Deze week bestaat mijn activiteit uit het lezen van een boek. Waar mijn aandacht vooral naar uitgaat, is een boek dat me meer inzicht geeft in de onderwijsmogelijkheden van blinde jongeren in onze samenleving. Bij mijn keuze in de bibliotheek laat ik me ook leiden door het jaar van uitgave, want enkele boeken over dit onderwerp komen wat verouderd over.
Uiteindelijk heb ik gekozen voor Ik zie het wel, Blind door het leven, van Steven Bladt & Jan Smeyers uitgegeven bij uitgeverij Van Halewyck in Leuven in 2007.
Dit boek beschrijft ondermeer hoe Steven Bladt, blindgeboren, op zijn zestien jaar de beslissing neemt om de laatste twee jaar van zijn secundaire schoolopleiding te gaan volgen op een school van zienden, en dat met GON-begeleiding. Tijdens deze twee moeilijke jaren wordt hij bijgestaan door Jan Smeyers, zijn 61-jarige buurman zonder de minste opleiding in het begeleiden van blinden.
Daarna neemt Steven de moedige beslissing om een lerarenopleiding secundair onderwijs te gaan volgen in Brussel. Een groot deel van het boek is gewijd aan de vele problemen waarmee het duo te kampen krijgt tijdens deze opleiding, gaande van mobiliteitsproblemen, het omzetten van de cursussen naar braille, het geven van stagelessen,
Het boek bestaat uit vijftien hoofdstukken: in elk hoofdstuk komt eerst begeleider Jan aan het woord en krijgen we daarna de visie van Steven op de gebeurtenissen. Deze aparte manier van aanpak geeft een beter inzicht in de wereld van blinden.
Met het potlood in aanslag voor het aanduiden van interessante passages heb ik dit boek gelezen op enkele avonden. Bij het beëindigen van het boek blijken de meeste bladzijden voorzien van potlood- aanduidingen zodat ik een schifting moet doorvoeren. Uiteindelijk is het de bedoeling enkele van deze passages te overlopen. Hierbij houd ik niet altijd rekening met de chronologie van de feiten. Om duidelijk aan te geven wanneer ik werk met citaten uit het boek, plaats ik die citaten steeds in vette druk.