Inhoud blog
  • Sex sells
  • De koningin van Fellini
  • Virtueel café
  • Een fluitje van een cent
  • Déja vu
  • Tijd voor een Wereldmannendag?
  • Luctor on stage
  • Hamerende heipalen en ziedende gitaren
  • Airwick
  • De warme bakker
  • Irish coffee
  • Liefde in de sneeuw
  • De ACN-generatie
  • iPod-kisses
  • En daarmee basta!
  • Uitvinding: lul met snuif-functie
  • Geëtst voor het leven
  • Sauna
  • Het jaar van de spiegel
  • Vuurwerk
  • 2010: toen wandelen weer mogelijk was, een regering ónmogelijk was en het kerkcrapuul in bloei stond
  • 2009: En toen kwam een olifantje met een lange slurf...
  • 2008: Alleen de aandelen van rolstoelen gingen de hoogte in
  • 2007: Le jour de gloire est arrivé!!!
  • Winter, niets dan ellende
  • België - Belgique: liefde met een vervaldatum
  • De pet van mijn opa
  • Wat is Kerst?
  • De zak van Sinterklaas
  • Niet elk einde is een nieuw begin
  • Mijn engelen slapen nog
  • Let's talk about sex
  • Wat is oud?
  • Fees(t)boek?
  • Nooit meer oorlog
  • Luctor for president
  • Trein
  • Nestbevuiling
  • Zappen is slecht voor de lijn
  • Brief aan mijn ouders
  • Cirque De l'Enfer
  • Logisch denken
  • De pure mens: een specimen dat nog op twee plaatsen te vinden is
  • Mag er een beetje gel in?
  • Recht in je schoenen
  • tien-tien-tien, de dag des Heeren
  • Trouwen is houwen!
  • In het land van de Heilige Annick, waar Chinezen thuis zijn.
  • David Robert Jones
  • Gazettenklap
  • I Still Haven't Found What I'm Looking For...
  • Venus en Mars
  • De macht van de paardenkracht
  • Dinsdagen
  • Oorden van verderf
  • Het verdriet van België
  • Bloemen op mijn graf
  • Als eieren zo groot
  • Over banken, elektriekers en Pukkelpop...
  • Dood en leven weerspiegelen in water
  • Niets mag nog.
  • Linda
    Blog als favoriet !
    Gastenboek
  • wèr ar joe, Luctor?
  • niet volledig onbaatzuchtig...
  • pedagogische academie basisonderwijs
  • Gelukkige verjaardag!
  • Herkenning

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Mijn favorieten
  • Go2
  • open directory project
  • Sente XL - de onafhankelijke website over Sint-Laureins
  • Een eigenzinnige kijk in het leven van een kunstfotograaf
  • columns in Limburg: eine inne daag neet geschrieven, eine inne daag neet gelaef
  • Copyright:
    Deze teksten zijn auteursrechterlijk beschermd.
    Schending van het auteursrecht, waaronder wordt verstaan een verveelvoudiging en verspreiding zonder de vereiste voorafgaande toestemming van de auteur is een misdrijf!
    de wereld van Luctor
    Homo Sapiens non urinat in ventum
    Een bescheiden column over hoe een oud kind de wereld rondom zich ervaart...
    08-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sex sells
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Ik heb ze vanmorgen even geteld, de twintig-vierkante-meter-reclameborden die ik op mijn weg naar het werk voorbij ben gereden… Negen stuks! Op de afstand die ik doe is dat bijna eentje per drie kilometer. Als je dan ook nog weet dat ik aan een gemiddelde snelheid van zo’n negentig kilometer per uur rijd, dan reken je makkelijk uit dat ik zowat om de twee minuten een seksuele prikkel krijg van zwaar uitvergrote tieten, eindeloos lange benen in sexy nylons en perfecte kontjes die lachen vanuit zongevulde slipjes. Om dan nog te zwijgen van alle damhertenoogjes en pruilmondjes die je smachtend toekijken in de hoop dat je je volgende gsm, je volgende reis of je nieuwe auto bij hen zou kopen. Billboards, Vlaanderen staat er mee bezaaid.

    Op zich snap ik dat natuurlijk wel, want de grootwarenhuizen barsten nu eenmaal uit hun voegen van de honderdduizenden verschillende  producten, die allemaal een koper moeten zien te vinden. Vroeger had je één soort spinazie, één soort maandverband en één soort koffie. Tegenwoordig is er een veelvoud aan keuze. Koffie kan je kopen in twintig verschillende smaakvarianten, spinazie is er in tientallen bereidingswijzen en elke winkel puilt uit van gigantische hoeveelheden inlegkruisjes en tampons in alle maten en vormen. Er schijnt zelfs al een tampon met suiker te bestaan voor de zuurpruimen.

    Hoedanook, wat geproduceerd wordt, moet verkocht raken en als je met je eigen product beter wil scoren dan de concurrentie, dan zal je er moeten voor zorgen dat jouw handeltje meer opvalt dan dat van alle anderen. Je kan dus maar best een reclamecampagne opzetten, maar aangezien elke concurrent óók zo denkt, kan je er maar beter voor zorgen dat jouw reclame meest in het oog springt. En zeg nu zelf, waarde lezer, wat valt nu het meeste op: een reclamebord met een potje yoghurt van merk A, een soortgelijk bord met een potje van merk B, of merk C, die op twintig vierkante meter uitpakt met een geil kijkende schoonheid die nog wat restjes witte yoghurt van haar volrode pijplippen likt…? Voor wie er nog aan twijfelde: sex sells!

    Onze maatschappij is nu eenmaal overgeseksualiseerd. Muziekvideo’s met uitdagende vrouwen die schaars gekleed rond de artiest in kwestie kronkelen, autosalons waar de duurste merken hun waar prijzen met tientallen bikini-babes op en rond de motorkap, pornofilms en –sites waarin vrouwen handen, monden en kutten te kort hebben om zich begeerlijk te laven aan de mannelijke spijs en drank,… De lijst is eindeloos. We kunnen dergelijke beelden quasi niet meer uit ons dagelijks leven bannen. Sterker nog, we zijn eraan gewend geraakt. En geef toe, seks verkoopt en lààt verkopen. We doen er trouwens allemaal duchtig aan mee. Zelfs de grootste puriteinen onder ons. Of wat dacht je van die kennis van mij, die -preuts als hij is- schande spreekt over een televisiespot waarin shampoo aan de man gebracht wordt door een halfblote dame, maar die in één adem tegen zijn vrouw zegt dat ze maar beter een korte rok en een diep décolleté kan aandoen als ze met de auto naar de keuring moet. Tja…

    Maar we dwalen af! Wat ik eigenlijk wou vertellen is dat ik vanmorgen de billboards langs de weg geteld heb, omwille van een artikeltje wat ik deze week had gelezen over de erotica-keten Pabo. Jaja, dé Pabo, de catalogus die in meer huishoudens te vinden is dan de Streekkrant, probeerde namelijk haar nieuwe catalogus te promoten door er een gratis string bij te geven. Ze hadden daarvoor een plekje aan de A12 in Aartselaar uitgekozen, waar ze een metersgroot bord aan de kant van de snelweg hadden neergepoot, met de beeltenis van een vrijwel perfect perzikpoepke in een zwarte reetveter. Een ideaal middeltje om de nog half slapende bestuurders meteen wakker te krijgen, dacht ik, maar dat was buiten het Agentschap Wegen en Verkeer gerekend. Het bord moest in no time weer verdwijnen wegens té afleidend voor de ontwakende automobilisten.

    Bij het AWV gaan ze er blijkbaar nog altijd vanuit dat mannen hulpeloze primaten zijn, die bij het minste streepje vrouwenbloot meteen zoveel bloed naar hun fluit voelen stromen dat er te weinig overblijft om hun hersenen te laten functioneren. Hilarisch, vind je niet? Hilarisch, maar helaas ook ronduit betuttelend om de gemiddelde mannelijke automobilist te degenereren tot een soort oerwezen dat zichzelf verongelukt omwille van een poster met een bloot gat. Welk stom wijf heeft dat nu weer bedacht?
    Trouwens, wat dan gezegd van de vrouwen op de weg? Van de negen billboards die ik vanmorgen geteld heb, waren er twee met knappe binken, die ook allerminst een verduidelijking van hun geile blikken nodig hadden. Eentje maakte in gebronzeerd bloot bovenlijf reclame voor ‘de ultieme mannelijke deodorant’ en hij keek daarbij zo ondeugend naar beneden dat elke voorbijrijdende dame spontaan haar rokje naar beneden trok.
    Bij de andere Mister Universe on billboard is de boodschap voor het product mij ontgaan, maar te zien aan de gigantische boebel in ‘s mans boxershort, denk ik dat het een reclame moet geweest zijn voor een soort grote familie-salami…

    Afijn, om maar te zeggen dat al dat lekkers langs de weg zeker opgemerkt wordt door zowel de mannen als de vrouwen, maar dat we die belachelijke preutsheid beter achterwege kunnen laten. Met al het geld dat in die zoektochten naar afleidende reclame kruipt, zouden we al veel putten in onze wegen kunnen opvullen, lijkt me. En sta mij toe om te menen, waarde lezer, dat dit toch nét iets belangrijker is dan het weghalen van een foto, waarop een bijna blote madame reclame maakt voor de lingerie waarin ze te zien is.

    Trouwens waar zit de eerlijkheid en de gelijkheid in deze? En ik heb het nu even niet over de snelwegen, waar het trouwens voor iedereen verboden is om reclame te maken, maar over de kleinere wegen, waar je als het ware om je oren wordt geslagen met het ene bord na het andere. Naast een hele trits andere voorwaarden, zoals de kleuren van verkeerslichten die niet in de reclameposters mogen gebruikt worden binnen een bepaalde afstand van een kruispunt, is dé grote boeman voor de reclame toch wel ‘de afleiding’.
    Bestuurders mogen niet afgeleid worden van de weg door het reclamepaneel! Dat is bottomline hét punt waar alles om draait. Toegegeven, ik zal ook sneller geneigd zijn om te kijken -en vooral iets lànger te kijken- naar een knappe vrouw in lingerie, dan pakweg naar een hond die hondenbrokken zit te vreten. Daarmee lever ik dus het levende bewijs dat lingeriereclame mij meer interesseert dan reclame voor dierenvoeding. En wat dan nog? Prima punten voor de voederproducenten -hun reclame leidt mij minder af- maar vertel mij dan asjeblief ook eens hóé die lingeriefabrikant minder afleidende reclame kan maken? Met kattenbrokken misschien? Die mens maakt nu eenmaal tetten- en billentextiel. En net zoals een schoen bij een voet hoort, zo hoort een string nu eenmaal bij een kut en een kont. Dan kan je van die lingeriefabrikant toch moeilijk verwachten dat hij zijn slipjes en beha’s rond een kattenstaart bindt om ze te promoten?
    Vice Versa ook trouwens of heeft u ooit al een kat in een damesonderbroek zien zitten om Whiskas aan te prijzen? Ik dacht het niet! Tenzij misschien voor de blikjes met muizensmaak… Als dat al zou bestaan?

    Erotiek is gewoon niet meer uit de reclame weg te denken. Het bestaat trouwens al langer dan vandaag. Als tiener werd ik wild van de knappe, blote brunette die als een nimf uit de zee kwam gestapt met een fles Fa-douchegel in haar handen, als was het een gezonde versgevangen kabeljauw.  Later kwamen de controversiële reclames van Calvin Klein, de pikante spots van Levi’s skinny-jeans en nóg veel later lachte Emmanuelle Beart van de H&M-lingerie ons sensueel toe vanuit alle bushokjes die Vlaanderen rijk is.

    Meer recent vond ik de Sloggi-campagne wel leuk, waar een aantal vrouwen rondfietsen in slips en strings in de kleuren van de klassementstruien uit de Ronde Van Frankrijk. Goed gevonden, dat wel, maar veel liever had ik daar -net als in Nederland- kontjes gezien die gehuld waren in de kleuren van het nationale voetbalteam. Maar goed, aangezien niet de Rode Duivels, maar wel Oranje mocht schitteren tijdens het WK-voetbal, moesten wij het hier in België stellen met de gele, de groene, de witte en de bolletjesstring. Gelukkig was er in diezelfde periode ook Kelly Brook die compleet zonder ‘brook’ reclame maakt voor een paar lekker zittende sneakers van Reebok.

    Toch blijft mijn persoonlijke favoriet, de initiële versie van de affiche voor de E3 Prijs Harelbeke, waar piepkleine rennertjes de heerlijke blote rondingen beklommen van het Vlaamse playboymodel Gaelle Garcia Diaz. Ik wou al bijna naar de koers kijken, alleen maar voor deze prachtige brunette met een heerlijk pruilmondje en ogen om flauw van te vallen. What a woman! Wie is Gisele Bündchen? Who the fuck is Cindy Crawford? Naomi Campbell eat your fucking heart out… Wij hebben Gaelle Garcia Diaz. Alleen van de naam al,werd ik bijna lyrisch. Tot… hoofdsponsor KBC de poster véél te sexy vond en totaal niet passend bij het imago van een bank. Weg waren plots alle rennertjes tussen borst en dal. Alle affiches werden meteen verwijderd en vervangen door nieuwe exemplaren met de koppen van een stel saaie renners.

    Hoe was de slogan van de bank ook al weer? “KBC, we hebben het voor U”?

    Ik dacht het niet!

    Luctor

    08-04-2011 om 20:19 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (14 Stemmen)
    02-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De koningin van Fellini
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Het terras wat mijn teerbeminde en ikzelf hebben uitgekozen, zit afgeladen vol. Het is een doordeweekse avond, ik moet er ‘Amarcord’, mijn favoriete Fellini-film voor missen, maar de avondzon trekt harder dan de televisie. Zowat iedereen lijkt zijn huis ontvlucht.

     

    Mensen kuieren ontspannen door de doodgewone straat als was het een luxueuze promenade in een mondaine badplaats. De lente is in het land, de wereld ontwaakt uit zijn winterslaap. Cafés en restuarants hebben de voetpaden ingepalmd en op de vele terrasjes is geen lege stoel meer te vinden. Meer zelfs, elk terras lijkt afgeboord met wachtende mensen, klaar voor het gevecht om iedere vrijkomende stoel. Het lijken scènes uit een goedkope spionagefilm met dralende wachtenden, ogenschijnlijk alleen geïnteresseerd in de vogels, de lucht en de boompjes op het plein, maar ondertussen spiedend naar elke klant, die aanstalten lijkt te maken om te vertrekken.

     

    Omdat ik mijn terrasbuurman zopas heb zien afrekenen, weet ik dat in weinige ogenblikken ook in onze arena een struggle for chairs zal losbranden. Ik geniet al op voorhand en niet eens tien seconden nadat mijn buurman en zijn dame zijn opgestaan, zie ik de tsunami van terraswilligen vertrekken. De spionagefilm gaat naadloos over in een oorlogsprent. Vanuit alle hoeken en kanten stuiven de spionnen op de twee vrije stoelen af. Een enkeling probeert het van opzij, een magere, jonge knaap slalomt als een slang met doodsverachting tussen de tafeltjes en nog een paar anderen vechten zich de kortste weg via het gangpad, waar een gigantisch vrouwmens hen de weg probeert te versperren met een kinderwagen.

     

    Zoals zo vaak moet ook in deze race het enthousiasme de duimen leggen voor een weloverwogen tactisch plan. Met een triomfantelijke grijns neemt de knokige slangenmens één van de twee stoelen in. De verliezers druipen gelaten af. Eentje scheldt nog iets onbetamelijks tegen de dikke vrouw, die zich ondertussen, botsend tegen tafels en zittende klanten, een weg baant naar haar triomfator. Met een zucht van orkaangehalte plant ze haar dikke kont in het rieten stoeltje, dat kreunt onder zoveel lompigheid. De gigantische kinderwagen, een soort hybride kruising tussen een overdadig klassieke koets en een vervaarlijk ogende monstertruck, parkeert ze precies achter haar stoel, in het gangpad van het terras. Dat ze daarmee zowat de slagader van het café naar het terras dichtknijpt, lijkt het minste van haar zorgen.

    ‘Wij zitten en aan al de rest vegen we ons kloten…’ Je ziet het haar denken.

    Mensen zijn soms vreemde vogels.

     

    Een eerste monsterende blik leert mij dat we het niet echt getroffen hebben met onze nieuwe buren. Hij, zo knokig als een gespierde vulpen en zij zo rond als een Vietnamees hangbuikzwijn. Hij met een soort gemillimeterde neo-nazi-coupe en een nek vol tatoeages; zij met een eerder ondefinieerbare haarstijl van vettige geel-geblondeerde slierten en een gigantische uitgroei. Onder haar linker oog drie getatoeëerde tranen. Een Wim Delvoye-zwijn zou erbij verbleken. Allebei droegen ze eenzelfde soort vaalgrijs trainingspak en versleten sneakers. Ook zonder kijken ben ik ervan overtuigd dat in de kinderwagen een volgende generatie kansarmoede ligt.

     

    Maar goed, het is een zalige lenteavond, ik zit gebeiteld in tientallen surrealistische films door elkaar en mijn eega maakt rustgevende twinkelende geluidjes met het ijs en haar lepel in haar glas sangria. Even lijken Libië en Fukushima niet te bestaan. Ik ben dus absoluut niet van plan om dit fijne moment te laten verstoren door twee marginalen, die vlak naast mij hebben postgevat. Ik knik zelfs zowaar beleefd terug naar de gespierde vulpen als die zijn bek vol ontbrekende tanden naar mij bloot lacht en luidop boert. Zijn hangbuikzwijn staat inmiddels met haar immense bovenlijf in de kinderwagen gebogen en voert daar allerlei handelingen uit, die voor mij onzichtbaar blijven achter een immens hol in een vaalgrijze trainingsbroek.

     

    Maar zoals gezegd, het zal mijn pret niet bederven en ik geniet van het voortdurend wisselende schouwpel om mij heen. Serveersters die af en aan hollen met bestellingen, obers die de gasten op hun wenken bedienen, mensen die kijken en mensen die bekeken willen worden. Een film zonder begin en zonder einde. Een aaneenschakeling van scènes, gespeeld door acteurs, die hun eigen leven vertolken. Geen regisseurs die ingrijpen, geen producenten die commercieel succes moeten najagen. Hoeveel briljanter kan een film zijn zonder ooit te zijn gemaakt?

     

    En mijn marginale buren mogen dan Oscar-genomineerd zijn voor de betere bijrollen, zo ongeveer recht tegenover mij zit de onbetwistbare hoofdrolspeelster van deze prent. Haar ranke lijf beweegt amper. Alleen met haar hoofd volgt ze het leven op dit terras. In haar witte korte rokje met bijhorend jasje zuigt ze als een magneet ieders aandacht naar zich toe. Werkelijk iedereen -man én vrouw- treedt met de regelmaat van de klok uit zijn eigen gedachten om de hoofdrolspeelster te bewonderen. Bijen in een raat, bezig met zichzelf, maar voortdurend omkijkend om te checken of alles nog wel OK is met hun geliefde koningin.

     

    Het fascineert me mateloos en ik probeer uit te vlooien wat deze diva heeft, waardoor ze zich van de rest kan onderscheiden. Moeilijk! Ze is knap zonder perfect te zijn. Niet piepjong, maar zeker ook niet oud. Haar witte jasje heeft drie lage knopen en een diepe uitsnijding, die maar net de aanzet van haar borsten verbergt. Een deel van haar gezichtje zit mysterieus verscholen achter een grote zonnebril. Het lijkt een celebrity in prachtige eenvoud. Het enige wat misschien echt een beetje tot de verbeelding zou kunnen spreken is de sensualiteit van haar houding. Haar linkerbeen elegant over haar rechter geslagen, zacht wiegend met haar vrije voet, waardoor je constant de illusie krijgt dat ze bij iedere volgende beweging een minuscule glimp onder haar korte rokje zal gunnen. Je weet dat het maar héél even zal zijn en je beseft dat wie niet aandachtig genoeg is, het zal gemist hebben. Uiterst subtiel straalt ze uit dat er geen tweede kans komt.

     

    Het indringende gekrijs van een boreling rukt mijn gedachten weg uit haar zoete schoot en plant ze koud en rauw in de hybride kinderwagen op het gangpad. De knokige vulpen en zijn hangbuikwijfje kibbelen een eind weg over wiens beurt het nu is om aandacht te schenken. Geen van de twee lijkt over de verantwoordelijkheidszin te beschikken om het spontaan te doen. De vulpen zwicht voor de luider wordende stem van zijn eega. Lamlendig en verveeld rekt hij zich uit zijn stoel om een blik op zijn nageslacht te werpen. Met één hand houdt hij zijn sigaret vast en met de ander frutselt hij wat in de kinderwagen, maar het gekrijs wordt alleen maar scheller en indringender. Hij richt zich op, ruikt aan zijn vingers waarmee hij de kleine bepotelde en laat zich opnieuw in zijn stoel zakken.

    “Zeker niet gescheten”, zegt hij. “Honger waarschijnlijk.”

     

    Ik zou het in mijn ergste nachtmerries niet durven dromen, maar al snel blijkt mijn vrees bewaarheid te worden. Een uk, zó klein en verfomfaaid dat het amper een paar uur uit de moederkut lijkt geworpen, wordt uit het mobiele bedje gelicht en voor ik er erg in heb, ritst de moederkloek haar trainingsvest open en verschijnt een gigantische melktiet vanonder haar grauw-pluche truitje. Het piepkleine baby’tje lijkt haast nietig naast zo’n enorme homp vlees, maar vindt toch relatief snel -snuivend, klauwend en zuigend- zijn weg naar de moedersappen. Het gekrijs houdt meteen op van zodra het uk de donkerbruine tapkraan heeft gevonden.

    “Zie je wel… honger!”, grijnst de vulpen zijn bijna tandenloze mond wijdopen.

    Het hangbuikzwijn knikt bewonderend en lurkt rustig door aan haar sigaret, terwijl ze het laatste restje Duvel in één teug binnengiet. Multitasken, vrouwen zijn er verschrikkelijk bedreven in.

     

    Ondertussen ontstaat er in het deurgat van het café een klein dispuut tussen twee obers en een serveerster. Ze staan te veraf om te kunnen horen waarover de woordenwisseling gaat, maar er wordt druk gegesticuleerd. De serveerster druipt af met een gigantische ijscoupe die blijkbaar door niemand besteld is.

    Ook de hoofrolspeelster volgt de scene met aandacht. Even is ze niet het middelpunt van de wereld, maar van zodra de gemoederen in de deuropening weer tot bedaren komen, keren alle blikken weer naar haar. Net zoals daarvoor, hoeft ze daar niets speciaals voor te doen. Impressive!

     

    In de hoek van het terras krijgt een man ingehouden maar nadrukkelijk onder zijn kloten van zijn vrouw. Ook ik had al een tijdje gemerkt dat hij ronduit gebiologeerd in de richting van de hoofdrolspeelster zat te gapen. Naarmate de minuten verstreken, zag ik hem hoe langer hoe meer onderuit zakken om toch maar een glimp vanonder het korte witte rokje op te vangen. Ik weet niet of het hem gelukt is, maar in elk geval siste zijn jaloerse wijf hem streng tot de orde.

    Vaag, héél vaag en uiterst miniem, meende ik iets van een dromerige glimlach rond de mooie volle mond van de hoofdrolspeelster te ontdekken. Zou ze zich dan toch bewust zijn van de commotie die ze rondom zich veroorzaakt? God mag het weten.

     

    En dan, totààl onverwacht, staat ze plots op. In één vlotte beweging schuift ze haar zonnenbril nonchalant achterover in haar lange blonde lokken en kijkt ze mij vrank en recht in de ogen aan. Het hele terras lijkt enkele seconden gefreezd door deze plotse ommekeer. Niemand zegt nog iets, niemand beweegt, iedereen gaapt.

    Haar stem klinkt zacht en verleidelijk. “Ga je mee”, vraagt ze.

    “Ja”, zeg ik.

     

    Ik voel dat tientallen ogen in mijn rug branden van jaloezie als ik een half metertje achter haar het terras verlaat. Gloeiend van trots omdat de hoofdrolspeelster mijn teerbeminde is, kijk ik naar de mooie afgetekende rondingen van haar bips onder het korte witte rokje. Net onder het randje merk ik de afdrukken van de rieten terrasstoel in haar lange, blote benen.

    Achter ons ontstaat een nieuwe tsunami voor onze twee vrijgekomen stoelen.

     

    Thuis zal ik haar vragen of ze zich bewust was van het feit dat de helft van het terras onder haar rokje probeerde te gluren. Ik wed dat ze ‘ja’ zegt.

     

    Frederico Fellini is soms dichterbij dan je denkt…

     

    Luctor

    02-04-2011 om 00:00 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    25-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Virtueel café
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    U heeft mij iets geleerd, waarde lezer. Echt waar! Uw verontwaardigde  reacties naar aanleiding van de column “Déja vu” waren zó talrijk dat mijn mailbox er bijna van openbarstte. Werkelijk iedereen was wel door iets geschoffeerd! Mannen schreeuwden bij hoog en laag dat ze géén versier-idioten waren, vrouwen vonden het dan weer belachelijk dat mannen naar verleidingsseminaries gingen om zich versiertrucs te laten aanmeten en zowat iedereen vond het schandalig dat ik in zoiets puurs als De Liefde durfde spreken over “jagers” en “prooien”. Aan ieder die tot één van deze drie reactiegroepen behoort, heb ik een boodschap: kust vierkantig mijn kloten en ga asjeblief uitzeiken op de maan! Daar loopt zó weinig volk rond dat je wellicht tot de slimste der natie wordt uitgeroepen!

     

    En tóch heb ik iets geleerd, waarde lezer. Een aantal reageerders noemde mijn column namelijk achterhaald. Misschien dat zij het wel bij het rechte eind hebben. Verleiden zou immers even passé zijn als pakweg de ‘Flower Power’ of ‘Mei ’68’. Anno 2011 wordt  blijkbaar niet meer versierd op café of in de jeugdclub of voor mijn part op het schijthuis… Neen, tegenwoordig heb je daar in een multimediale maatschappij een virtuele arena voor: de datingsites. Waar deze ‘fichenbakken voor een wanhopige  toekomst’ nog niet zolang geleden te vinden waren in ranzige VZW's voor de hopelozen van onze samenleving, daar zijn ze door de komst van het internet pijlsnel opgewaardeerd tot de hippe supermarkten der liefde. Rustig rondstruinen met je winkelkarretje tussen types, voorkeuren en droombeelden en meenemen waar je vandaag eens zin in hebt. Het leek me een goed idee om ook die wereld eens te gaan verkennen en eens uitgebreid te ‘shoppen’.

     

    Alleen, hoe begin je aan zo’n zoektocht als je amper de aan- en uitknop van je pc weet te vinden? Google lijkt mij een ideaal vertrekstation, al blijkt daar meteen dat ik inderdaad al heel wat virtuele treinen heb gemist. In minder dan één tiende van een seconde krijg ik liefst vierhonderdveertig miljoen pagina’s in mijn strot geramd, die op één of andere wijze gerelateerd zijn aan mijn zoekterm ‘dating’. Vierhonderdveertig miljoen! Als ik die allemaal moet doornemen vooraleer ik op jacht kan gaan, dan valt mijn eerste date gegarandeerd flauw van mijn lijkengeur van zodra ze me ontmoet. Bovendien moet je in dat gigantische aanbod ook nog de sites zien terug te vinden met de geile wijven uit je eigen regio. Wat ben je immers met een hete flamoes uit Timboektoe of Patagonië als je lul niet eens tot de achterdeur reikt…

     

    Een andere valkuil is de prijs. Nogal wat sites promoten zichzelf met ‘gratis’, ‘free’ en nog van dat aantrekkelijks, maar in de realiteit blijkt het pure bullshit te zijn. Akkoord, hier en daar kan je inderdaad wel gratis een profiel aanmaken, maar van zodra je met je winkelkarretje door de rayons wil rijden, begint je scherm neongewijs te flitsen met de logo’s van Visa, American Express, Gold Card en noem maar op. Ik heb dus al snel door dat je net als in de echte wereld, ook in dit virtuele liefdesparadijs eerst je portefeuille moet boven halen, vooraleer er dames zijn die interesse in je tonen. Omdat ik aan mijn teerbeminde heb wijsgemaakt dat ‘het voor mijn werk is’, staat ze toe dat ik onze zuurverdiende centen spendeer aan de wereld van de wildvreemde hitsigheid. Horny pussies, here I come!

     

    Ik moet eerlijk toegeven, waarde lezer, dat ik bij de opmaak van mijn eigen profiel een beetje hulp heb gevonden in de talrijke websites die je gratis op weg helpen om een zo aantrekkelijk mogelijk mens samen te stellen. Aanvankelijk snapte ik het niet zo goed, want de adviessite die ik had uitgekozen, predikte enerzijds eerlijkheid als ware het puur evangelie, terwijl het in één adem ook meldt dat je je goeie punten een beetje moet aandikken en je minpuntjes best niet vermeld… Dúúúh, zo kan ik het ook.

    Afijn, -voor ù het zegt, waarde lezer- ik besefte zélf ook wel dat eerlijkheid in mijn geval niet de meest gunstige uitgangspositie was. Het zal wellicht niet moeders mooiste zijn die zit te wachten op een dikke vetzak van boven de vijftig met twee kinderen ten laste. Voeg daar nog bij dat ik zó wankel op mijn kreupele poten sta, dat een rolstoel met ingebouwde schijtpot veel dichterbij is dan pakweg een romantische wandeling in de branding op een idyllisch eiland. Om maar te zeggen dat ik de óh zo geprezen eerlijkheid in mijn profielbeschrijving dus best een beetje geweld aandeed om toch tot een enigszins appetijtelijk geheel te komen, waar niet elke vrouw onmiddellijk weer bij wegschiet van zodra ze mij 'openklikt'.

     

    Om zeker te zijn dat er toch tenminste één vrouw op zou reageren, maakte ik dus naast mijn min of meer ‘eerlijke’ basisprofiel meteen nog twee bijkomende profielen aan. Drie Luctors op vrijersvoeten, het zou al gek zijn als er geeneen in de smaak viel…

    In het eerste fictieve profiel beschreef ik mijzelf als een adonistype. Sportief, gebronzeerd,  voorzien van een six-pack om U tegen te zeggen en een fluit waar zelfs een gemiddelde tuinslag bij opkrult van schaamte. 
    Als tweede keuze opteerde ik voor een geslaagde, niet onaantrekkelijke zakenman, die aan de leiding staat van een klein maar bloeiend IT-bedrijfje. Amper tijd voor ontspanning, maar wel bollend een chique auto, gekleed in de duurste maatpakken en dinerend in de meest exclusieve restaurants. Vanzelfsprekend!

    Bij geen enkel van de drie profielen zette ik een foto. Ik besef dat het weliswaar mijn kansen aanzienlijk zou verkleinen, maar het was in elk geval goedkoper dan nog snel een paar make-overs ondergaan om bij elk van de profielen het gepaste beeld te creëren. Mijn spannend afwachten kon beginnen.

     

    Wandelend doorheen de ‘rayons’ van verschillende datingsites -nu ik betaald had, kon ik er immers vrij rondkuieren- kwam ik al snel tot de ontdekking dat ik niet zo nodig hoefde af te wachten tot iemand op mijn profiel zou reageren. Zelf kon je ook namelijk ook actief deelnemen aan het leven van de virtuele liefde. Vrijwel elke site was ingedeeld in mannen, vrouwen en koppels. Maar voor de echte liefhebbers kon je nog veel verder doorklikken. Keuze zat! Hetero, homo, biseksueel, grote tieten, kleine tieten, geschoren of beboste kutten, pijpen als een Nilfisk, enz… Niet dat ik het heb nagekeken, maar ik wed dat je zelfs kan doorklikken tot het niveau dat de gewenste dame met haar gat moet kunnen wiegen als een waggelende Noord-Europese Korhoen.

     

    Ik leer ook algauw dat de ‘chatrooms’ eigenlijk de vroegere cafés zijn waar je met elkaar kan afspreken voor een babbeltje. Hier en daar wandel ik zo’n chatroom binnen, maar ik ben veel te bleu om mij in de gesprekken te moeien. Er is ook niemand die mij aanspreekt. Achteraf bekeken is dat ook wel begrijpelijk. Ik had geen foto toegevoegd, remember. De stamgasten zien je wel binnenkomen, maar ik begrijp dat zo’n onzichtbare nieuwe kerel niet bepaald vertrouwen opwekt voor een opwindende flirtbabbel. Want als er iets is dat ze daar kunnen in deze moderne computercafés, waarde lezer, dan is het wel flirten. Met rode oortjes volg ik de geile conversaties tussen de aanwezige stamgasten. Af en toe stijgt de temperatuur zodanig dat er twee aan mekaar voorstellen om ‘privé’ te gaan -whatever that may be- maar vaak ook gaat het gesprek gewoon door. En plein public…

    HIJ: “Ik vind je wel een aantrekkelijke vrouw en ik zou je best beter willen leren kennen”.

    ZIJ: “Ik wil je helemaal niet leren kennen, dude, maar als je mij eens staalhard wil neuken, dan ben je altijd welkom”.

    HIJ: “Misschien moeten we elkaar maar eens in real life ontmoeten. Laat ons morgen afspreken in de cafetaria van het centraal station. Ik zal te herkennen zijn aan een blauw hemd en ik zal een witte roos meebrengen.”

    ZIJ: “Laat die roos gewoon thuis, maar zorg dat je zeker je pik mee hebt. Ik ben te herkennen aan een kort zwart rokje en ik loop altijd sliploos. Dus als je overal eens gaat voelen en je pakt plots in een natte pruim, dan heb je mij gevonden. LOL.”
    My goodness...

     

    Het gesprek gaat zo nog een tijdje door en alras voel ik dat ik daar niet echt op mijn plaats ben. Ik heb tegen niemand in de chatbox gesproken en niemand heeft iets aan mij gevraagd. Meer dan een tijdje aan de toog gezeten en eens goed rondgekeken, heb ik eigenlijk niet. Wat dat betreft is een chatbox dus voor mij zoals het doordeweeks café van weleer.

     

    Afijn, om een lang verhaal kort te maken, vier dagen na mijn kennismaking met de virtuele wereld der moderne zoekenden, open ik mijn mailbox en vind ik tientallen reacties op mijn drie geposte profielen. De Adonis is de absolute topper, hoewel de meeste geïnteresseerde dames toch vragen naar een foto alvorens met mij in een virtueel gesprek te willen stappen. De zakenman doet het ook niet slecht. Minder vraag hier naar foto’s, maar wel een paar die interesse hebben om eens met mij uit eten te gaan. Zelfs eentje die werk zoekt…

     

    Alleen op mijn min of meer echt profiel is er beduidend minder reactie. Om heel eerlijk te zijn: slechts één! Een gescheiden vrouw van éénenveertig wil mij graag beter leren kennen. Haar mail is kilometerslang en staat bol van de schrijffouten. Op de ingesloten foto zie ik dat ze absoluut niet onknap is, al moet ik daar onmiddellijk aan toevoegen dat ze fenomenaal dwaas uit haar ogen kijkt. Bovendien stort ze meteen al haar ellende uit haar stukgelopen huwelijk over mij heen. Ze houdt van seks, schrijft ze, maar liefst niet van ‘al achter’. Pijpen vindt ze nog ‘tamelijk leuk’, maar ‘slikken’ doet ze dan weer niet. Ze heeft twee ‘kinders’, maar die zijn allebei al de deur uit. Ze is zelfs al oma. Haar dochter werd immers geboren toen ze zelf amper vijftien was. Misschien dat ik haar daarvan wel zou kunnen kennen, schrijft ze, want ze was al een keer op tv in een ‘program’ over tienermoeders.
    Nogal een geluk dat ze geen Noord-Europese Korhoenen kweekt, dacht ik. Twee minuten later heb ik mijn profiel op de datingsite verwijderd.  Ook de Adonis en de succesvolle zakenman!

    Leve de cafés, leve de jeugdclubs en leve de schijthuizen. Daar kon je je prooi tenminste ook nog ruiken en wie weet... proeven!

     

    Luctor

    25-03-2011 om 00:00 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    20-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een fluitje van een cent
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Aaaarggg, gisteren nog eens een feestje gehad uit de echte oude doos. Heerlijk! Tientallen fantastische mensen en lachen, gieren, brullen tot in de kleine uurtjes.

     

    The morning after was navenant ellendig. Vreemd eigenlijk voor een geheelonthouder zoals ik. Een mens vraagt zich af hoe ik zonder één druppel alcohol dan toch vanmorgen aan dat brakke gevoel in mijn bek en aan die weeë maag kwam? Van zodra ik nog maar mijn ogen opentrok, wist ik al hoe laat het was. Alsof een woeste drilboor in mijn slapen tekeer ging. Om nog maar te zwijgen van die metalen spanband, die millimeter per millimeter rond mijn kop werd dichtgesnoerd. Even twijfelde ik zelfs om toch maar eens in de spiegel te checken of mijn muil niet langzaam in een snijboon aan het veranderen was. Maar goed, het feestje was super.

     

    Zo eens in de vijf jaar komen we nog eens samen. Allemaal oud-voetballers uit hetzelfde team, begin tachtiger jaren. Toen vijftien messcherpe bonken, blakend van gezondheid. Nu stuk voor stuk ouwe knarren van vooraan in de vijftig, de één al slechter op de been dan de ander. Een walhalla van knie- en heupprothesen, een bijeenkomst van buikjes op kreupele poten.

     

    De verhalen gaan aanvankelijk dan ook vooral over alle lichamelijke mankementen, die bij elk van ons in overvloed aanwezig zijn. Ze zijn het resultaat van een jeugd lang achter ballen hollen, van het niet meer kunnen ontwijken van moordende tackles en van botsingen die oorverdovend beendergekraak opleverden. Ieder verhaal kan ik met gemak linken aan mijn eigen voetbalervaringen en de tientallen opgelopen blessures. Naarmate de tijd vordert ben ik zowaar opgelucht dat ik “enkel” maar moet leven met krukken. En dan nog niet eens voortdurend. Some guys have all the luck.

     

    Naarmate de drank vloeit worden de verhalen sterker en straffer. De “weet je nog’s” volgen elkaar in ijltempo op en schateren wordt al snel bulderen. Verhalen van ‘ontsnappingen’ tijdens stages, van owngoals, van-niet-te-missen-missers en van bloopers allerhande, bezorgen mij aanhoudende lachkrampen in buik en kaken. Tegen de tijd dat de onvergetelijke douchescène van onze zwarte spits Victor Mkombé verteld wordt, ligt iedereen plat. Ik zal u de spitante details besparen, waarde lezer, maar weet dat deze zwarte medemens met stijfdicht geknepen ogen de shampoo uit zijn kroezels stond te spoelen, terwijl een ander er voortdurend shampoo aan het bijgieten was… Vier, vijf andere ploeggenoten profiteerden ervan om hem dan bij zijn meetlat lange slamassel in de douche rond te trekken. Hilarische momenten, waar ook Victor nu nog zijn stralend witte tanden om bloot lacht. “Schmerlappen”, giert hij het samen met de rest uit.

     

    Want als er nu één ding is waar voetballers altijd oog voor hebben, dan is het wel voor het fluitformaat van de ploegmaats. Ieder nieuw seizoen wordt er niet zelden met een loens oog gekeken hoe de nieuwe teamleden ‘scoren’ op meetlatgehalte. Nieuwelingen die er op het veld weinig of niets van bakken, krijgen toch ontzag in functie van het al of niet beschikken over een uit de kluiten gewassen glockenspiel. Iedere voetballer haalt immers opgelucht adem als bij de eerste trainingen blijkt dat hij niet de piccolo van het orkest is.

     

    Mannen lijken hun ego immers nogal vaak te koppelen aan de maat van hun snikkel. Draai en keer het zoals je wil, waarde lezer, maar het mannelijk gedeelte onder u zal het met mij eens zijn dat het belangrijk is te weten hoe jouw vogeltje gebekt is in het land der snavels. Niet zelden wordt dan compensatie gezocht in chique, snelle auto’s. Dat lijkt een cliché, maar ik heb er toch maar weinigen gekend die met beide voordelen mochten pronken…

     

    Nochtans, size doens’t matter blokletterde een typisch damesblad nog niet zo lang geleden. Een experte terzake vond dat alleen de extremen te vermijden waren.  Te groot schijnt pijn te doen en -putain, putain- voor de Arno’s van deze wereld is ‘’k èn e kleintje, mo ‘k schiete verre’ ook niet echt je van het.  Al de rest glipt er mooi in en uit en verschaft het nodige genot.  Het zou niet het werktuig zijn dat het verschil maakt, maar de werkman… Grote fluitdragers zouden immers zodanig bewust zijn van hun gigantische sekszwengel dat ze zich nog amper zouden afvragen wat een vrouw echt lekker vindt. Drillen en pompen kan namelijk iedereen, maar metname de grote Willy Wortel's zouden vergeten zijn om de handleiding des vrouwes grondig door te nemen. Could be…

     

    Al moeten we toch het nodige voorbehoud in acht nemen bij dit nogal kordate standpunt van deze slinger-experte. Immers, in een wetenschappelijke studie gepubliceerd in The Journal of Sexual Medicine, wordt precies het tegenovergestelde beweerd. Professor Stuart Brody van de University of the West of Scotland deed een onderzoek bij meer dan duizend vrouwen en kwam tot de bevinding dat size wel degelijk matters. Fluiten van meer dan veertien en een halve centimeter gunnen onze dames veel vaker een orgasme dan piezewieters die onder deze limiet blijven. Al dient hier eerlijkheidshalve onmiddellijk bij gezegd dat Brody’s visie eerder psychologisch dan fysisch bepaald is. Paarlustige deernes zouden het namelijk veel opwindender vinden om met een grote sergeant-majoor aan de slag te kunnen dan met een kleine rekruut, waardoor hun hitsigheid hen makkelijker tot een orgasme zou leiden.

    Een beetje zoals mijn teerbeminde altijd zegt: als de lengte en de dikte toch geen rol speelt, geef mij dan maar een groot kanon...

     

    Je zal dus als vent maar gezegend zitten met zo’n kleine pielemuis. Veel van die eerste-communie-gewapende kerels piekeren zich jarenlang suf wat er aan hun tv-worstje te doen is. Akkoord, waarde lezer, er bestaan vacuümpompen en cockringen, maar dat is volgens mij alleen te gebruiken tussen de lakens. Of zie je jezelf daar al staan in de voetbaldouche, met zo’n glazen stolp over je lulletje en dan pompen maar tot hij op aanvaardbare lengte en dikte is om er dan snel zo’n rubberen ring overheen te schuiven en dan doodgemoedereerd samen met je collega’s onder de douche te stappen? Ik dacht het niet.

    Cosmetische operaties zijn volgens het Internet zeer succesvol, maar wie er even tijd voor neemt om de echte serieuze medische websites op na te lezen, die zal al snel tot de conclusie komen dat dergelijke ingrepen bijzonder veel geld kosten, absoluut niet risicoloos zijn en in het beste geval een winst op leveren van één tot anderhalve centimeter. Alsof ze je met je piemeltje van 5 centimeter niet zullen uitlachen als je voordien drieënhalf scoorde. Ik dacht het ook niet.

     

    Inderdaad, waarde lezer, om van je mini-plassertje een grote afrikaanse ebbehouten broekslang te maken, heb je niet bijzonder veel mogelijkheden. Vroeger werd wel eens beweerd dat je er een touw moest aan vastbinden met aan het ander uiteinde een plastic zak voor een keisteen van een kilootje of twee. Maar ook dit zou ik niet aanraden. Het enige effect wat dit volgens mij kan hebben is dat je leuter na een paar weken weliswaar pikzwart wordt, maar geen millimeter langer. Tenminste als het touw strak genoeg aangespannen zit. Toch ook maar beter niet proberen, lijkt me.

     

    Neen, waarde lezer, als Onze Lieve Heer je niet bedeeld heeft met een flurk om U tegen te zeggen, dan kan je er maar beter mee leren leven. Gewoon niets van aantrekken, doen alsof het een bazooka is je waar vanop een kilometer afstand een tank mee kan opblazen en vooral véél damesbladen lezen, waarin week na week beweerd wordt dat de lengte er niet toe doet. En als het écht niet lukt om je te verzoenen met je kleine vriend, dan kan je nog altijd een zak-operatie overwegen. Dat schijnt het enige te zijn wat écht helpt. Naar verluidt is het een eenvoudige ingreep. Een fluitje van een cent, als het ware. Je balzak wordt losgesneden en gewoon een paar centimeter achteruit wordt geschoven, waardoor je lul evenveel centimeters meer diepgang krijgt. En dat is toch waar je het voor doet, niet?

     

    Alleen niet te gulzig willen zijn, want als de zak té ver naar achter wordt gezet, dan bestaat het risico dat je erop schijt…

     

    Luctor

    20-03-2011 om 00:00 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    16-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Déja vu
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Woensdagnamiddag, achttien graden onder een staalblauwe lucht en een warmende lentezon. Mijn teerbeminde ondergaat op dit moment een laatste, pijnlijke behandeling. Maar het leed is geleden. Er is licht aan het einde van een twee jaar lange, donkere tunnel. Vanaf nu wordt ze alleen nog maar beter. En hoewel ik weet dat ze tijdens de behandeling pijn zal lijden, geniet ik toch van de omstandigheden. Voor het eerst sinds lang voel ik mij niet schuldig om het behaaglijk gevoel dat deze prille lente mij geeft.

     

    Ik wandel door het park aan Gasthuisberg. De laatste keer dat ik hier was, 16 augustus vorig jaar, kregen we verlossend nieuws. De prof voorspelde ons toen dat mijn eega opnieuw zou leren lopen. Ik herinner me haarscherp het hallucinante gevoel om dat verlossende nieuws te horen en terzelfdertijd een doodzieke man te zien, zijn gebroken lijf met drie buisjes gekoppeld aan evenveel baxters in een verplaatsbaar statief. Bevend als een riet voederde hij de eendjes in de kleine vijver. Zijn lichaam leefde nog, maar zijn ogen waren dood.

     

    Vandaag zijn we, dag op dag, zeven maanden verder. Mijn teerbeminde stapt opnieuw. De eendjes hebben kleintjes gekregen. Alleen de doodzieke man is niet te bespeuren. Niet aan de vijver, niet in park. Ik ben bang dat hij er niet meer is. Om één of andere reden heb ik zijn lijden gekoppeld aan het herstel van mijn teerbeminde. Mijnheer, ik ken u niet, maar ik zie u graag! Bedankt dat je daar en toen aan de vijver was. Naast pap en mam, hebben we in jou onze God gevonden…

     

    Het park leeft vanmiddag meer dan ooit. Misschien is het alleen maar mijn perceptie, maar voor mij lééft het. De tientallen perkjes met paasbloemen en voorjaarskrokussen verspreiden hun lieftalligste geuren. Vogels kwetteren dat horen en zien vergaat en de eerste insectjes dansen hun verleidelijkste lentedans. De zon lacht naar de slak die een glimmend spoor op het wandelpad achterlaat. De wereld glinstert. Overal waar ik kijk, zie ik vrijende beestjes en wandelende mensenkoppeltjes. Sommige lopen hand in hand, andere geven kusjes. Sommige koppels lachen, andere ook. Sommige fluisteren, andere zeggen niets en kijken alleen maar. Naar de staalblauwe lucht, naar de stralende zon, naar elkaar. De atmosfeer is gevuld met verleiding.

     

    Ik bedenk hoe bizar het is dat ik nog maar een paar dagen geleden een krantenartikel las, waarin ijskoud gesteld werd dat mensen niet meer kunnen verleiden. Bij de vrouwen zou het negatieve cijfer volgens de redacteur nogal meevallen, maar de mannen zouden absolute versieridioten geworden zijn. Voor gehaaide datingcoaches is dit natuurlijk gefundenes fressen. Verleidingscentra allerhande schoten als paddestoelen uit de grond en als wanhopige single krijg je keuze uit werkelijk tientallen verleidingsseminaries om je de verleidingstrucs voor veel geld eigen te maken. Ene Ross Jeffries speelt het zo mogelijk nog harder. De tweeënvijftig jarige nestor van de Temptation-community komt over dik een week van Amerika naar Europa afgezakt om elke love-nerd voor honderdvijftig euro uit te leggen hoe je vrouwen hoort te versieren. Als je binnen de negentig dagen na het seminarie geen drie vrouwen in je nest kan lullen, dan krijg je nog je geld terug ook. Hoeveel gekker kan de wereld nog worden?

     

    Maar Luctor zou Luctor niet zijn als hij hier geen oplossing voor zou proberen te vinden. Gratis, dan nog wel!

     

    In eerste instantie ben ik eens gaan rondluisteren in mijn kennissenkring en mijn directe omgeving. Hoe pakken ze het aan? Welke trucs werken? Waar zijn mannen en vrouwen gevoelig voor? Voor wie of wat gaan ze door de knieën?

     

    Mijn conclusie is simpel: verleiden is niet moeilijk. Je moet er alleen wel iets voor over hebben. Contact leggen, namelijk! En laat dàt nu tegenwoordig de grootste opgave geworden zijn. Onze maatschappij heeft ons hervormd tot einzelgangers. We leggen geen contacten meer. We praten niet meer met elkaar en al zeker niet met vreemden. Ga maar eens na bij jezelf. Je wordt uigenodigd op een feestje en de eerste gedachte die door je hoofd flitst is: ‘Fijn! Dankjewel”. Direct daarna schiet ons redeneringsvermogen in gang en beginnen we ons af te vragen hoeveel mensen we daar gaan kennen. Als blijkt dat dat er niet veel zullen zijn, dan gaan we op de rem staan. ‘Oei, met wie gaan we daar dan kletsen?’ Er zijn daar wellicht een paar tientallen mensen met boeiende levensverhalen, maar wij moeten ons zonodig afvragen met wie we gaan babbelen… We zijn namelijk geprogrammeerd om op onszelf te zijn.

     

    Bij het verleiden is dat precies zo. Het gebeurt al miljoenen jaren zo en het zal wellicht nog een paar eeuwen zo doorgaan. Tenminste als de wereld voordien niet naar de verdommenis gaat door natuur- en andere nucleaire rampen. Maar soit. Je ziet ergens de man of vrouw van je dromen, stap er dan ook op af en leg contact! Dat het niet altijd lukt, dat is nogal wiedes. Sommige mensen zijn nu eenmaal lesbisch, homo, niet geïnteresseerd of gewoon, simpelweg getrouwd. Soms zijn ze het allemaal samen. Pech gehad, er zijn nog zeven miljard andere exemplaren. Zo moeilijk kan dat dus toch niet zijn.

     

    Waar we het wel moeilijk mee hebben is de angst om afgewezen te worden. Alleen al de idee dat de ander ‘neen’ zou kunnen zeggen, maakt het ons nog moeilijker om er überhaupt op af te stappen en een gesprek mee aan te knopen. We wringen ons dan door duizend bochten en lopen in ons hoofd een rijtje openingszinnen af die nergens op slaan. Om één of andere reden denken we nog altijd dat een geslaagde openingszin de ander zal doen smelten. Forget it. De meeste van die oneliners die ik al hoorde waren ofwel seksistisch ofwel ronduit irritant. Ooit kwam een niet onknappe brunette op mij afgestapt en als introductie vroeg ze mij of ze mij al eens niet eerder had gezien.

    “Ja”, heb ik gezegd, “Dat klopt en daarom kom ik daar niet meer”. End of story. Trut.

     

    Om maar te zeggen dat je dat doorzichtige gedoe beter achterwege kan laten als je the love of your life wil veroveren. Veel meer dan woorden, is het immers de lichaamstaal van de ‘prooi’ die verraadt of je in aanmerking komt. Zorg dat de ander je gezien heeft en let dan op wat hij of zij probeert te vertellen door zijn of haar houding. Geklemde kaken en een samengetrokken mond als reactie op jouw hongerige blikken wijzen op weinig goeds. Gekruiste armen en verveeld zitten rondkijken zijn ook niet bepaald groen-licht-signalen.

    Anders is het als de ander het oogcontact met oogcontact beantwoordt. Een dergelijke reactie kan je al als een eerste positief teken inschatten. Tenzij ze staar heeft natuurlijk… Maar goed, als je merkt dat de ander simultaan je bewegingen overneemt, verzitten op de stoel, bijna gelijktijdig drinken of iets te knabbelen nemen, weet dan dat er interesse is voor je persoontje. Is de prooi een man en houdt hij zijn mond lichtjes geopend, dan spreekt daar een zeker verlangen uit. Bij vrouwen vertaalt zich dat eerder in het voortdurend aanraken van hun eigen haren of het subtiel opglanzen van haar lippen met haar tong.

    Schiet niet op de pianospeler als het eens een keertje mislukt, maar op deze eerste lentedagen wens ik eenieder die er nood aan heeft, veel plezier bij het verleiden.

     

    Ruim een uur heb ik door de Gasthuisberg-lente gekuierd als ik mijn teerbeminde weer ga ophalen. Ik vind haar in de wachtzaal en het uur pijn lijden heeft zijn sporen nagelaten. Haar lichaam is moe en gebroken na de zware behandeling. Maar haar ogen sprankelen als ze mij ziet. We rollen buiten de heerlijke namiddag in. Ze wil nog even door het park rijden en een beetje bekomen, vooraleer de lange rit weer naar huis aan te vatten. Het voelt beklemmend om voor het eerst na maanden weer een rolwagen voort te duwen. Maar mijn eega geniet. En ik met haar!

     

    “Die prof was nog een knappe man”, zegt ze. “Mooie donkere ogen en een prachtige mond, met van die volle lippen, die altijd een klein beetje uit elkaar staan.”

    Met haar vinger draait ze krulletjes door haar lange blonde haren en ze glimlacht mijmerend. Ik kijk, ik lees de lichaamstaal, maar ik zwijg. Ik besef dat ik niet jaloers mag zijn op de man die haar weer gezond maakte.

     

    Morgen word ik éénenvijftig… Maar in deze sfeer van lente en met deze vrouw aan mijn zij, voelt het als de eerste dag van de tweede helft van mijn leven.

     

    De parkbloemen geuren nog steeds,de vogels kwetteren nog dat het een lieve lust is en de atmosfeer is nog altijd gevuld met verleiding. Ik ben zot van mijn wijf!

     

    Luctor

    16-03-2011 om 18:35 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (13 Stemmen)
    11-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tijd voor een Wereldmannendag?
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    "Het feminisme is niet dood! Tijd om de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen verder te bevechten." Het zijn de strijdvaardige woorden van zangeres Annie Lennox, naar aanleiding van de honderdste verjaardag van de internationale vrouwendag, van afgelopen dinsdag 8 maart. Nu vind ik het persoonlijk nogal ongeloofwaardig om Lennox als prototype voor 'de vrouw' op te voeren -voor zover ik kan beoordelen heeft ze tet noch vorm-, laat staan dat ik haar oorlogszucht zou delen. Ik dacht namelijk dat de strijd al lang gestreden was. Dat de Dolle Mina's in de jaren zestig op de barricades klommen en rituele beha-verbrandingen uitvoerden, dààr kan ik inkomen, maar is het maatschappijbeeld intussen niet zodanig veranderd dat gelijke kansen een feit zijn? 

    Hoeveel méér kan je willen als vrouwenbeweging, vraag ik mij af? Dat ook de biologische verschillen tussen mannen en vrouwen worden afgeschaft…? Eerlijk gezegd vrees ik dat de dames nóg een stapje verder willen. Óf de mannen worden afgeschaft, tout court, óf ze mogen blijven, maar dan moeten ze zich vooral op de achtergrond houden. In de ogen van de echte vrouwen-guerilla zijn mannen immers niets meer dan de mestkevers in een ideale vrouwenmaatschappij. Een noodzakelijk kwaad dat sperma levert. Een lul, waar helaas nog een heel varken aan vast hangt...

    Volgens mij gaat het trouwens al lang niet meer over gelijke behandeling. Het gaat hem over het feit dat een vrouw moet kunnen doen wat ze wil. No matter what, no matter how! De vent waarmee ze samenwoont, moet gewoon zijn muil houden en gaan werken. En zich vooral niet bemoeien met wat zijn vrouw wil! Wil ze uit werken gaan? Prima! Ze kan daar zelf over beslissen. Wil ze liever huisvrouw worden om zich dagelijks bezig te kunnen houden met het aantal koters dat ze op de wereld heeft gezet en waarvan zij -en zij alleen- bepaald heeft hoeveel het er zijn? Ook prima! Ze doet maar. Wil ze liever geen kinderen en gewoon een hele dag met haar luie reet in de zetel hangen? Moet kunnen! Iedere vrouw moet het recht hebben om zelf haar leven in te delen zoals ze wil en voor de rest moet de wereld zich daar maar naar aanpassen. En dan vooral de masculine wereld. Dààr gaat het volgens mij om! Als man krijg je in ruil de oneindige eer om je vooral gedeinsd te houden, om te mógen zorgen voor een vast inkomen, om de was en de plas te doen en om je vooral niet te bemoeien met hààr keuze. Dàt is wat de moderne vrouwenbeweging wil. Women rule!

    Alle middelen zijn goed om het gestelde doel te bereiken. Op de Internationale Vrouwendag van afgelopen dinsdag hoorde ik een Dolle Mina van het Vrouwen Overleg Komitee verkondigen dat het een schande is voor het vrouw-zijn dat een werkneemster van de Hema werd ontslagen, omwille van het feit dat ze een hoofddoek droeg... En dat op de honderdste verjaardag van de Internationale Vrouwendag. Stel je voor! Een regelrechte schande, dàt was het. Niet meer, niet minder...!!!
    Kan iemand mij misschien asjeblief eens komen uitleggen waar het verband zit? Ik zou in zekere zin nog kunnen volgen dat het een schande zou zijn dat de hoofddoek-werkneemster werd ontslagen omwille van culturele en racistische ongelijkheid, maar wat heeft die hoofddoek te maken heeft met gelijke kansen tussen mannen en vrouwen? Of dacht die Domme Mina misschien dat een mannelijke werknemer niet zou ontslagen worden als hij naar zijn werk zou komen in de traditionele klederdracht van de Bosjesmannen, inclusief het fluit-oprolsysteem? Weet je, waarde lezer, zoals zo vaak is fundamentalisme en onverdraagzaamheid het moordwapen van het ideaalbeeld.

    En dat ideaalbeeld van de Internationale Vrouwendag was initieel nochtans een prachtig uitgangspunt, vind ik. In feite was het een herdenking van de eerste vrouwenstaking op 8 maart 1908 in New York. De staking was gericht tegen de onmenselijke arbeidsomstandigheden in de textielindustrie, maar als snel breidde de beweging zich uit tot de verbetering van de vrouwenrechten in het algemeen en het vrouwenkiesrecht in het bijzonder. Drie jaar later, in 1911, mondde het initiatief uit in de Internationale Vrouwendag. Was het thema toen nog "Brood en Rozen" -een oproep voor overleven en levenskwaliteit-, later, tijdens de tweede feministische golf in de jaren zeventig, werd met "Baas in Eigen Buik" vooral rond anticonceptie en seksueel geweld gewerkt. En waar staan we nu? "Dood aan alle mannen?" Brrrr! Hoe mooi zou het zijn om de energie, die verkwist wordt aan de strijd tussen de seksen, te herkanaliseren in een gezamenlijke strijd tegen scheefgelopen gedragspatronen en fundamentalistisch denken. Daar zou je pas een eind mee vooruit komen, me dunkt.

    Wat kunnen vrouwen anno 2011 zich eigenlijk nog extra wensen, vraag ik mij af. We hebben al toegegeven dat de dames met dank aan de oestrogenen een beter immuunsysteem hebben dan mannen. Dat ze daardoor gemiddeld een aantal jaren langer leven dan mannen, is ook correct. Zeggen dat vrouwen slimmer zijn dan mannen, gaat dan weliswaar te ver, maar feit is in elk geval dat toch meer vrouwen dan mannen afstuderen en diploma's halen. Recent werd trouwens ook nog aangetoond dat vrouwen door hun groter vermogen tot luisteren, multitasking en coaching, betere bazen zouden zijn dan mannen. Ook dat onze dames slechter kunnen autorijden, durft al lang niemand meer te beweren. Bovendien is uit recent onderzoek dan ook nog eens gebleken dat ze meer feeling zouden hebben om vliegtuigen te besturen en boten over de oceanen te loodsen. Waarheen ik ook drijf, aan mijn roer staat een wijf...

    Je zou dus terecht kunnen denken dat de vrouwen werkelijk al àlles hebben en zich niets meer zouden kunnen wensen. Waarom is een Internationale Vrouwendag dan nog nodig, vraagt een mens zich af. Vrouwen zijn al baas in de tuin. 't Is te zeggen, de mannen mogen wroeten en wieden dat hun vel aan de schopsteel blijft hangen, maar vrouwen zetten wel de toon als het om de inrichting van de tuin gaat en om het type planten wat daarvoor gekocht wordt.
    Uit een andere bevraging is dan weer gebleken dat in drieënzeventig procent van de reislustige gezinnen de vrouwen beslissen wat de uiteindelijke reisbestemming wordt. Voeg daar nog bij dat het meestal de vrouw des huizes is die de centen beheert, dan rest ons, mannen, hooguit nog de zapper.
    Wordt het dan niet eerder tijd voor een Internationale Mannendag?

    Misschien wel, denkt de Amerikaanse psycholoog Paco Underhill. Naast alle facetten waarin de vrouw effectief  beter is dan mannen, onderzocht mijnheer Underhill wat vrouwen nog op hun verlanglijstje staan hebben. Het resultaat is verbijsterend. Zo blijken de dames nog een waslijst van wensen te hebben en helaas voor het mannelijk deel van de bevolking, gaan de meeste van die wensen ten koste van de man. In die mate zelfs dat de psycholoog ervan uitgaat dat het enkel 'a matter of time' is vooraleer de dames de man louter zullen aanzien als een exotisch huisdier.

     

    Eerlijk gezegd, schrok ik nogal toen ik het wanted-lijstje van de dames onder ogen kreeg. Je zou toch verwachten dat de vrouwen vooral respect en erkenning willen voor wie ze werkelijk zijn. Maar wat blijkt? In de top vijf van dingen die ze écht nog willen, staat -met alle respect- niets dan onnozelheid. De grote leegheid des levens. Zo willen de dames vooral ijsjes en snoepjes kunnen eten zonder zich zorgen te moeten maken over vetrandjes en cellulitis… Op straat willen ze graag nagekeken worden, maar dan alleen door knappe kerels… En op regelmatige basis willen ze hun liefde graag bevestigd zien door cadeautjes, zonder dat ze manlief daarvoor hebben moeten hinten. Maar bovenal willen ze allemaal een vent aan de haak slaan met de looks van Brad Pitt, met de brains van Albert Einstein en met de portemonnee van Bill Gates…

     

    Affijn, misschien waren mijn verwachtingen te hoog gespannen, misschien was mijn dunk te hoog of misschien heb ik onze dames gewoon verkeerd ingeschat, want dit lijstje van ultieme verlangens valt mij dik tegen. Als je het mij vraagt, dan is het zelfs niets meer dan een lege doos. En geef toe, welke vrouw heeft dààr nu iets aan? Aan een lege doos, bedoel ik…

     

    Op naar 4 oktober… Werelddierendag!

    Als exotisch huisdier hebben de mannen daar tenminste ook iets aan…

     

    Luctor

    11-03-2011 om 19:56 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    06-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Luctor on stage
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Het is zover!    Het is zover!

    Theatergezelschap OXELVOGT voert een totaal-theaterproductie op met de teksten van Luctor.
    "Luctor geeft zich bloot" wordt een een intieme theatershow met muziek, video-art en vooral veel voorlees-literatuur.
    En omdat het de allereerste 'on stage' is, doet Luctor zelf ook zijn duit in het zakje...
     
    De  avant-première-voorstellingen vinden plaats in zaal Opsenter in Sint Laureins (Leemweg 24) op vrijdag 20/05 en zaterdag 21/05
    (deuren open om 19u - voostelling stipt om 20u30).
    Het spreekt vanzelf dat u daar als trouwe lezer op uitgenodigd bent!!! Meer zelfs, U mag dit niet missen!!!
     
    Het is evenwel de boodschap om vooral niet te lang te wachten om uw kaarten te reserveren en nu al te laten weten welke van de twee avonden je verkiest en met hoeveel personen je komt.
    Kaarten bestellen kan via 0471/64.20.33 of via jimmy.vanrumste@telenet.be of via lievenlive@hotmail.com of via 09/379.05.50.

    We
    laten uw kaarten dan wel aan de ingang leggen op uw naam en betalen kan je dan ter plekke. (inkom 3€ per persoon).
     
    Be there!!!

    PS: u zal het mij vergeven, waarde lezer, dat in de komende weken de columns op een trager tempo zullen verschijnen. Mijn dagen zijn voorlopig méér dan gevuld met regie en repetities!

    Tot dan (oog in oog)
    Luctor

    06-03-2011 om 00:00 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    27-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hamerende heipalen en ziedende gitaren
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Zaterdagavond en geen zak op tv, behalve een zoveelste kutshow die mensen moet aanzetten om centen op te hoesten voor ‘Kom op tegen kanker’. Begrijp me nu niet meteen verkeerd, waarde lezer, ik heb totaal niets tegen inzamelacties voor welk goed doel dan ook, maar moet dat altijd via televisie gebeuren? Ik geef àltijd en aan iedereen, maar ik wil ook wel eens een beetje verstand-op-nul-ontspanning. Zeker op zaterdag. Een mens heeft een week lang zijn kloten afgedraaid in de fabriek of op kantoor en als dan eindelijk je vrije zaterdagavond aanbreekt, dan krijg je me daar een zak intrieste ellende over je kop gestort… Niet normaal. Trouwens, wie kijkt daar nog naar? Geen kat! Iedereen zapt maar wat rond of kletst een eind weg. Tegen het einde, jààà dan zijn we present om te zien of het recordbedrag van vorig jaar weer werd gebroken. Hoera voor onszelf! On-be-grijpelijk… Maar goed, ieder zijn meug, zei de boer en hij neukte zijn varken.

     

    Ik herinner me evenwel dat ik een paar weken geleden een uitnodiging had ontvangen voor een optreden van een beginnend bandje. Na jaren in de muziekjournalistiek, gebeurt dat wel vaker; om niet te zeggen dat je je soms afvraagt of die klote-uitnodigingen nóóit zullen stoppen! Soit, driekwart kieper je dus -met of zonder begeleidend cd’tje- gewoon de vuilbak in, maar af en toe ben je blij dat je toch nog niet helemaal vergeten bent in de rockscene. Op een avond dat er niets anders op tv is dan een kutshow, bijvoorbeeld…

     

    Naarstig op zoek in de dozen vol oud papier -goed dat het pas maandelijks een ophaaldag is- vind ik na een kwartiertje wroeten en papierstof vreten, de uitnodiging. Er zat geen demo-cd’tje bij, maar ik herinnerde mij de uitnodiging omwille van de bandnaam ‘Worst Case Fellatio’. Welke kuttekop noemt zijn groepje nu ‘de slechts mogelijke pijpbeurt’, vroeg ik mij af?. Afijn, zoals ik al zei ‘de boer neukte zijn zeug’ en what’s in a name…

     

    Wat me vooral intrigeerde, meer nog dan de naam van de band, was de handgeschreven biografie, die bij de uitnodiging zat. Zo zouden alle leden van de groep -en dat waren er zeven, zo telde ik bij de bezetting- al een ‘ellenlange muziekcarrière’ achter de rug hebben. Het leek godverdomme wel als of het tégen hun zin was, dacht ik. Maar goed, de bio leerde mij verder dat ze na een lange zoektocht uiteindelijk de juiste mensen hadden gevonden, met dezelfde ingesteldheid en dezelfde interesses. Een demo-cd hadden ze niet bijgevoegd, schreven de ontgoochelde gepijpten, omdat die digitaal zou kunnen bewerkt zijn en derhalve een mogelijks onjuist beeld zou kunnen geven van hun live-performance. Ze gaven toe nog op zoek te zijn naar de perfectie in hun muziek en dat het niet hun intentie was om iedereen te overtroeven met beweringen dat zij de nieuwe Nine Inch Nails zouden zijn. Daar zouden wij, de concertbezoekers, wel achter komen nadat we ons door Worst Case Fellatio hadden laten slopen…

     

    Nu moet ik toegeven dat ik zelf nogal een fan ben van Trent Reznor, voorman en creatief brein achter de muziek van Nine Inch Nails en bij uitbreiding van de industriële rocksound van topgroepen als Einstürzende Neubauten, Ministry en onze eigen Front 242. De keuze tussen een avondje wall of sound rock en een saaie inzamelshow met prominente aanwezigheid van opperstrandjanet Peter Van de Veire, was dus snel gemaakt. Ook al moesten we daarvoor naar de middle of nowhere, ergens in het Westvlaamse achterland.

     

    Het is rond halftien als ik de auto parkeer op een sompig stuk land, achter de immense stallen van een varkensboerderij. De lucht is vochtig en de indringende stank van duizenden varkens irriteren mijn luchtwegen van zodra ik het autoportier open. Vanuit de verste stallen wringt een brei van oorverdovend geluid zich de koude avondlucht in. Mijn teerbeminde is al meteen in de juiste mood als ze met haar spiksplinternieuwe daim laarsjes tot boven haar enkels in de modder en de stront zakt. De ene godverdomme na de andere spuit groengiftig uit haar nochtans -over het algemeen- uiterst propere en zuiverende mondje. Onze Jarne, nog drie keer slapen en hij wordt tien, gooit zijn lange manen ruglang achterover en knipoogt in mijn richting. Zijn gezichtje verraadt spanning om wat er te gebeuren staat en tegelijk ook ingetogen monkelpretjes over de tientallen godver’s die mijn eega de lucht inspuugt. Voor hem is het zijn eerste live-optreden ooit en noch de varkensstank, noch de blubberwei zullen zijn excitement bederven. Zijn avond kan al lang niet meer stuk.

     

    Het voorprogramma verlaat net het podium als we de zaal annex leeggemaakte stal binnenkomen. Het verwondert me hoeveel volk er is en de lucht voelt broeierig, warm en vochtig. Er hangt een doordringende geur van weed. Heel de zaal door . Vooraan doet een oplegger dienst als geïmproviseerd podium en achteraan vormen een paar planken op schraagjes een bar. Op een A4’tje boven de vijfkoppige tapdienst, heeft iemand met vette alcoholstift geschreven dat er bier, colaa en watter is. Geen gezeik met glazen of bekers. Alles komt uit flesjes en alles kost één euro.

     

    Worst Case Fellatio komt zo meteen op, roept iemand vanop het podium. Wat er ook van zij, hier in dit Westvlaamse gat kan de band alvast prat gaan op een hele schare fans. Vrijwel iedereen loopt met een zelfde zwarte t-shirt rond.Vooraan, een klein geel logo van iets wat op een stijve fluit lijkt met daarboven de letters WCF. Op de rug, in een kromme boog, de voluit geschreven bandnaam in diezelfde gele letters.

    De zaal joelt als dezelfde roeper nogmaals aankondigt dat Worst Case Fellatio zo meteen zal beginnen. Flesjes gaan de hoogte in en bier, colaa en watter spatten verspillend omhoog als waren het lavende fonteinen.

     

    Lichten uit, aardedonker. Twee blauwe spots en één roze spreiden een spookachtig kleurendeken over podium en zaal. Het gejuich van de fans is oorverdovend, maar verdwijnt in het niets als een loeiharde beat door de speakers de komst van de groep aankondigt. De drummer komt op. Het gejoel van de lokale fans die hun dorpsgenoot en vriend herkennen bereikt ongekende hoogte. Hij gaat achter zijn casserollen zitten en begint gretig en vooral oorverdovend mee te kletsen met de monotone beat die nu al minutenlang uit de speakers knalt. Twee gitaristen volgen hem op de voet en pluggen in. Elk op een uithoek van het podium. De bassist komt er vlak achter aan en posteert zich ritmesectiegewijs vlak naast de drumkit.

    De twee keyboards, waarvan één uitgerust met een hele batterij computerschermen, staan vlak naast elkaar, centraal op het podium en worden bevrouwd door twee vrouwelijke groepsleden. Eentje lijkt met haar netkousen en jarretelles zo weggelopen uit een ordinaire pornofilm. Haar stevig uit de kluiten gewassen vriendin zou met haar groen KSA-t-shirtje en haar grijze rokje best wel de dochter van de varkensboerderij kunnen zijn. Als ook zij hun versterkers aanklikken en hun geluid toevoegen aan wat er al staat, dan wordt de sound zó overweldigend dat je amper nog muziek kan herkennen.

    Maar geen westvlaamse fan die erom maalt, want als ook de zanger zijn opwachting maakt, gaat het dak volledig van de stal. Bier, colaa en watter plensen op ons neer, als was het een malse regenbui. De graatmagere zangslungel van dicht aan de dubbele meter, vat wijdbeens post vooraan op het podium en blikt arrogant de zaal in. Zijn gitzwarte haren staan in pieken overeind en zijn marcelleke hangt aan zijn lijf als een vlag op een dag zonder wind.

     

    De muur van geluid zwelt zo mogelijk nòg aan en doet pijn aan mijn oren. Ik heb te doen met de duizenden varkens die in de aanpalende stallen zitten. Een ziedende bassdrum dreunt vermoedelijk een dikke zeven op de schaal van Richter en in een soort engels voor mongolen proclameert de levenloos aandoende zanger plots de eerste zinnen uit één van mijn favoriete Nine Inch Nail nummers:

    You let me violate you
    You let me desecrate you
    You let me penetrate you
    You let me complicate you
    I wanna fuck you like an animal

     

    Niet eens een uur later staan we weer buiten. Mijn eega met haar laarsjes nu vol opgedroogde modder en stront, ik met barstende koppijn en mijn zoon die vond dat het binnen stonk naar iets ‘raar’. Alle drie waren we getuige geweest van het slechtste optreden ever. Worst Case Fellatio liet ons ternauwernood ontsnappen aan een overdosis razernij, aan hamerende heipaaldrums en ziedende gitaren. Alles overgoten met een klonterige, smerige saus uit keyboards en ritmeboxen. WCF speelde geen set. Ik vermoed zelfs dat ze het niet eens probeerden. Maar hun handgeschreven biografie waren ze alvast trouw gebleven. Hun doel was bereikt. We waren gesloopt!

     

    Ik kijk naar mijn zoon, die vlak voor mij uit terug naar de auto stapt. Strakke zwarte jeans, zwarte sneakers en een zwarte sweater met een fluo doodshoofd.

    Zijn gezichtje verraadt wat hij denkt: ‘Het stonk daar naar iets raar, maar this is it! En Peter Van de Veire is een strandjanet…’

     
    Luctor

    27-02-2011 om 00:00 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (9 Stemmen)
    24-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Airwick
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Het is weer eens één van die weken. Van de ene verbazing in de andere. Wat heet ‘turbulente dagen’? Stront en beulingen van zodra je je ogen opent, tot je ze weer sluit. Radio, televisie, kranten..., overal moeten bijkomende zenduren of extra pagina’s worden ingelast om het nieuws te kunnen volgen. En wat dan gezegd van ons, arme burgers, die het ene na het andere wereldschokkende te verwerken krijgen? We hebben niet eens de tijd om goed en wel met onze ogen te knipperen bij het horen dat onze Koning plots een halfzus heeft, of twee tellen later staat er zowaar een nieuwbakken bastaardbroer op?

     

    Maar goed, wààr Koning Leopold III overal met open benen werd ontvangen, dat doet eigenlijk niet terzake. Zowat driekwart van de wereld rijdt met de regelmaat van de klok wel eens een scheve schaats, waar zou je dan het recht halen om een lul met een tricolore bandje dat plezier te ontzeggen? Het Royale Zaad van Leopold was evenwel van betere kwaliteit dan dat van zoon Boudewijn en dus heeft de laatste Leopold in rij helaas ook elders af en toe prijs geschoten. Ingeborg Verdun, is daar het nakomelijk gevolg van. De plots opgedoken halfzus van onze Albert moet naar het schijnt verwekt zijn toen Leopold III zijn Koninklijke fluit herhaaldelijk in de kunstschaatsende pruim van de Oostenrijkse Liselotte Lindbeck heeft laten glijden.

    Maar er is meer: onder het motto “Moi, je suis Belge, mais mon zizi est international”, verwekte onze toenmalige vorst blijkbaar ook nog een bastaardjong bij een of andere hete francaise. Het exponent van dàt ‘schot in de doos’, Michel Didisheim, werd later kabinetchef bij zijn halfbroer Albert benoemd. Maar of de twee ooit gezamenlijk nieuwjaarsbrieven hebben voorgelezen, valt toch te betwijfelen. Om maar te zeggen dat het een heet ras is, die Van Seksen-Coburgs.

     

    En wat dan te zeggen van Vlaams Minister Ingrid Lieten (sp.a), die in een ongelukkig moment een email laat vertrekken, waarin ze over haar collega’s van de CD&V en NV-A in de Vlaamse Regering zegt dat het ‘uit teflon en gewapend beton opgetrokken gevoelloze karikaturen zijn’. Niet netjes, lijkt me.

    Erger wordt het als het rapport van het Comité P bekend gemaakt wordt. Het comité stelt daarin onomwonden dat de speurders cruciale fouten hebben gemaakt bij het onderzoek naar de moord op Annick Van Uytsel. Had men die fouten voorkomen, dan was Ronald Janssen al veel eerder aangehouden geweest en hadden Shana Appeltans en Kevin Pauwels nu nog geleefd. Ook niet bepaald om vrolijk van te worden, niet?

     

    Dat ondertussen heel de Arabische wereld in lichterlaaie staat, daar wordt een mens al evenmin opgewekt van.  Na Tunesië, Egypte, Jemen en Bahrein, lijkt de hel nu pas echt losgebarsten in Libië, alwaar beroepskampeerder Kadhafi de kanonnen nu gewoon op zijn eigen bevolking richt. Een mens vraagt zich af hoelang de wereld nóg zal toekijken vooraleer ze Kolonel Excentriekeling vanonder zijn belachelijke witte paraplu zullen wegrukken. Misschien wachten ze gewoon tot de paraplu vol rode bloedspatten zit… Dat kan ook natuurlijk.

     

    Toch kwam het meest tragische nieuws uit ons eigen land. Hét koppel van Vlaanderen, hét toonbeeld van onverwoestbaarheid, van wederzijdse tolerantie en respect, van pure liefde tussen schrijver en muze… dàt koppel is uiteen. Yep, Herman Brusselmans en Tania De Metsenaere zijn niet langer samen. Ik ben zowaar geschokt. Zeker omdat ik dacht dat Herman en Tania zowat in elkaar gesmolten waren. Hij met al zijn Hamse nukken; zij vanonder het schoonste duivenkot op spuugafstand van het Witte Huis… Ze leken voor mekaar te zijn geboren. Als pannetje en dekseltje echt bestonden, dan was het wel ten huize Brusselmans. Maar goed, het is blijkbaar over and out, al willen ze het allebei nog niet echt toegeven. Tijdelijk elkaar iets meer ruimte geven, zeggen ze. Ja, dan weet je wel hoe laat het is bij de ‘ex-drummer’ en ‘het mooie kotsende meisje’. Jammer, maar helaas.

     

    En al die gore ellende kregen we in amper een week tijd over ons heen gestort. Gelukkig is er VTM. Hoeveel droefnis er ook in de wereld is, altijd hebben ze daar in Vilvoorde wel een ‘klassevol’ programma dat een mens de kommer en kwel laat vergeten. Misschien biedt het zelfs een oplossing voor Tania en Herman Brusselmans. Er is nog hoop! Een relatiebreuk hoeft immers niet het einde van hun geluk te betekenen. Dankzij de commerciële zender. Kijk maar naar Wendy Van Wanten, die enige jaren geleden haar Franske vond uit meer dan vierhonderd kandidaten in “Wie wordt de man van Wendy”. Phaedra Hoste probeerde het daarna ook en nu is het zelfs de beurt aan Pieter Loridon, de bruingebakken basketgod uit Antwerpen, die in de Deense Jill Andersen zijn droomprinses leek gevonden te hebben, maar al even snel weer op straat stond.

     

    Wie deze week de kick-off-aflevering van “Wie kiest Pieter” heeft gezien, weet dat liefst duizend gewillige vrouwen zich hadden ingeschreven om de toekomstige van Pieter Loridon te worden. Een veertigtal uitverkorenen had de rijzige bastketter uit die duizend geselecteerd en die mochten zich deze week bij hem aanbieden op een speeddate. Het resultaat laat zich raden, beste lezer: een geil kutslijmspoor van in de zaal met wachtende kandidates tot aan het tafeltje bij de Antwerpse vrouwenmagneet, een stoel die vermoedelijk om de paar vrouwen moest worden vervangen wegens totaal doorweekt en van daaruit een nieuw kutslijmspoor naar de uitgang voor de geselecteerde dames. Voor hen die niet goed genoeg waren bevonden, restte het tranendal. Kortom een programma, nog platter dan spuitende diarree.

     

    De ex-Antwerp Giant werd in zijn zoektocht bijgestaan door drie vrienden. Zij konden in een aanpalend kamertje alle speeddate-gesprekjes volgen op een tv-scherm. Deze Raad der Wijzen werd zo’n beetje geleid door Johanneke Hagenbeek, een Hollandse nuchtere die een mediabedrijfje schijnt te runnen, maar vooral een soulmate is van Pieter. Als Pieter dan toch zo’n fantastische kerel is zoals ze hem lyrisch beschreef, waarom trouwt ze er dan zelf niet mee, vroeg ik me af?

    Afijn, in haar adviserende taak wordt ze bijgestaan door nog twee close friends van Loridon: journalist Michaël Schouwaerts en collega basketter Thomas Lamot.  Het is mij niet helemaal duidelijk geworden wat hun rol in de Raad der Wijzen is, maar aan hun commentaren te horen, gaven ze mij sterk de indruk vooral geïnteresseerd te zijn in de afvallertjes van Loridon. Het zaad van een maat kan immers nooit kwaad.
     

    Welke dames de revue passeerden in “Wie kiest Pieter”, grenst werkelijk aan het onwaarschijnlijke, waarde lezer. Het leek wel een datingprogramma voor look-alikes. Op één of andere wijze leken quasi al die vrouwen op elkaar. Ware het niet van uiterlijk, dan toch zeker van gedachtengoed. Alsof er een blik hitsige deernes was opengetrokkenn die allemaal hetzelfde uitstraalden: ‘ik ben oliedom, maar ik vind mijzelf een poppemieke mét een visie en ik ga hier meteen alles in de strijd gooien om mijn idool binnen te doen’.

    “Ooooh, gaai jet schoëin oëgen”, kirde er eentje. “Helderblauw… Amaaaaai”.

    “Môh neeje”, zei onze basketter, “Main oëgen zaain graaisgruun”.

    “Lot ma ies van diecht zien”, replikeerde het geile wijfje weer en ze boog daarbij zóver voorover dat Pieter zowat in haar décolleté verdronk.

     

    Een andere kandidate deed het nog een stuk makkelijker. Die had gewoon een naaktfoto van zichzelf meegebracht om de basketter te imponeren. Makkelijk zat en niet te veel geouwehoer. Gewoon tonen wat voor prammen je in huis hebt.

    Het miste helaas zijn effect, want Pieter stuurde haar meteen het tranendal in. Daar sta je dan met een foto van jezelf in je blote tieten voor heel Vlaanderen… Morgen bij de bakker: “En voor u mevrouw? Een melkbroodje, zeker?”

     

    Wie wel op het kutslijmspoor naar de succes-uitgang mocht schaatsen waren ondermeer een tandartse en een psychologe. Met de tweede zag Loridon zich al hele diepzinnige gesprekken voeren en de eerste was helemaal ondersteboven van Pieters prognathie. Jaja, een klasse drie zelfs. Om de Raad der Wijzen van haar goede bedoelingen voor Pieter te overtuigen ging ze zelfs in een soort breakdance-houding staan, waarvan ik dacht ‘als ze nu op haar bek valt dan kan ze zich meteen zelf een heel kunstgebit aanmeten’.

     

    Jesus, zelden heb ik zo’n platte baggertelevisie gezien. En dat allemaal om een ex-basketter van twee-meter-en-vijf in je nest te krijgen. Let op, tot zóver begrijp ik de dames wel, want Pieter Loridon is natuurlijk zondermeer een heel knappe kerel. Maar om er dan ook nog een langdurige relatie mee te beginnen…?

    Hebben die dames al eens nagedacht wat voor een belachelijk zicht het is om altijd in een bed te slapen waar twee voeten uithangen? Hebben die deernes zich al eens afgevraagd hoe het voelt als hun vent altijd over hen heen kijkt? En tot slot: hoe het voelt om constant met een kerel rond te wandelen die stinkt naar Airwick? Want als er één constante is bij grote mannen, dan is het dat ze altijd stinken naar Airwick. Ze kunnen er zelf niet aan doen, maar het is wel zo. Hoe dat komt? Wel, bij een normale man hangt het spuitertje meestal ver boven het hoofd, maar elke keer als er écht lange mannen een openbaar toilet binnengaan, dan krijgen ze die verrekte luchtverfrisser telkens vol in hun bek gespoten…

     

    Jaja, de wereld… Hij is om zeep! Vraag het maar aan de burgers in Libië.

     

    Luctor

    24-02-2011 om 00:00 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (12 Stemmen)
    20-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De warme bakker
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Het was nog schemerdonker toen ik vanmorgen de bestelling bij de bakker ging afhalen. Bijna gelijktijdig met mijn kleine Opel Corsa, stopt ook een stoere, gitzwarte Audi Q7 aan de helverlichte etalage. Prachtige wagen, knappe lijn en een grom die trilt in je buik. Het verschil met mijn doffe luciferdoos uit de vorige eeuw, kan onmogelijk groter zijn. Misschien daarom dat Q7-rijders denken dat ze op de openbare weg net iets meer rechten hebben dan klootjesvolk zoals, pakweg uw dienaar.

     

    Eerst en vooral parkeert de patser zich vlak voor mijn neus, tégen de rijrichting in, maar bovendien wringt hij zich schaamteloos tot ver over de helft van mijn afgelijnde parkeerplaats. Als het gevaarte tot stilstand gekomen is, staat hij neus aan neus met mijn Corsa’tje. Gesteld dat ik vóór de Q7 zou moeten vertrekken, dan heb ik maar één optie: opstijgen als een helicopter. Godverdomme, zondagochtend, niet eens half acht en mijn nekharen staan al meteen kaarsrecht. Ik ken dat soort volk met Q7’s. Groot, slank, donker, keurige weekendjeans, hoogstwaarschijnlijk nog een stikdure, lange openwapperende mantel er bovenop en zwaar gezonnebank-grilled. Ik voel dat ik hem ga uitschijten zoals die flapdrol nog nooit op een zondagochtend is uitgescheten.

     

    Groot is mijn verbazing als de flapdrol een aantrekkelijke centerfold-flapdrollin blijkt te zijn. Toch blijken de Q7-karakteristieken ook bij haar nadrukkelijk aanwezig. Groot, slank, donker dansend shampo-reclamekapsel, supersexy strakke weekendjeans, en een nauw aansluitend wit bloesje. Zonnebank-bien-cuit. Of wat had u verwacht? Haar kontje deint in haar jeans alsof die erop gegoten is en bij iedere stap lijken haar billetjes te zeggen ‘voel maar eens, Luctor’, ‘voel maar eens, Luctor’… Omdat zelfs bij een man als ik, de nekharen bij het zien van zoveel sexapeal toch al snel de neiging hebben om weer gematigd plat te gaan, kijk ik nog even om naar mijn doffe luciferdoosje, dat letterlijk verstikt wordt door de gigantische, dreigende neus van haar zwartglimmende King of the Road. Het is voldoende om weer pissed te worden.

     

    Bij de bakker staan op zijn minst vijftien mensen aan te schuiven. Miss Q7 en ik, incluis. Voor het eerst kan ik nu ook haar voorkant bekijken. Haar gezicht verklapt dat ze véél meer kilometers op de teller heeft, dan haar carrosserie zou laten vermoeden. Ik schat haar rond de vijftig. Op zijn minst een heel eind in de veertig. Ken je dat, waarde lezer, het soort dames dat door hippe, dure kleren en tal van cosmetische ingrepen krampachtig probeert om twintig te blijven? Zielepoten, vind ik het. Alles is zodanig perfect dat de nep eraf spat. Gefotoshopte wijven met veel poen en zonder inhoud. Wandelende plastic fortuinen zijn het. Neuscorrectietje hier, liposuctietje daar. Op tijd en stond een platbuik-operatietje en een mini of maxi faceliftje. En gaan de tetjes een klein beetje doorhangen, dan spannen we de twins toch gewoon weer op, tot het prammen zijn die elk moment kunnen exploderen.

     

    Ik schat dat mijn nieuwe vriendin zowat alles heeft wat op de cosmetische nepmarkt te koop is. Kont, buik, billen, borsten, botox, kraaienpootcorrecties, volledige facelift… noem maar op. Reflexmatig kijk ik onmiddellijk naar haar slapen en haar hals, bang als ik ben om vast te stellen dat haar velleke al zovaak is opgetrokken dat haar tepels ergens in de buurt van haar voorhoofd moeten zitten of haar schaamhaar ergens op haar keel. Gelukkig niets van dat. Al valt het mij op dat ze toch dringend iets moet laten doen aan die ouderdomsrimpels diep in haar hals.

     

    Er komen nog drie nieuwe klanten de winkel binnen en de wachtruimte wordt nu zo overbevolkt dat ik zowat tegen Miss Q7 word aangedrukt. Bij iedere ademhaling zie ik de vouwen in haar bloesje een klein beetje verschuiven, maar haar tieten lijken daarentegen van gewapend beton en weigeren ook maar één millimeter mee te werken met de persdrang van haar blouze. Ik verontschuldig mij omdat ik zowat met mijn linkerarm tegen haar rechterborst word gedrukt, maar ze glimlacht begrijpend. Ik voel dat ze zowaar haar boezem steviger tegen mijn arm drukt. En nóg een beetje…

    Het is overduidelijk dat ze zelfs geniet van deze intieme, ongewilde aanraking. Ook dàt nog. Als ik de man voor mij geen por in de nieren wil geven, dan zit mijn arm zo gevangen als een kever onder zijn schild. Ik voel haar borst weer een stuk steviger tegen mijn arm duwen. Haar geile opdringerigheid werkt mij verschrikkelijk op de zenuwen, maar ik moet toch toegeven dat zo’n neptiet een stuk zachter aanvoelt dan ik verwacht had.

     

    Ik kan weliswaar geen kant uit en de opdringerige aanraking bevalt mij allerminst. Ik vraag mij af waarom ik niets zeg. Ware het omgekeerd geweest -een hitsige vent die zijn kruis tegen een wildvreemde vrouw aanschurkt, bijvoorbeeld- dan was de winkel wellicht te klein geweest. Je ziet van hier dat die vrouw dat zomaar zou laten gebeuren... Schelden, roepen, tieren en waarschijnlijk nog een paar rake klappen op de koop toe, zouden ’s mans deel geweest zijn. Nu is het een vrouw die zich onbeschaamd aanbiedt en het enige wat ik doe, is krampachtig proberen wegwringen en mijn mond stijfdicht houden.

    Maar geef toe, waarde lezer, als man zit je sowieso in het verliezende kamp. Stel nu dat ik had beginnen schelden en roepen dat ze met haar godverdomse geile tetten van mijn lijf moest blijven en zij zou mij direct hebben gecounterd dat ik het was die mijn pollen niet kon thuis houden, wie zouden de klanten dan geloofd hebben, denk je? Voilà, muil houden, dus! En uitzweten!

    Godverdomme, ik voel een paar ranke vingers die zacht in mijn kontzak schuiven…

     

    Gelukkig verlaten op dat moment drie, vier klanten tegelijk de winkel door de uitgangdeur aan de andere kant van de wachtruimte. Iedereen schuift een stukje op en daardoor krijgen de overblijvende wachtenden een beetje meer wereld ter beschikking. Zo snel als mogelijk doe ik twee stappen opzij, zodat er tenminste een halve meter afstand ontstaat tussen Miss Q7 en mezelf. Ze kijkt rond alsof er niets gebeurd is. Onweerstaanbaar wordt mijn blik naar haar stevige boezem getrokken. Ik merk dat haar rechter tepel keihard door haar bloesje priemt. Ze kijkt zelf ook naar de hardnekkige exponent van haar eigen geilheid, gooit haar lange haren nonchalant achterover en lacht me breed, uitdagend en verleidelijk toe. Een perfect gebit. En ijswit gebleacht, of wat dacht u?

     

    Er komt geen volk meer bij in de bakkerswinkel en het bestellen loopt plots zo vlot dat een paar minuten later de uitgangdeur automatisch voor mij openschuift. De frisse ochtendlucht voelt na de verhitte winkelpassage plots veel kouder aan.

    De Q7 staat nog op zijn plaats, mijn doffe luciferdoos eveneens. Op het moment dat ik het zwartglimmend monster voorbij wandel schuift het bestuurdersraam geluidloos naar beneden. Onwillekeurig kijk in naar binnen, recht in het vriendelijk lachend gezicht van mijn wulpse aanrandster.

    “Ik hoop dat ik je het wachten iets aangenamer heb gemaakt”, zegt ze vrank. “Ik vond in elk geval dat de tijd voorbij is gevlogen.”

    “Ze zijn nép!”, zeg ik. Ik wil kwetsen, maar op iets beters dan dit flauwe verwijt kom ik niet meteen.

    Het lijkt haar totaal niet te deren. “Ik wil je wel, schrijverke”, zegt ze en zonder mijn ogen te lossen, laat ze de motor van haar jeep grommen als een wild beest. Zacht glijdt de Q7 achteruit. Als het vehikel zich terug vooruit in beweging zet om de weg op te komen, tuit ze haar felrode lippen alsof ze me een kus werpt en maakt ze met haar duim en haar gekromde wijsvinger het vernederende “klein-pietje-gebaar’. Verbouwereerd volgt mijn blik haar jeep tot ik de achterlichten niet meer kan zien.

     

    Thuisgekomen diep ik mijn wisselgeld van de bakker uit mijn kontzak. Ik voel dat er behalve een paar losse munten ook een briefje in zit. Het blijkt een naamkaartje te zijn van ene Mia D. Meteen flitst het gevoel weer terug van die paar ranke vingers die zacht in mijn achterzak schoven. Mijn teerbeminde merkt mijn verwarring en vraagt wat er scheelt. Ik leg uit wat mij is overkomen en nog voor ik iets kan doen, staat ze al met de telefoon in haar hand en belt het nummer van het kaartje.

    “Je weet toch als je ooit gecremeerd wordt dat je tetten dan zullen ontploffen”, hoor ik haar zeggen. “En als je begraven wordt dan liggen er tien jaar later nog alleen twee plasticzakjes tussen je gebeente. Ik wens je een moeilijke keuze, trut!”

     

    Ik vraag me af waarom ik daar zelf niet opgekomen ben…

     

    Luctor

    20-02-2011 om 00:00 geschreven door Luctor  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (18 Stemmen)


    >

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs