden wat Maria hen had gevraagd. De dorpelingen waren stomverbaasd maar vol van vreugde en, geleid door de kinderen, raakten ze Onze Moeder aan, Haar schouder, arm, gelaat, hoofddoek. Elkeen voelde Haar aanwezigheid. Sommigen voelden warmte, bij anderen was het als een soort electriciteit dat ze aanraakten. Het gehalte van hun emoties was groot, onvergetelijk!

Tijdens dit ongelofelijke voorval zagen de kinderen dat er donkere vlekken op Maria's kleed begonnen te verschijnen. Deze vlekken werden groter en groter en spoedig was het kleed van de Gospa erg bevuild. Maria's gelaat werd bedroefd. Er ging iets verkeerd. Het was niet normaal dat Haar kleed zo vuil werd. Spoedig werden de kinderen hierover ongerust: 'Gospa, uw kleed is volledig bevlekt.'. 'Deze vlekken zijn de zonden van de mensen die Mij aanraken', antwoordde Zij nederig. De kinderen konden hun emoties niet langer weerhouden. Ze konden niet langer aanschouwen dat hun Koningin zo bevuild werd. 'Hou op met de Gospa aan te raken, gilden ze naar de inwoners. Stop dit!'

Hierop vertelde de Gezegende Moeder hen over de noodzaak van de biecht. 'Er is niemand op deze aarde die niet minstens maandelijkse zou moeten te biecht gaan', legde Ze uit. Hierop riep iemand het uit: 'Laten we allen te biechten gaan om onszelf te zuiveren!' En die avond was de parochie te klein, het werd een invasie van zondaars, een ongelofelijke massa stond te wachten voor de biecht. De arme Vader Jozo werd bij het zien hiervan zo bewogen, dat hij zijn priesters uit de nabije parochies als versterking diende op te roepen om de biecht van al deze mensen te aanhoren. Die avond stroomde de barmhartigheid van de Hemel als een rivier door de gemeente. Deze betekenisvolle daad van Maria, verrassend simpel en eenvoudig, had de harten van Haar kinderen meer bewogen dan alle preken in de wereld. Van dan af werd Medjugorje opophoudelijk bezocht door zondaars die om vergeving verzochten.

5. Eucharistie

Maria’s boodschap van 3 april 1986: ‘Lieve kinderen! Ik wens jullie op te roepen om de Heilige Mis te beleven. Velen onder jullie hebben reeds de schoonheid van de Heilige Mis gevoeld, maar er zijn steeds mensen die met tegenzin gaan. Ik heb jullie gekozen, lieve kinderen, maar Jezus schenkt u Zijn barmhartigheid tijdens de Mis. Beleef daarom bewust de Heilige Eucharistie en laat uw komst er een van vreugde zijn. Kom er heen met liefde en maak van de Heilige Mis uw Heilige Mis. Dank om aan mijn oproep gehoor te hebben gegeven.’

In 1983 vertelde Maria aan de kinderen: ‘Indien jullie moeten kiezen tussen Mijn verschijning en het bijwonen van een Heilige Mis, dan moeten jullie onmiddellijk voor dit laatste kiezen, omdat daar Mijn Zoon aanwezig is.’

Onze Lieve Vrouw komt niet naar Medjugorje voor Haarzelf, maar om Haar Zoon te openbaren. ‘Mijn kinderen,’ zegt Zij, ‘Ik wens dat de Heilige Mis voor jullie de gave van de dag wordt. Wacht er op en verlang naar het begin ervan. Kijk uit naar het moment dat jullie worden gereinigd’ (30 maart 1984). Op 8 januari 1984 zegt Zij, ‘Bid, Mijn kinderen! Ik zeg het opnieuw: Bid. Denk niet dat Jezus zich opnieuw zal openbaren in een kribbe, vrienden, Hij is herboren in jullie harten.’

‘Plaats de Heilige Eucharistie in het middelpunt van je leven. Deze kan niet worden vervangen, ook niet door daden van goede wil. Als je een zieke bezoekt of een oudere persoon helpt, ga dan tevens naar de Mis om liefdadigheid van de Heilige Geest te ontvangen, en zo help je deze liefdadigheid ook door te geven aan de armen.’ (Marija Pavlovic in haar gesprekken tot de pelgrims).

‘Jullie vieren de Mis niet zoals jullie horen te doen. Indien jullie zou weten welke genaden en giften jullie ontvangen, dan zouden jullie alle dagen gaan en jullie minstens één uur op voorhand voorbereiden. Maar, lieve kinderen, wanneer jullie de Mis bijwonen, zijn jullie zich hiervan niet bewust’ (Mirjana, 1985)

‘Indien de omstandigheden dit toelaten, wens ik dat jullie elke dag de Mis zouden bijwonen!’ (tot een gebedsgroep).

‘De Heilige Mis is het grootste voorrecht dat aan de mensen hier op aarde is verleend. Het is het grootste gebed en de meest gezegende tijd van je leven’ (tot een gebedsgroep).

‘Ga naar de kerk om een persoonlijke ontmoeting te hebben met God. Zij die enkel uit gewoonte gaan of om hun vrienden te zien, zijn ongelovigen’. (Tot Mirjana, 1982)

Het is ook Haar wens dat de elke parochie ter wereld haar deuren openstelt om de gelovigen toe te laten Jezus in het tabernakel te vereren. Zij zegt: ’Word verliefd op het meest Heilige Sacrament van het Altaar! Aanbid Hem in jullie parochies, kleine kinderen. Op deze wijze worden jullie verenigd met de gehele wereld.’ (25 september 1995)

‘Aanbid Mijn Zoon! Ik ben steeds aanwezig als de gelovigen Hem aanbidden. Speciale genaden worden dan aan hen verleend.’

Maria vraagt ook aan de gelovigen om minstens tien minuten na de ontvangst van de Heilige Communie te blijven bidden. Dat is waarom de Franciscanen in de parochiekerk van Medjugorje vóór de zegen op het einde van de Mis, steeds het traditionele Franciscaner gebed van de ‘zeven Onze Vaders, zeven Weesgegroetjes, en zeven maal het Glorie zij de Vader’ bidden.

Onze Lieve Vrouw is ook bedroefd als we de laatste minuut aankomen en op het einde van de Mis zo spoedig mogelijk de kerk willen verlaten. Zij zegt: ‘Lieve kinderen, als je in de kerk een beetje eerder zou aankomen om jullie harten voor te bereiden op Jezus en ook wat langer zouden blijven om Hem te bedanken, dan zouden jullie God toelaten om meer mirakels in uw leven te verwezenlijken en zouden er minder zieken onder jullie zijn.’

De Gospa beveelt ook aan dat elke Mis zou gevolgd worden met gebeden voor de zieken en dat er één keer per maand een speciale Mis zou worden opgedragen voor de zieken. Zij vroeg ook dat er in Medjugorje, op elke donderdag na de avondmis, vers 6,18 uit het Evangelie van Mattheus zou worden voorgelezen: ‘U kunt geen twee meesters tegelijk bedienen.’, dat de gelovigen aan de toenemende macht van het geld binnen Medjugorje herinnert. Vele priesters volgen binnen hun eigen parochie het programma van de parochie van Medjugorje. Velen onder hen ondervinden speciale genaden en het levert ook vruchten af, want waar het programma nageleefd wordt is er tevens een toenemend aantal priesterroepingen.

18-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spirituele oorlog rond Medjugorje

Spirituele Oorlog rond Medjugorje

27 jaar na de aanvang van de verschijningen blijft Medjugorje in Hercegovina (dat ooit deel uitmaakte van Joegoslavië) een plaats van zeldzame gebeurtenissen, controverse, en misschien een nooit eerder gezien geloof.

Kilometers in het rond staan er kleine winkeltjes die rozenkransen, beelden, wijwater en andere godsdienstige dingen te koop aanbieden. Het aanbod is intussen al evengroot als te Lourdes, Fatima of Knock.

In het dorpje vindt men vogels en bijen, vijgebomen. De bodem is rijk. Met gebruikt er weinig pesticiden. Men kan er nog steeds van herders met schapen genieten. Kinderen, die hier komen, wensen hier ook te blijven omdat ze zich er goed en veilig voelen. Zelfs diegenen die thuis verknocht zijn aan TV, videospelletjes en computers zeggen dat ze dit hier niets missen.

Het gevoel van vrede is hier tastbaar. In geen enkele winkel vindt men occulte zaken. Er is geen pornografie en ook geen schandaalpers, geen bioscoop. De gehele regio is verzonken in intens katholiek geloof, zelfs in een mate dat nooit buiten het Vaticaan is gezien. Taxis hebben rozenkransen en beeltenissen van Jezus, meestal in de gedaante van de Goddelijke Barmhartigheid. Maria vindt men overal, zelfs in alle publieke plaatsen, tot deze van de overheid toe. Een portret een Johannes-Paulus II, waarbij hij omhelst wordt door Maria, komt veelvuldig voor.

Aan de achterkant van de kerk vloeit er een olieachtige vloeistof uit een bronzen beeld van de Verrezen Christus. Vele bedevaarders houden kledingstukken of rozenkransen tegen dit onverklaarbaar fenomeen, het grootste gekende ‘wenende beeld’ uit de geschiedenis. Meldingen van genezingen, verlossingen en andere mirakels blijven doorkomen. Steeds weer betreuren pelgrims het om naar huis terug te moeten keren.

Er gebeuren zonnewonders, er zijn vreemde ‘brandhaarden’ op de Berg der Verschijningen en rozenkransen die in goud veranderen. Vader Jozo Zovko kan terug zijn taak hervatten na testen in het ziekenhuis in verband met hartproblemen. Een verdere behandeling leek niet nodig.

En er is een spirituele oorlogvoering die meestal komen uit een hoek van hen die nog nooit Medjugorje bezochten. Volgens priester John E. Chisholm uit Dublin, die zes jaar in Medjugorje verbleef, zijn er minste twee kardinalen binnen het Vaticaan die hebben geprobeerd om Medjugorje te veroordelen tijdens de jaren tachtig. Ze slaagden echter niet in hun opzet dankzij Paus Johannes Paulus II. Volgens dezelfde priester heeft deze Paus tot twee maal toe aan de president van Kroatië te kennen gegeven dat hij Medjugorje wou bezoeken. Normaal nodigt de lokale bisschop de Paus zelf uit bij zulke gelegenheden, maar de bisschop uit Mostar, die geen geloof hechtte aan Medjugorje, tot hem zijn bevoegdheid werd ontnomen, heeft de Paus nooit uitgenodigd. Een Kroatische aartsbisschop, Frane Franic, een hevig voorstander van Medjugorje nadat hijzelf getuige was van een bovennatuurlijk fenomeen, werd door tegenstanders binnen het Vaticaan aanzien als een communist. Een van die kardinalen verontschuldigde hier zich later voor, nadat hij Medjugorje zelf had bezocht.

Maar de oorlog blijft voortduren. Nog maar twee weken geleden veroordeelde Andrea Gemma, een bisschop en duivelbezweerder uit Italië, de verschijningen. Andere uitdrijvers, de Roomse priester Gabriele Amorth inbegrepen, hebben steeds Medjugorje verdedigd. Nog steeds dezelfde priester Chisholm: "De duivel heeft zijn best gedaan sinds het begin van de verschijningen. De aanvallen tegen de verschijningen waren hevig, tot zelfs uit Rome toe."

De zaak is uit handen genomen van de locale bisschop of enige nationale commissie, maar valt nu onder de volledige bevoegdheid van het Vaticaan, dat zich voorlopig afstandelijk houdt.

En wat is de toekomst van het dorp? Vader Petar Ljubicic, een Franciscaan die momenteel in Eberbach, Duitsland verblijft en tien jaar in Medjugorje verbleef, denkt niet dat het Vaticaan Medjugorje zal goedkeuren omdat er momenteel teveel emoties rond zijn, maar het Vaticaan zal de verschijningen ook niet verwerpen vanwege de enorme explosie van bedevaarders, dat nu binnen de top vijf van de drukst bezochte pelgrimsoorden valt en proporties aanneemt als Lourdes, Fatima en Guadeloupe.

Vader Pétar, die door de zienster Mirjana Dragicevic is aangeduid om ten gepaste tijde het eerste geheim aan te kondigen en tevens haar spirituele begeleider is, zei vorige week nog dat Mirjana’s eerste twee geheimen in Medjugorje zelf zullen plaatsvinden, omdat Maria daar verschijnt. Maar ook de overige vijf zieners hebben een eerste geheim, waar ik niet van weet of hier Medjugorje is bij betrokken. Het is ook niet gekend of elkaars geheimen geheel of gedeeltelijk overeenkomen.


15-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mirjana: van minst tot meest bekende zienster

Mirjana: Van minst bekende tot meest bekende zienster

In de beginjaren was ze de minst bekende onder de zes zieners, iemand die er niet altijd was toen het nieuws zich begon te verspreiden via religieuze video's, netwerkshows en documentaires. Mirjana Dragicevic (nu Soldo) uit Bijakovici, een gehucht van Medjugorje, Herzegovina. Ze bracht haar tijd voornamelijk door in Sarajevo en het waren ook haar dagelijkse verschijningen die als eerste ophielden op 25 december 1982, nog vóór Medjugorje internationale aandacht kreeg.

Nochtans, en dit voornamelijk door het naderen van de onthulling van de ‘geheimen’, is de aandacht rond haar enorm toegenomen de laatste jaren en wordt ze nu beschouwd als de belangrijkste boodschapper van Maria.

Het is Mirjana die aan de wereld de boodschappen zal bekend maken en volgens ingewijden is het ook aan haar dat de belangrijkste geheimen zijn medegedeeld, meer nog dan aan de overige zieners uit deze plaats met nu reeds meer dan veertig miljoen bedevaarders waaronder tienduizenden religieuzen en ook waarnemers uit het Vaticaan, dat nog geen officieel standpunt heeft ingenomen over de authenticiteit van Medjugorje.

Mirjana is zeer voorzichtig wanneer het over deze geheimen gaat. Wanneer men haar vraagt over genetische manipulatie, het klonen en hoe de wetenschap omgaat met de genen van God's schepping, zegt ze gewoon dat deze zijn verbonden met de chaos rondom ons.

Omtrent recente rampen als in Myanmar en China, heeft Mirjana in het verleden steeds gezegd, zonder naar een specifieke gebeurtenis te verwijzen, dat er dingen zullen plaatsvinden als waarschuwing voor de wereld vooraleer er een 'zichtbaar teken' aan de mensheid zal gegeven worden, gevolgd door andere geheimen die gaan over ernstige gebeurtenissen.

"Mijn getuigenis zal een bevestiging voor de wereld zijn van de echtheid van de verschijningen in Medjugorje en een aanmoediging voor de bekering van de wereld. Het eerste geheim zal overtuigend zijn voor de mensen, niet noodzakelijk door het feit zelf, maar omdat het eerst zal worden aangekondigd vooraleer het zich voordoet. Het zal iets zijn waarover men onmiddellijk en overal zal van spreken. Ook is het niet iets dat mensen zal aantrekken iets zoals bijvoorbeeld een instorting van een dam. Het eerste geheim zal voor zichzelf spreken en er zullen geen voorafgaande tekenen of signalen zijn."
 
10 dagen voor elk geheim zal plaatsvinden zal Mirjana zich, samen met de door haar aangeduide Franciscaan, Pétar Ljubicic, afzonderen om te vasten en te bidden. 3 dagen op voorhand maakt priester Pétar het geheim bekend voor de buitenwereld.

Toen de verschijningen begonnen was Mirjana 16 en ze woonde in Sarajevo, maar ze bracht de zomers door bij haar grootouders in Bijakovici, een klein gehucht van Medjugorje. Zij en haar vriendin, Ivanka Ivanković, waren de eersten die een lichtgevende vorm zagen die zich langzaam omvormde tot de verschijning van de Heilige Maagd Maria op de nabijgelegen bergheuvel, een plaats die intussen uigroeide tot één van de meest bezochte pelgrimsoorden ter wereld sinds Fatima.

Als ontvanger van haar jaarlijkse boodschap op 18 maart en haar maandelijkse boodschappen op de 2de van elke maand (een gebeuren dat steeds meer belangstelling krijgt), steeg Mirjana langzaam op tot de belangrijkste zieneres van het ogenblik. Vele pelgrims trekken naar haar huis dat niet ver van de Berg der Verschijningen ligt.

Van Mirjana is geweten dat de geheimen zijn opgeschreven op een geheimzinnig perkament dat niet kan worden gelezen tot de tijd gekomen is voor de verwezenlijking van de profetieën, welke op hun beurt drie dagen vooraf zullen worden verkondigd door priester Pétar, na een periode van zeven dagen vasten en bidden, samen met Mirjana. Het was priester Pétar die Mirjana aanwees. De woorden op het perkament worden maar pas zichtbaar na deze periode van vasten en bidden en dan wordt nog maar enkel dat gedeelte zichtbaar waarop een bepaald geheim betrekking heeft.

Net zoals de overige zieners heeft Mirjana de profetieën steeds geheim kunnen houden en vermijdt ze bovennatuurlijke antwoorden.

"Ik ben het niet die de dingen geheim kan houden', zei ze ooit tijdens een gesprek, 'het is God die de dingen geheim houdt. Nog nooit is er iemand in geslaagd om mij zaken te doen zeggen die ik niet mag zeggen, zelfs onder hypnose was dit nooit mogelijk. Wanneer ik ze onder hypnose wou vertellen, was ik er niet toe in staat."

Priester Pétar Ljubicic: "Een van de geheimen is een teken op de Berg der Verschijningen dat iedereen zal zien en dat eeuwig en onvernietigbaar zal zijn. Het zal grote vreugde brengen voor zowel voor de gelovigen als de ongelovigen". Priester Pétar trad niet verder in detail hierover. "Het perkament is ongeveer 27 op 21 cm. Onze-Lieve-Vrouw gaf het aan Mirjana en hierop bevinden zich alle geheimen. In het begin zal ik enkel het eerste geheim kunnen lezen en dat is telkens zo voor de overige geheimen. Dan zal ik gedurende 7 dagen vasten en bidden. Drie dagen voor ze plaatsvinden zal ik in de mogelijkheid verkeren om aan iedereen te vertellen wat er zal gebeuren: waar, welk uur en welke minuut en hoe lang het zal duren."

Mirjana zegt over de eerste twee geheimen: "Eerst is er een aanmaning en dat een grote waarschuwing. Onze-Lieve-Vrouw kwam naar dit kleine gehucht Bijakovici, in de parochie van Medjugorje, waar ze nu reeds 27 jaar verschijnt en daarom zal Medjugorje ook nauw betrokken zijn bij de eerste drie geheimen. Wanneer de eerste twee geheimen zich voltrekken, zal iedereen ervan overtuigd zijn dat de zieners de waarheid spraken. Het derde geheim is een zichtbaar teken op de Berg der Verschijningen, de Berg Podbrdo. Dan zal er grote vreugde heersen onder hen die deze verschijningen aanvaarden als een gift uit de Hemel en de koningin van de Vrede." Verder is er enkel geweten is dat deze gebeurtenissen zich op welbepaalde plaatsen zullen afspelen. Naast het eeuwige teken van het derde geheim zullen er tevens grote mirakelen als genezingen geschieden te Medjugorje. De daaropvolgende 4 geheimen zijn geen aangename gebeurtenissen, alhoewel minder erg dan de drie laatste geheimen, die ze omschrijft als een straf van God voor de zonden in de wereld.'

Zijn de geheimen internationaal of plaatselijk? 'Ik kan deze vraag niet beantwoorden'

En vrees?

Er is geen vrees met Mirjana. Zij is een vreugdevolle vrouw met een toegewijde echtgenoot en twee tieners. Toen haar gevraagd werd waarom er geheimen zijn, zei ze: "Ik weet enkel wat er te gebeuren staat en dat het God's wil is, maar ik wil tevens zeggen dat er geen reden is voor vrees, omdat Maria niet wil dat angst uit het geloof voorkomt. Dat soort geloof blijft niet duren. Er is geen reden om te vrezen. Als we van God houden hebben we sowieso vrede en vreugde, ongeacht wat er plaatsvindt."

Net zoals de overige zieners herhaalt Mirjana enkel wat ze zelf heeft vernomen van Maria. Ze vermijdt elke eigen interpretatie. "Ik ben enkel een zienster, ik heb geen speciale dromen of ingevingen, enkel het maandelijke bezoek van Onze Lieve Vrouw. Het is mij toegestaan om enkel te verwoorden wat Maria me doorgeeft. Ik denk dat alles duidelijk is. Mijn boodschap voor de mensen is dat ze eerst een aantal zaken bij zichzelf moeten opkuisen om op elk moment klaar te zijn. Bid voor de priesters. Stop hen te veroordelen en kritiek te geven op hen. Als we oordelen zullen we zelf ook geoordeeld worden. Het grootste probleem bij de mensen zijn hun bevroren harten."

Mirjana vergelijkt Medjugorje het meest met Fatima. Zij gelooft, net als paus Johannes Paulus II geloofde, dat Medjugorje de voltooiing van Fatima is. Zoals de overige zieners zegt ze dat Maria nooit kan worden weergegeven in een beeld of enig ander kunstwerk, hoewel een schilderij in de ontvangsthal voor de bedevaarders en een beeld van Maria met een grijs kleed in vele winkels met religieuze artikelen de verschijning het dichtst benaderen.

Mirjana benadrukt tevens dat de recente gebeurtenissen rond Laus in de Franse Alpen, dat onlangs werd goedgekeurd door Rome, eveneens een "mirakel" zijn en vooral interessant omdat er ook zovele verschijningen waren en dit gedurende 41 jaren, vergelijkbaar met de huidige 27 jaren van Medjugorje. Vele theologen hebben het grote aantal verschijningen te Medjugorje steeds als voorwendsel gehouden om tegen Medjugorje te zijn, een voorwendsel dat met Laus ontkracht wordt. "Het was de langste verschijningsduur en Medjugorje kan ermee vergeleken worden, maar met het Vaticaan heb ik het er nog niet over gehad."

Voor Mate Sego, de man die enkele jaren voor de verschijningen stierf en jarenlang vooraf de verschijningen al aankondigde, had ze een heel bijzondere interessse. Sego is geboren in 1901 en leefde nabij de Berg der Verschijningen tijdens het communistische regime en verkondigde in alle windrichtingen van de vallei dat Medjugorje op een bepaalde dag belangrijk zou worden en dat er trappen naar de berg zouden leiden, gevuld met zwarte, gele en blanke mensen die zullen komen bidden. Ook over de kerk wist hij te zeggen dat er een nieuwe en grotere zou komen die steeds vol met volk zou zitten. "De Maagd, mijn Gospa, zal naar de gebied komen," vertelde hij aan iedereen, "en op een dag zal deze plaats iets vandoen hebben met water."

Water? Een dam? Een verandering in het landschap? Een aardbeving? Mirjana spreekt er in geen geval over en laat gissingen over aan anderen.


14-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.12 stappen voor een gelukkig heengaan
Twaalf stappen om later bij het heengaan gelukkig te zijn in Gods aanwezigheid

In elk gebed dat u bidt, elke Mis die u bijwoont, elke communie die u ontvangt en elk goed werk dat je doet: vraag steeds aan God om gelukkig en heilzaam te mogen heengaan. God aanhoort elk gebed. Indien men zou wachten met bidden tot men zou volmaakt zijn, dan zou er helemaal niet gebeden worden in deze wereld. God weet dat je niet volmaakt bent.

Verlang er steeds naar om de wil van de Vader te doen. Als je iets doet of iets verlangt dat niet Gods wil is, brengt dit schade aan je toe. Daarom, zeg elke keer als je het Onze Vader bidt: 'Uw wil geschiede'.

Aanvaard het lijden, leed, pijn en de teleurstellingen in het leven, groot of klein. Ziekte, het verlies van dierbaren, het verlies van goederen, hitte of koude, regen en zonneschijn: alles komt van God. Draag alles geduldig uit liefde voor Hem en als boete voor je zonden.

De grootste daad in Jezus' leven was zijn lijden. Zoals Hij een lijden had, zo heeft iedereen van ons een lijden. Aanvaard je lijden, doe je werk, aanvaard de teleurstellingen en ontberingen en verdraag de pijn in eenheid met het lijden van Christus. Een beetje lijden doet enorm veel meer baat aan je ziel dan jaren van plezier en vertier.

Vergeef alle onrecht dat u wordt aangedaan, omdat God ons vergeeft wat wij anderen vergeven. God vergeeft ons. Ga te biechten. Dit sacrament doet meer dan alleen onze zonden kwijtschelden, het verleent ons tevens vreugde en spoort ons enorm aan om verder de weg van God te volgen.

Vermijd ernstige zonden, overweeg minder erge zonden en breek met slechte gewoonten. God zal minder streng oordelen over je 'zwakke plekken'.

Kan je het zware en vele werk niet aan, doe dan liever meer kleine dingen. Ook al is het soms moeilijk, maar vriendelijkheid straalt over naar een ander. Klaag niet en klaag zeker niet over anderen en probeer zoveel mogelijk gedienstig te zijn. Deze kleine dingen maken anderen aandachtig voor de levenstijl waarvoor u kiest: nl. de weg van de Vader te volgen. Dit verleent enorme genade van God.

Denk in alles wat je doet aan de Heilige Zielen in het Vagevuur. Bid veel voor hen en vraag aan anderen om het ook te doen. Deze Heilige Zielen zullen u dit later zoveel keer meer vergoeden.

Er is geen enkel machtiger gegeven om later gelukkig te zijn dan wekelijks te biechten te gaan, dagelijk de mis bij te wonen en dagelijks de communie te ontvangen. Als je iemand heel graag ziet, laat dan regelmatig een mis opdragen voor deze persoon. Missen tijdens het leven van iemand dragen enorm bij tot Gods genade voor deze persoon. Wacht dus niet tot iemand die je zeer dierbaar is, overleden is, om een mis te laten opdragen voor deze persoon. Uiteraard worden missen ook opgedragen na iemands overlijden.

Bezoek dagelijks het Heilig Sacrament, al was het maar voor een paar minuutjes, omdat Jezus aanwezig is in het Heilig Sacrament. Kniel in het bijzijn van Jezus en richt uw ogen op het tabernakel. Wees er zeker van dat Hij u ook aankijkt. Zeg kleine gebeden, wees nederig en vraag naar een gelukkig heengaan.

Draag het bruine scapulier van Onze-Lieve-Vrouw van de berg Karmel. Op 16 juli 1251 beloofde de Heilige Maagd aan de Heilige Simon Stock: 'wie het bruine scapulier draagt op het moment van het heengaan zal geen eeuwig vuur lijden'. Het is Maria's belofte om mensen kort na hun dood uit het vagevuur te verlossen aan allen die het bruine scapulier dragen. Laat het scapulier liefst eerst wijden door een geestelijke en draag het volgens de regels. Op het internet is hierover genoeg informatie te vinden.

Gebruik gewijd water. Van het gebruik van gewijd water is geweten dat het Gods genade over uw zonden laat uitstralen. De kerk beveelt het gebruik ervan sterk aan 's morgens bij het opstaan, 's avonds voor het slapengaan, wanneer uw kinderen op reis gaan, wanneer er gevaar dreigt voor uw kinderen. Elk katholiek gezin zou een voorraad moeten in huis hebben. Hou uw ziel zuiver door met aandacht voor God een nederig kruisteken te maken en bidt: 'was al mijn zonden en de zonden van de Heilige Zielen in het vagevuur weg door dit gewijde water en Uw Dierbaar Bloed, O Heer.'


13-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ratzinger bezocht ooit Medjugorje 'incognito'
Ratzinger bezocht ooit Medjugorje 'incognito'

Paus Benedictus XVI bezocht ooit Medjugorje incognito, in zijn functie als Prefect van de Congregatie van de Geloofsleer èn op aandringen van Paus Johannes Paulus II. Kardinaal Ratzinger was toen ondermeer belast met het evalueren van diverse verschijningen. In 1986 riep hij bisschop Zanic op het matje. Deze laatste veroordeelde Medjugorje immers onophoudelijk.

Het verhaal begon in 1985 toen de toenmalige bisschop van Mostar, Pavao Zanic, een commissie samenstelde met het oog op de veroordeling van de verschijningen te Medjugorje, een plaatsje op een twingtigtal kilometer van Mostar. De parochie wordt geleid door Franciscanen, met wie hij onafgebroken in onmin leefde. De verschijningen begonnen in 1981 en hadden op dat ogenblik al een internationale bekendheid.

Bisschop Zanic keerde eind april 1986, na zijn bezoek aan kardinaal Ratzinger, terug. Niettemin bleef hij doorgaan met het veroordelen van de verschijningen. In mei, drie weken later, ontbond Ratzinger de commissie die Zanic had samengesteld en gaf de Joegoslavische bisschoppenconferentie de opdracht om een nieuwe commisie samen te stellen. Hij gaf geen reden voor zijn actie, maar zoiets heeft nooit een precedent gehad in het Vaticaan, dat steeds dergelijke onderzoeken aan het plaatselijke bisdom heeft overgelaten. Op deze wijze ondernam het Vaticaan zelf de stap om de veroordeling van de plaatselijke bisschop te verwerpen.

In september 1991 verklaarde kardinaal Ratzinger dat het Vaticaan verder 'openstond' met betrekking tot Medjugorje en op 28 augustus 1991, tijdens een bezoek aan Oostenrijk sprak hij de hoop uit op een diepere eenheid van de Kerk met 'deze oase van gebed en geloof'.

Paus Benedictus XVI zal, net zoals zijn voorganger Paus Johannes Paulus II, Medjugorje beschermen. Als enige, echte insider van het Vaticaan is hij ook het beste op de hoogte van alle onderzoeken die er ooit geweest zijn met betrekking tot de Mariaverschijningen. Als geen ander kent hij de geheimen die Onze-Lieve-Vrouw aan de kinderen van Fatima toevertrouwde en is hij ook heel goed op de hoogte van recentere, overige verschijningen, zoals deze te Medjugorje.

In een rapport noemt hij de proliferatie van de verschijningen de laatste jaren 'een teken van onze tijden'. De verschijningen die de Kerk officieel heeft goedgekeurd, en vooral Lourdes en Fatima, hebben een juiste betekenis in de ontwikkeling van de leer van het geloof tijdens de laatste eeuwen', noteert Ratzinger. 'Zij tonen, samen met andere feiten, aan dat ze niet mogen over het hoofd gezien worden en dat 'onthullingen' geen 'dode letter' mogen zijn, maar integendeel nog steeds levendig en uiterst belangrijk zijn. Over Medjugorje kan ik verlopig geen officieel standpunt innemen omdat deze aangelegenheid nog in onderzoek is, maar één van de tekenen van onze tijd is dat 'Mariaverschijningen' en andere fenomenen als 'visioenen' en 'ingevingen' zich thans over de hele wereld aan het vermenigvuldigen zijn.


Bevestigd door Ante Juric, een priester uit Kroatië

Een non en twee bedevaarders hebben bevestigd dat ze tijdens hun bedevaart naar Medjugorje, in 1985, de toenmalige kardinaal Jozef Ratzinger in het dorp van Bosnië en Herzegovina hebben gezien. Dit werd ooit gerapporteerd door journalist Jakob Marschner uit Kopenhagen.

Dit rapport heeft nog een grotere geloofwaardigheid, omdat het eveneens werd bevestigd door Ante Juric, een priester uit Kroatië en thans pastoor van een Kroatische parochiegemeenschap van Onze Lieve Vrouw Tenhemelopneming te San José, Californië. Als vriend van vele van de franciscaanse paters te Medjugorje, vertelde hij mij een aantal dagen geleden, op 6 december 2010, dat het onder de paters goed geweten is dat kardinaal Ratzinger ooit Medjugorje heeft bezocht, minstens twee maal zelfs. Hij droeg burgerkledij. "Sommigen van de franciscanen hebben hem zonder enige twijfel gezien in Medjugorje. U mag mij op mijn woorden nemen, hierover," antwoordde hij, er met nadruk aan toevoegend: "Het is de waarheid."

Niet alleen zou de paus meer dan ééns naar Medjugorje zijn gereisd, maar hij gelooft eveneens in de authenticiteit van de verschijningen van de Heilige Maagd Maria te Medjugorje. Op 18 maart 2010 legde de apostolische nuntius van Bosnië-Herzegovina, aartsbisschop Allessandro D’Errico, de officiële verklaring af over de bedoelingen van de paus achter de recentelijk gevormde Internationale Commissie voor Medjugorje, een verklaring die amper anders kan worden gelezen als ten gunste van Medjugorje: "De Heilige Vader weet heel veel over de verschijningen te Medjugorje, dat heeft hij me zelfs persoonlijk gezegd. Hij is zich bewust van het enorm aantal positieve en goede invloeden van de plaatselijke priesters, geestelijken, franciscanen en leken. Hij heeft er erg moeilijk mee om zoveel tegengestelde informatie te zien over dezelfde kwestie. Dat is reden waarom hij deze Commissie op een heel hoog niveau wou instellen."

Nog heel recent, tijdens de algemene audiëntie, als de paus de pelgrims die Rome bezoeken, in hun eigen taal begroet, glimlachte hij toen hij Medjugorje vermeldde. Op woensdag 1 december, om 12.25 uur, toen hij opkeek van zijn notities, werd er een foto van hem genomen waarop hij glimlachend met zijn rechterhand wuift naar de juichende Kroatische aanwezigen, terwijl hij hen met de volgende woorden toesprak: "Ik groet alle Kroatische pelgrims van ganser harte, en voornamelijk zij uit de parochie van de Heilige Jacobus te Medjugorje. Uw bedevaart naar Rome maakt deel van de voorbereiding van de Komst van de Heer. Wees daarom, in alle hoop, uitdragers van Gods liefde in uw natie. Geloofd zij Jezus en Maria."

Indien, pyschologisch gezien, de paus tegen Medjugorje zou zijn en er op uit zou zijn om de verschijningen af te keuren, zoals sommigen denken dat hij doet, zou er nooit een glimlach over zijn gelaat komen bij de vermelding van Medjugorje en zouden de bedevaarders nooit zijn zegen meekrijgen. Er is geen enkele reden waarom de paus tegen de pelgrims van Medjugorje zou zeggen dat hun bedevaart deel uitmaakt van de Komst van de Heer en nog minder zou hij hen aanmoedigen om de boodschappen uit te dragen. Als hij Medjugorje zou ongenegen zou zijn zou hij nooit zeggen dat er vanuit deze plaats een dwaalleer wordt verspreid over de hele wereld. Het is virtueel onmogelijk voor een persoon met zijn integriteit, om zoveel gunstige gebaren en woorden te besteden aan de bedevaarders.

Vertaling: Chris De Bodt

12-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Geboortekerk te Bethlehem [1]
De Geboortekerk te Bethlehem [1]

Bethlehem (in het Hebreeuws: 'broodhuis', in het Arabisch: 'vleeshuis') is gelegen op verscheidene heuvels ongeveer 11 km ten zuiden van Jeruzalem en ligt 850 m. boven de zeespiegel. In deze plaats zijn koning David en Jezus Christus geboren. Tegenwoordig wonen er overwegend Arabische christenen. Het toeristische centrum van de stad is de Geboortekerk, die door keizer Constantijn is gebouwd. Jaarlijks hoogtepunt in Bethlehem zijn de feestelijkheden rond Kerst. Op beide kerstdagen is de stad feestelijk versierd en vol drukte. De cafés en restaurants zijn dan tot diep in de nacht geopend. Aan de rand van de stad ligt het graf van Rachel, de vrouw van Jakob. De christenen die in wonderen geloven, bezoeken graag de Kerk van de Melkgrot. Deze staat op de plaats waar Maria bij het voeden een druppel melk zou hebben verloren, waarna de rotsen stralend wit werden.

Bethlehem was ook de achtergrond van de geschiedenis van Ruth, de Moabitische en Boaz. Elimelech en zijn vrouw Naomi vertrokken uit Bethlehem ten tijde van een hongersnood en gingen met hun twee zonen naar de velden van Moab (Ruth 1: 1 -4). Na de dood van haar man en haar twee zonen keerde Naomi met haar schoonmoeder Ruth naar BethIehem terug (Ruth 1:19-22). In Bethlehem ontmoette Ruth Boaz en trouwde met hem. Ruth is de overgrootmoeder van David en Bethlehem was dus de stamplaats van het huis van David. Om deze reden ging dan ook Jozef, die voortkwam uit een tak van het huis van David, naar Bethlehem voor de volkstelling. David is in Bethlehem geboren en bracht zijn jeugd door met het hoeden van de schapen van zijn vader lsaï op de heuvelachtige velden van Efratha. Hier werd David uitverkoren door God en tot koning over Israël gezalfd door de profeet Samuël. (1 Samuël 16: 1-4).


De gebeurtenis die echter de kleine stad Bethlehem onvergetelijk maken zou, was de geboorte van de Heer Jezus in één van haar grotten, in een beestenstal. Reeds 750 jaar voor de geboorte van Christus schreef de profeet Micha: "En gij, Bethlehem Efratha, al zijt gij klein onder de geslachten van Juda, uit u zal Mij voortkomen die een heerser zal zijn over Israël (Micha 5:1)." Deze profetie ging in vervulling toen keizer Augustus een bevel uitvaardigde tot het houden van een volkstelling in alle provincies van het Romeinse Rijk, en daar Jozef uit het geslacht van David was, vertrok ook hij uit Galilea, uit de stad Nazareth, naar Judea, naar de stad van David, BethIehem geheten, om zich te laten inschrijven met Maria zijn ondertrouwde vrouw, welke bevrucht was. 'Terwijl zij daar waren, werden de dagen vervuld dat ze baren zou, en zij baarde haar eerstgeboren zoon, wikkelde hem in doeken en legde hem neder in een kribbe, omdat er geen plaats voor hen was in de herberg (Lukas 21-20).’

In Bethlehem zijn nog steeds een aantal oude huizen die gebouwd zijn over kalksteengrotten. Deze grotten zijn zeer oud en gelijk aan de geboortegrot. Vermoedelijk is Jezus geboren in één van deze oude grotten en niet zoals de westerse traditie aangeeft in een stal. Hadrianus, na het verslaan van de tweede joodse opstand in 135 na Chr., ontheiligde Bethlehem zowel als Jeruzalem, door er de afgodendienst in te stellen. Hadrianus heeft op de plaats van de geboortegrot een tempel gebouwd ter ere van Adonis, de god van schoonheid en liefde. Zijn zorgvuldige ontheiliging van de grot heeft er voor gezorgd dat de plaats voor de toekomst geheel bewaard gebleven is. Hadrianus' tempel stond boven de geboortegrot gedurende twee eeuwen, tot deze door koningin Helena vernietigd werd. Koningin Helena, de moeder van keizer Constantijn, bekeerde zich tot het christendom in 313 en maakte het christendom tot officiële staatsgodsdienst van het Romeinse Rijk. In 325 bezocht Helena het Heilige Land en bouwde drie kerken, de eerste over Calvarie en het graf van Christus, de tweede over de geboortegrot in Bethlehem en de derde op de top van de Olijfberg. In Bethlehem, zowel als in Jeruzalem, was het geen probleem om de juiste plaats vast te stellen. De vaststelling vond plaats op grond van geschreven documenten en tevens naar de mondelinge overlevering van vader op zoon. Christelijke overlevering gaf aan dat de geboortegrot van Jezus zich moest bevinden aan de oostkant van het dorp onder de tempel van Hadrianus. De tempel werd afgebroken en men vond inderdaad de geboortegrot volledig intact.


Toen bouwde Constantijn er zijn schitterende basiliek, rijk versiert met marmer, fresco's en mozaïeken. Hij eerde de kerk met koninklijke giften, goud, zilver, geborduurde wandtapijten, omdat hij er in het bijzonder in geïnteresseerd was dat de geboortekerk een gedenkteken van de vroomheid van zijn moeder zou zijn. In 529 kwamen de Samaritanen van Nabloes in opstand tegen de christelijke Byzantijnse regering en plunderden het platteland en Bethlehem. Door brand en plundering werd de Geboortekerk zwaar beschadigd. De mozaïekvloer van Constantijn's kerk werd gevonden onder een laag verbrande tegels en een dikke laag as. De Patriarch van Jeruzalem stuurde St. Sabbas naar keizer Justinianus om zijn hulp te vragen voor het herstel van de kerk. De keizer stuurde een afgezant met een reusachtig bedrag aan geld en schreef naar zijn vertegenwoordiger in Palestina om de inkomsten van het land aan zijn afgevaardigde over te geven, zodat hij een nog grotere en nog mooiere kerk kon bouwen dan die van keizer Constantijn. De keizer was niet tevreden met de uitvoering van het werk. Hij beschuldigde zijn afgevaardigde ervan geld in eigen zak gestoken te hebben en liet hem onthoofden.

De kerk van Justinianus staat er nog steeds. Hoewel het gehele prachtige binnengedeelte in de loop van de eeuwen beschadigd werd, is de wezenlijke vorm niet gewijzigd. In 614 vielen de Perzen het Heilige Land binnen. Hoewel zij volgens sommige geschiedkundigen meer dan 3000 kerken en kloosters volledig verwoestten, was de geboortekerk de enige kerk die voor vernietiging gespaard gebleven is. Dit kwam omdat zij in de Geboortekerk een mozaïek zagen, voorstellend de drie wijzen uit het oosten in Perzische kledij, die het Christuskind aanbaden. Het zien van dit mozaïek heeft hen er van weerhouden hun vandalistische praktijken ook hier uit te voeren. Gedurende de tijd van de Kruisvaarders had de kerk dringend herstel nodig. De oude marmeren stenen vloer werd vervangen, het oude dak van cederhout werd bedekt met lood, de zijmuren bedekt met marmer en in het bovenste gedeelte van het schip bracht men schitterende mozaïeken aan.

De basiliek heeft de vorm van een kruis, 60 meter lang en 30 meter breed. Ze is verdeeld in 5 galerijen door de 4 rijen pilaren, die gemaakt zijn van de rode steen uit het land zelf. In 1936 werden gedeelten van oude 4de-eeuwse mozaïeken ontdekt. Zij worden nu bedekt door een houten vloer. Op het bovengedeelte van de kerk en de muren van het dwarsschip zijn gedeelten van mozaïeken te zien, het enige dat overgebleven is van de decoratie van de Kruisvaarders. Het prachtige Grieks-orthodoxe koor, direct boven de geboortegrot, is handgesneden houtwerk van de ceders van Libanon.

De buitenkant van de kerk is zeer sober en ziet er uit als een middeleeuwse vesting. De gevel is nu omringd door de muren van drie kloosters. Oorspronkelijk waren er drie deuren, twee zijn er echter dichtgemetseld, in het midden is een lage nauwe deur die toegang geeft tot de kerk. De toegangsdeur is verlaagd om te verhinderen, dat plunderaars met hun paarden naar binnen zouden komen

Twee ingangen leiden naar de grot, waar de Heer Jezus geboren zou zijn. Deze heeft een rechthoekige vorm (12 bij 3 meter). De grot wordt door 48 lampen verlicht. Een zilveren ster met de Latijnse inscriptie: "Hic de Maria Virgine Jesus Christus natus est" (Hier is Jezus Christus geboren uit de maagd Maria!), geeft de plaats aan waar Christus geboren zou zijn. De heilige kribbe staat er rechts van. De primitieve rots, zwart geblakerd door de rook van lampen en kaarsen, kan men boven de kribbe zien. Het oorspronkelijke dak van de grot is in de 4e eeuw vervangen door metselwerk. De muren van de grot zijn met asbest bedekt ter bescherming tegen brandgevaar, een geschenk van de Franse president MacMahon in 1874.


Binnen in de grot, onder het middelste altaar, bevindt zich een zilveren ster, ter herinnering aan de geboorte van Christus. Traditie en kunst zijn met deze ster sterk verbonden. Het Matheüs Evangelie spreekt over het bezoek van de wijzen: 'Wij hebben gezien Zijn ster in het Oosten en zijn gekomen, om Hem te aanbidden... En ziet, de ster ging hun voor, totdat zij kwam en stond boven de plaats, waar het Kindeken was'. (2: 1-12).

Symbool van nederigheid

Eén interessant gegeven in ieder geval is dat alle bedevaarders die de geboorteplaats van Jezus willen bekijken, waar het Heilige Kind in een kribbe is geboren, moeten binnentreden door de "Deur van de nederigheid".

Deze "Deur van de nederigheid" is een klein rechthoekige ingang die tijdens het Ottomaanse Rijk is gemaakt om plunderaars tegen te houden er met hun karren in te rijden en aldus zelfs de meest vooraanstaande bezoekers te dwingen om af te stijgen van hun paarden vooraleer er te kunnen binnentreden. Er is echter iets moois in het symbolisme van deze kerk, waar de toegang zo klein is, dat iedereen zich moet bukken om er in te kunnen gaan: elke persoon moet het kindje benaderen op zijn of haar knieën.



Weinige waarden immers zijn meer belangrijk in het leven dan de nederigheid. De profeet Micha zegt dat het een bijzondere vereiste is van God: "Hij heeft aan u O man verteld wat goed is. En wat de Heer doe vereist van u, maar gerechtigheid, liefde vriendelijkheid te doen en bescheiden met je God te lopen [Micha 6:8]." Ook Jezus verwees naar de nederigheid, toen hij zei: "zalig de armen van geest, want hen zal het Koninkrijk toekomen."

Een gebrek aan nederigheid wordt sterk veroordeeld door Gods wetten en is steeds een voorteken van straf. In één van Zijn uitspraken over het oordeel zegt God, via de profeet Jeremiah: Zij zijn tot op dezen dag nog nederig van hart, en zij hebben niet gevreesd, noch gewandeld in Mijn wet en in Mijn inzettingen, die Ik voor u ieder aangezicht en voor het aangezicht uwer vaderen gegeven heb. Juist vóór de vernietiging kwam over koning Belsassar, de opvolger van Nebukadnezar, de koning van Babylon, zei de profeet Daniël: "Maar u, zijn zoon, Belsassar, hebt uw hart niet vernederd...[Daniel 5:22]"

Kennelijk is er op grote schaal een falen om de God te erkennen die gezorgd heeft voor de Onbevlekte Ontvangenis van de Maagd Maria, de God die Zijn eniggeboren Zoon heeft gezonden om de wereld van de zonden te bevrijden. De God, die de sleutels van het leven en de dood in Zijn handen houdt, is een grootse God, wiens almacht onbegrensd is. Bij het oordeel voor Hem te komen staan met een geest van onverschilligheid, arrogantie of zondevolle opstand is de ultieme tekortkoming van het begrijpen van Zijn macht. De apostel Jacobus zei: "God weerstaat aan de trots, maar geeft genaden aan de nederigen."

Een mooi voorbeeld hiervan is een Schotse doctor uit Edinburgh, Sir James Simpson, die in 1847 ontdekte dat Chloroform kon worden aangewend bij de verdoving van patiënten, om hen aldus ongevoelig te maken voor de pijn van een operatie. Dit was ongetwijfeld één van de meest betekenisvolle ontdekkingen in de geschiedenis van de geneeskunde. Toen deze doctor, door een student de vraag kreeg gesteld wat hij de meest waardevolle ontdekking tijdens zijn leven vond, antwoordde Simpson eenvoudig: "Mijn meest waardevolle ontdekking was toen ik ontdekte dat ik een zondaar was en dat Jezus Christus mijn Redder was."

Zeker en vast moet de Geboorte van Christus, vele regeringsleiders, zowel als individuele personen er doen aan herinneren, dat Jezus Christus onze Redder is en dat Kerstmis symbool staat voor nederigheid.

11-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Little Audrey Santo
Little Audrey Santo

Little Audrey Santo leefde in Worcester, Massachusetts. De verandering in het leven van de kleine Audrey begon op een hete zomerdag, 9 augustus 1987. Toen Audrey drie jaar oud was en op de oprit aan het spelen was met Stephen, haar broertje, verzeilde ze tijdens het spel in het familiezwembad, ook al had ze schrik van het water.


Audrey herstelde maar werd toch met spoed naar het hospitaal gevoerd waar ze een overmedicatie kreeg. De doktor schreef haar te veel phenobarbital voor en Audrey glipte weg in een coma. In die toestand bleef ze voor ongeveer een drietal weken.

Daarbij kwam nog eens een verkeerde behandeling door de kinesitherapeut, waarbij haar schouder werd ontwricht en haar been werd gebroken. Hierna drong de dokter aan op een tracheotomie (luchtpijpsnede). Ze verbleef 24 uur op 24 uur op intensieve zorgen. Na drie weken ontwaakte ze uit haar coma, maar ze verbleef in een akinetisch mutisme, waarbij ze niet kon spreken en slechts beperkt kon bewegen.

De ziekenhuisstaf drong er op aan om Audrey in een instelling onder te brengen, maar Audrey’s moeder voelde dat ze zelf haar kind beter kon verzorgen thuis in familiekring. Zo werd in november, 4 maanden na het voorval, Audrey naar huis overgebracht.

Vanaf het begin kwamen honderden mensen voor Audrey bidden in het ziekenhuis, oude bevrienden, aanverwanten en zelfs vreemden, katholieken en andersgelovigen en er werden gebeden, kaarten en geschenken toegezonden aan Audrey. Het ziekenhuis werd zodanig overspoeld door bezoekers, de media en telefoons dat ze een private kamer kreeg. Om één of andere reden wou God dat Audrey bekend werd voor de buitenwereld. Sint Paulus vertelt in de Geschriften dat God ons tekenen en wonderen zend om onze aandacht te vragen. Was het dit wat God wou met de kleine Audrey?

En er openbaarden zich tekenen en wonderen via het moedige meisje. Ze kreeg de wondtekenen van Christus op haar tere lichaam. De Heilige apostel Paulus vertelt ons eveneens dat we ons lijden moet opdragen voor Christus’ verlossend lijden. Het lijden is niet nutteloos wanneer het wordt opgedragen. En het lijden van Audrey werd met Christus’ lijden verenigd en kreeg op deze wijze een bijzondere betekenis.

Diverse beelden van Jezus en Maria, ook overige beelden en portretten in Audreys kamer begonnen op een onverklaarbare wijze olie en bloed af te geven en de Commissie die door de Bisschop werd aangesteld kwam in haar rapport tot het besluit dat er geen bedrog mee gemoeid was.

De grootste genezende kracht heeft God ons nagelaten door zijn Zoon, Jezus Christus, in de Eucharistieviering. Wij moeten Hem elke dag ontvangen en Hem dikwijls bezoeken. Als we dat niet doen, is er een tekortkoming in ons. Audrey leidde ons naar de Eucharistie. Er waren vijf gezegende hosties waaruit menselijk bloed vloeide. Dit betekent niet dat deze hosties beter zijn dan elke andere gezegende hostie. Het betekent eenvoudigweg dat God in Zijn Goedheid ons een diep en mooi geschenk verleent. Opnieuw tekenen en wonderen om onze aandacht te trekken.


Het verhaal van Audrey maakt ons ook klaar en duidelijk dat God het leven bijzonder inschat. Hij toont ons hiermee dat het leven, zelfs op het laagste niveau, zijn waarde heeft. We leven thans in een epidemische rage van ondankbaarheid en precies daarom was Audrey een teken van hoop en genade. Alhoewel Audrey niet kan stappen, noch praten, acht God haar hoog in waarde, zoals hij dikwijls diegenen kiest die zichzelf niet meer kunnen behelpen, maar ook de meest zuiveren en onschuldigen om zijn boodschap uit te dragen. In een wereld van kindermoorden, moorden en volkerenmoorden wil God dat we de juiste weg kiezen.

De familie heeft haar vertrouwen geplaatst in de Eucharistie om te bewijzen dat er leven bestaat via de Eucharistie en ook om de waarde van ons leven te onderstrepen.

Door zichzelf volledig over te geven aan Gods wil, vóór de leeftijd van 7 jaar [de leeftijd van enig begrip], is het erg onwaarschijnlijk dat het kleine meisje ooit heeft gezondigd. Vader Emmanuel Charles McCarthy, een katholieke priester uit Massachusetts, wiens werken zich vooral toeleggen rond vrede en gerechtigheid, is er van overtuigd dat het kleine meisje bevrijdend verbonden is met de zonden van nucleaire vernietiging.

Betekenisvolle data in Audrey’s leven, zijn de dag en het uur waarop Audrey voor het eerst in het ziekenhuis werd opgenomen, 9 augustus om 11 uur 3 minuten, wat ook het exacte tijdstip is van het droppen van de atoombom op Nagasaki, 42 jaar eerder. De datum van Audreys ontslag uit het ziekenhuis is ook de datum dat de bomaanslag op de afbeelding van Onze Lieve Vrouw van Guadaloupe, Patrones van Amerika, in 1921 heeft plaatsgevonden.

Père René Laurentin, een wereldbekende theoloog, heeft persoonlijk vier jaar onderzoek verricht naar Audreys leven. De gerespecteerde Katholieke geleerde heeft zijn positieve bevindingen overgemaakt. Hij bezocht Little Audrey in 1993 en was diep getroffen toen hij bij haar aanwezig was en verklaarde: "Dit is Heilige Grond". Little Audrey is een ziel die waarachtig gezegend en gekozen is door God.

Audrey werd kunstmatig gevoed, maar er was wel één ding dat ze via de mond kon naar binnen werken: de gewijde hostie. Elke dag ontving Audrey haar dierbare Jezus in het grootste Mirakel aller tijden.

En hoe moeilijk het ook voor de buitenwereld voor deze familie moet lijken, hun huis is vervuld van vrede en liefde. Wanneer u Linda zou zien, zou u haar zware taak niet eens aan haar merken. Velen hebben brieven geschreven en alle brieven zijn voorgelezen en liggen netjes opgeborgen bij het tabernakel in Audreys kamer.

Bisschop Daniel Reilly van Worcester, Massachusetts, heeft een Commissie samengesteld van psychologen, theologen en dokters om de gebeurtenissen rond de kleine Audrey nader te bestuderen. De familie is Rome steeds trouw gebleven wat het geloof en de Kerkelijke leer aangaat. De familie werd bijzonder getroffen door de bezoeken en de zegen van Bisschop Reilly.

Op 14 april 2007 riep God Little Audrey bij Hem. De begrafenis vond plaats in de Kathedraal van Sint-Paulus. Vader John Foley (Audreys pastoor en de Voorzitter van de Stichting voor de Zaligverklaring van Audrey Santo), verzorgde de homilie bij Audrey’s wake.


Bischop Robert McManus en Bischop Daniel Reilly droegen de begrafenis op en Vader Emmanuel Charles McCarthy stond in voor de homilie tijdens de viering. Er waren bovendien nog tientallen priesters en duizenden mensen aanwezig.

Wat nu volgt is een getuigenis van Vader Leroy Smith uit Cincinnati, Ohio op de Mariale conferentie te Pittsburgh van september 1997.

Het eerste onderwerp waar ik wens over te spreken is de zaak van een kleine, mystieke ziel, een offerziel, namelijk deze van Audrey Santo van Worchester, MA. Ik was in de mogelijkheid om haar drie maal te bezoeken. Zoals het verhaal gaat, was Audrey buiten aan het spelen, toen ze per ongeluk in het zwembad verzeild raakte. Vanaf toen verbleef ze praktisch onafgebroken in een comateuze toestand. Ze kan slechts haar ogen openen en als je haar hand vasthoudt zal zij u herkennen en er zachtjes in knijpen. Dat zijn de enige bewegingen die Audrey nog kan doen. Zij ontvangt dagelijks de Heilige Communie als haar enige vaste voedsel. Er bevindt zich een tabernakel in de kamer zodat Linda, haar moeder, het kind elke dag de Heilige Communie kan geven. In een ander tabernakel bevinden zich de vijf Eucharistische Mirakelen die in het huis hebben plaatsgevonden.

Deze Eucharistische mirakelen zijn het bloeden van de Hostie toen een priester de Heilige Mis opdroeg. De Bisschop voreg om deze Eucharistische Mirakelen in een Monstrans te plaatsen. Deze bevinden zich nu in een ander tabernakel van Audreys kamer. Er zijn momenten waarop het bloeden zo hevig is, dat men doeken moet aanbrengen om het Dierbaarste Bloed dat uit het tabernakel stroomt te kunnen opvangen.

Er gebeuren zo vele mirakels rond dit kleine meisje dat dit alles onder de aandacht werd gebracht van de Bisschop, die haar erkent als een offerziel, een waarlijk levend mysterie.

De laatste maal dat ik haar bezocht was op 9 augustus, de verjaardag van haar ongeval. Ik werd uitgenodigd om, samen met wel zestig overige priesters, de plechtigheid op te dragen in de parochiekerk van Christus Koning, in aanwezigheid van duizenden gelovigen die kwamen om de Audrey te kunnen zien.

Toen ik de dag ervoor aankwam, regende het hevig en Linda had in de achtertuin een grote tent laten plaatsen voor een Misviering, opgedragen door zeven priesters en honderd speciale genodigden. Ik droeg de Mis op. Toen de Heilige Mis begon met het kruisteken, zei Linda bij het woord, Amen: "Vader, kijk naar het kruisbeeld!"

Er bevond zich een kruisbeeld naast het altaar en toen ik er naar keek, kon ik het bloed zien stromen uit de Jezus’ borst en naar beneden vloeien. In minder dan vijf minuten was het hele lichaam bedekt met bloed. Maar eenmaal de mis begonnen, kan een priester hier niet mee ophouden, en het enige wat ik kon doen was naar het kruisbeeld wijzen en alle aanwezigen keken met verbazing mee. Ik ging daarna door met de Eucharistieviering en vroeg mij af: "Waarom doet Christus dit?" Misschien probeerde Jezus ons op een bijzondere wijze duidelijk te maken dat we samen met Hem op Calvarietocht waren in het Heilig Offer van de Mis.


Toen het tijd werd voor de Heilige Communie en we het Dierbare Bloed van de Heilige Mis in de kelk deden, zodat de aanwezigen de Heilige Communie zowel onder de vorm van het vlees en bloed konden ontvangen, begon er zich olie af te geven uit de kelk en zich te vermengen met het Dierbare Bloed. Zo ontvingen de mensen niet enkel het Dierbare Bloed, maar ook de helende olie, dat onmiddellijk van God zelf afkomstig was.

Tegen het einde van de Heilige Mis, ging elke deelnemende priester rond het altaar staan om het bloedende kruis te kunnen kussen. Toen de mensen dit zagen, stonden deze meteen ook op, om dit gebaar te volgen. Het kruisbeeld werd daarop in de kleine kapel van Audreys huis bijgezet en daar bevindt het zich vandaag nog steeds.

In deze kleine kapel is er geen enkel beeld of portret dat geen bloed of olie heeft afgegeven. Bevindt er zich een foto van Jezus aan de muur, dan is de muur bedekt met bloed. Naast het tabernakel is er een kleine kelk. Deze is tot bovenaan gevuld met zelf afgegeven olie. Deze olie wordt door priester aangewend bij genezingen. Het misboek van deze Eucharistieviering, de Eucharistische gebeden in het midden van het boek, zijn volledig bedekt met olie.

De kleine Audrey lijdt onmetelijk. Ze ligt nu al meer dan tien jaar te bed, heeft de tekenen van de wonden van Christus. De poriën in haar handen bloeden spontaan. Ze bloed verder uit haar borst en voeten en dan houdt het weer op. Van de Goede Week wordt er gezegd dat zij dan zoveel lijdt alsof het Christus zelf is die lijdt. Op Goede Vrijdag tussen 12 en 15 uur ondergaat ze hetzelfde lijden als Christus aan het kruis. Na drie uur valt zij dan onmiddellijk in slaap om weer te ontwaken op Paaszondag, de dag van Christus verrijzenis. Dan opent ze haar ogen en is klaar om de Heilige Communie te ontvangen.

Eenmaal Audrey in die mate er bovenop was dat ze de reis naar Medjugorje zou kunnen verdragen, kon Linda, haar moeder, dit niet langer meer uitstellen. Een moeilijke taak daar ze de hele dag verpleging nodig had.

In Medjugorje was Little Audrey tweemaal aanwezig in de Verschijningskamer toen Ivan er zijn verschijning van Onze Lieve Vrouw had. Onmiddellijk na de verschijning, leunde Ivan voorover, knielde dan naast haar neer en fluisterde iets in het Kroatisch in haar oor. Niemand weet wat Ivan haar toefluisterde. Dit gebeurde tweemaal.

De mensen in Medjugorje waren op een of andere wijze te weten gekomen dat Little Audrey in hun dorp aanwezig was en riepen haar moeder Linda buiten. Linda ging de mensen tegemoet die allemaal naar de maan aan het wijzen waren. In de maan zag men de preciese afbeelding van de kleine Audrey. De volgende avond deed zich hetzelfde fenomeen voor, maar deze keer zagen de mensen twee manen. In de ene Maan zag men de beeltenis van de kleine Audrey en in de andere Maan de afbeelding van een oude Zuster. Tot op vandaag heeft men geen enkele aanwijzing wie deze tweede figuur kon geweest zijn. Velen zeggen dat de oude zuster er uit zag als Moeder Theresa.

10-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De huilende Madonna van Civitavecchia
De huilende Madonna van Civitavecchia

Wat de meeste mensen treft als ze voor het eerst het beeld zien van de huilende Madonna van Civitavecchia is de afmeting ervan. Het wit plaasteren beeldje is amper 43 centimeter hoog, met neergeslagen ogen die nog niet de afmeting van een duim breed hebben. Het beeldje, afkomstig uit een winkel te Medjugorje in Herzegovina, kostte nog geen tien euro.

Sinds 1995 staat de "Madonnina", of de kleine Madonna, zoals ze hier bekend is, achter kogelvrij glas in de kleine Sint Augustinus kerk van Pantano, een arme landelijke gemeente, even buiten Civitavecchia, op ongeveer 65 km. van Rome. Elk jaar opnieuw trekt het beeld vele pelgrims aan, maar zij die komen om het beeld te zien wenen zullen worden teleurgesteld, want sinds het beeldje in februari 1995, in aanwezigheid van duizenden getuigen 13 maal tranen weende van bloed, staan de ogen van de Madonnina tot op de dag van vandaag droog en is elk spoor van bloed op de wangen sinds lang verdwenen.

Zoals velen is Fabio Gregori, de 45-jarige eigenaar van het beeldje, die destijds getuige was van het mirakel, er vurig van overtuigd dat het gebeuren van toen wel degelijk een mirakel was. Het gebeuren veranderde ook totaal zijn leven.

Gregori, een overtuigde katholiek, was vervuld van vreugde toen de plaatselijke priester, Vader Don Pablo Martin, die terugkwam van een bezoek uit Medjugorje in september 1994, hem het plaasteren beeldje als geschenk gaf ter bescherming van zijn huis en zijn familie. Het beeldje onderscheidt zich in niets van de duizenden andere beeldjes uit het bedevaartsoord en toch geloofde Vader Pablo dat dit beeld bijzonder was. Hij blijft volhouden dat het Pater Pio was die hem heeft geleid om het beeldje naar Civitavecchia te brengen, waar "de mooiste gebeurtenis uit zijn leven" zou plaatsvinden.


Gedurende vijf maanden vond er een gebeuren plaats dat het kleine gehucht in het spotlicht bracht. Tijdens de namiddag van donderdag 2 februari 1995, wou Fabio Gregori zich samen met zijn zesjarig dochtertje Jessica naar de Heilige Mis begeven, toen het kleine meisje het plots uitschreeuwde: "Papa, papa, kom kijken. De Madonna weent. Overal is er bloed." Hij rende naar de kleine stenen kapel dat hij in zijn tuin had gebouwd en toen zag ook hij de rode vloeistof uit de ogen van de Madonnina lopen en langs de wangen naar beneden glijden.

Diep getroffen begaf hij zich naar de Heilige Mis en lichtte Vader Pablo in over het gebeuren. Binnen enkele uren had het nieuws van de "huilende Madonna" zich in de streek verspreid en begon het volk zich voor Gregori’s tuinpoort te verzamelen. Na het weekend haalde het nieuws de pers en begaven de journalisten en TV-ploegen zich naar de plaats. Allen bleven uren wachten. De tuin was veel te klein om iedereen de gelegenheid te geven om het gebeuren waar te nemen.

"Het was een hele invasie, men klom zelfs in de bomen", aldus de uit Schotland afkomstige Carmela Dinardo, directrice van een plaatselijke school. "Auto’s, bussen en mensen blokkeerden het hele gebied rondom Fabio’s huis. Ook ik wou de Madonna zien en ik was gedwongen om mij ver van de plaats te parkeren en mij te voet verder te begeven. Het duurde uren vooraleer ik ter plaatse was. De hele tuin en de omgeving was één massa volk."

De mensen zakten van overal uit Italië af naar Pantano. De Gregoris konden niets anders doen dan zichzelf in hun huis opsluiten en toen men poogde om het beeld en het bloed aan te raken werd de politie erbij gehaald om de orde te bewaren.

Tegen zondagavond 5 februari had het beeldje 13 maal bloed geweend. ’s Anderendaags kon Fabio Gregori, achtervolgd door de paparazzi, de druk niet langer aan en overhandigde hij het beeld voor bewaring aan Vader Pablo van de Sint Augustinus kerk. Dan sloot hij definitief de poorten van zijn tuin en hing er het opschrift aan: "Stop hier niet a.u.b. De Madonna bevindt zich niet langer hier."

In het begin geloofde Mgr. Girolamo Grillo, de Bisschop van Civitavecchia, niet in het miraculeuze gebeuren. Vader Pablo, die hem had opgebeld was zelfs diep geschokt door zijn antwoord: "Ik heb het rapport verscheurd en het in de prullenbak gegooid. U zou beter het beeld vernietigen zodat deze dwaasheid ophoudt."


Bisschop Grillo, in die tijd een schertsende zeventiger, die door de inwoners "il grillo parlante" [de pratende krekel] werd genoemd zei: "Ik had er geen enkele twijfel over dat dit bedrog was. Uiteraard waren er de woedende parochianen die mij veroordeelden omdat ik aan deze nonsens niet wou meedoen." Er waren hier ook gegronde redenen voor, want de streek was staat ook gekend om zijn vele Jehovah getuigen, en occulte groeperingen. Iedereen kon een bedrog hebben georganiseerd. De bisschop vervolgt: "Mijn volgende stap was dan ook om de plaatselijke politie te vragen om een onderzoek in te stellen naar het doen en laten van de Gregoris en een test op het bloed te laten uitvoeren. Maar ik moet zeggen dat ik niet was voorbereid op het resultaat van het onderzoek: de vloeistof was hemoglobine."

"Het rapport versterkte aanvankelijk mijn gevoelens om deze list proberen op te lossen", gaat Bisschop Grillo door. "Ik kreeg verslag dat de Gregoris gewone, eenvoudige, arme en hardwerkende mensen waren, eerlijk en gelovig, met geen enkel misdadig verleden. Ik heb zelfs een uitdrijving uitgevoerd op hen, omdat ik geloofde dat dit alles een satanische opzet was."

Maar als een amateuristische speurhond bleef Bisschop de zaak niet opgeven. Ondertussen had Vader Pablo, tegen het order van het bisdom in, het beeld aan een van de broers van Pablo afgegeven. Bisschop Grillo kon echter de familie overtuigen om het beeld in Rome te laten onderzoeken op de bloedstalen en het ook radiografisch te laten scannen. Er waren meerdere testen door verschillende ploegen: een ploeg onder leiding van Professor Angelo Friori in het Vaticaanse Gemelli hospitaal en een andere ploeg onder leiding van Giancarlo Umano-Ronci, Rome’s meest erkende gerechtelijke DNA expert en directeur van het Instituut voor Gerechtelijke Geneeskundige aan de Universiteit van Rome.

"Toen ik het beeld overhandigde aan het laboratorium, verzekerden ze mij dat het resultaat van het onderzoek bloedstalen zou opleveren van dierlijke oorsprong," lachte Mgr. Grillo alles weg. "Maar het was menselijk bloed."

Nog grotere onthullingen zouden volgen: herhaalde onderzoeken en DNA testen bevestigden dat het om mannelijk bloed ging, terwijl een reeks X-stralen en CAT scans enkel vaststelden dat het beeld bestond uit vast materiaal en dat er geen oplichterij kon bij betrokken zijn. "Dit verhoogde nogmaals mijn twijfels dat alles overduidelijk een list was. Het bloed van Onze Lieve Vrouw wordt toch verondersteld afkomstig te zijn van een vrouw?"

Na al deze ontwikkelingen te hebben gerapporteerd aan het Vaticaan, werd aan Mgr. Grillo de opdracht gegeven om een theologische commissie samen te stellen om de zaak te onderzoeken. Het was de aanvang van vele slapeloze nachten voor de Bisschop.

Op 1 maart legde CODACONS, de grootste beschermingsgroep van verbruikers in Italië een klacht neer tegen "onbekenden" wegens het "misbruik maken van de geloofwaardigheid van de mensen" of "abuso della credulita populare". Er werd hiervoor een wet uit 1930 van onder het stof gehaald die het volk moet beschermen tegen bedrog en magiërs. De pers schonk veel aandacht aan deze klacht. Dit werd gevolgd door beschuldigingen van opeenvolgend een belangrijke Italiaanse hulplijn, "Telefono Antiplagio", onder de leiding van Professor Giovanni Panunzio, een godsdienstleraar uit Sardinië en de Voorzitter van de Italiaanse Commissie die hulp verleend aan "Slachtoffers van Charlatans en Goeroes." En opnieuw gaf Mgr. Grillo aan de politie de opdracht om de aangelegenheid te onderzoeken: "Ik riep de hulp in van de wet in de hoop dat ze mij uiteindelijk zouden kunnen bewijzen dat het wenen een grap was, omdat ik er zo zeker van was dat het om een misplaatste grap ging." Maar toen de politie de huizen onderzocht van alle vier de Gregori-broers en hun moeder op de ochtend van 8 maart, waarbij alles werd overhoop gegooid om bewijzen van bedrog te kunnen vinden, liep dit onderzoek op niets uit.

De beproeving van Fabio Gregori was echter verre van over. Eenmaal er in Italië een beschuldiging is gemaakt, is de openbare aanklager verplicht om een volledig misdadig onderzoek te leiden, dat jaren kan duren, zelfs wanneer er onvoldoende bewijs bestaat voor vervolging. Wat er een week later gebeurde gaf een heel nieuwe dimensie aan de zaak: terwijl hij thuis de Heilige Mis opdraagt in aanwezigheid van zijn zus, schoonbroer, neef en twee zusters uit Rome, ziet de bisschop zelf dat de Madonnina tranen van bloed begint te wenen als hij het beeld in de handen houdt.


Ondanks zijn getuigenis hiervan, een week later, in een televisie-interview, waarbij hij dit mirakel in feite bevestigt, weigert hij het woord "mirakel" in de mond te nemen en zegt enkel: "het is een mysterie, er bestaat geen rationele beschrijving hiervoor." Het is wel de eerste keer dat hij de Madonnina ernstig neemt.

De verklaring van de Bisschop, uitgevoerd tegen het advies van het Vaticaan, zette Antonio Abano, de openbare aanklager, die eveneens werkt in opdracht van Criminal-pol, het Italiaanse equivalent van de FBI, er nog meer toe aan om de zaak dieper uit te graven. Abano verzocht de Bisschop om de Madonnina in handen van het gerecht te geven en vorderde bloedstalen van alle mannelijke leden van de Gregori familie voor een vergelijking van hun DNA met dat van het bloedstaal van het beeld. Aan geen enkel van deze verzoeken werd een gevolg gegeven.

"Sinds ik zelf getuige geweest ben van het wenen, gaf het Vaticaan mij de opdracht om de politie te weren en niet toe te laten om het beeld in beslag te nemen", zei Mgr. Grillo, "maar dit viel absoluut niet in goede aarde bij het gerecht want nu waren ze er van overtuigd dat ook ik mede in het complot zat, samen met de Gregoris. Ze beschuldigden ons beiden van bedrog en van het onder één hoedje spelen met het Vaticaan. En indien ze konden, hadden ze mij voor bedrieglijk opzet opgesloten, maar een bisschop blijft een bisschop, en zo probeerden ze de Madonnina te bemachtigen. Als het godsdienstige zaken aangaat probeert de macht der wet altijd de zaak naar zich toe de trekken. Kijk naar Lourdes, Fatima en nu hier. Overal maken ze er een boeltje van om uiteindelijk te moeten toegeven dat er geen bewijzen van bedrog zijn."

"Het eindresultaat", aldus Bruno Forestieri, de advocaat van Fabio Gregori, "was een typisch Italiaans compromis". Het gerecht stemde ermee in dat de bisschop het beeld in een verzegelde kast in het bisdom mocht bewaren, zolang het onderzoek voortduurde. Het was een diplomatieke oplossing: de openbare aanklager kwam tussen, maar zonder de autonomie van de Kerk te schenden. Op vraag van Fabio Gregori richtte ik een verzoek aan het Italiaanse Hof van Cassatie om het beeld vrij te geven tegen Pasen. Honderden woedende parochianen hadden openlijk geprotesteerd en wensten hun beeld terug tegen de processie van Goede Vrijdag, waarbij meer dan 10.000 aanwezigen werden verwacht. Twee weken later kwam er een bevel om het beeld vrij te geven, wat van mij de enige advocaat in de geschiedenis maakt die Onze Lieve Vrouw heeft bevrijd."

Hoe dan ook kwam het bevel te laat voor de Goede Vrijdagprocessie. In plaats daarvan, met een gebaar dat boekdelen sprak, schonk de nabije vriend en landgenoot van de Paus, Kardinaal Andrej Maria Deskur, na een verzoek te hebben gericht aan de Kathedraal van Civitavecchia op Paasmaandag, een gezegende kopij van de Madonnina naar de Gregori familie, er op wijzend dat de Paus zijn visie op de zaak deelde, ging Kardinaal Deskur verder met de beproevingen rond het originele beeld te vergelijken met deze van de Madonna van Czestochowa in Polen, dat in beslag genomen werd door de communistische gezaghebbers in 1967 en in Krakow staat, het vroegere bisdom van de Paus. Het beeld keerde uiteindelijk in juni naar de parochiekerk terug, na nieuwe scans en DNA-onderzoek op de bloedstalen, waarvan het resultaat hetzelfde was als het voorgaande onderzoek. Dit leidde er dan ook toe dat Mgr. Grillo publiekelijk zei dat, omwille van het mannelijke bloed, de tranen enkel afkomstig konden zijn van Jezus Christus.

Sindsdien heeft de relikwie van de Madonnina bij de bedevaarders alleen maar aan aantrekkingskracht gewonnen. De plaatselijke overheden gaven sindsdien de opdracht om de hele infrastructuur rond de plaats te herinrichten voor de bedevaarders en gaat het goed met onze Madonnina van Civitavecchia.


In januari 2005 schreef het Italiaanse dagblad "Corriere delle Sera", dat beweerde het rapport te hebben mogen inzien: Het onderzoeksteam, bestaande uit theologen, historici en artsen heeft alle mogelijke verklaringen voor het fenomeen en alle getuigenissen van betrokkenen kritisch geanalyseerd. "Unaniem zeggen zij [de deskundigen] dat alles erop wijst dat in deze uithoek van de aarde, aan de poorten van Rome, iets plaatsvond waarvoor geen menselijke verklaring is en dat verwijst naar het mysterie van het bovennatuurlijke." Dat schrijft Vittorio Messori, de auteur van het Corriere-artikel. Messori is een katholieke journalist, die paus Johannes Paulus II hielp met het schrijven van diens bestseller Over de drempel van de hoop [1994].

Vittorio Messori citeert in zijn artikel pater Stefano De Fiores, Maria-expert en theoloog aan de pauselijke Gregoriana-universiteit in Rome. De Fiores denkt dat er in Civitavecchia sprake is van een goddelijke interventie. De Fiores, die volgens Messori "zeer goed is geïnformeerd", zegt dat het uitgesloten is dat er sprake is van "bedrog of trucage", van "hallucinatie of autosuggestie", of van "een paranormaal verschijnsel". De Romeinse marioloog ziet in het bloedige wenen de "vinger Gods". Volgens Messori is deze uitspraak opmerkelijk, omdat de pater bekend staat om zijn voorzichtigheid en zijn academische en kerkelijke tucht.

Interview uit "Avvenire" met Mgr. Girolamo Grillo

Dit interview met de bisschop van Civitavecchia, is gepubliceerd in 2005, naar aanleiding van de tiende verjaardag van dit verschijnsel in 2005.

Bisschop Girolamo Grillo uit Civitavecchia haalt dezelfde woorden aan als deze van Jezus als uit het evangelie: "De boom kan worden herkend aan zijn vruchten", als er hem iemand vraagt naar de Gospa die tranen van bloed weent in Civitavecchia. Een klein beeldje van Onze Lieve Vrouw, aangekocht in Medjugorje, begon meer dan tien jaar geleden tranen te wenen in het dorpje Pantano, nabij Civitavecchia op zo'n 65 kilometer van Rome.

Het verschijnsel werd de eerste maal opgemerkt op 2 februari 1995 en op 15 maart van datzelfde jaar, was de bisschop persoonlijk zelf getuige van deze gebeurtenis, waar de wetenschap geen verklaring voor heeft. In een interview met het Italiaanse blad "Avvenire" [krant van de Italiaanse Bisschoppenconferentie], maakt Mgr. Grillo een evaluatie van wat er de voorbije tien jaar in zijn bisdom is gebeurd.

Avvenire: Wat gebeurde er de voorbije tien jaar?

Mgr. Grillo: Kijk zelf, sindsdien is het aantal pelgrims niet alleen toegenomen, maar is deze plaats van genade ook gezuiverd van alle sensatie en nieuwsgierigheid. Mensen die nu naar Pantano komen hebben een enorm verlangen om zich te veranderen, zich te bekeren. Wat ook in het voordeel spreekt is, dat ik vijf priesters permanent ter bischikking moet stellen van de gelovigen om de biecht af te nemen. Ze vertelden mij dat ze zich hebben verzoend met Gods oneindig aantal volgelingen, mensen die het geloof ver achter zich hadden gelaten gedurende lange tijd. Er zijn zelfs berouwvolle moordenaars die komen biechten. Meer dan duizend echtparen die om een of andere redenen uit elkaar gegroeid waren, hebben zich opnieuw verenigd, en dit is de dag van vandaag eerder uitzonderlijk. Vele vrouwen die verlangden naar het moederschap hebben hen wens zien uitkomen. De mensen komen ook om hun kinderen hier te laten dopen en velen vragen om het sacrament van het doopsel, zelfs moslims. Waarom dan al deze positieve berichten ook niet bekend maken?

Avvenire: Hebt u een speciaal initiatief genomen voor de tiende verjaardag?

Mgr. Grillo: We hebben een dossier voorbereid dat spoedig zal worden uitgegeven in heel Italië. Wij hebben reeds 44 boekjes met getuigenissen en handtekeningen van bedevaarders. Volgens mij geven deze al onze angsten weer van onze tijden, maar eveneens de hoop van hen die vragen om Maria's tussenkomst.

Avvenire: Zijn er bijzondere feestelijkheden of vieringen?

Mgr. Grillo: Elk jaar, tijdens de nacht van 1 of 2 februari is er een optocht van bedevaarders vanuit het centrum van de stad naar Pantano. Dat is zo'n 12 kilometer. Dit jaar namen er meer dan 1200 gelovigen aan deel, ondanks de vrieskou. Vergeet echter niet dat Civitavecchia, amper twinting jaar geleden, nog het Stalingrad van Lazio werd genoemd. Meer dan 60% van de inwoners van deze communistische stad waren anarchist of tegen de kerk. Het voorval met de Gospa gaf een volledig andere dimensie aan de stad. Het is waar dat de Moeder Gods weende en ik geloof dat dit niet alleen was omwille van Civitavecchia.

Avvenire: Wat heeft dit voorval bijgebracht aan de parochie?

Mgr. Grillo: Als bisschop ben ik bijzonder gelukkig dat de Sint Augustinus Parochie van Pantano een evengelisch centrum is geworden, niet alleen voor de gehele stad, maar voor het hele land en de hele wereld. In de laatste statistieken van november 2004 bevonden er zich twaalf buitenlandse bedevaardersgroepen, van Sri Lanka tot Zuid Amerika. Wij doen alles om een echte toewijding aan Maria te delen en te bevorderen, een toewijding die leidt naar Christus. Ik denk dat dit goed wordt aanvaard. De rest heeft zijn tijd nodig. We moeten wachten en geduldig zijn. Bovennatuurlijke gebeurtenissen kunnen niet worden bewezen in een wereld die niet gelooft in God en alle echte waarden heeft verloren.


Avvenire: Welke goede vruchten bracht dit voor uw persoonlijk leven?

Mgr. Grillo: Na die ochtend van 15 maart 1995, was ik gedurende drie jaren enorm onder de indruk van de feiten. De Gezegende Moeder heeft mijn leven volledig omgekeerd. Zij bracht mij dieper tot mijzelf en tot een spiritueel leven. Ik ben veel opener geworden voor de noden van de gelovigen en buiten mijn pastorale werk, besteed ik nu meer tijd aan geestelijke begeleiding.

Avvenire: Wat zegt Paus Johannes Paulus II over de Gospa?

Mgr. Grillo: Tijdens mijn laatse Ad Limnia bezoek, vroeg de Heilige Vader me naar de mogelijkheid om een vereringsplaats voor Maria op te richten. Ik vertelde hem dat ik hiertoe graag bereid was, maar ik vroeg hem ook om mij te helpen bij het bouwen van een huis in Civitavecchia voor de zusters van Moeder Teresa uit Calcutta. Ik zou ervan in het bijzonder van genieten dat de vruchten van zo'n vereringsplaats vooral ten goede komen aan de armen.

Wat is het standpunt van de kerk?

Op 1 juni 2005 stond er in "Il Messagero" het volgende artikel.

"De Madonna van Civitavecchia zal grote dingen doen", zei Paus Benedictus XVI afgelopen maandag, toen hij bisschop Girolamo Grillo begroette op het einde van de bijeenkomst van de Italiaanse Bisschoppenconferentie. Precies op 1 april, de dag vóór de dood van Johannes Paulus II, overhandigde de bisschop van Civitavecchia een dossier aan de Congregatie voor de geloofsleer, voorgezeten door Kardinaal Ratzinger. Een commissie van de Congregatie heeft een negatieve mening over het bovennatuurlijke karakter van het huilende Madonnabeeld van Civitavecchia.

Tijdens een vergadering, die gisteren plaatsvond, herinnerde Mgr. Grillo aan de bijzondere verering die Paus Johannes Paulus II had voor de Madonnina van Civitavecchia, en zijn wens om een ongunstige mening niet openbaar te maken, vooraleer er verdere onderzoeken plaatsvinden. Naast feiten die reeds bekend waren, voegde Mgr. Grillo hieraan nieuwe details toe. Zo vertelde hij dat hij, op een avond op het einde van februari 1995, het miraculeuze beeld overhandigde aan Johannes Paulus II in het Vaticaan, die het vereerde en het aanbad, terwijl hij zich voor het beeld bevond. Op het einde plaatste de Paus zelfs een kroon op het hoofd van de Maagd, die hij zelf bij zich had.

Het verslag van deze ontmoeting en de verering door de Paus staat nauwkeurig beschreven in het dagboek van Mgr. Grillo die, bevreesd om niet te worden geloofd na de dood van Johannes Paulus II over diens pauselijke gebaar, een soort van getuigenis vorderde van Mgr. Stanislaw Dziwisz, de persoonlijke secretaris van de Paus. Een kopij van dit rapport van 20 oktober 2000 werd overgemaakt aan het Vaticaan, met onderaan de Pauselijke handtekening.

Ter herinnering, het beeldje van de Maagd van Medjugorje weende dertien maal bloed ten huize van Fabio Gregori tussen 2 en 6 februari 1995, in de aanwezigheid van tientallen getuigen, zelfs openbare ambtenaren, en de veertiende maal in het Bisschoppelijk huis op 15 maart 1995. Wetenschappelijk onderzoek wees uit dat het mannelijk bloed ging. Een commissie van theologen sprak zich uit voor het bovennatuurlijk karakter ervan, terwijl een andere commissie van theologen, aangesteld door de Congregatie voor de geloofsleer een negatieve mening heeft over het bovennatuurlijke karakter van het huilende Madonnabeeld van Civitavecchia. Momenteel zit men dus met het gegeven dat twee theologische commissies elkaar tegenspreken.




09-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Christelijke uitvaart
De Christelijke uitvaart

Inleiding

We willen ook de christelijke uitvaart onder uw aandacht brengen. Het behoort wel niet tot de 7 sacramenten, maar in aansluiting op het sacrament van de ziekenzalving en als christen, kan men hier niet onderuit om deze keuze te maken, om van Gods genade te kunnen genieten.

Is het nu wel of niet nodig op een christelijke manier begraven te worden? Zoals het heden ten dage al vaak gebeurt, wordt een katholiek zonder eucharistie begraven. Wat is de betekenis van deze eucharistie tijdens deze begrafenis? Is het nodig hier op aan te dringen?

Maria Simma heeft ons gezegd via het boek van Nicky Eltz dat deze eucharistie tijdens de begrafenisplechtigheid van groot belang is voor de overledene. Ook de manier waarop wij ze al dan niet beleven kan van grote betekenis zijn voor hem of haar.

Vele mensen verlaten de kerk tijdens de offergang. Dit is een teken dat ze niet begrepen hebben wat deze eucharistie voor de overledene betekent. Laat ons niet meedoen met deze praktijken en draag deze H. Mis op voor de overledene. Het zal hem of haar verder helpen in het hiernamaals als ze nog in het vagevuur verblijven. Ook is het belangrijk om tijdens de Mis, maar ook op andere momenten te bidden voor iemand die u dierbaar is en de overledene zal er u dankbaar om zijn.

Het is begrijpelijk dat er, bij een overlijden van een dierbaar persoon, verdriet is. Dit is normaal. Het hoort tot het verwerkingsproces. Hoe dierbaarder een persoon u is, hoe langer dit kan aanhouden. Toch is Maria Simma duidelijk dat verdriet geen genaden van de Heer met zich meebrengt. Genaden kunnen enkel bekomen worden door gebed of door het opdragen van een eucharistie voor de overledene. Ook al kan het eigenaardig klinken, maar het opdragen van een Mis voor iemand die nog in leven is, inclusief uzelf, levert uitzonderlijke genaden op van de Heer. Dit is meermaals bevestigd door Heiligen.

Alle sacramenten, maar vooral die van de christelijke initiatie, hadden het laatste Pasen van het kind van God als einddoel, het Pasen dat hem door de dood het leven van het Koninkrijk doet binnentreden. Dan wordt vervuld wat hij in geloof en hoop beleed: 'Ik verwacht de opstanding van de doden en het leven van het komend rijk'.

1. Het laatste Pasen van de christen

De christelijke zin van de dood wordt geopenbaard in het licht van het paasmysterie van de dood en de verrijzenis van Christus, in wie onze enige hoop is gelegen. De christen die in Christus Jezus sterft, 'verhuist uit dit lichaam om zijn intrek te nemen bij de Heer' (2 Kor. 5,8).

Op de dag van zijn sterven begint voor de christen aan het einde van zijn sacramenteel leven de voltooiing van zijn nieuwe geboorte, die met het doopsel een aanvang nam. Op die dag begint de definitieve 'gelijkvormigheid' naar 'het beeld van zijn Zoon', die werd meegedeeld door de zalving met de Heilige Geest. Zelfs al moet een christen nog een laatste loutering ondergaan, alvorens hij met het bruiloftskleed getooid kan worden, op die dag begint de deelname aan het gastmaal van het koninkrijk, waarvan de eucharistie het onderpand vormde.

De kerk, die als een moeder op sacramentele wijze de christen tijdens zijn aardse pelgrimstocht in haar schoot heeft gedragen, begeleidt hem op het einde van zijn tocht, om hem 'in de handen van de Vader' toe te vertrouwen. In Christus draagt zij het kind van haar genade op aan de Vader, en de kiem van het lichaam dat in heerlijkheid zal verrijzen, vertrouwt zij hoopvol aan de aarde toe. Deze offerande wordt ten volle gevierd door het offer van de eucharistie; de zegeningen die aan de eucharistie voorafgaan en die erop volgen zijn sacramentalia.

2. De viering en de uitvaart

De kerkelijke uitvaart dient aan de overledene noch een sacrament, noch een sacramentale toe, aangezien hij het stadium van het sacramentele heilsbestel heeft overstegen. Toch gaat het om een liturgische viering van de kerk. Het dienstwerk van de kerk wil de vruchtbare 'communio' met de overledenene tot uitdrukking brengen en tegelijk de gemeenschap, die voor de uitvaart verzameld is, bij deze 'communio' betrekken en haar het eeuwig leven verkondigen.

De verschillende uitvaartriten drukken het paaskarakter van het christelijk sterven uit en beantwoorden aan de situaties en tradities van de verscheidene streken, zelfs wat betreft de liturgische kleur.

De Ordo exsequiarum (OEX; uitvaartliturgie) van de Romeinse liturgie stelt drie vieringstypen van uitvaarten voor, die overeenkomen met de drie plaatsen waar ze gehouden worden (in het huis van de overledene, in de kerk, op het kerkhof) en die men kan aanpassen aan het belang dat de familie, de plaatselijke gewoonten, de cultuur en de volksvroomheid eraan hechten. Het verloop is trouwens in alle liturgische tradities hetzelfde en heeft vier kernmomenten:

De begroeting van de gemeenschap. De viering wordt geopend met een geloofsgroet. De verwanten van de overledene worden ontvangen met een woord van 'troost' (in nieuwtestamentische zin: de kracht van de heilige Geest in de hoop. Ook de biddende gemeenschap die zich verzameld heeft, verwacht 'woorden van eeuwig leven'. De dood van een lid van de gemeenschap (of de herdenking op de verjaardag, de zevende of veertigste dag) is een gebeurtenis waarbij de perspectieven van 'deze wereld' overstegen moeten worden en die de gelovigen moet plaatsen binnen de echte perspectieven van het geloof in de verrezen Christus.

De woorddienst tijdens uitvaarten moet met aandacht voorbereid worden, te meer omdat onder de aanwezigen ook gelovigen kunnen zijn die niet zo vaak liturgie vieren, of vrienden van de overledene die niet christen zijn. Met name de homilie 'mag geen lijkrede zijn' en moet het mysterie van het christelijk sterven beschouwen in het licht van de verrezen Christus.

Het eucharistisch offer. Wanneer de viering in de kerk plaats vindt, is de eucharistie het hart van het paasmysterie dat in het sterven van een christen gestalte krijgt. Daar drukt de kerk haar feitelijke gemeenschap met de overledene uit: wanneer zij in de heilige Geest het offer van de dood en de verrijzenis van Christus aan de Vader aanbiedt, vraagt zij dat haar kind gereinigd mag worden van zijn zonden en de gevolgen ervan, en dat hij deel mag hebben aan de volheid van het paasgebeuren door aan te zitten aan de tafel van het Koninkrijk. Wanneer de eucharistie op deze wijze gevierd wordt, leert de geloofsgemeenschap, in het bijzonder de familie van de overledene, zich te verenigen met degene die "in de Heer ontslapen is." Zij doet dit door deel te nemen aan het lichaam van Christus, waarvan de overledene een levend lidmaat is, en door voor en met de overledene te bidden.

Het afscheid van de overledene is zijn aanbeveling bij God door de kerk. Het is "een laatste vaarwel door de christengemeenschap aan de overledene, voordat diens lichaam wordt uitgedragen en begraven." In de Byzantijnse traditie wordt dit uitgedrukt door de overledene een afscheidskus te geven: 

Door deze laatste groet 'zingt men omwille van zijn vertrek uit dit leven en zijn afscheid, maar ook omdat er een gemeenschap en een hereniging is. Door de dood worden wij inderdaad niet van elkaar gescheiden, want we gaan allen dezelfde weg en we zullen elkaar op dezelfde plaats terugvinden. Nooit zullen wij gescheiden worden, want wij leven voor Christus, en nu zijn wij verenigd in Christus; wanneer wij naar Christus toegaan (...) zullen we allen tezamen in Hem zijn'.

Euthanasie

Verklaring van het bisdom omtrent euthanisie en uitvaart

Vrijdag 2 september 2011

Euthanasie en pastoraal handelen

Als gelovigen leggen we ons leven in Gods hand. Het is een christelijke opdracht zieke mensen bij te staan op alle mogelijke manieren. Maar als het gaat om leven en dood, daar moet een mens pas op de plaats maken en dit overlaten aan God, want het leven is heilig. Door het leven in eigen hand te willen nemen, overschrijden we een grens. De Kerk dient daar stelling te nemen voor het leven. Daar waar iemand verkiest het leven te beëindigen middels euthanasie, daar dient de kerk zich terug te trekken. Immers bij het toedienen van sacramenten en bij een kerkelijke uitvaart staat centraal dat we een mensenleven toevertrouwen aan God. Het is de Schepper die het leven geeft; we hebben het leven niet aan onszelf te danken. En het is God die neemt. Het staat de kerk niet vrij medewerking te verlenen aan het doelbewust beëindigen van een mensenleven, en zodoende mee te werken aan wat de kerk als kwaad en zondig beschouwt. De Kerk gelooft dat geen mens het beschikkingsrecht heeft over eigen of andermans leven. Daarom wijst de Kerk euthanasie af. De Kerk ziet het als haar fundamentele plicht elk menselijk leven te beschermen vanaf het prilste begin tot haar meest breekbare levensfase. Pastoor v.d. Sluis heeft daarom juist geoordeeld en gehandeld.

Tevens gelooft de Kerk dat niemand een lange, pijnlijke dood hoeft te ondergaan en dat zieken moeten worden behandeld en de stervenden getroost. Mensen die op sterven liggen en ernstige pijnen lijden als gevolg van ziekte of verwonding, kunnen en moeten pijnstillende medicatie toegediend krijgen, ook als hierdoor het overlijden wordt bespoedigd. Het is dus toegestaan iemand morfine te geven. De Kerk beschouwt het als een christelijke plicht lijden te verlichten. De dosis dient evenwel niet groter te zijn dan voor de pijnbestrijding vereist is.

Palliatieve sedatie (of: terminale sedatie) is het toedienen van slaapmedicatie tijdens de stervensfase. Hierbij wordt de onderliggende ziekte niet meer behandeld en overlijdt de patiënt uiteindelijk aan zijn ziekte. Een natuurlijke doodsoorzaak derhalve. Er is een belangrijk onderscheid met euthanasie, waarin actief het leven wordt beëindigd door middel van toedienen van dodelijke medicatie. Hier overlijdt de patiënt ten gevolge van het toedienen van medicatie, een niet-natuurlijke doodsoorzaak derhalve.

Weliswaar dient iedere normale proportionele en menselijke behandeling altijd voortgezet te worden, maar staat de Kerk het eindeloos rekken van het leven niet voor. Het onthouden van medicijnen of het staken van behandelingen die de dood tot gevolg kunnen hebben, maar waarbij de dood niet het doel of de directe reden is, acht de Kerk niet immoreel. Het stopzetten van medische behandelingen die belastend zijn, gevaarlijk, buitengewoon of die niet in verhouding tot de verwachte resultaten staan, kan geoorloofd zijn. Men wil zo niet de dood bewerken, maar aanvaardt dat men hem niet kan verhinderen.

Het pastoraal handelen is gericht op de overgave aan Gods liefdevolle barmhartigheid. Wanneer men bewust en in volle vrijheid kiest voor euthanasie, dan wil men de regie over het leven in eigen hand nemen en sluit men zich af voor Gods barmhartigheid. Om die reden kan de Kerk hieraan geen medewerking verlenen, omdat pastoraal handelen erop gericht is mensen open te stellen voor Gods liefde. Euthanasie in combinatie met de toediening van het Sacrament van de Zieken suggereert instemming met euthanasie: vandaar dat hier geen medewerking aan verleend kan worden. Dan zal gezocht moeten worden naar mogelijkheden de stervende nabij te zijn met gebed. Wat betreft de kerkelijke uitvaart (eucharistieviering, gebedsviering of absoute) geldt hetzelfde, gezien het publieke karakter van de kerkelijke uitvaart. Dit zou wederom een goedkeuring impliceren. Uiteraard kan men altijd bidden voor het zielenheil van overledenen.

Het kan evenwel zo zijn dat iemand, door pijn, angst en lijden overmand, in wanhoop vraagt om zijn leven te beëindigen. Er kunnen ook situaties voorkomen waarin keuzes en gevoelens van wanhoop zich met elkaar vermengen. Het lijden aan een ernstige, ongeneeslijke, lichamelijke ziekte kan invloed hebben op de psyche. Wanneer er aanwijzingen zijn dat de keuze voor euthanasie niet volledig in vrijheid is gedaan, kan men op basis van een prudente afweging van alle factoren een kerkelijke uitvaart toestaan. Alle omstandigheden in achtgenomen kan het derhalve gerechtvaardigd zijn dat deken Blom de uitvaart heeft gedaan. Het is wel onjuist dat hij vooraf geen contact heeft opgenomen met zijn collega in Liempde. Een kerkelijke uitvaart zal ook niet geweigerd worden als betrokkene vóór diens dood enig teken van berouw heeft getoond.

Tot slot. De Kerk beoordeelt het moreel handelen. Dat is haar plicht. Zij beoordeelt dit in overeenstemming met de Bijbel. De Kerk veroordeelt nimmer de persoon. Dat laat zij te allen tijden over aan Gods barmhartigheid. Elk pastoraal handelen is gericht op het zielenheil. Daarom is het de taak van de Kerk te wijzen op Gods liefde, opdat de mens zich zou toevertrouwen aan Gods liefde. Het zou liefdeloos zijn als de Kerk zou meewerken aan wegen die mensen niet leiden naar God.

+R.Mutsaerts
2/9/2011

Anne Van Der Sloten


08-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gods adres
Gods adres

God beschikt over een postbus en een adres. Al wat u hoeft te doen is te schrijven naar "God, Jeruzalem" en de postbode van deze Heilige Stad zal de brief netjes afleveren voor u. Er worden duizenden brieven gericht aan God en velen ervan zijn met zulke mooie zorg afgewerkt dat zelfs de meest vurige correspondenten er zouden van blozen.

De benamingen voor de bestemmeling zijn soms heel inventief: "De Heilige, grote en omvangrijke Tempel", "Eerwaarde", "Aan de Hogepriester", "De Heilige Tempel van God", "Jeruzalem, Heilige Stad van God", "Aan de Almachtige God", "Alpha en Omega", "Heilig Land van Israël," enz...

Terwijl andere onbestelbare brieven onverwijld in de prullenmand belanden, wordt aan deze brieven een tweede leven gegund. Vanaf het ogenblik dat de brief een "herkenbare bestemming" heeft, is de postbode, volgens de internationale wetten, verplicht om de brief af te leveren.

Zo weet het hoofd van het lokaal postkantoor; Avi Yaniv, te zeggen dat hij de plaats kent waar God het dichtst bij de aarde is. Elke keer worden de enveloppen geopend, de brieven netjes gevouwd afgeleverd in de scheuren van de klaagmuur, de meest heilige plaats van Jodendom, de laatste resten van de Tempel van Koning David.

Yaniv: "Als de brieven een afzender bevatten, worden ze netjes terugbezorgd, zoniet belanden ze in de klaagmuur." Verder zegt hij: "Ook zijn er vele brieven gericht aan Jezus Christus, de Maagd Maria en aan Koning David, maar het hoofd van de rabbijnen zegt dat enkel deze die aan God zijn gericht mogen worden afgeleverd. Wanneer de brieven aankomen in het postkantoor worden ze netjes gesorteerd èn er is een aparte sorteerbox voor de brieven gericht aan God en alhoewel 90% van de brieven afkomstig zijn van Christenen, zullen deze nooit worden afgeleverd in de Heilige Grafkerk, het meest vereerde heiligdom van de Christenen, want hun brieven zijn gericht aan God, niet aan de Kerk.

De mensen schrijven van over heel de wereld, maar dit jaar was er een primeur: voor het eerst was er iemand uit de Arabische wereld die een brief gericht had aan de God van Israel. De brief, afkomstig uit Marokko, was gericht aan "Quds", de Arabische naam voor Jeruzalem.

Ongeacht de oorsprong van de brieven, hebben ze meestal één ding gemeen. De meesten verlangen dingen van God. Sommigen schrijven hun adres op de keerzijde, alsof ze een brief terug verwachten. Ooit had er iemand de nummers van de loterij opgezonden, in de hoop dat God hem zou helpen en een man uit Rusland vroeg Gods tussenkomst voor een eventueel huwelijk met een Hollywoodactrice. Alles wordt er gevraagd, maar de voorbije maand was er een brief van iemand die om niets vroeg, integendeel, hij wou enkel God bedanken omwille van zijn goed huwelijk, zijn huis en werk. Anderen zoeken troost. Een verdrietige weduwnaar schreef wanhopig dat hij zijn vrouw zo erg miste en hij vroeg of hij haar in een droom nog eens mocht zien."

07-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Interview van Bisschop Del Val Gallo uit Santander
Interview van Bisschop Del Val Gallo uit Santander door Sari Loli, zus van zienster Mari Loli (1992)

Sari: Waar bent u geboren?

Mgr. Del Val Gallo: Ik ben geboren te Burgos, maar toen ik vijftien dagen oud was verhuisde ik naar Santander, waar ik van dan af heb geleefd.

Sari: Wat heeft u doen beslissen om priester te worden?

Mgr. Del Val Gallo: Toen ik vier jaar oud was vroeg de pastoor uit mijn dorp me of ik ooit priester zou willen worden. Ik zei "ja" op een manier als een klein kind normaal zou antwoorden. Op mijn negende echter, stierf er een religieuze tante langs mijn vaders kant, in een sfeer van heiligheid. Er heerste toen een heel gevaarlijke ziekte die vooral kinderen trof en ondanks het epidemisch karakter van de ziekte [zonder de ziekte bij naam te noemen ging het hier meer dan waarschijnlijk om de Spaanse griep] bleef ze doorgaan met haar liefdadigheid door de zieken te verzorgen. Zij werd gewaarschuwd voor de besmettelijkheid van de ziekte en ze bezweek er ook onder, maar ze zei: "Ik heb mijn hele leven toegewijd aan de Heer door de armen te helpen en nu, wanneer ze mij het meeste nodig hebben, kan ik er ook niet mee stoppen. Ze werd uiteindelijk ook ziek en overleefde de ziekte niet. Er werd over deze zaak gepraat binnen de familie en het liet een diepe indruk na op mij. Deze heldendaad van mijn tante deed mij nadenken: "Zou ik dit ook kunnen bereiken als priester?" Het was toen dat ik de beslissing nam om priester te worden, op mijn negende. Toen ik twaalf jaar werd ging ik naar de Pauselijke Universiteit van Comillas tot ik priester werd in 1944.

Sari: Hou oud was u toen u tot priester werd gewijd? Door wie en wanneer?

Mgr. Del Val Gallo: Ik was achtentwintig jaar oud toen ik tot priester ben gewijd door Aartsbisschop Parrado van Granada. Hij is vele jaren geleden gestorven. De kerk waar ik gewijd ben is eigendom van de Pauselijke universiteit van Comillas.

Sari: Wanneer ging u voor het eerst naar het dorpje Garabandal en waarom?

Mgr. Del Val Gallo: Ik ging acht dagen na de eerste verschijning. Ik ging daar op vraag van Bisschop Doroteo Fernandez. Hij was toen de Pauselijke Beheerder van het Bisdom. Daar ik een priester was in wie hij vertrouwen stelde, wou hij dat ik er heen ging als waarnemer en hem mijn indrukken te rapporten over alles wat ik had gezien. En zo was ik daar ongeveer acht dagen na de eerste verschijning, op vraag van de Bisschop.

Sari: Hoe dikwijls bezocht u de plaats ten tijde van de verschijningen?

Mgr. Del Val Gallo: Daarna ging ik nog tweemaal, steeds op bevel van dezelfde Bisschop.

Sari: Hebt u de meisjes gezien tijdens de verschijningen? En zo ja, wil u beschrijven wat u zag en hoorde. Wat waren uw indrukken?

Mgr. Del Val Gallo: Ja, ik zag de meisjes in extase. Dit noemt men een psychologische droomtoestand. Het was wel een soort verlaagd bewustzijn, maar niet zo diep als men eerst zou denken, daar de meisjes voortdurend in en uit deze toestand kwamen. Ik zei dat ik geloofde dat het een soort "trance" was en dat verbaasde de mensen en deed hen geloven dat het om iets bovennatuurlijks ging, maar mijn indrukken waren deze van een toeschouwer. We zullen zien. We zullen zien wat er gebeurt. Met dit soort zaken mogen we niet overhaast te werk gaan.

Sari: Wanneer kwam het bisdom Santander onder uw toezicht te staan? Wat dit uw eerst diocees als Bisschop?

Mgr. Del Val Gallo: Ik kreeg het bisdom Santander toegewezen op 4 december 1971 en kwam hier voor het eerst aan op 16 januari 1972. Dit was mijn eerste en meteen ook mijn laatste bisdom als Bisschop. Ik leidde het diocees gedurende twintig jaar. Daarvoor was is in Jerez de la Frontera in de omgeving van Cadiz, dat toebehoorde aan het bisdom van Sevilla. Ik kreeg de leiding van de regio Cadiz door de Kardinaal van Sevilla, waarbij ik mijn taken vervulde zoals elke andere Bisschop. Vandaag is het een bisdom op zichzelf.

Sari: Hoeveel Bisschoppen gingen er u vooraf, sedert het begin van de verschijningen?

Mgr. Del Val Gallo: Velen. Er waren er velen als we veronderstellen dat sommigen Bisschop waren en andere Pauselijke afgevaardigden tijdens deze jaren, er was heel wat beweging in het diocees Santander. Er was Doroteo Fernandez, Eugenio Beitia, Vicente Puchol, Enrique de Cabo [plaatsvervangend Bisschop]. Toen kwam José Maria Cirarda die destijds hulpbisschop was van het bisdom van Bilbao en Pauselijke afgevaardigde. De laatste Bisschop alvorens ik in 1972 werd aangesteld was Rafaël Torrija de la Fuente.

Sari: Is het waar dat u, van al deze bisschoppen, de enige getuige was van de verschijningen?

Mgr. Del Val Gallo: Ik denk van wel, alhoewel ik ooit heb horen zeggen dat Conchita Gonzalez in extase overging voor Bisschop Puchol, maar ik ben hier niet zeker van. Ja, ik denk dat ik de enige was die de meisjes in extase heb gezien.

Sari: Heb u zich ooit voorgesteld dat God u rond zo een unieke gelegenheid zou plaatsen?

Mgr. Del Van Gallo: Ik heb steeds geprobeerd om mij over te geven in Gods handen. Ik probeerde dit steeds ongeacht moeilijke omstandigheden of vreugdevolle gebeurtenissen, en deze [Garabandal] kent zowel moeilijke als vreugdevolle omstandigheden tegelijkertijd.

Sari: Wanneer hebt u besloten om alle beperkingen van de vorige bisschoppen voor de priesters op te heffen en waarom?

Mgr. Del Val Gallo: Ik kan niet meer de juiste datum zeggen. Het gebeurde stap voor stap. Ik vertelde de priester dat ik de beperkingen ging ongedaan maken en daarop werd het openbaar gemaakt. Ik herinner mij niet meer de juiste datum, maar het moet ongeveer een zestal jaren voor ik mij terugtrok geweest zijn, wat vorig jaar in september gebeurde.

Sari: Zijn de verschijningen te Garabandal ooit veroordeeld door de kerk?

Mgr. Del Val Gallo: Neen, de vorige bisschoppen erkenden het bovennatuurlijke karakter er niet van, maar hebben de verschijingen ook nooit veroordeeld. Dat woord werd nooit gebruikt.

Sari: Wanneer hebt u de zaak Garabandal heropend? Wie deed de studie? Hoe werd deze geleid en tot welk besluit kwam men?

Mgr. Del Val Gallo: De studie werd niet begonnen op een afgesproken datum [1986 n.v.d.r.], maar begon wel ongeveer zes jaar eerder, rekening houdende met alle omstandigheden van toen en werd beëindigd bij een bijenkomst in april 1991. In het begin verliep de studie maar langzaam zodat het zes of zeven jaar duurde vooraleer ze werd beëindigd. Tot dan liet ik mij in met de verklaringen van de vorige bisschoppen, maar ik voelde dat ik persoonlijk iets aan deze zaak moest doen. Ik voelde dat ik een persoonlijk onderzoek moest leiden, omdat de verantwoordelijkheid van een Bisschop zoiets vraagt. Ik moest wel iets doen omdat ik er van overtuigd was dat er ernstige dingen waren gebeurd in Garabandal, zo ernstig dat ik dit voelde dat mijn eigen inbreng vereist was.

Sari: Wat is er gebeurd met de resultaten?

Mgr. Del Val Gallo: De resultaten van het onderzoek werden opgestuurd naar de Heilige Stoel, naar de Congregatie van de Geloofsleer. Dit dient altijd te gebeuren met zo'n aangelegenheden en zo bevinden de documenten zich nu daar. Alles werd in handen gegeven van Kardinaal Ratzinger.

Sari: Waren de verschijningen te Garabandal theologisch correct en werden ze in overeenstemming met de leer van de Katholieke Kerk gevonden?

Mgr. Del Val Gallo: Ik geloof dat ze wel theologisch juist waren, maar één van de details maakte mij bezorgd: "Vele bisschoppen en kardinalen bewandelen het verloren pad." Dit lijkt me persoonlijk wel héél erg streng, maar hoe dan ook spreken de boodschappen de Kerkelijke Leer niet tegen!

Sari: Wanneer en waarom trok u zich terug?

Mgr. Del Val Gallo: Omwille van mijn leeftijd. De Kerk vraagt aan elke bisschop om op de leeftijd van 75 jaar de Paus per brief hierover in te lichten zodat de Heilige Vader op zoek kan gaan naar vervanging. En dat ik wat ik ook deed. Op 13 juni van 1991 werd ik 75 jaar en op 29 september ging ik met pensioen.

Sari: Hebt u nog bijzondere plannen voor de toekomst?

Mgr. Del Val Gallo: Ja, mijn eerste voornemen is om meer te bidden, omdat ik nu meer tijd zal hebben. Ik moet veel meer tijd besteden aan het bidden. Mijn tweede voornemen is om de kansarmen te helpen. Ik heb ook steeds het voornemen gehad, zelfs van voor ik bisschop was, om te schrijven, maar eens ik was aangesteld kwam dit er ook al niet meer van. Als men een goede bisschop wil zijn, is er geen tijd om te schrijven omdat er te veel werk is, en zo heb ik nu als derde voornemen om in de komende anderhalf jaar een boek te schrijven. Ik denk reeds aan de mogelijke titel: "De Christen in het jaar 2000". Het zal een boek zijn over de hedendaagse Europese cultuur en hoe het ons Christelijk leven en denken beïnvloedt. Deze Cultuur zou aan Gods oproep moet beantwoorden en ten dienste staan van de mens.

Sari: Wat denkt u wat het resultaat zou moeten zijn op de mensheid van onze Heilige Moeder, als "Moeder van de Verlosser" en "Moeder van de Kerk"?

Mgr. Del Val Gallo: Het eerste wat bij me bij deze vraag opkomt is het leven van Kardinaal Wyszynsky uit Polen. U weet dat hij Kardinaal was tijdens de moeilijkste periode in de geschiedenis van zijn land. Het imperiale communisme was zo allesomvattend dat de Kerk enorm werd tegengewerkt en onderdrukt. Er was geen enkele vrijheid en toch vertrouwde Kardinaal Wyszynsky zijn volk toe aan Maria, Onze Lieve Vrouw van Czestochowa. In deze extreme omstandigheden zocht de Kardinaal zijn toevlucht tot onze Hemelse Moeder, omdat Zij diegene is die het geloof zal redden. Hierin vergelijk ik mijzelf een beetje met Kardinaal Wyszynsky, omdat ik net als hem denk, dat Onze Lieve Vrouw het geloof zal redden.

Sari: Denk u dat de boodschappen het belangrijkste gedeelte uitmaken van de boodschappen van Garabandal?

Mgr. Del Val Gallo: Uiteraard zijn deze belangrijk, net zoals deze ook belangrijk waren te Lourdes en te Fatima. Voor ons Christenen is het belangrijk om te leven naar de boodschappen die Onze Moeder ons doorgeeft, als wij in overweging nemen dat Zij deze zou gezegd hebben, want ik ik kan dit niet openlijk toegeven, want dit zou ermee instemmen zijn dat de verschijningen echt waren, wat ik niet kàn doen, omdat de Kerk hierin het laatste woord heeft en hierover nog geen definitief standpunt heeft ingenomen.

Aan het einde van de interview voegde Bisschop Del Val Gallo er nog de volgende belangrijke commentaar aan toe: "Ik ben zeer dankbaar voor uw bezoek, dat zo betekenisvol was."

Opmerking Chris De Bodt: Alsof Onze Lieve Heer en Zijn Moeder een teken van de echtheid van de verschijningen wou geven aan de mensen: Bisschop Juan Antonio Del Val Gallo was de eerste bisschop die de verschijningen van Garabandal genegen was. De dertiende speelde, net als in Fatima, een héél belangrijke rol in zijn leven: Hij werd geboren op 13 juni 1916 en overleed op 13 november 2002. De dag van de laatste verschijning te Garabandal was ook op 13 november [1965].

06-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Katarina Bednarczuk Sieminska: Te voet van Polen naar Medjugorje
Katarina Bednarczuk Sieminska:
Te voet van Polen naar Medjugorje

Katarina Bednarczyk Sieminska (55) uit Kazimierz Dolny, nabij Lublin, heeft een voettocht van Polen naar Medjugorje achter de rug. Zij wandelde er 62 dagen over. Zij vertrok met lege handen op pelgrimstocht, enkel vertrouwend op Gods Voorzienigheid. Zij droeg alleen een kruis, een gebedenboek en een reiskaart. Haar gebedsintentie voor deze tocht was de vrede en de verzoening onder de mensen in de wereld, die allemaal deel uitmaken van Gods familie. Zij is gehuwd, heeft geen kinderen en haar echtgenoot is kunstenaar, schilder.

Dit is haar getuigenis:

Ik ben te voet naar Medjugore gekomen omdat de Moeder en de Koningin van Vrede hier verschijnt. Ik geloof dat Maria hier verschijnt en dat is de reden waarom ik naar hier kwam. Uiteraard is Zij overal, maar hier is Zij op een bijzondere wijze aanwezig. Zij wenst ons voor te bereiden op onze ontmoeting met Jezus en met God de Vader.

Wij leven in moeilijke tijden en ik denk dat de tijd is gekomen voor de verzoening van de hele mensheid. Ik heb dit voornemen ontvangen in gebed. Wij zijn allemaal Gods kinderen. De mensen zouden meer tot elkaar moeten komen. De mensheid bevindt zich in weeën en wij moeten ons daarvan bewust zijn. Alle mensen zijn broeders en daarom had ik noch water, noch brood bij mij, maar in volle bewustzijn en met een duidelijk voornemen wou ik afhangen van diegenen die ik zou ontmoeten, van hun goedheid. Soms wensten ze mij brood en water mee te geven voor onderweg, maar dat wou ik niet. Het is mooi om te kunnen vragen, een verzoek te kunnen richten en de mensen zijn gelukkig als ze kunnen geven, als ze iets kunnen aanbieden. Dan ervaren we hen als leden van onze eigen familie. God werkt door hen.

Soms werd ik van de hand gewezen, maar ook dit noem ik een goede ervaring. Hoe dikwijls klopt God niet aan op de deur van ons hart en weigeren wij Hem, en wensen wij Hem niet binnen te laten. Soms moeten we meerdere malen aankloppen. We ontmoeten Jezus in de daklozen, in de armen, en als wij Hem niet herkennen, dan zijn wij werkelijk blind. Alle mensen zijn leden van onze familie, de zieken inbegrepen en ook zij die hun gemoed verloren zijn. Soms wil iemand iets stelen van ons. Wij zouden zelfs dat moeten toestaan. Laat ons niet gesloten blijven, maar onze harten openen en de mensen zullen minder agressief zijn.

We moeten er ons van bewust zijn dat wij allemaal één zijn, één lichaam. Soms wensen wij beter te zijn dan de anderen, maar God wil niet dat wij beter zijn dan anderen. Hij wil enkel dat wij goed zijn en goed zijn betekent niet dat wij beter dan de anderen moeten zijn. Wij moeten God om deze genade vragen, en wij zullen Zijn hulp hiervoor ontvangen. Enkel God kan de mensenharten openen. Wij kunnen onszelf niet veranderen, enkel God kan ons veranderen en dat is waarom wij voor elkaar moeten bidden.

Thuis zijn wij niet arm. Mijn echtgenoot is een kunstenaar en hij gaf mij geld voor deze onderneming, maar ik liet het achter in Polen. Ooit wandelden wij naar Rome, mijn man, ik en een vriend, maar deze keer voelde ik dat ik helemaal alleen moest gaan, juist zoals God mij het heeft ingegeven, met lege handen en zonder enige bescherming. Als wij ons op alles voorzien, hoeft God over ons niet te waken, maar wij moeten de ervaring doormaken dat Hij over ons wil waken.

Laat mij u een voorbeeld geven: het was herft en dus begon ik met een regenjas aan en tijdens de eeste tien dagen regende het inderdaad. Dan besloot ik om deze natte en doordrongen regenjas achter te laten en de zon begon te schijnen. God kan maken dat het overal regent, behalve op de weg die we bewandelen! Deze ervaring maakte mij bijzonder gelukkig. Ik ben bedroefd voor allen die niet geloven in God. Zij denken dat zij alles zelf kunnen oplossen en dat is waarom wij geen vrede kunnen vinden.

Ik sliep bij families, in parochiehuizen. Van Polen ging ik door Slovakije, Hongarije, Kroatië en Bosnië. Ik ging door de streek die door Moslims werd bewoond. Ik praatte met hen. Zij weten niet dat God een Vader is. Daarom vertelde ik hen dat wij een gemeenschappelijke Vader hebben. Zij zijn onze jongere broers, die een aantal eeuwen later dan ons zijn geboren. In een stad nabij Zenica, ging in naar de moskee. Ik vroeg hen om onderdak en ze gaven mij ook te eten. Ik vertelde hen dat ik naar Medjugorje ging. Toen ik hen verliet werd ik door velen uitgewuift en zij vroegen mij nog om dit of dat mee te nemen, maar ik vertrok met lege handen. Zij waren gelukkig dat ik naar Medjugorje ging en zij vertelden mij dat zij enkel vrede, vrede en nog eens vrede wilden.

Enkele jaren geleden ging ik te voet naar Czestochowa, geladen met een rugzak van 25 kilo, vol met gerief. Toen dacht ik dat ik dit alles nodig had. Maria vertelde mij: "als u Mijn Zoon wenst te volgen hebt u helemaal niets nodig." Zij zal zorg voor ons dragen.

05-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Medjugorje: Maria's uiterlijk
Medjugorje: Maria's uiterlijk

Velen hebben op verschillende wijzen gepoogd om de zieners te ondervragen over het uiterlijk van Onze Lieve Vrouw. Vader Janko Bubalo was hierin het meest succesvol. Hij volgde de verschijningen van bij het begin. Jarenlang kwam hij naar Medjugorje om de biecht te horen en zo verzamelde hij heel wat ervaring over de godsvrucht in Medjugorje. Hij sprak verscheidene malen met de zieners en publiceerde niets zonder hun toestemming.  Ondertussen deden er zovele beschrijvingen over Haar uiterlijk de ronde [sommige waren zelfs totaal tegengesteld aan wat de zieners ooit hadden beweerd]. dat Vader Janko in 1992 besloot om aan alle zieners een vragenlijst te geven over het uiterlijk van Onze Lieve Vrouw bij Haar verschijningen, teneinde hieromtrent definitief orde op zaken te stellen. Alle zieners, behalve Jakov Colo, hebben deze vragenlijst onder handtekening ingestuurd. Om gerechtvaardigde redenen heeft Jakov de lijst niet ingevuld, maar hij ging akkoord met het antwoord van de overige zieners, zonder hier iets in het bijzonder aan toe te voegen. Hieronder vindt u de volledige vragenlijst en de antwoorden van de zieners.

Janko: Eerst en vooral: Hoe oud is de Madonna, die jullie geregeld zien?
Antwoord: Zo'n 165 cm [Vicka: zoals ik].

Janko: Ziet Zij er eerder "slank", tenger uit...?
Antwoord: Zij ziet er eerder slank uit.

Janko: Hoeveel kilogram denken jullie dat Zij weegt?
Antwoord: Zo'n 60 kilogram.

Janko: Hoe oud denken jullie dat Zij is?
Antwoord: Tussen de 18 en de 20 jaar oud.

Janko: Als Zij met Haar Kindje Jezus is, ziet Zij er dan ouder uit?
Antwoord: Zij ziet er zoals gewoonlijk uit. Hetzelfde.

Janko: Als Onze Lieve Vrouw bij jullie is, staat ze dan rechtop of...
Antwoord: Altijd rechtop staand.

Janko: Waarop staat zij?
Antwoord: Op een kleine wolk.

Janko: Welke kleur heeft die kleine wolk?
Antwoord: De wolk heeft een witte kleur.

Janko: Hebben jullie Haar ooit geknield gezien?
Antwoord: Nooit! [Vicka, Ivan, Ivanka,...]

Janko: Uiteraard heeft jullie Madonna Haar eigen gelaat. Is dit rond, eerder lang of ovaal?
Antwoord: Het is eerder lang, ovaal, normaal.

Janko: Welke kleur heeft haar gelaat?
Antwoord: Normaal, eerder licht met roze wangen.

Janko: Welke kleur heeft haar voorhoofd?
Antwoord: Normaal, eerder licht zoals haar gelaat.

Janko: Welke soort lippen heeft Onze Lieve Vrouw, eerder dik of dun?
Antwoord: Normaal, prachtig. Ze zijn eerder dun.

Janko: Welke kleur hebben ze?
Antwoord: Rood, een natuurlijke kleur.

Janko: Heeft Onze Lieve Vrouw enige rimpels, zoals de mensen gewoonlijk hebben?
Antwoord: Doorgaans heeft Zij er geen, misschien een beetje, als Zij glimlacht [Mirjana]

Janko: Is er normaal een vriendelijk glimlach te bemerken op Haar gelaatsuitdrukking?
Antwoord: Misschien, meer iets zoals een onbeschrijfelijke voornaamheid. Het is alsof er ergens onder Haar huid een glimlach valt te bemerken [Vicka].

Janko: Wat is de kleur van de ogen van Onze Lieve Vrouw?
Antwoord: Haar ogen zijn prachtig! Helderblauw [allen].

Janko: Zijn deze eerder groot of...?
Antwoord: Meer normaal, misschien iets groter [Marija]

Janko: Welke kleur hebben Haar wimpers?
Antwoord: Normaal, geen bijzondere kleur.

Janko: Zijn ze dunner of...?
Antwoord: Gewoon, normaal.

Janko: Uiteraard heeft Onze Lieve Vrouw ook een neus. is deze scherp of...?
Antwoord: Een lieve, kleine neus [Mirjana], normaal, in overeenstemming met Haar gelaat [Marija]

Janko: En Haar wenkbrauwen?
Antwoord: Haar wenkbrauwen zijn dun, normaal, eerder zwart van kleur.

Janko: Hoe gaat jullie Madonna gekleed?
Antwoord: Ze draagt een normaal vrouwenkleed.

Janko: Welke kleur heeft haar kleed?
Antwoord: Haar kleed is grijs, misschien een beetje blauwgrijs [Mirjana]
Janko: Is Haar kleed aangetrokken rond het lichaam of valt het vrij neer?
Antwoord: Het valt vrij neer.

Janko: Is er iets aangetrokken of rond haar taille gebonden?
Antwoord: Neen, er is niets.

Janko: Hoe lang reikt Haar kleed?
Antwoord: Tot volledig beneden aan de kleine wolk waarop Zij staat. Het kleed gaat over in de wolk.

Janko: Hoever reikt het kleed aan de nek?
Antwoord: Normaal. Tot aan het begin van de nek.

Janko: Is er een gedeelte van de nek van Onze Lieve Vrouw zichtbaar?
Antwoord: Haar nek is zichtbaar, maar niets van Haar borst.

Janko: Tot waar reiken Haar mouwen?
Antwoord: Tot aan Haar handpalmen.

Janko: Is Haar kleed omzoomd door iets?
Antwoord: Neen, met niets.

Janko: Is de vrouwelijkheid van de Madonna zichtbaar?
Antwoord: Uiteraard is dit zichtbaar! Maar niets in het bijzonder [Vicka]

Janko: Is er iets anders naast dit kleed?
Antwoord: Zij heeft een doek op Haar hoofd.

Janko: Welke kleur heeft dit doek?
Antwoord: Het hoofddoek is wit.

Janko: Zuiver wit of...?
Antwoord: Zuiver wit.

Janko: Hoeveel van Haar lichaam bedekt het doek?
Antwoord: Het doek bedekt Haar hoofd, schouders en volledige lichaam aan de achterzijde en de zijkanten.

Janko: Hoe diep reikt het?
Antwoord: Het doek gaat net als Haar kleed over in de kleine wolk.

Janko: Hoeveel bedekt het van de voorzijde?
Antwoord: Het bedekt van de achterzijde en de zijkanten.

Janko: Is het doek steviger, dikker dan het kleed van Onze Lieve Vrouw?
Antwoord: Neen, het is zoals het kleed.

Janko: Valt er enig sieraad te bemerken?
Antwoord: Er is geen enkel soort sieraad.

Janko: Is het met iets afgewerkt aan de uiteinden?
Antwoord: Neen, met niets.

Janko: Heeft Onze Lieve Vrouw dan geen enkel sieraad?
Antwoord: Neen, geen enkel.

Janko: Bijvoorbeeld op of rond haar hoofd?
Antwoord: Zij heeft een kroon van sterren op haar hoofd.

Janko: Zijn er altijd sterren rond Haar hoofd?
Antwoord: Gewoonlijk wel, ja altijd [Vicka]

Janko: En als Zij bijvoorbeeld met Jezus verschijnt?
Antwoord: Dan is Zij zoals anders.

Janko: Hoeveel sterren zijn er?
Antwoord: Twaalf.

Janko: Welke kleur hebben deze?
Antwoord: Goud, een gouden kleur.

Janko: Zijn deze op enige wijze met elkaar verbonden?
Antwoord: Zij zijn met iets verbonden zodat ze blijven hangen [Vicka].

Janko: Is er een beetje van het haar van Maria zichtbaar?
Antwoord: Er is een beetje haar zichtbaar.

Janko: Waar zie je dit?
Antwoord: Een beetje boven haar voorhoofd, van onder het doek, aan de linkerkant.

Janko: Welke kleur?
Antwoord: Het is zwart.

Janko: Is er iets van Haar oren zichtbaar.
Antwoord: Neen, Haar oren zijn nooit zichtbaar.

Janko: Hoe kan dat?
Antwoord: Omdat het hoofddoek Haar oren bedekt.

Janko: Waar kijkt Onze Lieve Vrouw gebruikelijk naar tijdens Haar verschijningen?
Antwoord: Gewoonlijk kijkt Zij naar ons, soms naar iets anders, naar wat Zij aanwijst.

Janko: Hoe houdt Onze Lieve Vrouw Haar handen?
Antwoord: Haar handen zijn vrij, ontspannen, uitgestrekt.

Janko: Wanneer vouwt Zij Haar handen?
Antwoord: Bijna nooit, soms misschien bij het "Eer aan de Vader."

Janko: Maakt Zij ooit bewegingen of gebaren met Haar handen tijdens de verschijningen?
Antwoord: Zij maakt geen gebaren, behalve wanneer Zij naar iets wijst.

Janko: In welke richting zijn haar handpalmen gedraaid wanneer Haar handen zijn uitgestrekt?
Antwoord: Haar handpalmen bevinden zich gewoonlijk naar boven, net als Haar vingers.

Janko: Zijn Haar vingernagels zichtbaar?
Antwoord: Deze zijn gedeeltelijk zichtbaar.

Janko: Hoe zijn deze? Welke kleur hebben ze?
Antwoord: Een natuurlijke kleur en mooi geknipte vingenagels.

Janko: Hebben jullie ooit Haar benen gezien?
Antwoord: Neen, nooit. Deze worden steeds door Haar kleed bedekt.

Janko: Tenslotte, is Onze Lieve Vrouw werkelijk zo mooi als jullie beweren?
Antwoord: Wel, we hebben u hierover nooit iets verteld want Haar schoonheid kan niet worden beschreven. Het is geen aardse, maar een Hemelse schoonheid, iets dat wij enkel zien in het Paradijs, en dan enkel tot op een bepaalde graad.


04-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Monte Cassino
Monte Cassino

Monte Cassino is een Benedictijner abdij, een van de drie kloosters gesticht door Benedictus van Nursia. Het klooster ligt op een rots, 519 meter boven het plaatsje Cassino in de regio Lazio, tussen Rome en Napels. Het is gebouwd op de ruïnes van de Romeinse versterking Municipium Casinum.



Toen Benedictus er aankwam was de regio nog niet bekeerd. Volgens de legende zou Benedictus er het Apollo-altaar hebben afgebroken en er een kapel hebben gebouwd: de basis was gelegd. Monte Cassino zou geen eenvoudig leven zijn beschoren. Aanvankelijk was het niet meer dan een toren en een kapel, maar al snel werd het klooster steeds groter en kwam het onder bescherming van diverse machtige heersers te staan. Tijdens het leven van Benedictus ontstond hier de bekende regel voor monniken [regula benedicti]. Hij verrichtte er ook verscheidene mirakelen. Later zou het klooster verscheidene malen ten prooi vallen aan oorlogen en heersers, waardoor het ondertussen al vier keer is herbouwd. Ook als bedevaartsoord is het klooster sinds eeuwen zeer in trek, zeker nadat Benedictus, die in de crypte begraven ligt, heilig werd verklaard.

Omstreeks 577 werd de abdij verwoest door de Longobarden van Zotto, hertog van Beneventum, maar in de achtste eeuw gaf Paus Gregorius II de opdracht om de abdij te herbouwen. In 787 bezocht Karel de Grote het klooster en verleende de abdij verscheidene privileges. Karel de Grote was een vriend van Paus Gregorius VII. De Basiliek werd opnieuw gebouwd en vele manuscripten zagen het daglicht, evenals mozaïeken.

In 1349 werd het klooster door een aardbeving getroffen. Alleen een paar muren getuigden nog van het prachtige gebouw dat abt Desiderius verwezenlijkte.

Ook tijdens WOII werd de abdij niet gespaard, ondanks de inspanning van vele monniken. Op 15 februari 1944, tijdens de laatste dagen van de oorlog, bevond Monte Cassino zich in de vuurlijn van de twee legers: in dit oord van rust, vrede en gebed hadden honderden mensen een schuilplaats gevonden. Binnen drie uur tijd zou dit hun laatste rustplaats worden.

De laatste heropbouw duurde meer dan een decennium en werd volledig gefinancierd door de Italiaanse staat. Na zoveel eeuwen blijft de abdij van Monte Cassino de oorsprong van het westers kloosterleven.

Het is een groot klooster en het complex omvat een kerk, kapittelzaal, dormitorium, refectorium, keuken, cellarium of voorraadkamer, novicencel, vestiarium of garderobe, oud en nieuw infirmarium of ziekenboeg en het palatium. Van het oorspronkelijke complex zijn alleen de door de kunstschool van Beuron beschilderde crypte (1889-1913) en de graven van Benedictus en zijn tweelingzuster, de heilige Scholastica, bewaard gebleven.

De slag om Monte Cassino uit WO II [ook nog wel eens de slag om Rome genoemd]

De strategische positie van Monte Cassino heeft het tot de locatie van verschillende veldslagen en belegeringen vanaf de klassieke oudheid gemaakt. Naar het zuiden toe kijkt het klooster uit over de rivier Rapido.

In de Tweede Wereldoorlog was de Slag om Monte Cassino een slag, of liever serie gevechten, toen de geallieerden tijdens de Italiaanse campagne probeerden door de Gustav linie te breken. De intentie was de ingesloten geallieerde troepen van de Landing bij Anzio te bereiken en door te breken naar Rome. Oorspronkelijk was de landing bij Anzio bedoeld om de Gustav linie te omzeilen, en een kostbare aanval op de Gustav linie te vermijden, maar Duitse troepen sloten de geallieerde invasiemacht in.

Eind 1943 rukten de geallieerden op, maar bij de Gustav linie kwam hun opmars tot staan. Hoewel het klooster een sleutelpositie inneemt, zou de Duitse veldmaarschalk Albert Kesselring de Duitse troepen het klooster verboden hebben te bezetten vanwege de historische waarde van het gebouw. De commandant van de elite Duitse Eerste Duitse luchtlandingsdivisie, Julius Schlegel, laat de kostbare bibliotheek met meer dan 1200 unieke historische documenten en boeken, in Rome in veiligheid brengen. Volgens de piloten die het klooster later zouden bombarderen werden de Geallieerden beschoten vanuit het klooster, waardoor men genoodzaakt was om het te bombarderen

Verloop van de Slag

De eerste slag begon op 4 januari 1944. Van 17 tot 25 januari probeerden de Amerikaanse eenheden tevergeefs de berg en de stad in te nemen. Met zware verliezen trokken de Amerikanen zich terug.

De Nieuw-Zeelandse generaal, Bernard Freyberg, eiste en kreeg een bombardement van het klooster, hoewel alle Duitse troepen zich in de bergwand op minstens 300 meter van het historische gebouw bevonden. Op 15 februari werd het klooster van Monte Cassino door een geallieerd bombardement verwoest. De katholieke piloten kregen de optie van de aalmoezenier om niet deel te nemen aan de operatie, maar omdat de paus toestemming verleend had, besloten allen de missie te volbrengen. In twee aanvalsgolven gooien de 12de en 15e luchtvloot 435 ton aan bommen op het gebouw. In de kelders van het gebouw hebben de monniken en 800 burgers toevlucht gezocht. 250 van hen vinden de dood. Hierna geeft Kesselring op 17 februari zijn troepen toestemming de ruïnes van het gebouw ter verdediging in te nemen.

Hierna volgde van 15 tot 18 februari een nieuwe aanval, die evenals de eerste vastliep.

De ruïnes werden op 15 maart opnieuw gebombardeerd. Van 15 tot 25 maart volgde een derde aanval. Ook deze aanval liep vast op de taaie Duitse verdediging van het klooster en de stad. De geallieerde strijdmacht bestond uit Amerikaanse, Britse, Indiase, Canadese, Australische en Nieuw-Zeelandse eenheden. Zij verloren tijdens deze gevechten ongeveer 54.000 man.

De zogenoemde vierde slag om Monte Cassino werd uitgevochten door het Poolse 2e Korps, onder generaal Wladyslaw Anders. Bij de eerste aanval (11-12 mei) leed het korps zware verliezen, maar stelde wel het Britse Achtste leger generaal Sir Oliver Leese in staat om door de Duitse linies in de vallei van de rivier beneden het klooster te breken.De tweede aanval (17-19 mei), uitgevoerd ten koste van zeer zware verliezen onder de Poolse troepen, werd door de Polen uitgevoerd met hulp van Franse hulptroepen, gerekruteerd onder de Algerijnse en Marokkaanse bergbewoners, verdreef de Duitsers (de genoemde eerste luchtlandingsdivisie) uit de heuvels rondom het klooster en omsingelde deze bijna. Op 18 mei slaagde een verkenningseenheid van de Poolse "ulanen" erin om de ruïnes van het klooster te bezetten.

De verovering van Monte Cassino maakte de opmars van Britse en Amerikaanse troepen naar Rome mogelijk. Rome viel op 4 juni 1944.

Bij de gevechten zijn 105.000 geallieerde en 80.000 Duitse troepen betrokken geweest. 20.000 Duitse en 54.000 geallieerde troepen werden hierbij gedood, gewond, of raakten vermist.

Monte Cassino en het Poolse nationale bewustzijn

In de definitieve aanval op de Duitse stellingen werd de hoofdrol gespeeld door het Poolse 2e Korps van generaal Wladyslaw Anders. Van deze Poolse soldaten sneuvelden er ongeveer 4000.



In het Poolse nationale bewustzijn wordt grote betekenis toegekend aan deze slag, want dit was voor de Poolse troepen aan het Westfront in Europa één van de grootste overwinningen op de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog. Terwijl het Poolse leger in het Westen, de Poolse regering in Londense ballingschap en het Armia Krajowa in de periode van de Volksrepubliek Polen onderwerpen waren die taboe waren verklaard, mocht men wel [pas vanaf de jaren zestig, als een soort uitlaatklep] de Poolse bijdrage in de slag bij Monte Cassino verheerlijken.

Hemelvaartsdag 2009: Paus roept alle Benedictijnerabten en -abdissen over de hele wereld op
om samen met hem te bidden aan het graf van de Heilige Benedictus.

Op 21 mei 2009, het Feest van Onze Lieve Heer Hemelvaart,bezoekt de Heilige Vader de abdij van Monte Cassino in Italië, de wieg van de Benedictijnerorde, die in het jaar 529, door de Heilige Benedictus zelf werd gesticht en waar hij ook is overleden en begraven ligt. Dom Pietro Vittorelli, hoofdabt van de Monte Cassino, kondigde eergisteren aan dat de Heilige Vader niet alleen in de ochtend de mis zal opdragen aan de voet van de abdij, maar ook de vesper in de abdijkerk. Voor deze gelegenheid heeft hij aan Dom Pietro Vittorelli gevraagd om alle Bendictijnerabten en -abdissen bijeen te roepen om samen met hem te bidden aan het graf van de Heilige Benedictus.

Dit wordt ongetwijfelt een hoogtepunt in het leven van de Benedictijnerorde en daar deze orde steeds nauw verbonden is met de cultuur rond de Heilige Liturgie, wordt er ook gehoopt dat dit zijn vruchten zal afwerpen.


03-02-1980
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Interview met Don Gabriele Amorth
Interview met Don Gabriele Amorth [2002]

Don Gabriele Amorth is exorcist in het bisdom Rome en Erevoorzitter van de afdeling exorcisme in het Vaticaan, opgericht in 1990. Tot het jaar 2000 leidde hij deze afdeling. Tijdens zijn verblijf in Medjugorje, in juli 2002, gaf hij het volgende interview weg aan Vader Dario Dodig:

Vr. Dario: Don Gabriele, u bent uitdrijver in het bisdom Rome?

Don Gabriele: In ben exorcist te Rome en Erevoorzitter van de Vereniging van Exorcisten, die ik heb opgericht. In het jaar 2000 vierden wij de tiende verjaardag. Ik was 75 jaar en ik vroeg iemand om mijn taak over te nemen. Als bisschoppen 75 jaar worden, gaan ze met pensioen. Ik deed dus hetzelfde.

Vr. Dario: Don Gabriele, wil u zo vriendelijk zijn om ons te vertellen wat een duiveluitdrijving is?

Don Gabriele: Een duiveluitdrijving is een openbaar gebed van de Kerk, uitgevoerd met de goedkeuring van de Kerk, omdat deze wordt verricht door een priester die door de bisschop wordt benoemd. Het is een gebed ter bevrijding van de duivel, van de kwade invloeden door de duivel of van het kwade veroorzaakt door de duivel.

Vr. Dario: Wanneer we het over een exorcisme hebben, kunt u ons dan vertellen hoe satan christenen kan beïnvloeden?

Don Gabriele: De invloed van satan is enorm en hij handelt op twee verschillende wijzen. Zijn gewone handelen leidt de mensen tot het kwade. Iedereen, van de geboorte tot de dood, is in een strijd verwikkeld tegen satan, die verleidt tot het kwade. Ook Jezus, toen hij als mens op aarde was, heeft satans verleiding ondergaan. Naast dit gewone handelen, heeft hij nog een buitengewoon handelen wat kan gaan van het veroorzaken van onrust tot de duivelse bezetenheid van de mensen.

Vr. Dario: Als we over bezetenheid spreken, kunnen wij onszelf dan verdedigen tegen satan?

Don Gabriele: Eerst zouden we moeten spreken over het voorkomen ervan, wat te doen om dit kwaad te voorkomen. De maatregelen die zoiets voorkomen zijn leven naar Gods genade, trouw zijn aan het gebed en geen dingen te doen die de deuren voor satan openzetten, in het bijzonder geen occulte zaken. Er zijn drie hoofdwerken van het occultisme: magie, spiritisme en satanisme. Iemand die zich aan deze zaken overgeeft, stelt zichzelf bloot aan het buitengewone handelen van de duivel.

Vr. Dario: Is de invloed van satan in de wereld van vandaag, sterker dan hiervoor, vooral de beïnvloeding van de jeugd door, bijvoorbeeld muziek?

Don Gabriele: Ja, vandaag de dag heeft satan vrije handen. Dit betekent niet dat hij meer macht heeft dan vroeger, maar de deuren staan wijd open. Eerst en vooral leven we in een periode van weinig geloof. Het is zuiver rekenkundig: wanneer het geloof afneemt, groeit het bijgeloof. Als we God verlaten, geven we onszelf in de handen van de duivel. Het lijdt geen enkele twijfel dat de huidige media veel heeft gedaan ten gunste van satan, eerst door de immoraliteit van vele programma's, de overvloed aan filmen waarin geweld, horror en sex wordt getoond. Daarnaast maakt de media populaire figuren van magïërs en tovenaars, en geeft zodoende veel publiciteit in het voordeel van de duivel.

Vr. Dario: Is een exorcisme de hoogste graad van actie tegen satan? Zijn er andere middelen vooraleer men hieraan begint?

Don Gabriele: Bekering! Het eerste wat we van de mensen vragen die naar ons toekomen is te leven in de genade van God, trouw te zijn aan een intens sacramenteel leven en te leven in gebed. Hierna is het nodig om hen aan te moedigen om gebeden van genezing en bevrijding te ontvangen, zoals gebeurt bij de charismatische vernieuwing. Na zo'n aantal gebeden is de persoon ofwel bevrijd, ofwel moet er een uitdrijving gebeuren. Hierop gebeurt dan het exorcisme, waarbij we steeds in gedachten moeten houden dat de resultaten van deze gebeden niet altijd onmiddellijk te zien zijn. Soms zijn jaren van exorisme nodig vooraleer de persoon definitief is bevrijd.

Vr. Dario: Wanneer wij over satan en satanische daden spreken, dan hebben we gewoonlijk angst binnenin?

Don Gabriele: Dat komt omdat we niet meer gewend zijn aan uitdrijvingen. In het algemeen geloven de priesters nog weinig in de buitengewone handelingen van satan. Als een bisschop hen voorstelt om een exorcisme te doen, worden zij bang, alsof ze denken "als ik de duivel met rust laat, dan zal hij mij ook met rust laten. Als ik hem bevecht, zal hij mij aanvallen." Dit is verkeerd. Hoe meer we satan bekampen, hoe meer schrik hij van ons heeft.

Vr. Dario: In Haar boodschappen van Medjugorje, zegt de Gospa dat satan sterk is. Daarom nodigt zij ons uit om te bidden, te vasten en boete te doen.

Don Gabriele: Ja, dit is waar. Ook heb ik over Haar boodschappen in verband met de duivel geschreven in een Italiaans blad. ZIj heeft hier dikwijls over gesproken. Zij legt er dikwijls de nadruk op dat satan sterk is en Haar plannen probeert te vernietigen. Zij nodigt ons steeds uit om te bidden, te bidden, te bidden.

In Haar boodschappen sprak Onze Lieve Vrouw over de Rozenkrans, de aanbidding van het Heilig Sacrament, het gebed voor het kruis en Zij vernoemde zelfs dat door het gebed oorlogen kunnen worden gestopt.

Ja, door het gebed kunnen wij zelfs oorlogen stoppen. Ik heb Medjugorje steeds begrepen als een vervolg op Fatima. Volgens de woorden van Onze Lieve Vrouw te Fatima zou Wereldoorlog II er niet zijn gekomen, indien de mensen zich gehouden hadden aan het bidden en het vasten, maar wij hebben naar Haar niet geluisterd en de Tweede Wereldoorlog is uitgebroken. Ook hier in Medjugorje roept Maria dikwijls op tot vrede via het gebed. Onze Lieve Vrouw stelt zichzelf steeds voor onder een andere naam om het doel van haar verschijningen aan te tonen. Te Lourdes stelde Zij Haar voor als de "Onbevlekte Ontvangenis", te Fatima als de "Koningin van de Heilige Rozenkrans" en hier te Medjugorje als de "Koningin van de vrede". We herinneren ons allemaal de woorden "Mir, Mir, Mir [Vrede, Vrede, Vrede]" die in de lucht stonden geschreven bij het begin van de verschijningen. Wij zien duidelijk dat de mens het risico loop af te stevenen oop een oorlog en Onze Lieve Vrouw legt de nadruk op het gebed een een christelijke levenswijze om vrede te bekomen.

Vr. Dario: In Haar boodschappen legt Onze Lieve Vrouw steeds de nadruk op het vasten, dat een beetje vergeten is door de Kerk. Zij spreekt over het vasten volgens wat er over geschreven is in het Evangelie. Maria zegt dat we zo de invloed van satan kunnen afwenden.

Don Gabriele: Dit is zo. Eerst in Fatima en nu in Medjugorje, spreekt Onze Lieve Vrouw dikwijls over het vasten. Ik denk dat dit heel erg belangrijk is, omdat er momenteel een geest van materialisme heerst. De mens zoekt op alle mogelijke manieren hoe men zonder het minste offer iets kan bereiken en stelt zich zo bloot aan de zonde. Behalve het gebed, vereist het christelijke leven ook enige vorm van soberheid. Ik zal u een voorbeeld geven: vandaag vallen de families zo gemakkelijk uit elkaar. Ze vieren hun huwelijk om weer vlug uit elkaar te gaan. Dit is omdat we niet meer gewend zijn om offers op te brengen. Om met elkaar te kunnen leven, moeten we ook elkaars gebreken kunnen aanvaarden. Dit gebrek aan de geest van opoffering leidt er ook toe dat we het christelijke leven niet meer in zijn volheid beleven. We zien met welk gemak er zwangerschapsonderbrekingen gebeuren omwille van het gebrek aan bereidwilligheid om kinderen op te voeden. Als we gewend zijn om opofferingen te doen, zullen we eveneens een christelijk leven kunnen leiden.

Vr. Dario: De vruchten van Medjugorje zijn talrijk. Er gebeuren vele bekeringen. Theologen zeggen dat de hemel hier de aarde raakt. Onze Lieve Vrouw vraagt om onszelf volledig op Haar te verlaten zodat ze ons tot Jezus kan leiden. Is dat niet de hoofdzaak van het christelijke leven?

Don Gabriele: Zonder twijfel. Medjugorje is zeer zeker een plaats waar men leert te bidden, maar ook zich op te offeren, waar mensen worden bekeerd, waar het leven van de mensen indringend wordt veranderd. De invloed van Medjugorje is wereldwijd. Het volstaat alleen al te zien naar het aantal gebedsgroepen die er kwamen dankzij de ingevingen door Medjugorje. Ook ik leid een gebedsgroep, die is opgericht in 1984. De groep bestaat nu 18 jaar. Wij overdenken tevens de boodschappen van elke 25ste van de maand en ik lees ook de boodschap met betrekking tot een zin uit het Evangelie, omdat Onze Lieve Vrouw niets nieuws brengt. Zij nodigt ons uit tot wat Jezus ons onderwees. Gebedsgroepen bestaan overal in de wereld.

Vr. Dario: Is het waar dat Medjugorje een woord is waar satan over struikelt?

Don Gabriele: Uiteraard. Medjugorje is een versterkte burcht tegen satan. Satan haat Medjugorje omdat het een plaats van bekering, gebed en een verandering van levenswijze is.

Vr. Dario: Welke raad kunt u ons nog meegeven?

Don Gabriele: Het "testament" van Maria. Haar laatste woorden die geschreven staan in het Evangelie zijn: "Doe wat Hij ook vraagt!" Hier in Medjugorje dringt er Onze Lieve Vrouw opnieuw op aan dat de wetten van het Evangelie worden gerespecteerd. De Heilige Mis is het centrum van alles wat er in Medjugorje gebeurt, omdat Onze Lieve Vrouw altijd naar Jezus zal leiden. Het is haar hoofdbezorgdheid om ons te doen leven naar de woorden van Jezus. Dit is wat ik iedereen toewens. Dat het Onbevlekte Hart voor u mag tussenkomen opdat Gods zegen over u allen mag neerdalen in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen.

Vr. Dario: Dank u Vader, en dat God u een lang leven mag schenken!


Foto




Weetjes over Medjugorje

Geografie

Kroatië

Bosnië en Herzegovina

Godsdienst

Wetenschap

Portret van de zieners

Maria's uiterlijk

De 5 pijlers van het geloof

Vragen en antwoorden

Standpunt van het Vaticaan

Ratzinger bezocht ooit Medjugorje "incognito"

1e onderzoekscommissie

2e onderzoekscommissie

3e onderzoekscommissie

4e onderzoekscommissie

De kwestie Herzegovina 1

De kwestie Herzegovina 2

De kwestie Herzegovina 3

Profetieën nemen hun tijd

Mirjana meer en meer op de voorgrond

Bestemming van de ziel

De Podbrdo [Verschijningsberg]

De Krizevac [Kruisberg]

Het Votiefkruis

Parochiekerk Jacobus de Meerdere

Uitbreiding biechtgelegenheid

Kapel der Twee Harten

Oasi delle Pace

Verrezen Christus

Cumunità Cenacolo

Mother's Village

Vr. Slavko Barbaric

Vr. Jozo Zovko

Vr. Pétar Ljubicic

Ratko Perics toorn

Heeft Zanic Medjugorje verraden?

Vr. Amorthe betreurt apathie

Siroki Brijeg

Retraîtekasteel

Zr. Emmanuel Maillard

Ivans gebedsgroep

Nedjo Brecic

Christoph Schönborn

St. Stephansdom, Wenen 2012

Scalambra & Casale Monferetto

Madonna van Civitavecchia

Little Audrey Santo

Maria's verjaardag

Medjugorje en Moederdag

De IIPG [1]

De IIPG [2]

De IIPG [3]

De IIPG [4]

De IIPG [5]

De weide van Gumno

De priester die verdween

Nieuwe taksen op logies

Mirakel van de Maan

Documentaire 1983

BBC Documentaire 2010

Documentaire Mary TV

The Miracle of Medjugorje


Interviews Medjugorje

Mirjana Dragicevic [2008]

Mirjana Dragicevic [1998]

Mirjana Dragicevic [1983]

Mirjana Dragicevic [1989]

Mirjana Dragicevic [1]

Mirjana Dragicevic [2]

Mirjana Dragicevic [2009]

Vicka Ivankovic [2008]

Vicka Ivankovic [1983]

Vicka Ivankovic [2007]

Vicka Ivankovic [1988]

Vicka Ivankovic

Ivan Dragicevic [2003]

Ivan Dragicevic [2004]

Ivan Dragicevic

Ivanka Ivankovic [1983]

Ivanka Ivankovic [1989]

Ivanka Ivankovic

Pétar Ljubicic [2004]

Pétar Ljubicic [2006]

Pétar Ljubicic [2008]

Slavko Barbaric [1987]

Gabriele Amorth [2002]

Jakov Colo

Jakov Colo

Jakov Colo [2007]

Marija Pavlovic [2008]

Marija Pavlovic [1989]

Marinko en Dragico Ivankovic [1983]

Damir Coric [1983]

Marica Kvesic [1983]

John en Andja Setka [1983]

Jelena Vasilj [2002]

Jelena Vasilj en
Marijana Vasilj [1]

Jelena Vasilj en
Marijana Vasilj [1]

Zlatko Zudac [1999]

Bisschop Hnilica [2004]





Overige Weetjes

Bestemming van de Ziel

Theresia van Lisieux
over het Vagevuur

Maria Simma

De invloedrijkste vrouw

Engelen

Twaalf stappen voor een gelukkig heengaan

Twaalf fabels over het Katholieke geloof

Pater Pio en Karol Woijtyla

San Nicolàs de los Arroyos

La Madonna del Ghisallo

O.L.V. Van den Oudenberg

Fatima:
Reeds eeuwen Mirakels

Jacinto Marto uit Fatima
door Fr. Robert J. Fox

Profetieën nemen hun tijd

Jacinto Marto uit Fatima
door Zr. Lucia Dos Santos

Ingrid Betancourt

Dikwijls gewichtige feiten
nà verschijningen

satans opzet

De Graal van Valencia

Notre-Dâme du Laus

Kibeho, Rwanda

Esther en Mordechai

Monte Cassino

Gods adres

Jezus' geboortekerk [1]

Jezus' geboortekerk [2]

De Komeet Lulin

De Komeet Elenin

De Komeet Honda

Samuel Alexander Armas

De Geur van Regen

Jaar van de Priesters

Dr. Gloria Polo's terugkeer

Ian McCormack: Een blik
in de eeuwigheid

Middel tegen komende pandemie

Kim Phuc

Michael Anderson

Zeven kenmerken
van een goede vader

O.L.V. van Las Lajas

Vaders Liefdesbrief

O.L.V. van Ocatlàn

Elena Desserich

Rom Houben

Overlijden Mari-Loli Mazon

Advent

Gered door een engel?

Kerst in de loopgraven

Mgr. Peter Savelbergh

Ontdekking v/d sarcofaag v/d H. Philomena

De Heilige Mis

Petrus Lombardus

Oscar, de kat

Tieners, geef hen nooit op!

Ontdekking te Nazareth

Efeze: Maria's Huis

Wonderdadige Medaille

De rivier Kwai

De Exodus

Valentino Mora

Het vijfde Maria Dogma

Elizabeth Kindelmann

H. Louis de Montfort

H. Clelia Barbieri's
miraculeuze stem

Steven en Djaingo

Het wonder van San José

Aalst, België's 9/11

Het getal 11

Maria en het getal 101

Sterven op 33

Is dit St. Jozef's graf?

Het Kerstverhaal
en Koning Herodes

De Kardinale Climax

Winterzonnewende 2010

En de maan werd rood

Schoonheid van Wijwater

De dag die ontbrak

Het celibaat

De vierde ruiter van de Apocalyps

De maagdelijke geboorte

Jordanië claimt oudste christelijke vondst

Colton Burpo versus Stephen Hawking

H. Gelaat van Manoppello

Padre Pio: under investigation

Grace

Michael Browns retreat

7 niveau's van het liegen

De dood van Sint Jozef

De dood van Maria

Betekenis van Maria's naam

Het Aramees in opmars

De Bosnische pyramiden

Brugge, het Jeruzalem van het Noorden

Wonder te Skopje


Diverse Profetieën
Miscellanous Prophecies

Profetieën nemen hun tijd

Is dit de tijd waarover ze spraken?

Garabandal [1961-65]

Israël en Bijbelse Profetie

Pinksterprofetieën 1975

Quito [17de eeuw]

Kenmerken v/d antichrist

A.C. Emmerich [1]

A.C. Emmerich [2]

De Kremna Profetieën

Hildegard van Bingen

Belpasso [1986-88]

2 Noorse profetieën

La Salette [1846]

Anna Maria Taigi

Diversen

Heilige Mechtildis

Non van Tours

Heilige Nilus

Bernardine Von Busto

Non van Bellay

Kloosterling Hilarion

Don Giovanni Bosco

Elizabeth Canori Mora

Judah Ben Samuel

Jeanne Le Royer

Giacchino di Fiore

Bartholomeüs Holzhauser

Madeleine Porsat

De profeet Daniël

Kibeho, Rwanda

Ida Peerdeman

H. Ireneüs van Lyon

Methodius van Olympus

H. Hippolytus van Rome

Firmanus Lactantius

De Berkenboomprofetieën

Dr. Arnold Fruchtenbaum

H. Ephraïm de Syriër

H. Cesarius van Arles

Columba van Ierland

Elena Aiello

Beda, de eerbiedwaardige

Odilia van de Elzas

Johannes Damascenus

Adso, de Monnik

Anselmus van Canterbury

H. Vincent Ferrer

Joachim van Fiore

Johannes Friede

Thomas van Aquino

John of the Cleft Rock

Franciscus van Paola

H. Birgitta van Zweden

Robertus Ballarminus

Dionysus van Luxemburg




















Het Laatste Geheim

1. Een enorm mysterie

2. Sterk en zedig

3. Dagen van duisternis

4. Moeder van de Heer

5. Boven de zon

6. Gog en Magog?

7. Door de straten van de stad

8. Vanop de hoogste bergen

9. Kleine geheimen

10. Klokslag twaalf

11. Lichten, geluiden, graven

12. De klokken luiden

13. Donderslag in de verte

14. Geheime aanwezigheid

15. Vuurzuil

16. Geheimen van de Rozenkrans

17. Het voorteken

18. De zeven

19. Het voorgevoel

20. Signalen en vloeken

21. Afschuwelijke wonderen

22. De kastijding

23. Naschok

24. Waar duivels beefden

25. Geheime Martelaren

26. Geheim van de gehoorzaamheid

27. Geheim van het vertrouwen

28. Ik wacht op u

29. De geest van opstand

30. Genade en rechtvaardigheid

31. De Profetie

32. Voorbij de grenzen
van de kennis

33. Geheimen in
Amerika en Europa

34. Geboren in de hel

35. Cathérina's geheim

36. Geleende tijd

37. Ik zal uw Moeder zijn

38. Het grote Teken

39. Koningin van de Eeuwigheid











Thomas à Kempis
De navolging van Christus

Boek 1.1

Boek 1.2

Boek 2

Boek 3.1

Boek 3.2

Boek 3.3

Boek 4.1

Boek 4.2



Novenen

Maria Onbevlekte Ontvangenis

OLV van Lourdes

OLV Van Fatima

OLV Van Banneux

OLV van de Berg Carmel

OLV Hemelvaart

H. Maagd van de Wonderdadige Medaille

Maria Lichtmis

Don Bosco

Maria Boodschap

Sint Jozef

Heilige Familie

Goddelijke Barmhartigheid

Heilige Geest

Kindje Jezus

Engelbewaarder

Aartsengel Michaël

Aartsengel Gabriël

Franciscus van Assisi

Antonius van Padua

Pater Pio

Heilige Benedictus

Heilig Hart van Jezus

Heilige Rita

Sint Valentijn

OLV van Altijddurende Bijstand

Jean Marie Vianney

Theresia van Lisieux

Maria, die de knopen ontwart

OLV van de Bezoeking

Zielen in het Vagevuur

Kracht van het Kruis
tegen het kwade

H. Gelaat van Jezus

Hart van Jezus en Maria

Kindje Jezus van Praag

OLV van Genezing

Miraculeuze Maagd

Pater Damiaan

Heilige Anna

H. Maria Goretti

Heilige Peregrinus

Heilige Expeditus

Sint Joris

H. Margareta van Cordoba



Films

Padre Pio

The Miracle of Our Lady of Fatima

The 13th Day

Het Lied van Bernadette

One Night with the King

Faustina

Docu: Faustina Kowalska

Docu: Mariaverschijningen

Docu: OLV van Guadalupe

Vincentius a Paolo

Sint Paulus

Sint Petrus

Docu: Pater Damiaan

Passion de Jeanne d'Arc

Story of Father Damien

Docu: Garabandal

Exorcism of Emily Rose

The Nativity Story

Don Johannes Bosco

The Passion of The Christ

King David

Romero

Jean de Florette

Manon des Sources

Abraham

Mozes

Solomon

Jacob

Francesco

A man for all seasons

The Apocalypse

Docu: H. Maria Goretti

Docu: The birth of Israël

Docu: The six-day war

Docu: Ghosts of Rwanda

Becket

Gospel of Luke

Gospel of Matthew

Gospel of John

Acts

Unsolved mysteries

Joseph

Samson and Delilah

H. Rita van Cascia

Thérèse de Lisieux

Isaak, Jacob & Esau

Fray Martin de Porres

Lourdes [2000]

Clara & Francisco

Maria Goretti

Mother Theresa




Astronomische verschijnselen

28/11/2011



Blog tegen de wet? Klik hier.
Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs

 

Real Time Web Analytics

Page Content

Page Content