Welkom! Leuk dat jullie even langskomen op mijn blog. Omdat ik nog mijn weg moet zoeken in een wirwar van het internetgebeuren dat een blog noemt, zal het waarschijnlijk als een vrij primitieve blog gaan ogen. Ik zal mijn best doen om regelmatig eens foto's te posten en noemenswaardige avonturen neer te schrijven. Alvast bedankt dat jullie even tijd willen maken om hier rond te struinen. Tot snel voor het begin van het avontuur!
Hier komt nu iets extra's bij: Moest iemand van jullie de extreme nood hebben om mij een brief te sturen of iets dergelijks dan kan dat naar het hieronder volgende adres.
Beste bloglezers, ik wil jullie graag bedanken voor het volgen van mijn blog. Ik hoop dat jullie, al rondsnuisterend door mijn verhalen heen, het een beetje aangenaam vonden. Intussen ben ik terug in het koude Belgenland gearriveerd waar de witte, maar vooral koude, sneeuw mij toelachte. Het verblijf in Cairo was mij zeer aangenaam en zal iets zijn om nooit te vergeten. Bij deze sluit ik dus mijn blog af met de volgende boodschap:
Een vrolijk kerstfeest voor iedereen en een gelukkig en gezond 2011 !
Sinterklaas is overal! We moesten toch een klein stukje Nederlands-Belgische cultuur naar Egypte halen. We hadden trouwens meer dan één gelegenheid om te vieren. Zes December dit jaar was namelijk buiten sinterklaas ook Islamitisch Nieuwjaar en Hug-a-Belgian-Today. We hadden dus reden te over om een klein feestje op te zetten. Alle studenten van het NVIC hadden wel zin in dergelijk feestgedrag en er werden zowaar spontane brainstormsessies gehouden. Het leuke idee werd ook aangedragen omelk een klein cadeautje te kopen. Deze werden dan aan iemand anders gegeven. Het achtste verdiep in Gezira el Wostastreet werd de feestlocatie. Iedereen had duidelijk zin in een feestje want iedereen deed zijn uiterste best om iets leuks bij te dragen aan het feest. Er werden dan ook de nodige zelfgemaakte cakes, koekjes en speculoos meegenomen. Ook het super noodzakelijke doch van België geïmporteerde snoepgoed van sinterklaas: namelijk letterkoekjes! Een mengeling van Arabistiekstudenten en mensen die we hier hebben leren kennen, zorgden voor een bont gezelschap. We hebben zelfs een ware buikdansdemonstratie gekregen van onze eigenste buikdanseres Tato. Dan was het tijd voor de pakjes! Maar traditiegetrouw moest er eerst uit volle borst meegezongen worden met de sinterklaas kinderliedjes. Voor de niet-Belgen en niet-Nederlanders was dit een waar schouwspel natuurlijk. Ook het opendoen van de cadeautjes was een hele belevenis. Het werd een gezellige avond en we hebben genoten! Dank u wel iedereen!
Weeral ? Hoor ik nu ingebeeld bij de bloglezers maar iemand die in het buitenland studeert moet zo veel mogelijk van de gelegenheden gebruik maken om zo veel mogelijk te zien. Is het niet? Het voelde echt alsof we gewoon een weekendje naar de zee gingen zoals in België. Vanuit Molenbeersel ben je dan ongeveer even lang onderweg tot aan de Belgische kust. We vertrokken na een feestavond die begon op het zoveelste ambassadefeestje dat deze keer doorging in het Hotel Flamenco bij ons tegenover en die eindigde op het dak van een appartement waar een groot feest aan de gang was! Wat een heerlijk gevoel, iedereen danste met mooi weer terwijl wij berichten kregen dat er sneeuw viel bij het thuisfront. Die volgende ochtend in de vroegte hadden wij onze trein die zon twee tot drie uur onderweg was naar de super mooie baai van Alexandrië. Zoals de Arabische gewoonte het wil stond de airconditioning weer op vriesmodus. Half bevroren kwamen we dus aan in het historische Alexandrië. We zouden logeren in het hotel Union maar met zeven personen moest het personeel maar naar een oplossing zoeken. Uiteindelijk kregen we 2 luxekamers toebedeeld waar nog verdeeld over de twee kamers, drie extra bedden werden toegevoegd. We vertrokken dan, op zoek naar de Romeinse catacombe. Een heel complex van Romeinse graven bevond zich hier onder de grond en ondanks enig protest omdat we twintig maal zo veel moesten betalen als de Egyptische studenten, zijn we dan toch een kijkje gaan nemen. Ook mochten we ter plaatsen geen fotos maken. Maar uit lichte wraak voor de onvriendelijkheid van het personeel daar, hebben we dan toch enkele onschuldige fotos gemaakt. Vervolgens doken we in een kleine microbus richting de befaamde, super moderne en knappe uitgeruste bibliotheek waar België nog veel van kan leren. Echter een microbusje te pakken krijgen dat ons die richting uit wilde brengen was niet zo eenvoudig. Toen we dan eindelijk een busje gevonden hadden, waren de omstaande mannen precies nogal nieuwsgierig naar het toeristenfenomeen van 7 vrouwen die alleen rondtrokken. Het resulteerde in een furieuze Sara die heel hard khalaas ( vertaal : en nu is het genoeg! of ongelofelijk vrij vertaald : hou u handen thuis!) moest roepen terwijl ze tegelijkertijd één van de jongens op zijn vingers tikte. Aangekomen aan de bibliotheek stond een vriendin van Samira, namelijk de super lieve Rehab, ons aan de ingang op te wachten. Zij regelde voor ons een rondleiding in de bibliotheek. De bibliotheek is een zeer modern gebouwencomplex met daarbij horend een aantal musea of expositieruimtes, een souvenirwinkel en ook een heus planetarium. Het planetarium op zich is ook al een heel bezienswaardig gebouw. Het is namelijk een bol, doorkliefd met blauw licht, die natuurlijk onze blauwe planeet aarde symboliseert. Zij ligt tegen de bibliotheek die de vorm heeft van de zon waar zij dus rond zou draaien. De bibliotheek op zich heeft een zeer ingenieuze architectuur waar aan alles gedacht is. Glazen laten natuurlijk licht door en beschermen tegelijk tegen de warmte van de zon. Speciale gaten in de muur zorgen voor de absorptie van het geluid zodat iedereen in rust kan werken aan de zalige twee duizend bureaus die voorzien zijn voor iedereen die er werken wil. Het hele complex is ligt in een lichte helling en is dus opgebouwd met vele trapjes om het hele gebouw te kunnen doorkruisen.Na het indrukwekkende bezoek nam onze lokale gids, Rehab, ons mee naar een bekend visrestaurantje Abu Ashraf in het midden van de stad. We mochten er zelf onze vis kiezen die dan voor ons werd klaargemaakt. Het was heerlijk en dat was blijkbaar iets wat de lokale bevolking ook wel wist. De opkomende verkiezingen waren in de volksbuurt wel duidelijk merkbaar. Overal hingen verkiezingsdoeken op met slogans, namen en fotos van de verkiezingskandidaten en ook reden er autos met pamfletten die slogans riepen door de straten. We zijn van daar te voet naar ons hotel gewandeld en hebben met de meisjes nog tot in de late avond een leuke meisjesavond gehouden. De volgende ochtend zijn we na een stevig ontbijt over de dijk gewandeld naar het einde van de dijk richting het fort.Het fort is een stevig bouwsel dat er prachtig uitziet als de zon schijnt op de bleke stenen. Het lijkt dan of het fort straalt. Alleen hadden we een beetje pech met verschillende schooluitstapjes die naar daar werden georganiseerd. Kinderen vonden ons een ware bezienswaardigheid en vaak werden er dan ook fotos van ons genomen. Na een rustig weekendje in het aangename Alexandrië, keerden we helemaal ontspannen terug naar onze thuishaven. Terug naar de drukte, het leven en ons leuke appartementje.
Hoe graag ik ook in Egypte ben, sommige dingen blijven voor ons een raadsel. Een algemeen kenmerk dat onder de studenten beschouwd wordt als iets typisch Egyptisch is toch wel de Egyptische logica waar kop noch staart aan te maken valt. Één van de eerste voorbeelden die daarbij gegeven kan worden is de koppigheid van de taxichauffeurs. Een taxichauffeur zal namelijk nog liever zesendertig keer stoppen om de weg te vragen aan een toevallige voorbijganger dan dat hij toegeeft dat hij de weg niet kent. Soms is stoppen zelfs geen optie voor hun en blijven ze met hun raam open rijden langs een andere taxi met een openstaand raam en al rijdend vragen ze dan voor verdere instructies. Een tweede voorbeeld is de functionering van werkgelegenheid in eender welk gebouw. Het aantal personen dat alleen al aanwezig is aan bijvoorbeeld de inkomhal van een internetwinkel overschrijdt in drievoud het aantal werknemers dat bij ons in het hele gebouw aanwezig zou zijn. (inspiratie voor dit fragment met dank aan Elisabeth Ackaert en eigen ondervindingsdeskundigheid) Er bestaan dan ook zeer overbodige functies die echt wel noemenswaardig zijn. Maar het is leuker het te illustreren met een kleine wandeling door de desbetreffende internetwinkel. Je gaat binnen terwijl werknemer 1 de deur voor je opendoet. Vervolgens geeft werknemer 2 je een papiertje waarop het volgnummer staat wanneer jij aan de beurt bent. Werknemer 3 aan de balie zal dan zeggen dat je aan de verkeerde balie bent en naar boven moetgaan. Werknemer 4 zal je de weg wijzen waar je heen moet gaan. Daaropvolgend zal werknemer 5 je dan, aangekomen op het volgende verdiep, een nummertje geven voor de volgende balie. Werknemer 6 zal je onthalen met je probleem terwijl werknemer 7 dan je probleem zal proberen op te lossen. Je krijgt vervolgens terug van werknemer 6 te horen dat het probleem is opgelost en dan moet je terug naar beneden naar werknemer 3 die dan een rekening zal geven die je aan de balie, toegewezen door werknemer 2 naar werknemer 8 zou leiden waar we vervolgens de rekening moesten betalen. Werknemer 2 zal dan ook de deur opendoen en ons vriendelijk uitwuiven. Om dan verder te gaan op ons internetprobleem: minstens één keer in de twee weken vergaat onze internetkabel. Ik kan het niet anders uitdrukken als vergaan want het lijkt of hij is weggerot en de telefoonlijn waarop onze rooter is aangesloten weigert dan iedere werking. Telkens opnieuw moeten we dan iemand van de central laten komen die dan een zeer gespecialiseerd kijkje komt nemen naar onze internetproblemen, meestal enkel bewapend met een kniptang en tape. Telkens opnieuw vragen wij dan vriendelijk om niet te werken met tape en smeken wij om een nieuwe lijn en elke keer opnieuw worden wij er dan vriendelijk op gewezen dat de kabel niet anders te herstellen is dan met een goeie degelijke flinke laag tape. En dan is het probleem weer voor een week of twee van de baan. Het zorgt dus telkens voor een tijdelijke oplossing maar van dag tot dag leven wij met de vrees dat internet het gaat begeven.
Een ander probleem is de functioneringslogica. We zaten laatst in een lekker restaurantje gegeten. Het werd tijd om de rekening te vragen en ik zie de jongen aan de kassa en doe hem teken dat hij onze rekening mag maken. Hij doet teken naar mij dat ik het moet vragen aan de ober die duidelijk heel druk bezig was.Vervolgens, braaf gehoorzamend als ik ben, vraag ik dus naar de rekening aan de desbetreffende ober. Hij gaat met mijn opdracht naar de jongen achter de kassa en vraagt aan hem de rekening te maken. De extra tussenstap was duidelijk echt nodig. Logica? Voor ons, Belgen, een mysterie.
Het allermooiste voorbeeld is dat ik jullie niet kan besparen is de verkoop van treintickets. Als het personeel eventjes geen zin heeft om te functioneren dan heeft de toevallige klant maar eventjes pech. Twee Europees ogende meisjes die een ticket zoeken naar Luxor voor éénder welke trein op de maandag (voor alle duidelijkheid er zijn 8 treinen per dag) kunnen dus niet zomaar een ticket bemachtigen. Excuseer beste meisjes maar helaas is er geen enkel ticket meer beschikbaar. Goedgelovig als ik was heb ik dan maar een busticket gekocht. Achteraf krijgen wij dan te horen in Aswan van iemand die zowel in ons hotel werkte als in het busstation, dat er altijd nog treintickets zijn. Je kan ze zelfs kopen op de trein zelf! Het is dus vaak een gebrek aan motivatie van de werknemers, die je de eerste dag zeggen dat er geen tickets meer zijn om van Aswan terug naar Cairo te geraken behalve om vijf uur in de ochtend. Diezelfde werknemers geven je de volgende dag, iets vroeger natuurlijk wanneer ze wel nog zin hebben om te werken, een ticket voor de trein van 8 uur in de avond. Vergeet er wel niet bij te rekenen dat een toerist sowieso een overduidelijk hogere prijs moet betalen de Arabisch ogende medemens.
Het is allemaal logica waarmee je moet leren werken gedurende je verblijf in dit land. Niet gemakkelijk, vaak frustrerend maar achteraf meer dan hilarisch om na te vertellen.
Jullie zullen wel denken: dat meisje heeft het schoon leven daar in Cairo wel te pakken. Het is namelijk de tweede week vakantie aan het instituut omdat het hier offerfeest is. En zoals het ons betaamt moeten we ons aanpassen aan het Islamitische systeem. Om ons offerfeest te vieren trokken we naar Dahab. Voor sommigen onder jullie wel bekend van de aanslagen enkele jaren geleden maar desondanks één van de populairste duikoorden. Helaas eiste onze reis weer een bustocht van 8 uur en door omstandigheden zijn we daar beland om 5 uur in de ochtend. Er bestond geen enkel ander vervoersmiddel dan een pick-up truck waar we met 9 man werden opgepropt richting de bewoonde wereld. Gelukkig wilde ons hotel ons opvangen op zon vroeg uur en bood ons een kamer aan. We waren al blij dat het een kamer was van twee personen terwijl we met drie waren. De oplossing was dus de twee bedden tegen elkaar te plaatsen en er ons dwars op te leggen. Eerlijk gezegd hebben we nog goed geslapen nadat Samira en ik besloten eerst de meest prachtige zonsopgang mee te maken.
De eerste dag hebben we het meest heerlijke oord van ontspanning ontdekt. Alles is hier zo ontspannen terwijl je in de kussens ligt van de cafeetjes die zo tegen de Rode Zee liggen. Je ziet niets als zee aan die kant en heel in de verte zie je een gebergte dat hoort bij de Saoudi-Arabische staat.Met een rustig muziekje op de achtergrond en genietend van een sapje waande ik mij op een tropisch eiland. Dat gevoel werd nog meer bevestigd die middag, toen we met een groepje wat verder weg aan een verlaten stuk strand zijn gaan snorkelen in een prachtig koraal. Het leek alsof ik in één of ander aquarium van een super chique restaurant aan het zwemmen was maar dan ietsje groter. Super grote en kleine maar vooral mooie, kleurrijke visjes dartelden vrolijk rondom ons. Ook het koraal zelf kende alle vormen en kleuren maar voor de zee-egels zo groot als voetballen moest ik met mijn blote voeten toch lichtelijk uitkijken. Op het einde van de dag doken we redelijk vroeg ons bed in omdat we de dag erop een vrij grote inspanning gingen leveren.
Die volgende dag hadden we namelijk in de avond maar vooral nacht gepland om de mozesberg te gaan beklimmen in de Sinaïwoestijn. Hitte gegarandeerd dus overdag, terwijl je tijdens de nacht te maken krijgt met quasi vriestemperaturen. De berg zelf is 2,3 km hoog en het pad tot aan de top is zon 6 km lang. We besloten het dus overdag een beetje kalm aan te gaan doen en vaarden eerst rond met een bootje met een glazen bodem om terug naar het prachtige onderwaterleven te kijken. Na een mentale voorbereiding vertrokken we die avond rond 11 uur met een minibusje voor een twee uur durende rit naar de voet van de mozesberg. Gepakt en gezakt met veel truien,water en voorzieningen van energiebars en een zaklamp waren we klaar voor de strijd. De beklimming was vrij intensief maarwel zeer indrukwekkend als je een hele sliert, voor en achter ons, zag van duizend lichtjes die allemaal diezelfde tocht aan het afleggen waren.We geraakten, na een tocht met regelmatig kleine pauzes om te bekomen van de beklimming en de ijlere lucht, vlak voor zonsopgang op de top. Het was er, zeker naar onze Egyptische gewoontes, erg koud. De temperatuur reikte zeker niet hoger dan 10 graden dus onze truien waren meer dan welkom. Het zicht was wel super indrukwekkend en even stonden we van onszelf versteld dat we zon tocht hebben af kunnen leggen en het nog met bewustzijn hebben overleefd. Nadat de zon was opgekomen tegen een uur of zes begonnen we opnieuw aan de afdaling die tot negen uur in de ochtend zou duren. Deze keer namen we een andere weg die door één enkele monnik was aangelegd, een trappenpad van aan de top van de berg tot aan de voet, namelijk bij het Sint Katherinaklooster. Over monnikenwerk gesproken! Deze keuze van de trapjesweg was meer dan de moeite. Ik waande mij in een ware cowboyfilm tijdens onze afdaling in tussen het rode berggesteente. Het bleef wel continue opletten geblazen. Bij de minste afwezigheid van alertheid kon je wel eens op een losse steen trappen en uitglijden. Uitgeput, meer dan ooit ervoren, kwamen we terug aan in het aangename Dahab en konden de hele dag nog amper bewegen, na een beklimming en daling van in het totaal 6 uur. Bekomen was dus de boodschap! Zeker omdat we die avond de nachtbus zouden nemen, terug richting Cairo. Helaas viel er voor de meeste van ons niet te slapen in de bus niet alleen door de ontiegelijk vele paspoortcontroles minstens om het uur maar ook door het gebrek aan ruimte, vooral bij de benen. Als de persoon voor mij zijn stoel een beetje naar achter kantelde lag die quasi op mijn schoot! Na een helse rit kwamen we dan toch weer aan in het oude vertrouwde Cairo wat ondertussen echt wel de thuishaven genoemd kan worden. Al-Hamdulilah (God zij geprezen). Toch bleef de conclusie: Dahab is het oord van ontspanning, relaxatie en het pure genieten. Hier moeten we zeker nog eens naartoe, misschien later als we ietsje meer geld hebben.
Of waar het Braaf Betaalde Belgische Belastingsgeld Belandt
Ok het feestje waar we gisteren terechtkwamen was wel een alliteratie waardig. Maar laat ik van het begin beginnen. De zus van Sihem, Wahiba is een paar daagjes terug aangekomen in Cairo. De zusjes hebben het hier duidelijk naar hun zin en er wordt veel verkend maar daar hoort natuurlijk ook het uiterst noodzakelijke Egyptische shoppen bij. Mits onze habitué op winkelgebied, Samira, een super interessant winkeltje had gevonden in Nasr City zakten we met vier meiden af naar koopjeshemel. Helaas lijken daar de gigantisch brede straten met duizenden schoenenwinkels, de ene nog meer met kitcherig goud en zilver als de ander, en handtassenwinkels zo erg op elkaar dat het een beetje zoeken was naar een naald in een hooiberg. Dit nam wel niet weg dat we toch de nodige winkels aan een grondige inspectie onderworpen hebben. Intussen wisten we dat we wel een beetje haastmochten maken achter onze zoektocht naar iets eetbaars. Het was inmiddels bijna half zes en om zeven werden we verwacht op het feestje op de Belgische Ambassade in Gizeh. Om kwart na 6 stonden we terug op straat met als doel een taxi te zoeken die ons naar de meest dichtbijgelegen metro moest brengen. Die metro zou ons dan in volle vaart rechtstreeks voeren naar de buurt van de piramides. Van daar is het nog vijf minuten stappen tot de ambassade. Helaas hadden we ons niet geïnformeerd over de voetbalwedstrijden die er zouden komen. Als toerist is het alvast heel verstandig te weten dat het verkeer in het centrum van Cairo afhankelijk is van voetbalwedstrijden. Indien er een belangrijke match wordt gespeeld, mag je er al vanuit gaan dat het verkeer NOG erger vastzit, een mens vraagt zich al af of dat nog gaat maar blijkbaar wel, en je dus echt onmogelijk een taxi kan vast krijgen. Het probleem wordt nog groter als je daarenboven een taxi wil vast krijgen die je moet brengen naar net die kern van alle chaos voor een metro. Als bij toeval, tussen een menigte die tevergeefs op zoek was naar een taxi, vielen er toch vier meisjes op, die meegenomen werden door de enige taxichauffeur die nog bereid was daarheen te rijden. We waren de man, ondanks onze vertraging, erg dankbaar.
Na een hele zoektocht geraakten we dan toch op de ambassade en op het befaamde feestje. Of zeg maar gerust FEEST, jawel u leest het goed in drukletters of je kan er ook U tegen zeggen. Zo legendarisch decadent kan dit feest in een eufemistische uitdrukking wel worden verwoord. Gekleed met teenslippers en kleedjes met een legging zonder echt bijzondere aandacht besteed te hebben aan onze kledij, kwamen wij redelijk underdressed aan, als die uitdrukking bestaat waar ik vanuit ga als overdressed ook wordt gebruikt. Er werd ons vriendelijk door de bewakers gevraagd naar een uitnodiging. Die hadden we natuurlijk niet maar voor ons was dat ook niet nodig want wij waren ondertussen al vaste feestgangers op de ambassadefeestjes. Een kleine vermelding van het Nederlandstalig instituut en een vertoning van onze studentenpasjes volstond. Er volgde een warme ooh maar wees welkom alstublieft kom binnen! En of we ons daar welkom voelden, alleen niet echt geplaatst in het juiste kader. Ten eerste zal ik al maar zeggen dat onze Belgische ambassadeur zichzelf een knap bescheiden stulpje heeft uitgekozen. Een enorm huis in een vrij oude stijl met veel houtenbalken in de muren verwerkt was echt heel mooi in het decor van een gigantische tuin! Wat daar natuurlijk niet kan ontbreken is een riante oprijlaan en voor de gelegenheid hadden ze alle omliggende struiken helemaal gehuld in de kerstlichtjes. We volgden de rode loper tot in de achtertuin en vonden er gigantisch veel mensen in chique kostuums en in de duurste kleedjes. Laten we zeggen dat de hele high society van Cairo zich hier had verzameld. Al snel vonden we onze Arabistieke vriendjes die ons razend enthousiast kwamen vertellen over wat er allemaal te krijgen was. We ontdekten alle mogelijke variëteiten van vis waarvan garnalen zelfs aangevoerd van onze eigenste Noordzee, vlees in verschillende soorten en sausjes, hetzelfde verhaal met de groenten en aardappelgerechten. Voor wie het sober wou houden was er een ware bakkerij die belegd kon worden met alle soorten Belgische kazen. Op de koop toe was er iets, niet te ontbreken aan ieder Belgisch feest, de echte authentieke goudgele schat van het vaderland: Belgian Fries! En op slag verkeerden we in de zevende hemel. Het personeel van Mariot hotel was ingezet om iedereen op zijn wenken te bedienen. Overal in de tuin waren lichtjes te bespeuren zelfs de statafeltjes wijdverspreid op het gras moesten er aan geloven en ook de bomen werden in de spotlights gezet. Als apotheose ontdekten we het enorme dessertenbuffet over de hele lengte van het huis. Had ik al verteld dat het huis van de Ambassadeur groot was. Je moet je dan eens proberen voor te stellen hoe groot de glimlach was het gezicht van iedere arabist, leden van de staf van het instituut meegerekend? Van alle soorten koekjes, cakejes, meringue, stukken fruit tot een grote chocoladefontein moesten het geheel afmaken. De hoeveelheid chocolade was niet te overzien en maakt iedere vrouw nog gelukkiger. Als iemand zich dus vragen stelt over het gat in de begroting? Ik denk dat we hier al een klein deel van het antwoord vinden. De koning mag zijn verjaardag nog wel eens vieren en mij uitnodigen. Daar heeft trouwens heel Arabistiek geen enkel probleem mee.