Inhoud blog
  • Verwerkingsopdracht 'Participatie' #2
  • Verwerkingsopdracht 'Participatie' #1
  • Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #1
  • Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #2
  • Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #3
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Categorieën
  • Samenvattingen (7)
  • Verwerkingsopdrachten (8)
  • Voorwoordje (1)
  • Methodiek cultureel werk
    Kunst- en cultuureducatie
    07-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Participatie' #2

    Wat met mijn cultureel kapitaal? Wat kreeg ik mee van thuis, van school, van vrienden? Aan welke vormen van cultuur participeer ik en wat zijn hierbij de drempels die ik ervaar?

    Wat mijn eigen cultureel kapitaal betreft is deze de laatste jaren heel veel gegroeid. Als kind kreeg ik maar weinig culturele bagage mee. Er was geen interesse in kunst en cultuur en er was ook geen geld voor. Ik kwam er dus heel weinig mee in aanraking. Via forums als de school en de jeugdbeweging was er wel een sporadisch contact met cultuur, maar een echte beklijvende ervaring heb ik niet. Het was pas toen ik wat ouder werd en ik mijn eigen interesses ging gaan ontwikkelen dat er echt sprake was van participatie aan culturele activiteiten. Vooral toneel en muziek spraken me aan. Zo heb ik enkele jaren in een koor meegezongen en deed ik creadans. Die interesse verlegde zich de laatste jaren naar festivals en musicals. Ook toneelstukken bekijken of een goed boek lezen is iets wat ik regelmatig doe. Het bezoeken van museums is iets wat ik voor de eerste keer met school heb gedaan en daarna links liet liggen. Ik vond het saai en eentonig. De manier van kennisoverdracht was niets voor mij. Bij mijn laatste museumbezoek moet ik mijn mening echter herzien en ben ik ook van plan om meerdere musea te gaan bezoeken.

    Het is ook vanzelfsprekend dat iedereen van thuis uit alsnog cultureel kapitaal meekrijgt in de vorm van culturele socialisatie. Ouders dragen bij aan het overdragen van culturele kennis en vaardigheden door het aanleren van taal- en leesvaardigheid, normen en waarden. Dit draagt bij aan wat men later mooi en waardevol zal vinden m.a.w. de culturele smaakoverdracht. Bij ons thuis lag er van s ’morgens tot s ‘avonds muziek op. Dit verklaart misschien mijn liefde voor muziek alhoewel ik er een volledig andere smaak op heb nagehouden. Maar er werd veel gezongen bij ons thuis en volgens mij is dat ook wel een beetje de reden dat ik in een koor ben gestapt.

    De weg naar de echte cultuurparticipatie heb ik echter zelf gevonden. Een eerste inleiding gebeurde door de school maar ik heb cultuur met de grote C herontdekt door gedeelde interesses met mijn vriend. Met twee cultuur beleven is toch leuker dan alleen? Ik merk echter dat cultuur heel verschillend wordt beleefd in mijn vriendenkring. Muziek is een gezamenlijke noemer waar we met zijn allen kunnen van genieten maar een museum bezoeken of goed toneelstuk bekijken kan niet iedereen smaken. 

    Wat mij wel zou kunnen weerhouden om mijn cultureel kapitaal nog meer uit te breiden is de kostprijs van dat alles. Een goed concert kost al snel €30-50 maar ook musea en toneelassociaties moeten een inkomprijs vragen om hun eigen kosten te kunnen dekken. Afhankelijk van die prijs kies ik er voor om wel of niet te gaan kijken of mee te doen. We spreken hier over de financiële drempel. Ook tijdsgebrek is een probleem. Ik merk dat ik soms geen tijd heb of kan vrijmaken en cultuur is dan nagenoeg het eerste die moet wegvallen (tijdsdrempel en motivatiedrempel). Soms is de afstand ook gewoon te groot om te overbruggen dus kies ik er vaker voor om cultuur te beleven in de buurt (= geografische drempel).

    07-04-2016 om 11:24 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Participatie' #1

    Zoek min. 2 voorbeelden van kunstenaars of organisaties die het verschoven participatieparadigma binnen de kunsten duidelijk verbeelden. Geef duidelijk weer over welke kunstenaar of organisatie het gaat en verduidelijk.

    1.       Let’s Go Urban

    Op 30/4/2016 ga ik, samen met wat vrienden, gaan kijken naar een voorstelling van Let’s Go Urban. Aanvankelijk had ik nog nooit van Let’s Go Urban gehoord tot één van mijn beste vriendinnen zich voor de groep engageerde. Let’s Go Urban is een urbanculturele jongerenorganisatie, opgericht in 2009 door Sihame El Kaouakibi. Let’s Go Urban biedt een naschools programma aan voor kinderen en jongeren tussen de 6-30 jaar. Er wordt vooral gewerkt aan expressie door middel van dans en sport maar ook jongeren die hun dromen willen waarmaken kunnen er terecht. De VZW heeft al meer dan 1000 stadsjongeren bereikt. Jongeren met verschillende etnisch-culturele, sociaal-economische en religieuze achtergronden die hun krachten en talenten samenbundelen om samen iets moois neer te zetten. Let’s Go Urban vertrekt vooral vanuit het gedachtengoed dat jongeren de mensen van morgen zijn en we dus als samenleving hard moeten investeren in deze doelgroep.  LGU profileert zich meer dan gewoon maar een programma maar stelt zich zelf voor als een familie waar nieuwe vriendschappen en talenten ontdekken mogelijk wordt.

    LGU is een mooi voorbeeld van het verschoven participatieparadigma in de kunst en cultuur. Hier streeft men vooral naar het laten ‘deelhebben’ van mensen. Kinderen en jongeren staan centraal om een voorstelling vorm te geven en krijgen de kans om daar hun eigen interesses en talenten in te leggen. Let’s Go Urban wil de jongere generatie de kans geven om op deze manier een boodschap de wereld in te sturen. Namelijk deze van samenhorigheid, respect voor diversiteit, solidariteit en multi-culturaliteit. Het biedt daarnaast perspectieven voor kinderen en jongeren die weinig kansen krijgen in de samenleving.

    Ik kijk er alvast naar uit om te kunnen bewonderen wat deze jonge ambitieuze mensen met dans en taal kunnen doen. En belangrijker, welke boodschap ze zullen naar voor schuiven! Persoonlijk vind ik dit een fantastisch initiatief voor en door Antwerpse jongeren. Cultuur en participatie gaan hier mooi hand in hand en meer nog, processen van socialisatie en  individualisatie worden hierdoor gerealiseerd. Voor deze kinderen en jongeren kan deelhebben aan Let’s Go Urban zorgen voor een scharniermoment in hun leven.


    2.      De Figuranten

    Ik leerde ‘De Figuranten’ kennen tijdens mijn stage in het CAW van Zuid-West-Vlaanderen. De Figuranten zijn een sociaal-artistiek project en zo ook een onderdeel van het CAW. Het CAW richt zich vooral op het realiseren van de rechten van de burger maar omdat men het recht op cultuur hier moeilijk kon realiseren, richtte men De Figuranten op. De Figuranten richten zich vooral op het recht op cultuur en het recht op een volwaardige cultuurparticipatie in Menen. Men ziet cultuurdeelname als een voorwaarde om volwaardig mee te participeren in de samenleving. De Figuranten is een project die zich voornamelijk bezighoudt met theater en toneel en is bedoeld om deelnemers te laten oefenen in hun sociale competenties. Men doelt ook op een stukje identiteit verwerving en socialisatie. De Figuranten vertrekken hierbij vanuit de talenten en competenties van hun doelpubliek en hopen op deze manier een zo breed en divers mogelijk groep aan te trekken. De Figuranten doen in de eerste plaats aan kansarmoedebestrijding maar het is veel meer dan dat! Het is de bevestiging van het artistieke en creatieve als wezenlijk onderdeel van een menswaardig bestaan in onze samenleving. 

    Men gebruikt de stad Menen en zijn inwoners als werkcontext om samen toneel en theater te maken. De deelnemers zijn deproducenten van hun eigen stuk en krijgen de vrijheid, onder professionele begeleiding, om toneel en theater te maken die een verhaal vertellen aan de samenleving, aan hun samenleving over zaken waar men alledaags mee worstelt. De werkprincipes van De Figuranten zijn onder meer laagdrempeligheid (geen inschrijving, geen auditie, geen lidmaatschap, allen welkom, jong en oud, herinvestering en geven van nieuwe kansen) en vertrekken vanuit de leefwereld van de deelnemers. Men gaat die dan ook gebruiken als maatstaf. Op deze manier kunnen mensen deelhebben aan cultuur: ze zijn eigen producent!

    Naast het actief inleiden van cultuur en deelhebben aan cultuur wil men bij De Figuranten ook dat mensen meer dan alleen maar toneel en theater leren kennen. Zo kunnen mensen deelnemen aan culturele uitstappen die men daar organiseert (film, dans, muziek, …). Meestal staan deze bezoeken in teken van de productie van het stuk dat men aan het maken is samen met deze mensen.

    Om deze processen zichtbaar te maken, naar buiten te brengen, werkt men nauw samen met de stad Menen. Deze zorgt er telkens voor dat De Figuranten plaats krijgen om te repeteren en voorstellingen te geven. De Figuranten kennen al enkele jaren groeiend succes en mensen in en uit de buurt komen kijken of deelnemen aan de productie. Of beter gezegd: ‘deelhebben’.

     



    07-04-2016 om 11:21 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    05-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #1
    Kwam ik zelf al in aanraking met actieve of reflectieve kunsteducatie en wat bleef me daarvan bij?

    Ik ben al met zowel actieve als reflectieve kunsteducatie in aanraking gekomen. Wanneer ik denk aan actieve kunsteducatie dan denk ik aan mijn jeugd waar ik in een koor zat. Daar mochten we zelf mee vorm geven aan de inhoud van de teksten die we wilden zingen. We werden daar actief betrokken in het hele gebeuren en dat zorgde toch wel voor een samenhorigheidsgevoel. Het maakte dat ik keer op keer met veel enthousiasme terug ging gaan zingen. Daarnaast kent iedereen het wel om als kind met de school op het jaarlijks schoolfeest, een toneelstuk te spelen of een dansje te doen. In het 6de leerjaar moesten wij een toneelstuk opvoeren. Ik herinner mij dat we daar heel veel voor geoefend hebben en daar ook zelf accenten mochten insteken (zoals bijvoorbeeld een dans). Het applaus dat je dan krijgt van alle ouders in de zaal is dan natuurlijk iets om trots op te zijn. Dit kunnen we ook bekijken als een vorm van actieve kunsteducatie. Tot slot heb ik ooit eens een workshop ‘graffiti spuiten’ mee gevolgd. Ik kan me nog steeds herinneren wat die leraar toen tegen ons zei: ‘Graffiti spuiten is het moderne schilderen, kunstenaars leggen er evenveel gevoel in.’ Dat zinnetje is me altijd bij gebleven. Het is ook iets waar ik in geloof! In die workshop mochten we, na het aanleren van basisvormen, onze eigen tekening maken. Achteraf zat iedereen in een kring en mocht ieder van ons vertellen wat hij had getekend en waarom.

     Als ik aan reflectieve kunsteducatie denk, dan denk ik vooral aan musea. Maar ook het bekijken van toneelstukken, musicals, concerten, … zijn volgens mij vormen van reflectieve kunsteducatie. Je beleeft het, je kijkt ernaar, je kan erover nadenken en kritisch over zijn maar je doet er niet in mee. De meeste mensen hebben al te maken gehad met zo’n vorm denk ik. Het bekijken van een film of het lezen van een boek zijn zaken die men hetzij opgelegd (door bv school) hetzij sporadisch al eens deed. Hier kan ik mezelf ook in meerekenen. Daarnaast hadden wij in het 1ste jaar hoger van mijn eerste opleiding het vak ‘expressieve methodes’. Daar gingen wij niet alleen actief aan de slag door zelf muziek te moeten maken, gedichten te moeten schrijven, toneel te moeten spelen, maar gingen we ook reflectief aan de slag. Dit deden we door achteraf een reflectie te schrijven over dat vak. Hoe hadden wij nu deze expressieve vormen ervaren? Voelden we drempels? Hebben we talenten ontdekt? Door na te denken over wat wij juist in dat vak hebben gedaan en hoe we ons daarbij voelden, gingen we reflectief aan de slag. Reflectieve kunsteducatie dus. 


     

    Kunstgericht

    Persoonsgericht

    Maatschappijgericht

    REFLECTIEF

    Museum natuurwetenschappen bezocht

    Reflectie schrijven over expressieve methodieken

    Toneelstuk van Antigone over kansarmoede (heel lage inkomprijs)

    ACTIEF

     

    Workshop graffiti spuiten, toneelstuk in school, koor

     

    05-04-2016 om 13:16 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #2
    Kunsteducatie begeleiden vergt expertise in het begeleiden van leerprocessen en expertise in de kunsten. Waar zouden mijn uitdagingen liggen?

    Ik denk dat, wanneer men zelf kunsteducatie wil begeleiden, men eerst zelf tot voldoende inzicht en reflectie wat kunsten betreft moet komen (productieve kunsteducatie). Jaren ervaring gaan hier waarschijnlijk aan vooraf. Kunsteducatie gaat niet enkel over het overbrengen van kennis maar ook over het laten beleven, het toevoegen van waarde, het laten meedoen, enz. Wanneer men tot zowel actieve en reflectieve kunsteducatie wil komen, en hierin in de mogelijkheid zijn om er kritisch over na te denken en te reflecteren, moet men volgens mij een heel proces hebben doorlopen. Mijn grootste uitdaging zou zijn dat proces zelf te doorlopen zodat ik die expertise kan opdoen om bepaalde zaken te kunnen overdragen aan mijn doelpubliek. Leren zaken vanuit een ander perspectief zien. Wat je zelf niet voelt kan je immers niet (echt) overbrengen bij anderen.

    Daarnaast zou ik nog meer inzicht moeten creëren in de geschiedenis van kunst en cultuur. Enkel via deze manier kan je de lange weg die men heeft afgelegd en het paradigma der cultuur en participatie begrijpen. Met dat in je achterhoofd ga je dan ook aan de slag. Men weet vanwaar men komt en naar waar men wil streven, welke doelen men wil bereiken.

    Kunst is hoe dan ook bewust of onbewust getint naar de rugzak van zijn kunstenaars. Dit is zeker oké maar mag ook niet overheersen. Een bepaalde mening of keuze mag niet worden opgedrongen aan zijn publiek. Het is namelijk de bedoeling dat mensen via vormen van kunst en cultuur tot zelfreflectie komen en worden aangezet om zelf dingen te doen. Ik zou het er moeilijk mee hebben om iets te presenteren waar ik niet in geloof of een rol te spelen van iets wat ik niet wil zijn. Mijn uitdaging ligt dus in het durven loslaten van mijn eigen rugzak en me in te leven in de leefwereld van mijn publiek!

    Tot slot moet je als sociaal werker in de cultuur in staat zijn om anderen te begeleiden in de mogelijkheid om zelf te kunnen kiezen. Je moet steeds vertrekken vanuit positieve vrijheid! Daarbij mag je ook niet uit het oog verliezen wat de samenleving verwacht. Hier komt de discussie tussen de autonome burger en de ideale samenleving naar voor. Voor mij zou het een uitdaging zijn om een evenwicht te vinden tussen enerzijds diverse doelgroepen en anderzijds de samenleving in zijn geheel. 

    Stel je voor dat je morgen aangeworven wordt binnen de kunsteducatieve werking van een museum. Welke inhoudelijke accenten zou jij dan naar voren schuiven? Hoe zou jij deze inhoudelijke accenten vertalen in concrete acties binnen het museum?

    Mijn grootste doelstelling zou zijn om het museum een welbepaalde visie te laten uitdragen en tegelijkertijd het publiek in de mogelijkheid stellen om rijke ervaringen op te doen. Dit zou ik als medewerker graag gerealiseerd zien door het experimenterend leren. Hier gaan mensen zelf op ontdekking en verzamelen ze kennis aan de hand van het materiaal dat hen wordt aangeboden en hun eigen capaciteiten. Op deze manier vertrekt het leerproces vanuit het individu en niet vanuit het object (= positieve vrijheid). Zo kan leren een actief proces worden door interactie tussen het individu en het aangeboden materiaal. Dit leerproces wordt op zijn beurt dan weer ondersteund door ruiken, zien, voelen, begrijpen, herkennen, inkaderen, categoriseren en gebruiken. Het publiek doet nieuwe kennis op door ervaring en uitvinding. Om de mensen dan ook nog actief te laten participeren zou ik een reflectie moment voorzien waar men in de mogelijkheid is om indrukken en ervaringen te kunnen uitwisselen, vragen te stellen, kritische bedenkingen te geven, enz. We gebruiken de kunstinteractie als methode.

    Door het publiek zelf aan de slag te laten gaan met zijn eigen beperkingen en mogelijkheden kan je als museum een heel breed doelpubliek betrekken. Naargelang leeftijd, capaciteit en kennis kan een gids zijn manier van kennisoverdracht aanpassen. Concreet betekend dit dat, wanneer er wordt gewerkt met jonge kinderen, pubers en mensen met een mentale beperking, er extra moeten worden ingezet op reflectie momenten. Een gids kan bijvoorbeeld de kinderen rond een bepaald object laten verzamelen en vragen ‘wat zie je?’. Vandaaruit kan men dan een dialoog opzetten. Ik ben er van overtuigd dat er op deze manier een ervaring, een beleving tot stand wordt gebracht. Men gaat niet louter presenteren, men zorgt dan deze mensen kunnen meedenken en meevoelen, misschien wel meedoen.

    Daarnaast vind ik visuele voorstelling heel belangrijk. Dan heb ik het niet over louter een afbeelding presenteren maar eerder over zaken waar men kan voelen, ruiken, horen, zien hoe iets is geweest, nog is of zal zijn. Op deze manier worden mensen betrokken en gaan ze actief mee participeren in een verhaal waar ze hopelijk een rijke ervaring aan hebben overgehouden en er op die manier kennisoverdracht is. Ik denk bijvoorbeeld aan de presentatie over de ‘oermens’. Als medewerker zou ik ervoor zorgen dat er beeldmateriaal voorhanden is, ingekleed in een leuke zithoek, waar men kan zien hoe de oermens vroeger leefde. Daarnaast zou het ook leuk zijn als er in het museum ook geluiden te horen zijn van die oermensen en er materiaal voorhanden is waar mensen kunnen voelen aan de kledij die men vroeger droeg. De kers op te taart is om dan effectieve doe-opdrachten te verwerken tijdens de rondleiding. Ik denk bijvoorbeeld aan een simulatie (op bijvoorbeeld een IPad) om wild te vangen. Kinderen vinden dit leuk maar ook volwassenen zullen dit zeker en vast leuk vinden. Het voegt waarde toe aan een bezoek en ondersteunt de leerprocessen van een individu.

    De duur van een rondleiding zou ik ook aanpassen aan de leeftijd en daarnaast zou ik ook een rondleiding afsluiten aan de hand van een cirkelgesprek waar men ervaringen kan uitwisselen. Het zou ook leuk zijn mocht er een ruimte zijn waar mensen kunnen ontspannen (spelen of iets drinken) Op deze manier doe je als medewerker opnieuw beroep op de positieve vrijheid van mensen en op de laagdrempelige diensten die je wil aanbieden. Tot slot is de feedback van het publiek de belangrijkste feedback! Als medewerker zou ik verschillende manieren installeren om het publiek te bevragen. Tijdens een cirkelgesprek kan bevraagd worden of er opmerkingen zijn maar mensen zouden ook anoniem een formulier kunnen invullen indien men dat wenst. Ook van thuis uit zou men via de website een formulier kunnen invullen.

    Kortom: als medewerker zou ik het vooral belangrijk vinden om, naast het aanbod voor volwassenen, ook een aanbod te kunnen doen voor de allerkleinsten (= investeren in de culturele habitus). Een eerste inleiding in de cultuur gebeurt het best tijdens de kindertijd. Als dit dan op een leuke en interactieve manier gebeurt en kinderen dit ervaren als een leuke ervaring, is de kans groter dat ze later nog meer participeren aan cultuur maar ook terug willen komen met hun kinderen en zo kennis kunnen overdragen. Kinderen doen op deze manier ook kennis op om zaken creatief op te lossen. Mocht ik medewerker worden de kunst-educatieve werking van een museum, dan zou ik opteren voor een museum dat luistert naar zijn publiek en het effectief ook iets te bieden heeft. 


    05-04-2016 om 13:16 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #3
     "Veranderingen binnen het kunstlandschap beginnen bij de makers, de kunstenaars. Een schouwburg vervult enkel de rol van presentatieplek." Wat vind ik nu van deze stelling? 

    Ik ga niet volledig akkoord met deze stelling. Een schouwburg is zoveel meer dan enkel een presentatieplek. Het is daarnaast ook een ontmoetingsplaats, een plaats waar mensen nieuwe vrienden maken en nieuwe sociale relaties aangaan. Het is een plaats waar mensen voor eventjes in een andere wereld kunnen stappen en hun horizon kunnen verbreden.

    Wanneer ik denk aan een schouwburg, dan denk ik aan de schouwburg uit mijn buurt namelijk schouwburg Kortrijk. Daar werkt men met een heel divers publiek. Men probeert om zoveel mogelijk te variëren in hetgeen men aanbiedt. Daarnaast kan men ook een formule op maat aanvragen waarbij een voorstelling kan worden voorafgegaan of worden afgesloten met een walking dinner, een woordje uitleg, een rondleiding, … Nieuwe en onbekende voorstellingen worden ook omkaderd voor zijn publiek. Cultuur kan hier worden beleefd op maat. Net omdat men ervan uitgaat om een zo breed mogelijk publiek aan te spreken met een zo breed mogelijk aanbod, is dit veel meer dan een presentatieplaats. Een schouwburg is daarnaast meestal een gezellige en mooie plaats die een culturele ervaring alleen maar kan verrijken. In die zin draagt ze mee in het ervaren en beleven van cultuur en niet alleen in het presenteren ervan. Althans dat zou het moeten zijn! 

    05-04-2016 om 13:14 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'De culturele functie' #2


    Voorbeeld 2: Het Theaterstuk ‘Lazarus’ gebracht door jeugdtheater Avanti.

    Bezocht op 13/04/2016                 

    Jeugdtheater Avanti is een vereniging, opgericht door studenten. Aanvankelijk bestond het gezelschap dan ook enkel uit studenten maar recentelijk staat men ook open voor oud-studenten. Omdat men onlangs erkend werd als jeugdgezelschap kon met de doelgroep verbreden en de minimumleeftijd verlagen. Het jeugdtheater werkt dus met een diverse doelgroep onder leiding van een regisseur die alle toneelstukken bedenkt en tot leven brengt.

    De toneelstukken behandelen telkens weer een thema waar men als jonge adolescent wel eens mee in aanraking komt of over nadenkt. Thema’s zoals de dood, de hemel en de hel, levenslang leven en een kapotte samenleving zijn enkele voorbeelden. Het theaterstuk ‘Lazarus’ ging over het flirten met de dood en de onbezonnenheid van jonge mensen. Een groepje studenten verpleegkundigen is geobsedeerd door verschillende mythes over de dood. Wat ziet men als men sterft? Kan men nog terugkomen wanneer de hersenactiviteit gedurende enige tijd nihil is geweest? Ziet men god? Ziet men de hemel? Kortom het theaterstuk behandelde een thema waar ieder van ons zich ongetwijfeld vragen bij stelt of heeft gesteld. De studenten verpleegkundigen beslissen om samen de dood te testen. Dit doen ze door een gif te drinken en elkaar te reanimeren na 2-5min hersendood te zijn. Ieder van hen ziet verschillende dingen maar ze hebben 1 ding gemeen. Telkens worden ze geconfronteerd met hun diepste angsten en slechtste herinneringen. Natuurlijk loopt het fout en sterft één van de studenten. Dit verhaal gaat over de onbezonnenheid van jonge mensen, dit zowel in het nemen van risico’s, als in de liefde.

    De plaats waar het theaterstuk doorging is echter ook niet onbelangrijk. De schouwburg in Kortrijk heeft niet alleen een presentatiefunctie, ze geeft daarnaast echter een ontmoetingsfunctie. Dit hebben wij van dichtbij mogen zien. Voor, tijdens en na de voorstelling kunnen mensen er terecht in een gezellige loungebar waar mensen elkaar aanspreken, de acteurs kunnen ontmoeten, een gezellige babbel slaan. De prijs van dit alles? Dit varieert van leeftijd tot leeftijd. Onder de 26 jaar betaal je €8 en boven de 26 jaar €10. Een schappelijke prijs vind ik, gezien de plaats en de duur van de voorstelling.

     

    Jeugdtheater Avanti gaat cultuur breed gaan benaderen. De thema’s zijn namelijk onderwerpen die ieder van ons bezighoudt en in het theaterstuk zijn we duidelijk enkele maatschappijbeelden naar voren komen. Ook zien we een mooi staaltje solidariteit en diversiteit terug in het theaterstuk. Daarnaast is dit een proces waar we allemaal in worden meegenomen. Je beleeft het verhaal alsof je er echt bij was, je wil weten hoe het verder zal aflopen aangezien iedereen in de zaal al met dezelfde vragen rondliep. Men zat mee in dit verhaal alsof men er zelf een deel van was.

    Wat de culturele functies betreft zien we hier vooral dat er aan cultuuroverdracht wordt gedaan. Met de dood als thema maakt men bespreekbaar waar mensen meestal te bang voor zijn om over na te denken. Het taboe wordt bespreekbaar en na het theaterstuk horen we dan ook mensen er over discussiëren met elkaar. Ten tweede wordt er vanzelfsprekend aan cultuurbeleving gedaan. Niet alleen de plaats van de voorstelling draagt hier een steentje aan bij, ook het betrekken van het publiek bij het stuk maakt dat er intens kan worden beleefd. Zoals ik al eerder zei heb je als toeschouwer het gevoel ook daadwerkelijk in het verhaal te zitten. Bij de eindscene moest ik er dan ook mijn zakendoek bijnemen. Ik kon me echt inleven in het personage! Jeugdtheater Avanti is nog niet zo heel erg bekend, maar de laatste jaren kent het zeker en vast een groei. Het richt zich op toeschouwers van verschillende leeftijden en probeert thema’s te brengen die jong en oud kunnen boeien. Ik zou dan ook durven zeggen dat men aan cultuurbemiddeling doet, al is dit nog niet tot op het hoogste niveau.

    We kunnen dan ook besluiten dat de sociale-interventie strategie die van de cultuurproductie is maar men vooral mikt op ‘deel-hebben’. Beleving staat hier centraal en het is alsof je wordt uitgenodigd om hen te vergezellen in hetgeen ze doen. Op het eind van hun stuk gaat men dan ook letterlijk gaan benoemen dat iedereen welkom is om hen te vergezellen! 



    05-04-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'De culturele functie' #1

    De analyse van de culturele functie bij 2 organisaties of projecten.

    Voorbeeld 1: Koninklijk Belgisch Instituut voor natuurwetenschappen (museum)

    --> Bezocht op 13/03/2016

    Het Koninklijk Belgisch Instituut voor natuurwetenschappen of anders gezegd, het natuurmuseum, heeft mijn nieuwsgierigheid op verschillende vlakken weten te raken . Niet alleen maakt het museum gebruik van visuele middelen die zo levendig zijn zodat de bezoeker in de mogelijk wordt gesteld mee te stappen in het verhaal, het maakt ook gebruik van DOE-opdrachten die zijn publiek interactief laat meedenken en meedoen. Omdat men deze vorm van participatie aan cultuur zo uitnodigend en laagdrempelig maakt zorgt men voor een kans op verhoogde deelname ervan. Ik zou ook wel stellen dat men tracht cultuur kwaliteitsvol in te vullen. Voor een toegangsticket betaal je als volwassene €9,50 (extra voorstelling inbegrepen). Kinderen betalen €7 en iedere eerste woensdag van de maand is de inkom gratis voor iedereen. Op deze manier kunnen ook de meest kwetsbare groepen genieten van een beetje kunst en cultuur.

    Het museum bestaat uit 4 verdiepingen met telkens een ander thema. Daarnaast is er telkens een extra voorstelling voorzien die de bezoeker telkens weet te verassen. Dit keer was het de WOW-voorstelling die het voornamelijk heeft over het leven van dieren in het wild. Het natuurmuseum is een museum dat heel vaak door scholen wordt bezocht en dus speelt het extra in op de interesses van jonge kinderen. Maar ook volwassenen worden geboeid door het schouwspel van levensechte visuele middelen in combinatie met geluid en gevoel. Het museum probeert duidelijk zoveel mogelijk in te spelen op de zintuigen van zijn bezoeker. Daarnaast heb ik ook opgemerkt dat men professionelen inzet die op een speelse manier de toer in het museum gaan doen met groepen van kinderen. Men gaat dus al van kinds af aan cultuur gaan inleiden op een leuke en interactieve manier. Men leert iets bij, men is geboeid. En dit is juist de sleutel tot verdere participatie aan cultuur. We hebben het hier over de excentrieke, en nog belangrijker, de intrinsieke waarden en effecten van cultuur.

                                                 

    Het natuurmuseum benadert cultuur vooral met een enge (smalle) focus. Dit vooral omdat het zich richt tot het bereiken van individuele effecten. Men wil zoveel mogelijk bezoekers inleiden in de cultuur en/of iets bijbrengen (kennis, ervaring) en laten ervaren op individueel niveau. Iedere bezoeker ervaart zijn of haar bezoek aan het museum dan ook op zijn eigen manier. Dit museum benadert dus cultuur met een enge focus en met instrumentele effecten als gevolg. Wat de intrinsieke effecten betreft gaat het hier meer over het kunnen meestappen in een verhaal wat men nu niet meer voor mogelijk acht. Het kunnen denken over een onderwerp die de dag van vandaag geen realiteit meer is (cfr dinotijdperk, oermens), fantasie aanspreken, mensen een ervaring laten opdoen die iets bijbrengt en teweegbrengt. Ik heb alvast zin in meer cultuur!

    Cultuur wordt in dit museum vooral gebruikt als product. In het museum zien we vooral erfgoed en dit zowel materieel als immaterieel. Wat materieel erfgoed betreft gaat het hier vooral over goed bewaarde zaken uit het verleden, vondsten, … Wat immaterieel erfgoed betreft gaat het vooral over de daar aangebonden kennis, verhalen en gewoontes.

    Het is wel duidelijk dat hier vooral aan cultuurbewaring wordt gedaan. Oude kennis wordt gepresenteerd en overgedragen aan volgende generaties. Voor mezelf kan ik wel zeggen dat ik dit op een dynamische manier heb beleefd. Dit komt omdat men leuke, interactieve opdrachten in bepaalde thema’s heeft gebruikt. Via deze opdrachten herinner ik me ook veel sneller welke boodschap erachter zat. We kunnen ook spreken over cultuurbeleving. Het natuurmuseum zet echt in op cultuurinleiding vanaf een jonge leeftijd. Op die manier krijgen kinderen de kans op een eerste kennismaking in cultuur. Die eerste cultuurbeleving blijft hopelijk wel hangen dankzij de leuke, spontane manier waarop het aangeboden wordt. Kinderen worden begeleidt en ondersteunt in hun (meestal eerste) tocht door het museum waardoor ze echt de kans krijgen om op eigen tempo cultuur te leren kennen. Ik zag bijvoorbeeld dat elke groep begeleide kinderen om de zoveel tijd een kring vormden rond een voorwerp en daar vragen mochten over stellen. Het was leuk om te zien hoe nieuwsgierig deze kinderen waren en hoe elk van hen een eigen visie heeft op wat ze voor hen zien. Op deze manier brengt het museum echt iets bij denk ik! Volwassenen waren iets meer op zichzelf gewezen en een gids bij volwassenen zag ik niet aan het werk. Ik weet wel dat dit eveneens mogelijk is. Of er aan cultuurspreiding wordt gedaan, vind ik een moeilijke vraag. Een museum vergelijk ik graag met een openbare bibliotheek. Kennis wordt er dagelijks uitgewisseld maar in de plaats van het te lezen, ervaart men het op een volledig andere manier. In die zin wordt er dan wel aan cultuurspreiding gedaan volgens mij. Zaken uit het verleden en het heden worden verspreid en zo ook doorgegeven.

    We kunnen hieruit besluiten dat de sociale interventie strategie van het natuurmuseum vooral die van de cultuurconsumptie is. Dit omdat de beleving en overdracht van cultuur vooral gebeurd op individueel niveau. Het doel van het museum is dat hun publiek deelnemers worden die op hun beurt een inleiding krijgen in de cultuur (vooral kinderen) of mee participeren aan cultuur. Men tracht hun deelnemers zo goed mogelijk te betrekken in hetgeen ze willen brengen door gebruik te maken van leuke opdrachten (luisteren, voelen, educatieve spelen, …). Men gaat hun deelnemers begeleiden en ondersteunen in het bijbrengen en begrijpen van deze vorm in cultuur met al zijn gewoontes en materiële en immateriële in zowel het verleden als in het heden. 







    05-04-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    04-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Woordje vooraf
    Hallo,

    Deze blog staat in het teken van mijn studies, namelijk voor het vak 'Methodiek Cultureel Werk'.
    Voor ik de theorie rond dit vak bekeken had, had ik geen flauw benul dat kunst en cultuur ook 'anders' kan worden bekeken.
    Wat 'anders' precies betekent, vind je in deze blog terug.
    Als maatschappelijk werkster in spé is participatie een sleutelwoord. Maar dit woord in relatie brengen met kunst en cultuur en die zaken vanuit een ander perspectief bekijken is iets wat toch niet zo simpel blijkt. Er zit meer in cultuur dan men denkt. En dat heb ik, als student en maatschappelijk werkster in wording, mogen ontdekken door eventjes uit mijn eigen wereld te stappen en me extra te verdiepen in die van de cultuur. 

    Lindsay.

    04-04-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Voorwoordje
    >> Reageer (0)
    22-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht: 'De waarde van cultuur.'

    Bij de vraag van welk effect ik het meest overtuigd ben van de deelname aan cultuur kies ik toch voor de realisatie van verschillende waarden. Waarom? Als ik naar mezelf kijk en de dingen die rond mij gebeuren is dit het effect die volgens mij er het meest uitspringt. 

    Persoonlijk geloof ik het meest in de effecten van deelname aan kunst en cultuur ter realisatie van verschillende waarden. Vanzelfsprekend gebeurd dit op excentriek niveau maar dit gebeurd zeker ook op intrinsiek niveau. Meer zelf, ik ben er van overtuigd dat de realisatie van intrinsieke waarden zorgt voor effecten op andere levensdomeinen ook.

    Kunst heeft niet alleen effect op toerisme, economie, socialisatie maar wanneer we deelnemen aan kunst educatieve evenementen, sociaal-artistieke projecten, … worden we ook uitgedaagd in ons denken en doen. Door deel te nemen aan cultuur leren we bij en leren we ook een kritische en onderzoekende houding te gebruiken. Mensen leren overstijgend denken over bepaalde onderwerpen en gaan hierover in dialoog met elkaar wat dan weer kan leiden tot socialisatie. Wanneer men deelneemt aan cultuur dan kiest men hier bewust of onbewust ook voor. Men is geboeid. Men is nieuwsgierig naar wat men te zien of te horen zal krijgen. Cultuur prikkelt een mens met al zijn zintuigen.

    De waarde van cultuur ligt erin dat mensen hun eigen en andere culturen leren kennen, hier respect voor hebben, van kunnen leren en kritisch in vraag kunnen stellen. Cultuur verlegt grenzen, kunst verlegt grenzen. Om een concreet voorbeeld te kunnen geven denk ik aan een film of een boek. Dat is zo’n laagdrempelige vorm van cultuur die zomaar voor het grijpen ligt. Zo’n vorm van cultuur zorgt ervoor dat de belevingswereld van diens lezer of kijken zo ruim kan worden. Wanneer het dan ook nog eens een film of een boek over een bepaald onderwerp is (Bv: De slavernij van vroeger) kunnen mensen heel veel bijleren, respect krijgen voor, dingen in vraag stellen, en actie ondernemen in hun eigen leven.

    Kunst is voor sommige mensen ook een vorm van ontsnappen aan het dagelijks leven en het verkennen van het onbekende. Het kan ook een taboe bespreekbaar maken. Denk maar aan de vele films, boeken en toneelstukken over armoede of een psychische aandoening (herkennen van het bekende).

    Hoe mensen omgaan met kunst bepaald in grote mate welke persoonlijke ervaringen mensen opdoen die ten dienste staan van hun functioneren in de samenleving. Wanneer ik dit dan reflecteer bij mezelf denk ik aan een toneelstuk die ik ooit heb gezien over het thema armoede. Het toneelstuk ging over een gezin dat in armoede leefde en bracht alle thema’s en moeilijkheden in kaart waarmee dat gezin te kampen kreeg. Als jongere had ik op slag een heel ander zicht op armoede. Ik begreep vanwaar het kwam, wat het begrip inhield (want armoede was iets abstracts voor mij in die tijd) en ging er ook anders over praten en op reageren.

    Bij een tweede voorbeeld wil ik graag verwijzen naar de aanslagen van vandaag in Brussel. Een gebeurtenis die ons allen zeer heeft aangegrepen. Mensen verwerken deze gebeurtenis elk op hun eigen manier: ze maken tekeningen, picto’s, schilderijen, afbeeldingen, komen op straat om erover te praten, muziek te maken, te zingen, schrijven gedichten, enz. Dit zijn allemaal vormen van kunst en cultuur. Mensen communiceren over deze gebeurtenis door zich te uiten met kunstvormen, ze verwerken dit met kunst aan hun zijde. Mensen komen samen om hun solidariteit uit te drukken. We zien hier iets moois gebeuren: Een muzikant drukt zijn verdriet uit en 100den mensen luisteren en gaan mee in dit verhaal. Via deze muziek gaan ze in interactie, in dialoog, ze socialiseren. We kunnen hier het belang van kunst zien voor de samenleving. Men is geboeid, men herkent het, het draagt bij aan de persoonlijke beleving en ervaring van mensen. Of deze nu positief of negatief ervaren wordt, toch is men geboeid. Het publiek wordt hier in contact gebracht met een gebeurtenis, met gevoelens, personen, … Men doet een appèl op de onderlinge verdraagzaamheid en het inlevingsvermogen van mensen. Aan de hand van gedichtjes en foto’s die mensen de wereld insturen laat men weten dat men droomt over een betere wereld. Men vertelt hier niet iets wat men kent, maar wat men wel graag zou kennen. Hier hebben we het over intrinsieke waarden, het onmeetbare van kunst maar waarvan we ons bewust zijn dat het aanwezig is. 

    22-03-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kunsteducatie 'Het dubbele van de helft.'

    è Er moet een betekenis aan kunst worden gegeven. Het vraagt een doordachte educatieve aanpak.  Kunsteducatie gaat niet zomaar over het kunstwerk met z’n intrinsieke kenmerken (objectief), maar wel over wat zich afspeelt tussen het kunstwerk en de omgeving, de context, het publiek, het individu (subjectief). Dit is een leerproces.

    è Het heeft geen zin om verschillende organisaties te gaan vergelijken op vlak van cultuur. Bij de 10 verschillen zal je wel 20 gelijkenissen vinden. Veel van wat deze organisaties doen niet enkel aan cultuureducatie maar ook aan kunsteducatie. En kunsteducatie is een vorm van levenslang leren geworden! Maar wat de verschillen tussen organisaties betreft zijn het vooral de kunstenaars en professionals die het verschil maken.

    è Het individu en zijn leerproces centraal zetten en niet de kunsten op zich is misschien wel een van de belangrijkste factoren geweest om tot cultuureducatie te komen. Kunsteducatie lijkt zich dan vooral bezig te houden met de kunsten zelf terwijl belevingsprocessen ook gelden bij cultuur! Cultuureducatie kunnen we dus breder gaan bekijken dan kunsteducatie. Maar kunsteducatie mag zich niet terugtrekken op een eilandje! Het moet in de wereld staan en thema’s zoals bv armoede niet schuwen.

    ZIE BIJHOREND SCHEMA IN BIJLAGE

    Kinderen en kunst

    Bijna elke museum of culturele voorstelling heeft een aanbod voor kinderen à is wel het eerste wat wegvalt bij besparingen. Bij museum MAC overheerst de kinderhoek het hele museum. De ruime en rustige architectuur maakt dit educatief de moeite waard en niet alleen voor kinderen, ook voor volwassenen.

    Kinderen kijken op een onbevooroordeelde en betrokken manier naar kunst, een vorm van zelfexpressie. De expeditie draait om het thema: ‘Het kind als pedagoog.’ Een autonoom persoon en geen kinderachtige bedoening. Hun blik hoeft niet beleerd te worden maar is juist leerrijk. Kinderen tonen op een speelde manier hoe kunst kan beleefd worden, ver weg van de objectieve interpretatie van een museum die vaak samenhangt met esthetisch oordeel.

    De kleine poëzie

    Bij MAC gaat men uitzonderlijk aan de slag met kinderen. Bij andere musea is dit meestal een massaconsumptie ipv een doelbewuste individuele omgang met kinderen. Het is vluchtig en overstijgt vaak niet de gewoonste dingen zoals een kleurprent.

    Werking

    In kleine groepjes en een hele dag à zo kan men ook banden maken met minder assertieve kinderen. De kinderen worden aangezet tot een individueel parcours in een inspirerende omgeving. Sterk visueel, inspirerend en uitdagend. Alles draait rond de inherente kwaliteiten van kinderen en hun culturele beleving. En die artistieke benadering is hierin essentieel. Het doel is dat kunstervaringen kunnen helpen beter reflecteren bij bepaalde gebeurtenissen in hun leven, tot expressie komen.

    Kunst van de diversiteit

    Kunst EN wereld à kunst maakt deel uit van de wereld. Verscheidenheid in de wereld is niet alleen het gevolg van diversiteit maar ook de manier waarop mensen hem zien en inschatten en met elkaar delen. Het nut van kunst is leren omgaan met kwetsbaarheid. De verstrengeling van schoonheid en kwetsbaarheid is iets wat ze bij Le Grand Atelier willen neerzetten.

    Vrije associatie

    MAC’s voorstel gaat erover hoe mensen kunst zouden kunnen bekijken, niet veeleer om kinderen serieuze kunstwerken te leren appreciëren. Men mag vrij bewegen en associëren wat kunst heel toegankelijk maakt.  

    Cultuur is commercieel geworden, men wil cijfers halen. Zo verliest men intensiteit en dreigt ze over te slaan in entertainment.

    Wereldbeelden

    Creativiteit is een attitude voor elke dag. De manier waarop men, met openheid, leert omgaan met de diversiteit van de wereld is belangrijker dan het leerproces rond de fascinatie van kunst. Kunst weerspiegelt niet maar toont heel diverse wereldbeelden. 

     

    Bijlagen:
    kUNSTEDUCATIE.docx (21.2 KB)   

    22-03-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Samenvattingen
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cultuurparticipatie is een kwestie van KUNNEN kiezen

    Kwaliteit van kunst en cultuur kan niet gemeten worden adhv het aantal bezoekers en betreders, maar wel aan de intrinsieke waarde ervan. à Het pleidooi over cultuurparticipatie moet zuiver worden gehouden! Er zijn immers 2 kanten. Die van de zuivere kunst en cultuur en die van de participatie. De kwaliteit van de kunst en cultuur heeft dus niets te zien met het pleidooi over cultuurparticipatie! Dit zijn 2 verschillende discussies.

    Individualisering van de vrijetijdsbesteding - democratisering

    Wanneer we kijken naar de huidige samenleving zien we een aantal nieuwe trends opduiken. De vrijetijdsbesteding is gedemocratiseerd. Daarnaast is er privatisering, de mogelijkheid om meer thuis van vrije tijd te genieten en dit ook van cultuur. Denk maar aan internet, home cinema, … Mensen kiezen meer autonoom naar culturele vrije tijd door het bredere aanbod ervan. Toch zijn democratisering en individualisering ook tegenstrijdig: de drang naar identiteit en groter verschil verdringt de culturele solidariteit en verdelende rechtvaardigheid. We zien ook een trend van ‘mondialisering’ waar we ons bewegen in een richting van uniformiteit (zelfde trends, kleren en muziek,enz). Media speelt hierin een rol!

    Welke functie heeft cultuurspreiding en –participatie?

    Welfare good: voorwaarde om andere waarden te kunnen realiseren. à als mensen rechten krijgen moeten ze er ook gebruik van kunnen maken.

    Wat is de rol van de overheid? Men moet bijdragen tot het welzijn van zijn burgers. Cultuurparticipatie en beleving zijn hier een onderdeel in. Daarnaast hebben alle mensen recht op de ontwikkeling van een individueel kunstzinnig vermogen. Tot slot heeft de samenleving belang bij de productie, receptie en distributie van kunst door haar burgers dus ook hier is de overheid verantwoordelijk voor. Men moet de positieve vrijheid(vrij tot) en autonomie krijgen om zelf en voorkeur te ontwikkelen. Dit is participatie. Het recht op cultuur mag er dan wel zijn, mensen moeten ook over de mogelijkheden beschikken om te kiezen. Wie participeert aan cultuur zet ook stappen op andere vlakken zoals emancipatie en individualisatie maar ook socialisatie.

    Participatiedrempels

    Belang van primaire(thuisfront) en secundaire (school) socialisatie = hoofdsleutels tot participatie! Maar ook andere factoren dragen erbij toe om kunst te leren kennen. Er bestaat echter 7 drempels: informatie drempel, sociale drempel, fysische beperkingen, geografische drempel, financiële drempel, tijdsgebrek en motivatiedrempel.

    Cultuurparticipatie vergt culturele competentie en mensen moeten de kans krijgen om te kunnen kiezen maar er zijn nog te veel belemmeringen om van een volledige keuzevrijheid te kunnen spreken. Zowel op materieel, sociaal en intellectueel vlak

    Participatiestrategieën

    Positieve vrijheid, brede context, niet beschouwd als middel, investeren in culturele habitus (school en thuis) bij kinderen en jongeren, uitsluitingsmechanismen bevragen en herkennen en dus meer divers zijn.

    Mensen moeten cultuur leren en dus is cultuureducatie vanaf de kleuterschool belangrijk. Creatief denken wordt immers later ook nog gebruikt, denk maar aan creatief denken in werkomstandigheden. Ook in de vrije tijd en in het sociaal werk zijn er meer en meer vormen van cultuur terug te vinden. Het zijn deze organisaties die bruggen moeten slaan naar het onderwijs. En wat met cultuurcommunicatie? CultureelNet Vlaanderen = organisatie met vraaggericht beleid. Men gaat de mensen prikkelen, zin doen krijgen in cultuur. Het UITnetwerk staat dan weer voor collectieve communicatie (samenwerking en aandacht op plaatselijk niveau). Er is een pleidooi voor cultuurcommunicatie t.a.v. kranten en openbare omroep, magazines, TV, enz. 

    22-03-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Samenvattingen
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De drie werken van cultuur

    De drie werken van cultuur

    è Cultuur socialiseert: ze brengt mensen dichterbij en introduceert hen in de sociale orde. Ze leert hen gangbare betekenissen. Bv: eetcultuur, slaapcultuur, zorgcultuur, … à al deze verschillende culturen haken in op elkaar, schuren, botsen, passen. = communicatie wanneer er gedeeld wordt! Fundament van cultuur = betekenissen blootleggen, uitlokken, bespreekbaar maken. We doen permanent aan cultuur. Cultuur is waardeNvol.

    è Cultuur kwalificeert: cultuur vormt mensen, kennis en vaardigheden worden opgedaan, men leert wat men leuk en lelijk vindt, men leert normen en waarden (= cultiveren). Cultuur leert mensen om keuzes te maken, om te rangschikken en te ordenen (=kwalificeren). We stellen ons ook de vraag hoe we bovenstaande moeten doen. Hoe gaan we gaan kwalificeren en cultiveren? ( =construeren)

    è Cultuur subjectiveert: autonomie staat voorop, een eigen plek verwerven, kritisch zijn, hiërarchieën omverwerpen en de maat veranderen. Er is altijd een andere blik op cultuur mogelijk die worden aangereikt door andere culturen. Alles wat is, kan ook anders zijn. anders blijft altijd alles bij het oude. De regel doorbreken is de regel (=onmaat in maat).

    Gemeten cultuur, een kleine inventaris (‘de kwestie van cultuur als zingever’)

    Opgelet. In cultuur kan er maar weinig worden gemeten. Tegenwoordig is alles gebaseerd op evidence-based beleid maar hierdoor verdwijnt de essentie van cultuur. Waarden en normen hoe meet je dat? Het onmeetbare van cultuur mag men niet vergeten.

    è Effecten op cognitief vlak: Cultuur draagt bij aan zelfreflectieve kennis. Het is een manier van kennen die je elders niet vindt.

    è Effecten op de gezondheid: deelnemen aan betekenisvolle activiteiten draagt bij aan ons welzijn, althans aan het gevoel van mensen ervan.

    è Welke ervaringswaarden (excentriek – intrinsiek) realiseert cultuur?: het levert ons ervaringen op die ons doen nadenken en die we gebruiken om onze sociale identiteit aan de orde te stellen.

    è Effecten op de economie: multiplier-effect = gesubsidieerde cultuur zorgt voor (in)directe werkgelegenheid. Hoe groot die impact is, is niet duidelijk. Cultuur als motor voor de heropleving van steden of stadsdelen (werkt maar pas na 15-20 jaar). De culturele aantrekkelijkheid in een stad om er te wonen draagt ook bij tot economische groei. Cultuur en creativiteit hangen nauw samen. Een hoge bevolkingsdichtheid zorgt voor meer creativiteit en dus wordt de economie van de cultuursector gunstig bevordert.

    è Effecten op het sociale weefsel: wie meer aan cultuur participeert, bouwt meer sociale relaties op en omgekeerd.


    Cultuur, autonomie en de Vlaamse gemeenschap

    Cultuur speelt een onmisbare, gemene rol in de vernieuwing en dynamisering van gemeenschappenà door dingen in discussie te stellen, een stem te geven, nieuwe gemeenschappen te creëren, …

    è De gemeenschap en haar politieke dimensie: cultuur is nauwelijks in beeld bij de politiek, er wordt flink op bezuinigd. Nochtans is er een onmisbare rol tussen de gemeenschap en cultuur.

    è Paradox: hoe autonome ruimtes en autonome mensen samenhangen met de gemeenschap: toenemende autonomie van cultuur onder vuur à als externe factoren (zoals politiek) haar bepalen is ze gedoemd tot mislukken. Er is ook een toenemende druk op creativiteit à door de vermanaging van de zorg ligt de autonomie van de mens onder druk (stress, armoede, …). Autonomie staat niet tegenover de relevantie van kunst à kunst is tegelijk sociaal en autonoom.

    è Het gemeen van de cultuur: individuele vrijheid los van gemeenschapsstructuren bestaat niet. Gemeenschap is zekerheid, geeft je individuele vrijheid vorm. Duurzame economie = solide gemeenschap. Cultuur is, samen met onderwijs, het fundament van een gemeenschap! In een samenleving zonder cultuur is de burger een consument en niet langer een autonoom wezen. 

    22-03-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Samenvattingen
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Erwin Jans en zijn visie op cultuurparticipatie

    Hoeveel participatie verdraagt de kunst?

    Kunsten ontwikkelen zich steeds nadrukkelijker in relatie tot de context. Denk maar aan de woordenschat die gepaard gaat met het zich op de werking van kunst. Bv: sociaal-artistieke projecten, educatie, wijkwerking, …

    Vrij zwevende kunst

    Paradigma over de plaats van de kunst:

    è Autonome kunst

    è Autonome natie

    è Autonoom individu

    Termen zoals individualisme en individu wijzen op de splitsing tussen persoonlijke beleving en algemene ideeën. à centrale categorie van de moderne tijd! à sociale vrijzwevendheid: ontwikkelt zich los van een wereldbeeld, met een hoge mate van zelfreflexief, autonoom functioneren van de kunst begin de 20ste eeuw.

    We zijn de knoop!

    Door het globaliseringsproces neemt die automatie af en functioneren we meer in een netwerk. Individuen zijn knooppunten geworden. Meer en meer ontstaat een netwerksamenleving en zijn individuen twee-zieners geworden. We zijn de knoop. De tegenstellingen van de moderne tijd hebben hun beste tijd gehad.

    On-maat

    Door de ver-warring en de ver-netwerking krijgt de kunst van de moderne tijd een flinke deuk en lijkt dit het einde. Kunst moet echter zijn kwaliteit van on-maat behouden à de maat van cultuur steeds opnieuw bevragen en uitdagen. On-maat moeten we echter ruimer zien. Het gaat over het zoeken van een nieuwe verhouding tussen kunst en samenleving: cruciale zit hem in het verschil te zien tussen individuele kunstenaar en de artistieke instelling. Participatie wijst op een bredere trend om anders om te gaan met publiek en hen meer te betrekken als actieve partners bij creatie- en betekenisproductie. Men moet erkennen dat er meerdere kunstgeschiedenissen (kunnen) bestaat en dat die van de 21ste eeuw lang niet de enige is! Pleidooi voor een grotere openheid en belangstelling voor de samenwerking van kunstenaars en de ontwikkelingen binnen kunst (Tilroe). Dit samen met de groeiende culturele en etnische diversiteit in de steden dwingen culturele en artistieke projecten tot herpositionering. Deze evolutie heeft een impact op de kunstenbeleving.

    Kunst als openbare ruimte

    Uitdaging: verhouding tussen kunst en de openbare ruimte moet worden herschikt om de vormgeving van fysieke verhoudingen te kunnen vertalen in de kunst à ‘Kunst als openbare ruimte.’ Hier kunnen we denken aan het creatieve proces die in de belangstelling staat, niet het eindproduct. Dit samen met het idee van de ‘lichting’ (Safrankski) waarbij mensen neerzitten en nadenken over de huidige situatie maakt de hele cirkel rond.

    Inter-esse als belanghebbende betrokkenheid = participatie

    Betrokkenheid op allerlei verschillende vlakken zoals politiek, economie, sociaal, … projecten moeten steeds opzoek naar ‘de onzichtbare steden’ in de stad, men moet breed blijven!

    Dragan werkt dit praktisch uit: creativiteit en kritische doorlichting op alle niveau’s met het besef dat vernieuwing noodzakelijk kan zijn. het publieke karakter staat hierbij centraal! Eigen mediatisering is noodzakelijk door de steeds verminderde persaandacht. Permanent leren voor een breed doelpubliek dat is participatie.

    Cultuur is de speelruimte

    Hier geven we immers vorm aan onze identiteit, geschiedenis, verhalen, gevoeligheden, enz. Kunst is niet militariserend, het is socialiserend. Ze wordt niet gemaakt voor publiek maar met het publiek! Ze schept als het ware een publiek. Kunst creëert ademruimte en speling en het is van groot belang om deze mentale en fysieke ademruimtes te blijven creëren want te vaak vallen bepaalde groepen uit de boot en wordt cultuur bepaald door ‘de witte’ meerderheid. à Creëren van nieuwe plekken die in staat zijn om artistieke en culturele uitdrukking te geven aan de nieuwe stedelijke werkelijkheid en diens nog onontdekt potentieel. Op die manier is kunst een radicaal onaf sociaal proces van zelfdefinitie en transformatie. 

    22-03-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Samenvattingen
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Culturele functie en functie van de SCW

    Cultureel werk is het systematisch werk maken voor het behoud en de verdere ontwikkeling van cultuur. Methodiek cultureel werk: 'Wat is de specifieke rol van een sociaal werker in binnen het cultureel werk?'

    De culturele functie van het sociaal cultureel werk is gericht op:

    - Het verhogen en kwaliteitsvol invullen van deelname en diverse participatie van iedereen aan de cultuuruitingen. --> En dit zowel in de brede als enge zin van de betekenis van het woord 'cultuur'. 

    Cultuur heeft 3 verschillende benaderingswijzen:

    -       Cultuur als factor: de motor achter de samenleving. Het bestaat uit de totaliteit van waarden, normen en betekenissen van mensen. Via processen als enculturatie en individualisatie = inleiding in cultuur! Doorheen deze processen vinden er ook veranderingen van de traditie plaats (= reflectie).

    -    Cultuur als facet: bepaald aspect van de sociale werkelijkheid naast andere aspecten zoals bv politiek of economie. We kijken afgesplitst naar levensstijlen, instituties en cultuurgoederen binnen een sociale context. Op die manier kan er sprake zijn van verschillende culturen en cultuurelementen binnen verschillende samenlevingen. We onderscheiden 2 focussen: cultuur als product en proces + enge of brede benadering van cultuur. (Zie schema 4 kwadranten in bijlage --> bewerken inschakelen). 

    Als sociaal werkster kan men zich steeds afvragen in welke van de 4 kwadranten men zich bevindt. Sociaal-artistieke organisaties en professionals kunnen op deze manier gerichte vragen stellen en zichzelf en kritisch zijn. 

    -          Cultuur als sector: Het werken aan cultuur wordt beschouwd als een afzonderlijke opdracht. Verschillende taken en opdrachten voor de sector: cultuuroverdracht, cultuurbewaring, cultuurspreiding, cultuurbemiddeling, cultuurschepping, cultuurbeleving.

    3 sociaal-culturele interventiestrategieën:

    -          Organiseren van cultuurconsumptie: ‘Deelnemen’. Deelnemers betrekken en in leiden in cultuur. (smaken)

    -          Realiseren van cultuurproductie: ‘Deelhebben’. Stimuleren tot bijdrage. Bv: muziek, toneel. (maken)

    -          Faciliteren van cultuurkritiek: ‘Deel-zijn’. Cultuurbeleving- en ervaring = onderwerp van cultuur. (professioneel een verschil maken = bijdrage sociaal – cultureel werk)

    Bijdrage sociaal-cultureel volwassenwerk inzake cultuur als:

    -          Werkend op basis van sociaal-culturele methodiek: inzetten van meerdere functies tegelijkertijd. Werken op vlak van belevings-, ontwikkelings-, en leerprocessen van een individu in relatie tot cultuur.

    -          Balancerend op het spanningsveld tussen het werken aan aanpassingslogica enerzijds en veranderingslogica anderzijds: ook een educatieve functie: Inleiden en toeleiden tot cultuur (socialisatie), daar kritisch mee leren omgaan (emancipatie) , maar ook voldoende gelijke kansen en ruimte creëren (ecocipatieperspectief).


    Conclusie: Culturele functie is de functie waar de sociaal werker doelbewust de consumptie van cultuur (deelnemen), de productie (deelhebben)  en de beoordeling (deelzijn) van cultuur zowel in de brede (pakket van waarden en normen) als de enge (kunst als cultuuruiting) zin verhoogt. 








    Bijlagen:
    295254 (1).odt (8.5 KB)   

    22-03-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Samenvattingen
    >> Reageer (0)
    12-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kunst in de wereld - Participatiestrategieën

    Drie factoren voor een kritische invulling van participatie:

    1.       De hedendaagse toename van sociale ongelijkheid.

    2.       Economische ongelijkheid

    3.      Culturele stagnatie à geen of onvoldoende antwoord op sociale ongelijkheid als verklarende factor voor het gebrek aan cultuurparticipatie. Wordt vaak aanzien als ‘dit aanbod staat ons niet aan’. Kunst is weggelegd voor welgestelden want de leefwerelden die er worden aangereikt zijn niet hun leefwerelden.

    Ongelijke cultuurparticipatie heeft 2 participatie dilemma's

    -          In hoeverre kan/mag een persoon worden ingewijd in een cultuur zonder dat zijn vrijheid wordt aangetast à bv: vrijheid in afwijken van ‘de goede smaak’.

    -          In welke mate het gerechtvaardigd is om de voorkeuren van mensen te verwerpen. Kunnen we verandering brengen in deze voorkeursstructuur bij de betrokkenen indien ze zelf zouden mogen kiezen wanneer de alternatieven bekend waren?

    è Gedwongen tussen de autonome burger en ideale samenleving die gedragen wordt door een gedeelde cultuur à debat tussen cultuuridealisme en cultuurrelativisme.

    Positieve vrijheid

    Cultuur gaat niet langer over het overdragen van voorkeur, maar wel om het scheppen van sociale condities waarin eenieder de mogelijkheid krijgt om zelf een voorkeur te ontwikkelen of zelf te bepalen of men al dan niet deelneemt aan bepaalde culturele activiteiten = positieve vrijheid. Mensen moeten beschikken over de capaciteiten om keuzes te maken. Als sociaal werker moeten we de mogelijkheden van deze mensen vergroten zodat ze een divers cultuurpalet leren kennen en op die manier keuzes leren maken.

    Oordelende openbaarheid

    Oordelend vermogen wordt gevormd door oordelende openbaarheid maar dit is verdwenen. Communicatief handelen kan dit opnieuw installeren. ‘Het handelen van een gemeenschap met redelijke argumenten om tot een consensus te komen. Manier om het systeem te verbinden met de leefwereld. Dit handelen is gericht op wederzijds begrip, een machtsvrije dialoog (bewust zijn voor verandering). Middel om kritisch te gaan reflecteren over grenssituaties en over te gaan tot verandering. Is mijn situatie nu noodlot of niet? De vraag blijft of dit wel kan want macht is immers een onderdeel van de samenleving en kan die discussie van ongelijke cultuurparticipatie hier dan los van gezien worden? Herverdeling van macht à democratie, empowerment en macht zijn het proces tot zeggenschap en macht. Maar er is weerstand voor een verandering in structuren.

    Discussie ongelijke cultuurparticipatie

    Waarom wordt de discussie voor ongelijkheid in cultuurparticipatie enkel voor kansengroepen gevoerd? Het cultuuraanbod is te eenzijdig. Het vertrekt en het eindigt bij de middengroep. De cultuurproductie is altijd deels getekend door de culturele achtergrond en leefwereld van het personeel. Brede lagen van de bevolking komen niet in beeld.

    Voorwaarden participatiestrategieën

    Ten 1ste moet het de positieve vrijheid bevorderen. Ten 2de is het een breder plaatje en nooit volkomen. Ten 3de gebeurt het altijd in een context en ten 4de moet worden geïnvesteerd in de culturele habitus met klemtoon op kinder- en jeugdjaren (thuis en op school)

    è Het beleid voorziet het voorwaardenscheppend kader

    è De participant ontwikkelt zijn vermogens en verlegt diens grenzen

    Participatiemethoden

    Ø  Kunstinteractie als methode: kansengroepen gaan actief participeren aan het creëren van artistieke symbolen. Ze zijn voornamelijk de producenten en niet enkel de consumenten.

    Ø  Lokale trajecten als afstemming: ontwikkelen van een gedeelde visie en aansluitende praktijken op lokaal niveau. Verschillende lokale initiatieven gaan samenwerken aan een gedeeld beleid. Op deze manier wordt integraal en transversaal werken mogelijk. De erkenning van culturele gelijkwaardigheid staat hierbij centraal.

    Ø  Transversaal handelen als vernieuwing: datgene als thema nemen wat net tussen de mazen het net valt en op die manier een wijk en zijn burgers betrekken.

    è Gemeenschappelijke noemer: vitale coalities

    12-03-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Samenvattingen
    >> Reageer (0)
    10-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het raadsel rond de intrinsieke waarde van kunst

    Naast de excentrieke waarde van kunst, heeft kunst ook een intrinsieke waarde. Meer nog, het komt op de eerste plaats en is van belang voor de ontwikkeling van individuen en voor de samenleving als geheel. De zoektocht naar intrinsieke waarde is echter niet gemakkelijk! Intrinsiek betekent ‘tot het wezend behorend’ maar wat wil men daar nu juist mee zeggen? 

    De intrinsieke effecten gaan in feite over de effecten van kunst op de samenleving, het voegt iets toe van waarde aan een mensenleven. Een heel moeilijk te meten factor dus. Intrinsieke waarde gaat over de subjectieve beleving van het individu. Kunst wordt als een specifieke vorm van communicatie gezien waarbij het pure plezier voorop staat. Men kan het vergelijke met fysiologische opwinding, het houdt de mens alert. = GEBOEID ZIJN. (Zowel positieve als negatieve ervaring mogelijk).

    Om intrinsieke effecten te bereiken gaat men het onbekende gaan verkennen. Kunst kan op die manier grensverleggend en horizon verbredend zijn. Op deze manier kan men ervaringen op doen die men in het dagdagelijkse leven niet zou kunnen. Het uitzicht wordt enkel begrenst door de fantasie van de kunstenaar. Denk maar aan een goed boek of een goeie film. Maar ook bij reële kunst kan de kunstenaar iemand mee nemen in zijn beleving. Intrinsieke waarde is ook heel belangrijk bij kinderen. Men droomt ervan te zijn wat ze willen zijn maar niet zijn. Bv: een kind uit een eenouder gezin leest boeken en kijkt films over ‘Het perfecte tweeouder gezin.’

    In het verlengde hiervan liggen instrumentele effecten: verbreden van het referentiekader en het inlevingsvermogen. Het gaat onderlinge verdraagzaamheid gaan vergroten. Kunst slaat een brug, een brug tussen de realiteit waar het dagdagelijkse niet meer aan reikt, maar dan wel in de kunst wordt uitgedrukt. Kunst is bijgevolg geen luxe maar een niet ondenkbare factor in onze samenleving. 

    - Anita Twaalhoven

    10-03-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Samenvattingen
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 04/04-10/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 07/03-13/03 2016

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs